← Retour vers "Décret contenant le règlement définitif du budget de la Communauté française pour l'année budgétaire 2019 "
| Décret contenant le règlement définitif du budget de la Communauté française pour l'année budgétaire 2019 | Decreet houdende de eindregeling van de begroting van de Franse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2019 |
|---|---|
| MINISTERE DE LA COMMUNAUTE FRANÇAISE | MINISTERIE VAN DE FRANSE GEMEENSCHAP |
| 5 MAI 2021. - Décret contenant le règlement définitif du budget de la | 5 MEI 2021. - Decreet houdende de eindregeling van de begroting van de |
| Communauté française pour l'année budgétaire 2019(1) | Franse Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2019(1) |
| Le Parlement de la Communauté française a adopté et Nous, | Het Parlement van de Franse Gemeenschap heeft aangenomen, en Wij, |
| Gouvernement, sanctionnons ce qui suit : | Regering, bekrachtigen hetgeen volgt: |
| SERVICES D'ADMINISTRATION GENERALE DU MINISTERE DE LA COMMUNAUTE FRANCAISE | DIENSTEN ALGEMEEN BESTUUR VAN HET MINISTERIE VAN DE FRANSE GEMEENSCHAP |
| ANNEE BUDGETAIRE 2019 | BEGROTINGSJAAR 2019 |
| CHAPITRE Ier. - Engagements effectués en exécution du budget | HOOFDSTUK I. - Vastleggingen verricht ter uitvoering van de begroting |
| § 1er. Fixation des crédits d'engagement | § 1. Vaststelling van de vastleggingskredieten |
Article 1er.Les crédits d'engagement alloués par les décrets |
Artikel 1.De vastleggingskredieten toegekend per begrotingsdecreten |
| budgétaires pour l'année budgétaire 2019, s'élèvent à 11.117.238.000,00 euros. | voor het begrotingsjaar 2019, bedragen 11.117.238.000,00 euro. |
| § 2. Fixation des engagements à charge des crédits d'engagement | § 2 Vaststelling van de vastleggingen ten laste van de vastleggingskredieten |
Art. 2.Les engagements de dépenses imputés à charge de ces crédits |
Art. 2.De uitgavenvastleggingen aangerekend ten laste van deze |
| s'élèvent à 10.934.949.197,09 euros. | kredieten bedragen 10.934.949.197,09 euro |
Art. 3.Les articles 8 et 9 du dispositif du décret du 12 décembre |
Art. 3.In de artikelen 8 en 9 van het decreet van 12 december 2018 |
| 2018 contenant le budget des dépenses de la Communauté française pour | houdende de uitgavenbegroting van de Franse Gemeenschap voor het |
| l'année budgétaire 2019 ont autorisé l'engagement des rémunérations | begrotingsjaar 2019 is de vastlegging van de bezoldigingen van het |
| des personnels administratif et enseignant en cas d'insuffisance ou | administratief en onderwijzend personeel toegestaan in geval van |
| d'absence de crédits d'engagements. | ontoereikende of ontbrekende vastleggingskredieten. |
| Il a été fait usage de cette autorisation pendant l'exercice 2019 à | Deze machtiging werd in het boekjaar 2019 gebruikt ten belope van |
| concurrence de 10.112.651,67 d'euros. | 10.112.651,67 euro. |
| Pour couvrir ces engagements de l'année budgétaire 2019 effectuées | Ter dekking van deze vastleggingen voor het begrotingsjaar 2019 die |
| au-delà ou en l'absence de crédits, il est accordé des crédits | boven of bij ontstentenis van kredieten worden gedaan, worden |
| complémentaires s'élevant à 10.112.651,67 euros. | aanvullende kredieten ten bedrage van 10.112.651,67 euro toegestaan. |
Art. 4.Les crédits d'engagement disponibles à la fin de l'année |
Art. 4.De op het einde van het begrotingsjaar beschikbare |
