Décret portant des mesures urgentes en matière d'enseignement, d'emploi ainsi que de formation et de formation continue dans les classes moyennes | Decreet houdende dringende maatregelen inzake onderwijs, werkgelegenheid, opleiding en voortgezette opleiding in de middenstand |
---|---|
MINISTERE DE LA COMMUNAUTE GERMANOPHONE | MINISTERIE VAN DE DUITSTALIGE GEMEENSCHAP |
25 JUIN 2001. - Décret portant des mesures urgentes en matière | 25 JUNI 2001. - Decreet houdende dringende maatregelen inzake |
d'enseignement, d'emploi ainsi que de formation et de formation | onderwijs, werkgelegenheid, opleiding en voortgezette opleiding in de |
continue dans les classes moyennes (1) | middenstand (1) |
Le Conseil de la Communauté germanophone a adopté et Nous, | De Raad van de Duitstalige Gemeenschap heeft aangenomen en Wij, |
Gouvernement, sanctionnons ce qui suit : | Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : |
CHAPITRE Ier. - Enseignement | HOOFDSTUK I. - Onderwijs |
Section Ire. - Modification de l'arrêté royal du 22 mars 1969 fixant | Afdeling 1. - Wijziging van het koninklijk besluit van 22 maart 1969 |
le statut des membres du personnel directeur et enseignant, du | tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en |
personnel auxiliaire d'éducation, du personnel paramédical des | onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het |
établissements d'enseignement gardien, primaire, spécial, moyen, | paramedisch personeel der inrichtingen voor kleuter-, lager, |
technique, artistique et normal de l'Etat, des internats dépendant de | buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs van de |
ces établissements et des membres du personnel du service d'inspection | Staat alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen en van |
chargé de la surveillance de ces établissements | de leden van de inspectiedienst die belast is met het toezicht op deze |
Article 1er.L'article 65bis de l'arrêté royal du 22 mars 1969 fixant |
inrichtingen Artikel 1.Artikel 65bis van het koninklijk besluit van 22 maart 1969 |
le statut des membres du personnel directeur et enseignant, du | tot vaststelling van het statuut van de leden van het bestuurs- en |
personnel auxiliaire d'éducation, du personnel paramédical des | onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel, van het |
établissements d'enseignement gardien, primaire, spécial, moyen, | paramedisch personeel der inrichtingen voor kleuter-, lager, |
technique, artistique et normal de l'Etat, des internats dépendant de | buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs van de |
ces établissements et des membres du personnel du service d'inspection | Staat alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen en van |
chargé de la surveillance de ces établissements, inséré par le décret | de leden van de inspectiedienst die belast is met het toezicht op deze |
du 22 juin 1993 fixant des dispositions en vue de compléter et de | inrichtingen, ingevoegd bij het decreet van 22 juni 1993 tot |
modifier la législation relative à l'enseignement, est abrogé. | vastlegging van bepalingen tot aanvulling en wijziging van de |
onderwijswetgeving, wordt opgeheven. | |
Section 2. - Nomination définitive de certains membres du personnel à | Afdeling 2. - Vaste benoeming van bepaalde personeelsleden in een |
une fonction de promotion dans l'enseignement supérieur de type court | bevorderingsambt in het hoger onderwijs van het korte type met |
et de plein exercice de la Communauté germanophone | volledig leerplan van de Duitstalige Gemeenschap |
Art. 2.Des membres du personnel qui exercent provisoirement, sans |
Art. 2.De Regering kan de personeelsleden die in het hoger onderwijs |
