← Retour vers "Décret réglant l'octroi de subventions aux administrations provinciales pour la mise en oeuvre d'une politique en matière d'animation des jeunes "
| Décret réglant l'octroi de subventions aux administrations provinciales pour la mise en oeuvre d'une politique en matière d'animation des jeunes | Decreet houdende subsidiëring van provinciebesturen inzake het voeren van een jeugdwerkbeleid |
|---|---|
| MINISTERE DE LA COMMUNAUTE FLAMANDE | MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP |
| 17 DECEMBRE 1997. Décret réglant l'octroi de subventions aux | 17 DECEMBER 1997. Decreet houdende subsidiëring van provinciebesturen |
| administrations provinciales pour la mise en oeuvre d'une politique en | |
| matière d'animation des jeunes (1) | inzake het voeren van een jeugdwerkbeleid (1) |
| Le Parlement flamand a adopté et Nous, Gouvernement, sanctionnons ce | Het Vlaams Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen |
| qui suit : | hetgeen volgt : |
| CHAPITRE Ier. - Dispositions générales | HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen |
Article 1er.Le présent décret règle une matière communautaire. |
Artikel 1.Dit decreet regelt een gemeenschapsaangelegenheid. |
Art. 2.Pour l'application du présent décret, il faut entendre par : |
Art. 2.In dit decreet wordt verstaan onder : |
| 1° jeunesse : les enfants et jeunes de six à vingt-cinq ans; | 1° jeugd : kinderen en jongeren van zes tot vijfentwintig jaar; |
| 2° animation des jeunes : des initiatives socioculturelles | 2° jeugdwerk : sociaal-culturele initiatieven met de jeugd in de vrije |
| s'adressant, sous accompagnement éducatif, à des groupes de jeunes | tijd, onder educatieve begeleiding, in groepsverband; |
| pendant les loisirs; 3° animation des jeunes à l'échelon provincial/régional : - l'animation des jeunes de première ligne qui est axée sur la jeunesse et mobilise des participants dans un nombre considérable de communes de la province; - l'animation des jeunes de deuxième ligne soutient et assiste l'animation des jeunes de première ligne dans la province. Elle implique tant les cadres intermédiaires d'organisations nationales de la jeunesse que des initiatives spécifiques à l'échelon provincial/régional; 4° politique provinciale en matière d'animation des jeunes : l'ensemble des mesures mises en oeuvre par l'administration provinciale dans le domaine de l'animation des jeunes; La Commission communautaire flamande est assimilée à une province pour l'application du présent décret dans la Région bilingue de Bruxelles-Capitale. | 3° provinciaal/regionaal jeugdwerk : - eerstelijnsjeugdwerk, dat zich direct richt naar de jeugd en dat recruteert uit een ruim aantal gemeenten binnen de provincie; - tweedelijnsjeugdwerk, dat werkt ter ondersteuning en begeleiding van het eerstelijnsjeugdwerk binnen de provincie. Het kan zowel gaan om tussenkaders van landelijke jeugdorganisaties, als om specifiek provinciale/regionale initiatieven; 4° provinciaal jeugdwerkbeleid : het geheel van de beleidsmaatregelen van het provinciebestuur ten aanzien van het jeugdwerk. De Vlaamse Gemeenschapscommissie wordt gelijkgesteld met een provincie voor wat de toepassing van dit decreet in het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad betreft. |
Art. 3.§ 1er. Le Gouvernement flamand accorde, aux conditions fixées |
Art. 3.§ 1. De Vlaamse regering verleent onder de bij dit decreet |
| par le présent décret, des subventions aux administrations | bepaalde voorwaarden, subsidies aan provinciebesturen die een |
| provinciales qui élaborent et mettent en oeuvre un plan directeur | provinciaal jeugdwerkbeleidsplan opmaken en uitvoeren. |
| provincial en matière d'animation des jeunes. | |