| budgétaire s'élèvent à 182.288.802,91 euros Conformément aux | vastleggingskredieten bedragen 182.288.802,91 euro. Overeenkomstig de |
| dispositions de l'article 28, § 1er, du décret du 20 décembre 2011 | bepalingen van artikel 28 § 1 van het decreet van 20 december 2011 |
| portant organisation du budget et de la comptabilité des services du | houdende regeling van de begroting en de boekhouding van de Diensten |
| gouvernement, ce montant est annulé. | van de Regering, wordt het bedrag geannuleerd. |
| § 3. Fixation des fonds budgétaires d'engagement | § 3. Vaststelling van de begrotingsfondsen voor vastleggingen |
Art. 5.Les fonds budgétaires ont été estimés pour les engagements de |
Art. 5.De begrotingsfondsen voor vastleggingen in het begrotingsjaar |
| l'année budgétaire 2019 à 89.673.000,00 euros. | 2019 zijn geraamd op 89.673.000,00 euro. |
| Toutefois, conformément à l'article 7, 2°, alinéa 3, du décret du 20 | Overeenkomstig artikel 7,2°, derde lid, van het decreet van 20 |
| décembre 2011 portant organisation du budget et de la comptabilité des | december 2011 houdende regeling van de begroting en de boekhouding van |
| de Diensten van de regering, worden de uitgaven evenwel beperkt door | |
| services du gouvernement, les dépenses sont limitées par les recettes | de werkelijk geïnde ontvangsten die aan de begrotingsfondsen worden |
| réellement perçues affectées aux fonds budgétaires augmentées, le cas | toegewezen, in voorkomend geval vermeerderd met het werkelijke saldo |
| échéant, du solde réel reporté de l'exercice précédent. | dat van het vorige begrotingsjaar is overgedragen. |
| Les recettes réellement perçues pendant l'année s'établissent à | De werkelijk geïnde ontvangsten gedurende het jaar bedragen |
| 71.080.893,83 euros. | 71.080.893,83 euro. |
| Rekening houdend met deze ontvangsten, het oorspronkelijke saldo op 1 | |
| Compte tenu de ces recettes, du solde de départ au 1er janvier 2019 | januari 2019 van 28.106.790,59 euro en de annulering van visa ten |
| qui s'établit à 28.106.790,59 euros et des annulations de visas | |
| s'établissant à 899.262,32 euros, le disponible en engagements à | belope van 899.262,32 euro, bedraagt het beschikbare bedrag aan |
| charge des fonds budgétaires s'élève pour l'année 2019 à | vastleggingen ten laste van de begrotingsfondsen voor het jaar 2019 |
| 100.086.946,74 euros. | 100.086.946,74 euro. |
| Par dérogation à l'article 7, 2°, alinéa 3, du décret du 20 décembre | In afwijking van artikel 7.2°, derde lid, van het decreet van 20 |
| 2011 portant organisation du budget et de la comptabilité des services | december 2011 houdende regeling van de begroting en de boekhouding van |
| du gouvernement, l'article 16 du décret du 12 décembre 2018 contenant | de Diensten van de Regering, werden in artikel 16 van het decreet van |
| le budget général des dépenses de la Communauté française de l'année | 12 december 2018 houdende de uitgavenbegroting van de Franse |
| budgétaire 2019 a autorisé des avances de trésorerie et la situation | Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2019 de thesaurievoorschotten en |
| débitrice de certains fonds budgétaires. | de debettoestand van sommige begrotingsfondsen toegestaan. |
| § 4. Fixation des engagements à charge des fonds budgétaires | § 4. Vaststelling van de vastleggingen ten laste van de begrotingsfondsen |
Art. 6.Les engagements de dépenses à charge des fonds budgétaires |
