Etaamb.openjustice.be
Bericht
gepubliceerd op 06 februari 2009

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 9 december 2008 in zake de nv « IMMOMIP » tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 17 december 2008, hee « Roept artikel 198, 7°, WIB 92, doordat het in alle gevallen van gehele verdeling van het maatscha(...)

bron
grondwettelijk hof
numac
2009200341
pub.
06/02/2009
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

GRONDWETTELIJK HOF


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 9 december 2008 in zake de nv « IMMOMIP » tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 17 december 2008, heeft de Rechtbank van eerste aanleg te Luik de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Roept artikel 198, 7°, WIB 92, doordat het in alle gevallen van gehele verdeling van het maatschappelijk vermogen van een vennootschap - en dus zelfs van een gefailleerde vennootschap die niet langer de verliezen die ze zou hebben geleden, kan recupereren - de mogelijkheid om de op aandelen geleden minderwaarden af te trekken, beperkt tot het deel van het gestorte kapitaal dat door die aandelen wordt vertegenwoordigd, ten aanzien van de beginselen verankerd in de artikelen 10, 11 en 172 van de Grondwet, een onverantwoorde discriminatie in het leven tussen de aandeelhouders die hebben ingetekend op het kapitaal van een vennootschap en diegenen die, tegen de marktprijs, aandelen van dezelfde vennootschap hebben verworven na de oprichting daarvan ? Schendt die bepaling het evenredigheidsbeginsel, in zoverre de toepassing ervan, in tegenstelling tot de aandeelhouders die hebben ingetekend op het kapitaal van een vennootschap, een ernstig nadeel kan teweegbrengen voor diegenen die aandelen van dezelfde vennootschap hebben verworven tegen een veel hogere waarde dan het deel van het gestorte kapitaal dat zij vertegenwoordigen en die minderwaarden op die aandelen moeten boeken waarvan de realiteit en omvang geenszins kunnen worden betwijfeld, terwijl die bepaling geen enkele verantwoording zou vinden ten aanzien van het door de wetgever nagestreefde doel, in zoverre het risico van tweevoudige aftrek van verlies onbestaande zou zijn ? ».

Die zaak is ingeschreven onder nummer 4582 van de rol van het Hof.

De griffier, P.-Y. Dutilleux.

^