| § 2. Le plan directeur provincial en matière d'animation des jeunes | § 2. Het provinciaal jeugdwerkbeleidsplan omvat telkens een periode |
| porte chaque fois sur une période de six ans et sera approuvé par le | |
| conseil provincial pendant la première année de la période | van zes jaar en moet goedgekeurd worden door de provincieraad tijdens |
| d'administration. Au cours de la quatrième année de la période | het eerste jaar van de bestuursperiode. Tijdens het vierde jaar van de |
| d'administration, il est évalué dans le détail et révisé le cas | bestuursperiode wordt het grondig geëvalueerd en eventueel |
| échéant. | bijgestuurd. |
| Lorsque l'administration provinciale estime devoir modifier les | Indien het provinciebestuur tijdens het vierde jaar van de |
| objectifs du plan directeur en matière d'animation des jeunes au cours | bestuursperiode de doelstellingen wenst te wijzigen die in het |
| de la quatrième année de la période d'administration, les conditions | jeugdwerkbeleidsplan werden opgenomen, dan zijn de voorwaarden, |
| déterminées par les §§ 3 et 4 du présent article sont d'application. | opgenomen in § 3 en in § 4 van dit artikel van toepassing. |
| § 3. Le plan directeur provincial en matière d'animation des jeunes | § 3. Het provinciaal jeugdwerkbeleidsplan bevat minstens volgende |
| comportera et précisera d'une manière motivée et systématique au moins | elementen, die systematisch en gemotiveerd worden beschreven en |
| les éléments suivants : | toegelicht : |
| 1° une description et un aperçu de la situation comportant des données générales sur la province et la politique provinciale en matière d'animation des jeunes, notamment en ce qui concerne la politique des loisirs relative à la jeunesse et aux secteurs qui intéressent la jeunesse; 2° un exposé et une analyse spécifiques de la politique provinciale en matière d'animation des jeunes, menée au cours de l'année de planification. Une attention particulière sera prêtée aux aspects suivants : - la répartition et le fonctionnement de l'animation des jeunes dans la province; - les besoins de l'animation des jeunes au niveau provincial/régional; - les méthodes de communication utilisées par l'administration provinciale à l'égard des initiatives d'animation des jeunes; - les mesures de l'administration provinciale visant à soutenir l'animation des jeunes; - le lieu d'implantation et le fonctionnement du service de la jeunesse provincial ou son équivalent; 3° la procédure de participation et de communication que l'administration provinciale a observée pour définir le contenu du plan directeur en matière d'animation des jeunes. Des précisions seront apportées notamment concernant : - les acteurs auprès desquels, le moment auquel ou la façon dont des informations et des avis ont été recueillis; - les motifs qui ont incité l'administration provinciale à prendre des décisions contraires à ou ne suivant que partiellement l'avis du service de la jeunesse provincial ou son équivalent; 4° les objectifs que l'administration provinciale vise à réaliser par le soutien accordé à l'animation des jeunes; 5° les mesures concrètes qui seront arrêtées en fonction des objectifs déterminés, dans le cadre du plan directeur en matière d'animation des jeunes et les crédits budgétaires correspondants. Il y a lieu de mentionner dans ce contexte les transferts et les services à des initiatives privées d'une part et les dépenses relatives au fonctionnement des initiatives provinciales mêmes d'autre part. Les phases éventuelles doivent également être indiquées; 6° les incitations que comporte le plan directeur provincial en matière d'animation des jeunes, à offrir également des chances, dans le cadre de l'animation des jeunes, à des groupes-cible difficiles à atteindre (handicapés, personnes peu qualifiées, pauvres, etc.); 