interruption pendant au moins six années de service, la fonction de | van het korte type met volledig leerplan van de Duitstalige |
promotion de directeur dans l'enseignement supérieur de type court et | Gemeenschap tijdens ten minste zes dienstjaren zonder onderbreking het |
de plein exercice de la Communauté germanophone et remplissent les | bevorderingsambt van directeur voorlopig bekleden en de voorwaarden |
conditions prévues à l'article 97, 1° à 7°, de l'arrêté royal du 22 | vervullen die bepaald zijn in artikel 97, 1° tot 7°, van het |
mars 1969 fixant le statut des membres du personnel directeur et | koninklijk besluit van 22 maart 1969 tot vaststelling van het statuut |
enseignant, du personnel auxiliaire d'éducation, du personnel | van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel, van het |
paramédical des établissements d'enseignement gardien, primaire, | opvoedend hulppersoneel, van het paramedisch personeel der |
spécial, moyen, technique, artistique et normal de l'Etat, des | inrichtingen voor kleuter-, lager, buitengewoon, middelbaar, |
internats dépendant de ces établissements et des membres du personnel | technisch, kunst- en normaalonderwijs van de Staat alsmede der |
du service d'inspection chargé de la surveillance de ces | internaten die van deze inrichtingen afhangen en van de leden van de |
établissements, peuvent être nommés définitivement à cette fonction | inspectiedienst die belast is met het toezicht op deze inrichtingen, |
par le Gouvernement par dérogation à l'article 97, 8°, du même arrêté | in afwijking van artikel 97, 8°, van hetzelfde koninklijk besluit van |
royal du 22 mars 1969. La nomination peut, le cas échéant, avoir lieu | 22 maart 1969, in dit ambt in vast verband benoemen. De benoeming kan, |
avec effet rétroactif. | in voorkomend geval, met terugwerkende kracht geschieden. |
Section 3. - Modification du décret du 18 avril 1994 fixant le montant | Afdeling 3. - Wijziging van het decreet van 18 april 1994 tot |
des subventions de fonctionnement pour l'enseignement subventionné et | vaststelling van het bedrag van de werkingstoelagen voor het |
augmentation des subventions de fonctionnement pour une période | gesubsidieerd onderwijs en tijdelijk beperkte verhoging van de |
déterminée | werkingstoelagen |
Art. 3.L'article 6 du décret du 18 avril 1994 fixant le montant des |
Art. 3.Artikel 6 van het decreet van 18 april 1994 tot vaststelling |
subventions de fonctionnement pour l'enseignement subventionné est | van het bedrag van de werkingstoelagen voor het gesubsidieerd |
remplacé par la disposition suivante : | onderwijs wordt door volgende bepaling vervangen : |
« Article 6.Dans l'enseignement spécial, le pouvoir organisateur |
« Artikel 6.In het buitengewoon onderwijs verkrijgt de inrichtende |
perçoit, à partir de l'année scolaire 1999-2000, une subvention pour | macht vanaf het schooljaar 1999-2000 een toelage voor de organisatie |
l'organisation de la surveillance du temps de midi. Les normes, | van het toezicht tijdens het middaguur. De normen, bedragen en |
montants et modalités énumérés à l'article 30 du décret du 26 avril | modaliteiten bepaald in artikel 30 van het decreet van 26 april 1999 |
1999 relatif à l'enseignement fondamental ordinaire sont d'application. » | betreffende het gewoon basisonderwijs zijn van toepassing. » |
Art. 4.Les subventions de fonctionnement calculées pour l'année |
Art. 4.De werkingstoelagen berekend voor het jaar 2000-2001 |
scolaire 2000-2001 conformément aux articles 2, 3, 4 et 7 du décret du | overeenkomstig de artikelen 2, 3, 4 en 7 van het decreet van 18 april |
18 avril 1994 fixant le montant des subventions de fonctionnement pour | 1994 tot vaststelling van het bedrag van de werkingstoelagen voor het |
