Etaamb.openjustice.be
Arrest Van Het Grondwettelijk Hof
gepubliceerd op 06 april 2021

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij arrest van 25 februari 2021, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 4 maart 2021, heeft de kamer van inbeschuldigingstelling van het Hof va « Schendt Boek 1 van het Wetboek van Strafvordering de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan n(...)

bron
grondwettelijk hof
numac
2021201388
pub.
06/04/2021
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

GRONDWETTELIJK HOF


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/01/1989 pub. 18/02/2008 numac 2008000108 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet op het Arbitragehof sluiten Bij arrest van 25 februari 2021, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 4 maart 2021, heeft de kamer van inbeschuldigingstelling van het Hof van Beroep te Gent de volgende prejudiciële vragen gesteld : « Schendt Boek 1 van het Wetboek van Strafvordering de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet gelezen in samenhang met de artikelen 6 en 13 van het Verdrag van 4 november 1950 tot bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden (EVRM), in zoverre het aan de in een strafrechtelijk opsporingsonderzoek beoogde persoon niet het recht toekent om in een opsporingsonderzoek dat na een jaar nog niet is afgesloten aan de kamer van inbeschuldigingstelling als een onafhankelijke rechtsinstantie te vragen een controle uit te oefenen op de voortgang van dit opsporingsonderzoek, terwijl een verdachte die het voorwerp uitmaakt van een gerechtelijk onderzoek dat na een jaar nog niet is afgesloten wel deze mogelijkheid geniet ? »; « Schendt artikel 136 van het Wetboek van Strafvordering de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, al dan niet gelezen in samenhang met de artikelen 6 en 13 van het Verdrag van 4 november 1950 tot bescherming van de Rechten van de Mens en de Fundamentele Vrijheden (EVRM), om reden dat een verdachte die het voorwerp uitmaakt van een opsporingsonderzoek dat na een jaar nog niet is afgesloten de kamer van inbeschuldigingstelling niet kan vatten teneinde controle uit te oefenen op de voortgang van de procedure, terwijl een verdachte die het voorwerp uitmaakt van een gerechtelijk onderzoek dat na een jaar nog niet is afgesloten wel deze mogelijkheid geniet ? ».

Die zaak is ingeschreven onder nummer 7525 van de rol van het Hof.

De griffier, F. Meersschaut

^