7° la façon dont le plan directeur provincial en matière d'animation des jeunes rejoint des autres mesures prises dans le cadre d'une politique de la jeunesse au sens large de l'administration provinciale. Le Gouvernement flamand détermine les modalités auxquelles doivent répondre le plan directeur provincial en matière d'animation des jeunes, l'évaluation et la révision éventuelle. | 1° een algemene beschrijving en situering van de provincie en het provinciaal beleid, vooral dan het vrijetijdsbeleid met betrekking tot de jeugd en de sectoren die de jeugd speciaal aanbelangen; 2° een specifieke beschrijving en analyse van het provinciale jeugdwerkbeleid zoals het tijdens het planningsjaar wordt gevoerd. Hierbij hoort speciale aandacht voor : - spreiding en functionering van het jeugdwerk in de provincie; - behoeften van het provinciaal/regionaal jeugdwerk; - wijze waarop het provinciebestuur met het jeugdwerk communiceert; - maatregelen van het provinciebestuur ter ondersteuning van het jeugdwerk; - situering en werking van de provinciale jeugddienst of zijn equivalent; 3° de procedure van inspraak en communicatie die het provinciebestuur volgde en die de inhoud van het jeugdwerkbeleidsplan bepaalde. Hierin hoort speciale aandacht voor : - de vraag welke actoren er, op welk moment en op welke wijze werden bevraagd en geconsulteerd; - de motivering van het provinciebestuur om adviezen vanwege de provinciale jeugdraad of zijn equivalent niet of onvolledig op te volgen; 4° de doelstellingen die het provinciebestuur door de ondersteuning van het jeugdwerk wil verwezenlijken; 5° de concrete maatregelen met hun respectieve begrotingsgegevens die, gebaseerd op de geformuleerde doelstellingen, via het provinciaal jeugdwerkbeleidsplan van kracht zullen worden. Bij dit element behoort een weergave van enerzijds overdrachten en dienstverlening aan de particuliere initiatieven, en anderzijds de uitgaven voor de eigen provinciale werking. Een eventuele fasering moet ook worden aangegeven; 6° de stimulansen die in het provinciaal jeugdwerkbeleidsplan vervat zitten om ook moeilijker te bereiken doelgroepen (gehandicapten, laaggeschoolden, armen...) binnen het jeugdwerkaanbod kansen te geven; 7° de wijze waarop het provinciaal jeugdwerkbeleidsplan aansluit bij andere maatregelen binnen een ruimer jeugdbeleid van het provinciebestuur. De Vlaamse regering bepaalt de nadere regelen waaraan het provinciaal jeugdwerkbeleidsplan, alsook de evaluatie en bijsturing moet voldoen. |
| § 4. Le conseil provincial approuve le plan directeur en matière | § 4. De provincieraad keurt het jeugdwerkbeleidsplan goed na een |
| d'animation des jeunes au terme d'une procédure de participation | inspraakprocedure, waarbij de volgende instanties of personen |
| associant les instances et personnes suivantes : | betrokken worden : |
| 1° le conseil provincial de la jeunesse ou son équivalent; | 1° de provinciale jeugdraad of zijn equivalent; |
| 2° des experts en matière de jeunesse. | 2° deskundigen inzake jeugdaangelegenheden. |
| Le Gouvernement flamand fixe les conditions auxquelles doit répondre | De Vlaamse regering bepaalt de voorwaarden waaraan deze inspraak moet |
| la procédure de participation. | voldoen. |
Art. 4.§ 1er. Pour être admis aux subventions, le plan directeur |
Art. 4.§ 1. Om voor subsidiëring in aanmerking te komen moet het |
| provincial en matière d'animation des jeunes, visé par l'article 3, doit porter sur des initiatives d'animation des jeunes à l'échelon provincial/régional visant à améliorer la qualité de la vie en collectivité. Le plan doit traiter tant de l'animation des jeunes de première ligne que de l'animation des jeunes de deuxième ligne. § 2. L'administration provinciale peut conclure avec des autres administrations provinciales des conventions ayant pour objet d'assurer le soutien d'initiatives provinciales transfrontalières d'animation des jeunes. Art. 5.Les administrations provinciales peuvent prétendre aux subventions visées par l'article 3, § 1er, lorsqu'elles présentent au |