l'enseignement subventionné, modifié par le décret-programme du 4 mars | gesubsidieerd onderwijs, gewijzigd bij het programmadecreet van 4 |
1996 et le décret du 25 mai 1999 et conformément à l'article 30, §§ 1er, | maart 1996 en het decreet van 25 mei 1999, en overeenkomstig artikel |
2 et 4 du décret du 26 avril 1999 relatif à l'enseignement fondamental | 30, §§ 1, 2 en 4 van het decreet van 26 april 1999 betreffende het |
ordinaire, modifié par le décret-programme du 23 octobre 2000, sont | gewoon basisonderwijs, gewijzigd bij het programmadecreet van 23 |
augmentées de 5 %. | oktober 2000, worden met 5 % verhoogd. |
Section 4. - Modification de la loi du 7 juillet 1970 relative à la | Afdeling 4. - Wijziging van de wet van 7 juli 1970 betreffende de |
structure générale de l'enseignement supérieur | algemene structuur van het hoger onderwijs |
Art. 5.A l'article 8 de la loi du 7 juillet 1970 relative à la |
Art. 5.In artikel 8 van de wet van 7 juli 1970 betreffende de |
structure générale de l'enseignement supérieur, modifié par le décret | algemene structuur van het hoger onderwijs, gewijzigd bij het decreet |
du 10 mai 1999, le § 3 est remplacé par la disposition suivante : | van 10 mei 1999, wordt § 3 door volgende bepaling vervangen : |
« § 3. Par dérogation au § 2, les titulaires du brevet de | « § 3. In afwijking van § 2 zijn de houders van het brevet van het |
l'enseignement professionnel secondaire complémentaire, section "soins | aanvullend secundair beroepsonderwijs - afdeling « verpleging » - tot |
infirmiers", sont admis en formation dans l'enseignement supérieur de | een opleiding in het hoger onderwijs van het korte type - afdeling « |
type court, section « soins infirmiers ». | verpleging » toegelaten. » |
Section 5. - Modification du décret du 26 juin 1986 relatif à l'octroi | Afdeling 5. - Wijziging van het decreet van 26 juni 1986 betreffende |
d'allocations d'études | de toekenning van studietoelagen |
Art. 6.A l'article 4 du décret du 26 juin 1986 relatif à l'octroi |
Art. 6.In artikel 4 van het decreet van 26 juni 1986 betreffende de |
d'allocations d'études est inséré un § 1erbis, libellé comme suit : | toekenning van studietoelagen wordt een § 1bis ingevoegd luidend als volgt : |
« § 1erbis. Par dérogation au principe de l'octroi d'allocations | « § 1bis. In afwijking van het principe van de toekenning van gelijke |
d'études égales conformément au § 1er, le Gouvernement peut, en | studietoelagen overeenkomstig § 1 kan de Regering, zich door het |
invoquant le coût administratif, déterminer que les allocations d'au | administratief overwerk rechtvaardigend, bepalen dat toelagen van ten |
moins BEF 1 calculées conformément aux dispositions énoncées au § 1 | minste BEF 1, berekend overeenkomstig de bepalingen van § 1, tot een |
seront augmentées jusqu'à un montant minimal forfaitaire ne pouvant | minimaal forfaitair bedrag dat BEF 3 000 niet mag overschrijden, |
dépasser BEF 3 000. » | verhoogd worden. » |
Art. 7.L'article 15 du même décret du 26 juin 1986 est remplacé par |
Art. 7.Artikel 15 van het decreet van 26 juni 1986 wordt door |
la disposition suivante : | volgende bepaling vervangen : |
« Article 15.Les demandes d'allocations d'études doivent être |
« Artikel 15.De aanvragen om studietoelagen moeten bij de bevoegde |
introduites auprès du service des allocations d'études compétent au | dienst voor studietoelagen op formulieren ingediend worden waarvan het |
moyen des formulaires dont le modèle est arrêté par le Gouvernement. | model door de Regering wordt vastgelegd. |
Le Gouvernement fixe les délais pour l'introduction des demandes | De Regering bepaalt de termijnen voor de aanvraag van de |
d'allocations d'études. » | studietoelagen. » |
Art. 8.A l'article 29, § 4, alinéa 2, du même décret du 26 juin 1986, |