Art. 6.De uitgavenvastleggingen ten laste van de begrotingsfondsen |
| d'engagement de l'année budgétaire 2019 s'élèvent à 84.627.762,65 | voor vastleggingen van het begrotingsjaar 2019 bedragen 84.627.762,65 |
| euros. | euro. |
Art. 7.Par suite des dispositions contenues dans les articles 5 et 6 |
Art. 7.Naar aanleiding van de bepalingen van de artikelen 5 en 6 |
| ci-dessus, le disponible en fonds budgétaires d'engagement s'élève à | hierboven, bedragen de beschikbare middelen aan begrotingsfondsen voor |
| la fin de l'année budgétaire 2019 à 15.459.184,09 euros. | vastleggingen 15.459.184,09 euro op het einde van het begrotingsjaar 2019. |
| Ce solde sera reporté à l'année budgétaire suivante. | Dit saldo wordt naar het volgende begrotingsjaar overgedragen. |
| CHAPITRE II. - Recettes et dépenses effectuées en exécution du budget | HOOFDSTUK II. - Ontvangsten en uitgaven verricht ter uitvoering van de begroting |
| § 1er. Fixation des recettes | § 1 Vaststelling van de ontvangsten |
Art. 8.Les prévisions de recettes en faveur de la Communauté |
Art. 8.De voorziene ontvangsten ten bate van de Franse Gemeenschap |
| française s'élèvent pour l'année budgétaire 2019 à la somme de | bedragen voor het begrotingsjaar 2019 een som van 10.333.624.000,00 |
| 10.333.624.000,00 d'euros. | euro. |
Art. 9.Les recettes budgétaires de l'année 2019 s'élèvent à |
Art. 9.De begrotingsontvangsten van het jaar 2019 bedragen |
| 10.328.743.913,65 euros. | 10.328.743.913,65 euro. |
| § 2. Fixation des crédits de liquidations des dépenses | § 2 Vaststelling van de vereffeningskredieten van de uitgaven |
Art. 10.Les décrets budgétaires concernant l'année budgétaire 2019 |
Art. 10.De begrotingsdecreten betreffende het begrotingsjaar 2019 |
| ont accordé 11.077.857.000,00 d'euros pour la liquidation des | hebben een bedrag van 11.077.857.000,00 euro voor de vereffening van |
| dépenses. | de uitgaven toegestaan. |
| § 3. Fixation de la situation des dépenses | § 3 Vaststelling van de uitgaventoestand |
Art. 11.Les dépenses imputées à charge de l'année budgétaire 2019 se |
Art. 11.De uitgaven aangerekend ten laste van het begrotingsjaar 2019 |
| montent à 10.892.124.613,42 euros. | bedragen 10.892.124.613,42 euro |
| § 4. Règlement des crédits | § 4 Regeling van de kredieten |
Art. 12.La comparaison entre les autorisations de dépenses (article |
Art. 12.De vergelijking tussen de uitgavenmachtigingen (artikel 10) |
| 10) et les opérations imputées (article 11) fait ressortir une | en de aangerekende verrichtingen (artikel 11) doet een verschil |
| différence pour l'année budgétaire 2019 de 185.732.386,58 euros. | uitkomen voor het begrotingsjaar 2019 van 185.732.386,58 euro. |
Art. 13.Les articles 8 et 9 du dispositif du décret du 12 décembre |
Art. 13.In de artikelen 8 en 9 van het decreet van 12 december 2018 |
| 2018 contenant le budget des dépenses de la Communauté française pour | houdende de uitgavenbegroting van de Franse Gemeenschap voor het |
| l'année budgétaire 2019 ont autorisé la liquidation des rémunérations | begrotingsjaar 2019 is de vereffening van de bezoldigingen van het |
| des personnels administratif et enseignant en cas d'insuffisance ou | administratief en onderwijzend personeel toegestaan in geval van |
| d'absence de crédits d'engagements. | ontoereikende of ontbrekende vastleggingskredieten. |