provinciaal jeugdwerkbeleidsplan, genoemd in artikel 3, betrekking hebben op provinciaal/regionaal jeugdwerk dat een kwaliteitsverbetering van de samenleving nastreeft. Het plan moet daarbij zowel aandacht besteden aan het eerstelijns- als aan het tweedelijnsjeugdwerk. § 2. Provinciebesturen kunnen, voor de ondersteuning van jeugdwerkinitiatieven die de provinciegrenzen overschrijden, onderling overeenkomsten afsluiten. Art. 5.De provinciebesturen kunnen de in artikel 3, § 1 vermelde |
| Gouvernement flamand : | subsidies ontvangen indien zij : |
| 1° en vue de l'obtention de subventions, pendant la première année de | 1° tijdens het eerste jaar van de bestuursperiode een |
| la période d'administration, un plan directeur en matière d'animation | |
| des jeunes, établi conformément aux dispositions de l'article 3, §§ 2, | jeugdwerkbeleidsplan, opgemaakt volgens de bepalingen van artikel 3, § |
| 3 et 4; | 2, § 3 en § 4, ter subsidiëring aan de Vlaamse regering voorleggen; |
| 2° chaque année, un plan annuel qui précise les postes du budget de la | 2° jaarlijks een jaarplan met opgave van de begrotingsposten van de |
| provinciale begroting die aangewend worden voor de uitvoering van het | |
| province affectés à la réalisation de ce plan; | jaarplan, aan de Vlaamse regering voorleggen; |
| 3° chaque année, un rapport d'activité indiquant les dépenses faites | 3° jaarlijks een werkingsverslag met opgave van de uitgaven voor de |
| pour la mise en oeuvre du plan annuel, telles qu'elles sont | uitvoering van het jaarplan, zoals ze voorkomen in de provinciale |
| comptabilisées dans le compte provincial; | rekening, aan de Vlaamse regering voorleggen; |
| 4° pendant la quatrième année de la période d'administration, un | 4° tijdens het vierde jaar van de bestuursperiode een evaluatieverslag |
| rapport d'évaluation et, le cas échéant, un plan directeur révisé en | en eventueel een bijgestuurd jeugdwerkbeleidsplan, opgemaakt volgens |
| matière d'animation des jeunes, établis conformément aux dispositions de l'article 3, § 2; | de bepalingen van artikel 3, § 2, aan de Vlaamse regering voorleggen. |
| Le Gouvernement flamand détermine les modalités auxquelles doivent | De Vlaamse regering bepaalt de nadere regelen waaraan het jaarplan, |
| répondre le plan annuel, le rapport d'activité et le rapport d'évaluation. | het werkingsverslag en het evaluatieverslag moeten voldoen. |
| CHAPITRE II. - Octroi de subventions | HOOFDSTUK II. - Subsidiëring |
Art. 6.Le crédit inscrit au budget de la Communauté flamande pour |
Art. 6.Het krediet dat op de begroting van de Vlaamse Gemeenschap |
| l'application du présent décret est fixé, pour les deux premières | voor de uitvoering van dit decreet wordt voorzien, wordt voor de |
| années qui suivent l'entrée en vigueur du décret, à quinze francs par | eerste twee jaren volgend op de inwerkingtreding bepaald op 15 frank |
| habitant de la Région flamande n'ayant pas atteint l'âge de vingt-cinq | per inwoner van het Vlaamse Gewest jonger dan 25 jaar. Het wordt |
| ans. Il sera révisé chaque année en fonction de l'augmentation de | jaarlijks aangepast aan de stijging van de index der |
| l'indice des prix à la consommation et suivra l'évolution qualitative | kleinhandelsprijzen en moet mee evolueren met de kwalitatieve en |