Art. 8.In artikel 29, § 4, lid 2, van hetzelfde decreet van 26 juni |
les termes « une fois » sont supprimés. | 1986 worden de worden « één keer » geschrapt. |
Art. 9.A l'article 29, § 4, du même décret du 26 juin 1986, l'alinéa |
Art. 9.In artikel 29, § 4, van hetzelfde decreet van 26 juni 1986, |
suivant est inséré entre les alinéas 3 et 4 : | wordt tussen de leden 3 en 4, het volgende lid ingevoegd : |
« Lors de la démission tant du membre que de son suppléant, le | « Bij ontslag zowel van een lid als van een vervangend lid benoemt de |
Gouvernement nomme - sur proposition de l'instance ou association | Regering op de voordracht van de betrokken instantie of vereniging die |
concernée qui n'est plus représentée - un nouveau membre ainsi qu'un | niet meer vertegenwoordigd is - een nieuw lid alsmede een nieuw |
nouveau suppléant pour achever le mandat de leur prédécesseur. » | vervangend lid die het mandaat van hun voorganger zullen beëindigen. » |
Section 6. - Modification du décret du 26 avril 1999 relatif à | Afdeling 6. - Wijziging van het decreet van 26 april 1999 betreffende |
l'enseignement fondamental ordinaire | het gewoon basisonderwijs |
Art. 10.A l'article 30, § 3, du décret du 26 avril 1999 relatif à |
Art. 10.In artikel 30, § 3, van het decreet van 26 april 1999 |
l'enseignement fondamental ordinaire, modifié par le décret du 23 | betreffende het gewoon basisonderwijs, gewijzigd bij het decreet van |
octobre 2000, il est inséré un nouvel alinéa 4 libellé comme suit : | 23 oktober 2000, wordt een nieuw lid 4 ingevoegd dat luidt als volgt : |
« Le Gouvernement peut déroger à la règle relative au nombre d'élèves | « De Regering mag van het in de leden 1 en 2 bepaald aantal regelmatig |
réguliers, tel que visé aux alinéas 1er et 2, lorsque la surveillance | ingeschreven leerlingen afwijken als geen voldoende toezicht mag |
ne peut être suffisamment garantie en raison de l'infrastructure d'une | worden gewaarborgd wegens de infrastructuur van een vestigingsplaats |
implantation. | ». |
Art. 11.A l'article 40 du décret du 26 avril 1999 relatif à |
Art. 11.In artikel 40 van het decreet van 26 april 1999 betreffende |
l'enseignement fondamental ordinaire, sont insérés les alinéas 2 et 3 suivants : | het gewoon basisonderwijs worden de volgende leden 2 en 3 ingevoegd : |
« Le Gouvernement peut permettre à un pouvoir organisateur de déroger | « De Regering kan een inrichtende macht machtigen van de bepalingen |
aux dispositions de l'alinéa 1er, 1°, si l'école concernée par la | van lid 1, 1°, af te wijken indien de door de herstructurering |
restructuration compte au moins 580 élèves de l'enseignement | betrokken school ten minste 580 leerlingen van het basisonderwijs en |
fondamental et deux implantations. L'autorisation est accordée | twee vestigingsplaatsen telt. De machtiging wordt jaarlijks verleend. |
annuellement. Une nomination ou un engagement à titre définitif ne sont pas | Een benoeming of een aanstelling in vast verband zijn niet toegelaten |
autorisés pour un emploi de chef d'établissement d'une école | voor een betrekking als inrichtingshoofd van een met toepassing van |
nouvellement créée en application de l'alinéa 2. » | lid 2 nieuw opgerichte school. » |
CHAPITRE II. - Emploi | HOOFDSTUK II. - Werkgelegenheid |
Art. 12.Sans préjudice de l'article 13, sont abrogés en Région de |
Art. 12.Onverminderd artikel 13 worden in het Duitse taalgebied |
langue allemande : | opgeheven : |
1° le décret du Conseil régional wallon du 19 mai 1994 (II) relatif à | 1° het decreet van de Waalse Gewestraad van 19 mei 1994 (II) |
l'engagement de chômeurs affectés à certains projets au bénéfice des | betreffende de indienstneming van werklozen voor bepaalde projecten |
