← Retour vers "Nomination des membres suppléants du Comité permanent de contrôle des services de police (...) Conformément à l'article 4 de la loi du 18 juillet 1991 organique du contrôle des
services de polic(...)"
Nomination des membres suppléants du Comité permanent de contrôle des services de police (...) Conformément à l'article 4 de la loi du 18 juillet 1991 organique du contrôle des services de polic(...) | Benoeming van de plaatsvervangende leden van het Vast Comité van Toezicht op de politiediensten Overeenkomstig artikel 4 van de wet van 18 juli 1991 tot regeling van het toezicht op politie- en inlichtingendiensten (BS van 26 (...) Duur van het mandaat De vijf plaatsvervangers worden benoemd voor een hernieuwbare termijn van v(...) |
---|---|
CHAMBRE DES REPRESENTANTS Nomination des membres suppléants du Comité permanent de contrôle des services de police (Comité permanent P) Conformément à l'article 4 de la loi du 18 juillet 1991 organique du contrôle des services de police et de renseignements (MB du 26 juillet 1991) modifiée par la loi du 1er avril 1999 (MB du 3 avril 1999), la Chambre doit procéder à la nomination des membres suppléants du Comité permanent de contrôle des services de police (Comité permanent P) pour chacun des cinq membres effectifs, dont un président et un vice-président. Durée du mandat Les cinq membres suppléants sont nommés pour un terme renouvelable de cinq ans. Le membre suppléant achève le mandat qu'un membre effectif cesse d'exercer. Missions Le contrôle exercé par le Comité permanent P porte en particulier sur la protection des droits que la Constitution et la loi confèrent aux personnes, ainsi que sur la coordination et l'efficacité des services de police. Sa mission précise est définie par les articles 8 et suivants de la loi précitée du 18 juillet 1991. Conditions de nomination Au moment de leur nomination, les membres suppléants doivent remplir les conditions suivantes : | KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS Benoeming van de plaatsvervangende leden van het Vast Comité van Toezicht op de politiediensten (Vast Comité P) Overeenkomstig artikel 4 van de wet van 18 juli 1991 tot regeling van het toezicht op politie- en inlichtingendiensten (BS van 26 juli 1991), gewijzigd bij wet van 1 april 1999 (BS van 3 april 1999), dient de Kamer voor elk van de vijf werkende leden, onder wie een voorzitter en een ondervoorzitter, een plaatsvervanger van het Vast Comité van toezicht op de politiediensten (Vast Comité P) te benoemen. Duur van het mandaat De vijf plaatsvervangers worden benoemd voor een hernieuwbare termijn van vijf jaar. Het plaatsvervangend lid voltooit het mandaat dat een vast lid ophoudt uit te oefenen. Opdrachten Het toezicht uitgeoefend door het Vast Comité P heeft in het bijzonder betrekking op de bescherming van de rechten die de Grondwet en de wet aan de personen waarborgen, alsook op de coördinatie en de doelmatigheid van de politiediensten. De precieze taak is omschreven in de artikelen 8 en volgende van de voormelde wet van 18 juli 1991. Benoemingsvereisten Op het moment van hun benoeming dienen de plaatsvervangers aan de volgende voorwaarden te voldoen : |
1. Etre Belge; | 1. Belg zijn; |
2. Jouir des droits civils et politiques; | 2. Beschikken over de burgerlijke en politieke rechten; |
3. Avoir atteint l'âge de 35 ans; | 3. De volle leeftijd van 35 jaar hebben bereikt; |
4. Avoir leur domicile en Belgique; | 4. Hun woonplaats in België hebben; |
5. Faire preuve d'une expérience pertinente d'au moins sept ans dans | 5. Kunnen aantonen over een relevante ervaring te beschikken van ten |
le domaine du droit pénal ou de la criminologie, du droit public, ou | minste zeven jaar in het domein van het strafrecht of van de |
de techniques de gestion, acquise dans des fonctions proches du | criminologie, het publiek recht, of technieken inzake management |
fonctionnement, des activités et de l'organisation des services de | verworven in functies die bij de werking, activiteiten en organisatie |
police ou des services de renseignements et de sécurité, de même | van de politiediensten, inlichtingen- en veiligheids-diensten |
qu'avoir exercé des fonctions à un niveau de responsabilité élevé; | aanleunen alsook functies met een hoge graad van verantwoordelijkheid |
hebben uitgeoefend; | |
6. Posséder les qualités de loyauté, de discrétion et d'intégrité | 6. Beschikken over de nodige kwaliteiten van loyaliteit, discretie en |
indispensables au traitement d'informations sensibles ou détenir une | integriteit voor de verwerking van gevoelige gegevens of houder zijn |
habilitation de sécurité du niveau "très secret" en vertu de la loi du | van een veiligheidsmachtiging van het niveau "zeer geheim" krachtens |
11 décembre 1998 relative à la classification et aux habilitations de | de wet van 11 december 1998 betreffende de classificatie en de |
sécurité. | veiligheidsmachtigingen. |
Incompatibilités | Onverenigbaarheden |
Les membres suppléants ne peuvent : | De plaatsvervangers mogen : |
occuper aucun mandat public conféré par élection; | geen bij verkiezing verleend openbaar mandaat uitoefenen; |
exercer d'emploi ou d'activité public ou privé qui pourrait mettre en | geen openbare of particuliere betrekking of activiteit uitoefenen die |
péril l'indépendance ou la dignité de la fonction; | |
