Office national de Sécurité sociale Règlement d'ordre intérieur du Conseil de direction Article 1 er . Le Conseil de direction est composé des agents titulaires d'un grade classé dans les rangs 15 et 16. Art. 2. Le Conseil de direc Art. 3. Les points à examiner sont mis à l'ordre du jour par le Président qui y inscrit d'office t(...) | Rijksdienst voor Sociale Zekerheid Huishoudelijk reglement van de Directieraad Artikel 1. De Directieraad is samengesteld uit de ambtenaren met een graad in de rangen 15 en 16. Art. 2. De Directieraad wordt voorgezeten door de Administrateu Art. 3. De te behandelen punten worden op de agenda geplaatst door de Voorzitter, die ambtshalve e(...) |
---|---|
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE ET SERVICE PUBLIC FEDERAL SECURITE SOCIALE Office national de Sécurité sociale Règlement d'ordre intérieur du Conseil de direction Article 1er.Le Conseil de direction est composé des agents titulaires d'un grade classé dans les rangs 15 et 16. Art. 2.Le Conseil de direction est présidé par l'Administrateur général ou, en son absence, par l'Administrateur général adjoint. Il se réunit sur la convocation de son Président. Art. 3.Les points à examiner sont mis à l'ordre du jour par le Président qui y inscrit d'office toute question entrant dans les attributions du Conseil. Ces points sont traités dans l'ordre de leur inscription, sauf lorsque la moitié au moins des membres présents en demande ou en accepte la modification. Tout point figurant à l'ordre du jour fait l'objet d'une note introductive. Art. 4.La convocation, accompagnée de l'ordre du jour et des notes introductives y relatives, est adressée aux membres au moins trois jours ouvrables avant la réunion. Le procès-verbal est envoyé aux membres au plus tard dix jours ouvrables après la réunion. Si aucune remarque écrite n'est adressée au Président dans les cinq jours qui suivent son envoi, le procès-verbal est considéré comme approuvé. En cas de remarque, l'approbation du procès-verbal est mise à l'ordre du jour de la plus prochaine séance. Art. 5.Le Président assure le bon fonctionnement du Conseil, fait respecter le règlement, ouvre, dirige et clôt les débats. Art. 6.Le Secrétariat du Conseil de direction est assuré par des agents définitifs désignés par le Président. Les archives du Conseil de direction sont tenues au secrétariat de l'Administrateur général. Art. 7.Le Conseil de direction ne délibère valablement que lorsque la moitié au moins de ses membres est présente. Lorsque cette condition n'est pas remplie, elle est actée au procès-verbal et mentionnée sur la convocation de la réunion suivante. Lors de celle-ci, le Conseil de direction délibère valablement sur les points qui figuraient à l'ordre du jour de la réunion, quel que soit le nombre de membres présents. Lorsqu'il s'agit de délibérer sur des candidatures, la moitié dont question à l'alinéa 1 se calcule sur l'ensemble des membres, déduction faite des membres candidats. Lorsqu'il s'agit de délibérer en matière disciplinaire, le membre du Conseil de direction qui a formulé la proposition de sanction, ne peut prendre part aux délibérations et au vote sur la proposition définitive de sanction : il quitte momentanément la séance. La moitié dont question à l'alinéa 1er se calcule en ce cas sur l'ensemble des membres, déduction faite du membre qui a formulé la proposition. A leur demande, les agents concernés par la proposition sont entendus. Art. 8.Les décisions du Conseil de direction sont prises et les avis sont émis à la majorité des membres présents : les abstentions n'entrent pas en ligne de compte pour le calcul de cette majorité. Le vote s'effectue à main levée. Toutefois, lorsqu'il s'agit d'une décision ou d'une proposition concernant un agent, le vote a lieu au scrutin secret. Art. 9.Lorsque le Conseil de direction est appelé à formuler une proposition de nomination par avancement barémique ou par avancement de grade d'un agent du niveau, conformément au statut, il motive celle-ci après examen des titres, mérites et aptitudes de tous les candidats admissibles à la fonction. La proposition est communiquée aux candidats. Art. 10.Les éventuelles réclamations portant sur la proposition visée à l'article 9 sont, après le délai fixé pour leur introduction, examinées par le Conseil de direction. Tous les candidats sont informés de l'existence d'une ou de plusieurs réclamation(s) et, à leur demande, ils sont entendus par le Conseil. Si le Conseil est d'avis qu'une réclamation est recevable et contient des éléments susceptibles de modifier la proposition initiale, il examine à nouveau, en fonction de ces éléments, la situation du (des) requérant(s) ainsi que celle de tous les autres candidats et porte à leur connaissance ses conclusions sous la forme d'une nouvelle proposition. Art. 11.Les documents émanant du Conseil, de même que ses délibérations, sont confidentiels. |