petites et moyennes entreprises, modifié par le décret du Conseil | ten bate van kleine en middelgrote ondernemingen, gewijzigd bij het |
régional wallon du 1er avril 1999 (II); | decreet van de Waalse Gewestraad van 1 april 1999 (II); |
2° l'arrêté du Gouvernement wallon du 15 septembre 1994 portant | 2° het besluit van de Waalse Regering van 15 september 1994 tot |
exécution du décret du 19 mai 1994 relatif à l'engagement de chômeurs | uitvoering van het decreet van 19 mei 1994 betreffende de |
affectés à certains projets au bénéfice des petites et moyennes | indienstneming van werklozen voor bepaalde projecten ten bate van |
entreprises, modifié par le décret du Conseil régional wallon du 5 | kleine en middelgrote ondernemingen, gewijzigd bij het decreet van de |
février 1998 (I); | Waalse Gewestraad van 5 februari 1998 (I); |
3° l'arrêté royal n° 258 du 31 décembre 1983 relatif à l'engagement de | 3° het koninklijk besluit nr. 258 van 31 december 1983 betreffende de |
chômeurs affectés à certains projets d'assistance aux petites et | indienstneming van werklozen voor bepaalde bijstandsprojecten ten |
moyennes entreprises, modifié par l'arrêté royal n° 496 du 31 décembre | behoeve van kleine en middelgrote ondernemingen, gewijzigd bij het |
1986 et par le décret du Conseil régional wallon du 1er avril 1999 | koninklijk besluit nr. 496 van 31 december 1986 en bij het decreet van |
(I); | de Waalse Gewestraad van 1 april 1999 (I); |
4° l'arrêté royal du 14 octobre 1986 portant exécution de l'arrêté | 4° het koninklijk besluit van 14 oktober 1986 tot uitvoering van het |
royal n° 258 du 31 décembre 1983 relatif à l'engagement de chômeurs | koninklijk besluit nr. 258 van 31 december 1983 betreffende de |
affectés à certains projets d'assistance aux petites et moyennes | indienstneming van werklozen voor bepaalde bijstandsprojecten ten |
entreprises, modifié par l'arrêté du Gouvernement wallon du 1er avril | behoeve van kleine en middelgrote ondernemingen, gewijzigd bij het |
1999 (I). | besluit van de Waalse Regering van 1 april 1999 (I). |
Art. 13.Les dispositions énoncées à l'article 12 restent applicables |
Art. 13.De in artikel 12 vermelde bepalingen blijven van toepassing |
aux demandes introduites avant l'entrée en vigueur de ce même article. | op de aanvragen ingediend vóór de inwerkingtreding van dit artikel. |
Art. 14.A l'article 7, alinéa 2, du décret du Conseil régional wallon |
Art. 14.In artikel 7, lid 2, van het decreet van de Waalse Gewestraad |
du 18 juillet 1997 (II) créant un programme de transition | van 18 juli 1997 (II) houdende creatie van een doorstromingsprogramma |
professionnelle, le passage « sur avis motivé d'une commission dont il | wordt de passus « , na gemotiveerd advies van een commissie waarvan ze |
détermine la composition » est supprimé. | de samenstelling bepaalt » geschrapt. |
CHAPITRE III. - Formation et formation continue dans les classes moyennes | HOOFDSTUK III. - Opleiding en voortgezette opleiding in de middenstand |
Art. 15.Dans le décret du 16 décembre 1991 relatif à la formation et |
Art. 15.In het decreet van 16 december 1991 betreffende de opleiding |
la formation continue dans les classes moyennes et les P.M.E., modifié | en de voortgezette opleiding in de Middenstand en de KMO's, gewijzigd |
par les décrets des 20 mai 1997, 29 juin 1998, 14 février 2000 et 23 | bij de decreten van 20 mei 1997, 29 juni 1998, 14 februari 2000 en 23 |
octobre 2000, il est inséré un article 10ter libellé comme suit : | oktober 2000, wordt een artikel 10ter ingevoegd luidend als volgt : |
« Art. 10ter.Par dérogation aux articles 2 et 10, § 1er, les |
« Art. 10ter.In afwijking van de artikelen 2 en 10, § 1, kunnen de |