| et quantitative de la politique provinciale en matière d'animation des jeunes. La Commission communautaire flamande satisfait aux dispositions des articles 2 et 3 du présent décret par l'application du décret du 9 juin 1993 réglant l'octroi de subventions aux administrations communales et à la Commission communautaire flamande pour la mise en oeuvre d'une politique en matière d'animation des jeunes, à l'inclusion du régime de subventions. Le crédit disponible est réparti entre les administrations provinciales admissibles en Région flamande qui répondent aux conditions fixées par le présent décret. La répartition s'effectue sur la base du nombre d'habitants n'ayant pas atteint l'âge de vingt-cinq ans. Art. 7.Les subventions octroyées aux administrations provinciales en vertu du présent décret peuvent être utilisées uniquement pour soutenir les activités d'associations privées déployées dans le domaine de l'animation des jeunes à l'échelon provincial/régional. Les administrations provinciales veillent à ce que les subventions soient réparties en vertu d'un règlement de subventions approuvé par le conseil provincial. Art. 8.Le Gouvernement flamand détermine la procédure et les règles |
kwantitatieve groei van het provinciale jeugdwerkbeleid. De Vlaamse Gemeenschapscommissie voldoet aan de bepalingen van de artikelen 2 en 3 van dit decreet, door uitvoering te geven aan het decreet van 9 juni 1993 houdende subsidiëring van gemeentebesturen en de Vlaamse Gemeenschapscommissie inzake het voeren van een jeugdwerkbeleid, met inbegrip van de subsidiëring. Het beschikbaar krediet wordt verdeeld over de in aanmerking komende provinciebesturen van het Vlaamse Gewest die aan de voorwaarden, gesteld in dit decreet, voldoen. De verdeling wordt gemaakt op basis van het aantal inwoners jonger dan 25 jaar. Art. 7.De subsidies die de provinciebesturen krachtens dit decreet ontvangen, kunnen uitsluitend aangewend worden voor de ondersteuning van de werking van particuliere verenigingen die werkzaam zijn op het domein van het provinciale/regionale jeugdwerk. De provinciebesturen zorgen ervoor dat de subsidies verdeeld worden op grond van een subsidiereglement, goedgekeurd door de provincieraad. Art. 8.De Vlaamse regering bepaalt de procedure en de regelen met |
| concernant : | betrekking tot : |
| 1° les demandes de subventions présentées par les administrations | 1° de aanvragen tot subsidiëring door de provinciebesturen ter |
| provinciales en exécution du présent décret; | uitvoering van dit decreet; |
| 2° la procédure à suivre par les initiatives d'animation des jeunes | 2° de wijze waarop door de jeugdwerkinitiatieven bij de Vlaamse |
| pour se pourvoir auprès du Gouvernement flamand contre un plan | regering beroep kan worden aangetekend tegen het jeugdwerkbeleidsplan; |
| directeur en matière d'animation des jeunes; | |
| 3° le contrôle de l'affectation des subventions; | 3° de controle op de aanwending van subsidies; |
| 4° le mode de paiement des subventions. | 4° de wijze waarop de subsidies worden uitbetaald. |
| CHAPITRE III. - Dispositions transitoires et finales | HOOFDSTUK III. - Overgangs- en slotbepalingen |
Art. 9.Pour l'application du présent décret, les mesures transitoires |
Art. 9.Voor de toepassing van dit decreet gelden de volgende |
| suivantes sont appliquées : | overgangsmaatregelen : |
| 1° les administrations provinciales reçoivent à partir de 1998 une | 1° vanaf 1998 ontvangen de provinciebesturen een subsidie voor de |
| subvention pour la mise en oeuvre d'un premier plan directeur en | |
| matière d'animation des jeunes, portant sur la période 1998-2001 et | uitvoering van een eerste jeugdwerkbeleidsplan, dat geldig is voor de |
| établi en 1997, à condition que ce plan réponde aux critères du | periode 1998-2001 en opgemaakt is in 1997, op voorwaarde dat dit plan |
| présent décret; | voldoet aan de criteria van dit decreet; |