être membre, ni d'un service de police, ni d'un service de | de onafhankelijkheid of de waardigheid van het ambt in gevaar zou |
renseignements; | kunnen brengen; |
geen lid zijn van een politiedienst of van een inlichtingendienst; | |
être membre simultanément du Comité permanent P et du Comité permanent | niet tegelijkertijd lid zijn van het Vast Comité P en het Vast Comité |
de contrôle des services de renseignements. | van toezicht op de inlichtingendiensten. |
Ces conditions sont vérifiées par la Chambre lors de l'entrée en | Deze voorwaarden worden gecontroleerd op het ogenblik dat het |
service du membre suppléant. | plaatsvervangende lid in functie treedt. |
Dispositions particulières | Bijzondere bepalingen |
(article 65 de la loi du 18 juillet 1991) | (artikel 65 van de wet van 18 juli 1991) |
Les articles 1er, 6, 11 et 12 de la loi du 18 septembre 1986 | De artikelen 1, 6, 11 en 12 van de wet van 18 september 1986 tot |
instituant le congé politique pour les membres du personnel des | instelling van het politiek verlof voor de personeelsleden van de |
services publics sont applicables, s'il échet et moyennant les | overheidsdiensten zijn, in voorkomend geval en met de nodige |
adaptations nécessaires, aux membres du Comité permanent P; | aanpassingen, van toepassing op de leden van het Vast Comité P; |
les magistrats de l'ordre judiciaire peuvent être nommés membres du | de magistraten van de rechterlijke orde kunnen worden benoemd tot lid |
Comité P. L'article 293 du Code judiciaire n'est pas applicable à ces | van het Vast Comité P. Artikel 293 van het Gerechtelijk Wetboek is |
nominations; | niet van toepassing op die benoemingen; |
le magistrat du ministère public qui est nommé en qualité de membre du | de magistraat van het openbaar ministerie die wordt benoemd tot lid |
Comité permanent P conserve sa place sur la liste de rang et est censé avoir exercé sa fonction. Pendant la durée de la mission, il cesse de percevoir le traitement attaché à sa fonction dans l'ordre judiciaire. Dans la mesure où il s'agit d'une mission à temps plein, il peut être pourvu au remplacement d'un magistrat près la cour d'appel ou la cour du travail par voie de nomination et, le cas échéant, par voie de désignation en surnombre. L'article 323bis, alinéa 3, du Code judiciaire est d'application si le magistrat du ministère public concerné est chef de corps. Statut | van het Vast Comité P behoudt zijn plaats op de ranglijst en wordt geacht zijn ambt of functie te hebben uitgeoefend. Gedurende de opdracht ontvangt hij de wedde verbonden aan zijn ambt in de rechterlijke orde niet meer. Voor zover het een voltijdse opdracht betreft, kan in de vervanging van een magistraat bij het hof van beroep of bij het arbeidshof worden voorzien door een benoeming en, in voorkomend geval, een aanwijzing in overtal. Is de betrokken magistraat van het openbaar ministerie een korpschef dan is artikel 323bis, derde lid, van het Gerechtelijk Wetboek van toepassing. Statuut |
Les membres du Comité permanent P jouissent d'un statut identique à | De leden van het Vast Comité P hebben een statuut dat gelijk is aan |
celui des conseillers de la Cour des comptes. Les règles régissant le | dat van de raadsheren bij het Rekenhof. De regels in verband met het |
statut pécuniaire des conseillers de la Cour des comptes contenues | geldelijk statuut van de raadsheren bij het Rekenhof zoals vervat in |
dans la loi du 21 mars 1964 relative aux traitements des membres de la | de wet van 21 maart 1964 m.b.t. de vergoedingen van de leden van het |
Cour des comptes, telle qu'elle a été modifiée par les lois des 14 | Rekenhof, zoals gewijzigd bij de wetten van 14 maart 1975 en 5 |
mars 1975 et 5 août 1992 leur sont applicables. | augustus 1992, zijn op hen van toepassing. |
Candidatures | Kandidaatstelling |
Les candidatures, accompagnées d'un CV, doivent être adressées par | |
lettre recommandée à la poste, au plus tard pour le 21 septembre 2000, | De kandidaatstellingen, met CV, dienen uiterlijk 21 september 2000, |
bij ter post aangetekende brief te worden gericht aan de voorzitter | |
au Président de la Chambre des représentants, Chambre des | van de Kamer van volksvertegenwoordigers, Kamer van |
représentants, 1008 Bruxelles. | volksverte-genwoordigers, 1008 Brussel. |
Les candidatures doivent être accompagnées des documents prouvant | Zij moeten vergezeld zijn van de documenten die het bewijs leveren dat |
qu'il est satisfait aux conditions susmentionnées. | voornoemde voorwaarden vervuld zijn. |
Les candidats doivent indiquer dans leur lettre de candidature qu'ils | De kandidaten dienen te vermelden in hun brief van kandidaatstelling |
acceptent de pouvoir faire l'objet d'une enquête de sécurité | dat zij ermee instemmen dat zij kunnen onderworpen worden aan een |
permettant de vérifier la condition de nomination précitée sub 6°. | veiligheidsonderzoek om na te gaan of zij voldoen aan de hoger |
vermelde (sub 6°) benoemingsvereiste. | |
Les candidats qui avaient introduit leur candidature lors de l'appel | De kandidaten die ingevolge de oproep tot de kandidaturen verschenen |
aux candidatures paru dans le Moniteur belge du 3 avril 1999 devront | in het Belgisch Staatsblad van 3 april 1999 zich kandidaat hebben |
réintroduire leur candidature. | gesteld, zullen die moeten hernieuwen. |