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG EN FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID Rijksdienst voor Sociale Zekerheid Huishoudelijk reglement van de Directieraad Artikel 1.De Directieraad is samengesteld uit de ambtenaren met een graad in de rangen 15 en 16. Art. 2.De Directieraad wordt voorgezeten door de Administrateur-generaal of, bij zijn afwezigheid door de Adjunct-adminstrateur-generaal. Hij wordt samengeroepen door de Voorzitter. Art. 3.De te behandelen punten worden op de agenda geplaatst door de Voorzitter, die ambtshalve elke kwestie opneemt die onder de bevoegdheid valt van de Raad. Deze punten worden behandeld in de volgorde van hun inschrijving, behalve indien ten minste de helft van de aanwezige leden om een wijziging van de agenda verzoekt of deze aanvaardt. Voor ieder punt van de agenda wordt een inleidende nota opgesteld. Art. 4.De uitnodiging, samen met de agenda en de betreffende inleidende nota's, wordt ten minste drie werkdagen vóór de vergadering aan de leden toegestuurd. De notulen worden aan de leden uiterlijk tien werkdagen na de vergadering toegestuurd. Indien de Voorzitter geen enkele geschreven opmerking toegestuurd krijgt binnen de vijf werkdagen na het versturen van de notulen, worden deze geacht goedgekeurd te zijn. In geval van opmerking wordt de goedkeuring van de notulen op de agenda van de eerstvolgende vergadering geplaatst. Art. 5.De Voorzitter staat in voor de goede werking van de Raad, doet het reglement naleven, opent, leidt en besluit de besprekingen. Art. 6.Het Secretariaat van de Raad wordt waargenomen door vastbenoemde ambtenaren die door de Voorzitter worden aangeduid. Het archief van de Raad wordt op het secretariaat van de Administrateur-generaal bewaard. Art. 7.De beraadslagingen van de Raad zijn slechts geldig mits ten minste de helft van de leden aanwezig zijn. Wanneer aan die voorwaarde niet voldaan is, wordt er akte van genomen in de notulen en wordt dit vermeld op de oproeping tot de volgende vergadering. Tijdens die vergadering beraadslaagt de Raad op geldige wijze, ongeacht het aantal aanwezige leden, over de punten die op de agenda van de vorige vergadering voorkwamen. Bij beraadslagingen over kandidaturen, wordt de helft waarvan sprake in het eerste lid berekend op alle leden, de leden-kandidaten niet meegerekend. Bij beraadslagingen over tuchtmaatregelen, kan het lid van de Raad dat het voorlopige voorstel van tuchtstraf geformuleerd heeft, niet deelnemen aan de beraadslagingen, noch aan de stemming omtrent het definitieve voorstel van tuchtstraf en verlaat het lid tijdelijk de zitting. De helft waarvan sprake in het eerste lid, wordt in dit geval berekend op alle leden, het lid dat het voorstel geformuleerd heeft niet meegerekend. Op hun verzoek worden de door het voorstel beoogde ambtenaren gehoord. Art. 8.De beslissingen van de Raad worden getroffen en de adviezen worden uitgebracht bij meerderheid van de aanwezige leden. De onthoudingen komen niet in aanmerking voor het berekenen van die meerderheid. De stemming heeft plaats bij handopsteking, maar wanneer de beslissing of het voorstel een ambtenaar betreft, gebeurt de stemming geheim. Art. 9.Wanneer de Directieraad een voorstel moet doen over de benoeming door verhoging in weddenschaal of door verhoging in graad van een ambtenaar van niveau 1, motiveert het dit overeenkomstig het statuut, na onderzoek van de titels, verdiensten en geschiktheid van alle kandidaten die voor de functie toelaatbaar zijn. Het voorstel wordt aan de kandidaten medegedeeld. Art. 10.De eventuele bezwaren tegen het in artikel 9 beoogde voorstel worden, na het verstrijken van de termijn vastgesteld voor de indiening ervan, door de Directieraad onderzocht. Alle kandidaten worden op de hoogte gebracht van het bestaan van één of verscheidene bezwaarschriften en worden op hun verzoek door de Raad gehoord. Indien de Raad meent dat een bezwaarschrift ontvankelijk is en gegevens bevat waardoor het oorspronkelijk voorstel kan worden gewijzigd, onderzoekt hij, in het licht van die gegevens, opnieuw de toestand van de ambtenaar die het desbetreffende bezwaarschrift ingediend heeft, alsook die van alle kandidaten en stelt hen in kennis van de besluiten onder de vorm van een nieuw voorstel. Art. 11.De documenten die van de Raad uitgaan, alsmede de beraadslagingen zijn vertrouwelijk. |
Approuvé par le Conseil de direction en sa séance du 24 novembre 2003. | Goedgekeurd door de Directieraad in zijn zitting van 24 november 2003. |