| 2° toutes les initiatives d'animation des jeunes à l'échelon | 2° alle door de Vlaamse Gemeenschap in 1997 gesubsidieerde |
| provincial/régional, subventionnées en 1997, qui, à la date d'entrée | provinciale/regionale jeugdwerkinitiatieven die bij de |
| en vigueur du présent décret, reçoivent des subventions imputées à une | inwerkingtreding van dit decreet, gesubsidieerd worden via een |
| allocation de base qui figure au programme relatif à la jeunesse du | basisallocatie die ingeschreven is in het programma jeugd van de |
| budget général des dépenses de la Communauté flamande et n'est plus | algemene uitgavenbegroting van de Vlaamse Gemeenschap en die niet meer |
| prévue au budget à la suite de l'entrée en vigueur du présent décret, | in die begroting ingeschreven wordt ten gevolge van de |
| sont reprises pour les années 1998-1999 au plan directeur en matière | inwerkingtreding van dit decreet, worden voor de jaren 1998-1999 in |
| d'animation des jeunes de l'administration provinciale en vue de | het jeugdwerkbeleidsplan van hun provinciebestuur ingeschreven voor |
| l'octroi d'une subvention nominative. Cette subvention équivaut au | een nominatieve subsidie. Die subsidie bedraagt minstens 80 procent |
| moins à 80 % de la subvention de fonctionnement et à 100 % de la | van de werkingssubsidie en 100 procent van de weddesubsidie, die deze |
| subvention de traitement que la Communauté flamande leur a octroyées | jeugdwerkinitiatieven in 1996 vanwege de Vlaamse Gemeenschap |
| en 1996, à condition que leur activités se maintiennent au moins au | ontvangen, op voorwaarde dat hun werking op minstens hetzelfde peil |
| même niveau; | behouden blijft; |
| 3° pour les années 1998 et 1999, le crédit visé par l'article 6 est réparti entre toutes les provinces, sur la base du nombre d'habitants de chaque province n'ayant pas atteint l'âge de vingt-cinq ans. Lorsqu'il s'avère qu'une province recevra ainsi un montant inférieur à celui qu'elle est tenue de verser en vertu de l'article 9, 2°, aux initiatives d'animation des jeunes, sa part dans le crédit global est relevée jusqu'à ce dernier montant. Le solde du crédit global est alors réparti entre les autres provinces, sur la base du nombre d'habitants de chaque province n'ayant pas atteint l'âge de vingt-cinq ans; 4° Le Gouvernement flamand détermine les règles spécifiques applicables au cours de cette période de transition. Art. 10.Le présent décret produit ses effets le 1er janvier 1997. Promulguons le présent décret, ordonnons qu'il soit publié au Moniteur belge. |
3° voor de jaren 1998 en 1999 wordt het in artikel 6 bedoelde krediet over elk van de provincies verdeeld, op basis van het aantal inwoners jonger dan 25 jaar per provincie. Indien blijkt dat een provincie daardoor een bedrag zou ontvangen dat lager is dan het bedrag dat zij zelf, op grond van artikel 9, 2°, aan de jeugdwerkinitiatieven moet uitkeren, wordt haar aandeel in het globaal krediet tot het laatstgenoemde bedrag opgetrokken. Het saldo van het globaal krediet wordt dan onder de overige provincies verdeeld, op basis van het aantal inwoners jonger dan 25 jaar per provincie; 4° de Vlaamse regering bepaalt de nadere regelen voor deze overgangsperiode. Art. 10.Dit decreet heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1997. Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt. |
| Bruxelles, le 17 décembre 1997. | Brussel, 17 december 1997. |
| Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, | De minister-president van de Vlaamse regering, |
| L. VAN DEN BRANDE | L. VAN DEN BRANDE |
| Le Ministre flamand de la Culture, de la Famille et de l'Aide | De Vlaamse minister van Cultuur, Gezin en Welzijn, |
| L. MARTENS | L. MARTENS |
| Pour la consultation de la note de bas de page, voir image | Voor de raadpleging van de voetnoot, zie beeld |