MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN, VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU

Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering. - Commissie voor begrotingscontrole ingesteld bij de Dienst voor geneeskundige verzorging. - Hernieuwing van mandaten. - Benoemingen Bij koninklijk besluit van 18 mei 1998 worden hernieuwd voor een termijn van zes jaar, ingaande op 5 juni 1997, als leden van de Commissie voor begrotingscontrole ingesteld bij de Dienst voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, de mandaten van : 1° Mevr.Vanderstappen, A. en de heer Fransman, L., in de hoedanigheid van werkende leden en de heer Van Laer, E., in de hoedanigheid van plaatsvervangend lid, als vertegenwoordigers van de representatieve organisaties van de werkgevers en van de zelfstandigen; 2° de heer Maes, J., in de hoedanigheid van werkend lid, als vertegenwoordiger van een representatieve werknemersorganisatie; 3° de heren Gillet, P.en Hermesse, J., in de hoedanigheid van werkende leden en de heer Mayne, Ph., in de hoedanigheid van plaatsvervangend lid, als vertegenwoordigers van verzekeringsinstellingen; 4° de heren Broeckx, D.en Lemye, R., in de hoedanigheid van werkende leden en de heren Geys, L. en Van Dijck, X., in de hoedanigheid van plaatsvervangende leden, als vertegenwoordigers van zorgverleners.

Bij hetzelfde besluit worden benoemd tot leden van voornoemde commissie, voor een termijn van zes jaar, ingaande op 5 juni 1997 : 1° de heer Van Eeckhout, H., in de hoedanigheid van plaatsvervangend lid, als vertegenwoordiger van een representatieve organisatie van de werkgevers en van de zelfstandigen; 2° de heer Palsterman, P., in de hoedanigheid van werkend lid en de heren De Swert, G. en Perl, F., in de hoedanigheid van plaatsvervangende leden, als vertegenwoordigers van representatieve werknemersorganisaties; 3° de heer Guillaume, J., in de hoedanigheid van werkend lid en Mevr.

Vandenborre, K. en de heer Vrolix, M., in de hoedanigheid van plaatsvervangende leden, als vertegenwoordigers van verzekeringsinstellingen; 4° de heer Tuerlinckx, M., in de hoedanigheid van werkend lid en de heer Roggen, J., in de hoedanigheid van plaatsvervangend lid, als vertegenwoordigers van zorgverleners.