personnes inscrites en tant que demandeurs d'emploi auprès de l'Office | personen die bij de Dienst voor arbeidsbemiddeling van de Duitstalige |
Gemeenschap als werkzoekenden ingeschreven zijn en met hem een | |
de l'emploi de la Communauté germanophone et ayant conclu avec lui un | individuele vormingsovereenkomst hebben afgesloten voor de betreffende |
contrat de formation individuel pour la formation concernée, contrat | opleiding, overeenkomst die aan de voorschriften van de artikelen 15 |
qui répond au prescrit des articles 15 et 16 de l'arrêté de l'Exécutif | en 16 van het besluit van de Executieve van de Duitstalige Gemeenschap |
de la Communauté germanophone du 12 juin 1985 relatif à l'octroi de | van 12 juni 1985 betreffende de toekenning van sommige voordelen aan |
certains avantages aux personnes recevant une formation | de personen die een beroepsopleiding ontvangen beantwoordt, voor de |
professionnelle, peuvent bénéficier de la formation continue par le | voortgezette opleiding in aanmerking komen door middel van een |
biais d'un accord-cadre conclu au nom de l'Office de l'emploi de la | kaderovereenkomst afgesloten in de naam van de Dienst voor |
Communauté germanophone. » | arbeidsbemiddeling van de Duitstalige Gemeenschap. » |
Art. 16.L'article 12bis suivant est inséré dans ce même décret du 16 |
Art. 16.In hetzelfde decreet van 16 december 1991 wordt een artikel |
décembre 1991 : | 12bis ingevoegd luidend als volgt : |
« Art. 12bis.Sur avis de l'Institut, le Gouvernement fixe : |
« Art. 12bis.Op advies van het Instituut bepaalt de Regering |
1° la durée de la formation continue; | 1° de duur van de voortgezette opleiding en |
2° les conditions d'agréation de la formation continue. » | 2° de voorwaarden m.b.t. de erkenning van de opleiding. » |
CHAPITRE IV. - Entrée en vigueur | HOOFDSTUK IV. - Inwerkingtreding |
Art. 17.Les articles 6, 7, 8 et 9 produisent leurs effets le 1er |
Art. 17.De artikelen 6, 7, 8 en 9 hebben uitwerking op 1 september |
septembre 2000. | 2000. |
Les articles 1er, 3, 4, 10 et 11 entrent en vigueur le 1er septembre 2001. | De artikelen 1, 3, 4, 10 en 11 treden in werking op 1 september 2001. |
Promulguons le présent décret et ordonnons qu'il soit publié au | Wij kondigen dit decreet af en bevelen dat het door het Belgisch |
Moniteur Belge. | Staatsblad bekendgemaakt wordt. |
Eupen, le 25 juin 2001. | Eupen, op 25 juni 2001. |
Le Ministre-Président du Gouvernement de la Communauté germanophone, | De Minister-President van de Regering van de Duitstalige Gemeenschap, |
Ministre de l'Emploi, de la Politique des Handicapés, des Médias et des Sports, | Minister van Werkgelegenheid, Gehandicaptenbeleid, Media en Sport, |
K.-H. LAMBERTZ | K.-H. LAMBERTZ |
Le Ministre de l'Enseignement et de la Formation, de la Culture et du Tourisme, | De Minister van Onderwijs en Vorming, Cultuur en Toerisme, |
B. GENTGES | B. GENTGES |
Le Ministre de la Jeunesse et de la Famille, | |
de la Protection des Monuments, de la Santé et des Affaires sociales, | De Minister van Jeugd en Gezin, Monumentenzorg, Gezondheid en Sociale |
Aangelegenheden, | |
H. NIESSEN | H. NIESSEN |
_______ | _______ |
Notes | Nota's |
(1) Session 2000-2001 : | (1) Zitting 2000-2001 : |
Documents du Conseil : 69 (2000-2001) n° 1. Projet de décret. | Bescheiden van de Raad : 69 (2000-2001), nr. 1. Ontwerp van decreet. |
69 (2000-2001) n° 2. Avant-projet et avis du Conseil d'Etat. | 69 (2000-2001), nr. 2. Voorontwerp en advies van de Raad van State. |
69 (2000-2001) n° 3. Proposition d'amendement. | 69 (2000-2001), nr. 3. Amendementsvoorstel. |
69 (2000-2001) n° 4. Rapport. | 69 (2000-2001), nr. 4. Verslag. |
Compte rendu intégral. - Discussion et vote. Séance du 25 juin 2001. | Integraal verslag. - Bespreking en aanneming. Vergadering van 25 juni |
2001. |