Etaamb.openjustice.be
Arrest Van Het Grondwettelijk Hof
gepubliceerd op 26 mei 2004

Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij arrest van 26 maart 2004 in zake het openbaar ministerie tegen H. Talla, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen o « Schenden de artikelen 622, 625 en 626 van het Wetboek van strafvordering de artikelen 10 en 11 va(...)

bron
arbitragehof
numac
2004201450
pub.
26/05/2004
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

ARBITRAGEHOF


Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 op het Arbitragehof Bij arrest van 26 maart 2004 in zake het openbaar ministerie tegen H. Talla, waarvan de expeditie ter griffie van het Arbitragehof is ingekomen op 31 maart 2004, heeft de kamer van inbeschuldigingstelling van het Hof van Beroep te Antwerpen de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schenden de artikelen 622, 625 en 626 van het Wetboek van strafvordering de artikelen 10 en 11 van de Grondwet in zoverre ze de proeftijd ingeval van een voorwaardelijke invrijheidstelling doen lopen vanaf de dag van de voorwaardelijke invrijheidstelling, terwijl ingeval van een voorlopige invrijheidstelling de proeftijd slechts een aanvang neemt vanaf de dag dat het restant van de straf is verjaard en dus niet vanaf de dag van de voorlopige invrijheidstelling ? » Die zaak is ingeschreven onder nummer 2964 van de rol van het Hof.

De griffier, P.-Y. Dutilleux.

^