| Il a été fait usage de cette autorisation pendant l'exercice 2019 à | Deze machtiging werd in het boekjaar 2019 gebruikt ten belope van |
| concurrence de 10.100.310,99 euros. | 10.100.310,99 euro. |
| Pour couvrir ces dépenses de l'année budgétaire 2019 effectuées | Ter dekking van deze uitgaven voor het begrotingsjaar 2019 die boven |
| au-delà ou en l'absence de crédits, il est accordé des crédits | of bij ontstentenis van kredieten worden gedaan, worden aanvullende |
| complémentaires s'élevant à 10.100.310,99 euros. | kredieten ten bedrage van 10.100.310,99 euro. |
| Ces crédits sont répartis ainsi que mentionné au tableau III annexé. | Deze kredieten worden volgens tabel III als bijlage onderverdeeld. |
| Le total des crédits de liquidation alloués s'établit à | Het totaalbedrag van de toegekende vereffeningskredieten bedraagt |
| 11.087.957.310,99 euros. | 11.087.957.310,99 euro. |
Art. 14.Par suite des articles 12 et 13, les crédits de liquidation |
Art. 14.Naar aanleiding van de artikelen 12 en 13, bedragen de op het |
| disponibles à la fin de l'année budgétaire s'élèvent à 195.832.697,57 | einde van het begrotingsjaar beschikbare vereffeningskredieten |
| euros. Conformément aux dispositions de l'article 28 § 1er du décret | 195.832.697,57 euro. Overeenkomstig de bepalingen van artikel 28 § 1 |
| du 20 décembre 2011 portant organisation du budget et de la | van het decreet van 20 december 2011 houdende regeling van de |
| comptabilité des services du gouvernement, ce montant est annulé. | begroting en de boekhouding van de Diensten van de Regering, wordt het |
| bedrag geannuleerd. | |
| § 5. Résultat général des recettes et des dépenses du budget 2019 | § 5. Algemeen ontvangsten- en uitgavenresultaat van de begroting 2018 |
Art. 15.Le résultat général du budget de l'année budgétaire 2019, |
Art. 15.Het algemeen resultaat van de begroting voor het |
| établi conformément à l'article 29 § 4 du décret du 20 décembre 2011 | begrotingsjaar 2019, vastgesteld overeenkomstig artikel 29 § 4 van het |
| portant organisation du budget et de la comptabilité des services du | decreet van 20 december 2011 houdende regeling van de begroting en de |
| gouvernement, se présente comme suit : | boekhouding van de Diensten van de regering, wordt als volgt |
| Les recettes imputées en droits constatés s'élèvent à | opgesteld: De ontvangsten aangerekend als vastgestelde rechten bedragen |
| 10.328.743.913,65 euros. | 10.328.743.913,65 euro |
| De vereffeningsuitgaven bedragen 10.892.124.613,43 euro | |
| Les dépenses de liquidation s'élèvent à 10.892.124.613,42 euros. | Als conclusie, indien geen rekening wordt gehouden met de |
| En conclusion, compte non tenu des fonds budgétaires, les dépenses | begrotingsfondsen, overtreffen de uitgaven de ontvangsten met |
| excèdent les recettes de 563.380.699,77 euros. | 563.380.699,77 euro |
| CHAPITRE III. - Recettes et dépenses relatives aux fonds budgétaires | HOOFDSTUK III. - Ontvangsten en uitgaven betreffende de begrotingsfondsen |
| § 1er. Fixation des recettes affectées | § 1. Vaststelling van de aangewende ontvangsten |
Art. 16.Les prévisions de recettes sur les subdivisions particulières |
Art. 16.De voorziene ontvangsten voor de afzonderlijke |
| ont été estimées à 88.869.000,00 euros. | onderafdelingen werden geraamd op 88.869.000,00 euro. |
| Les recettes imputées de cette nature s'élèvent pour l'année budgétaire 2019 à 78.828.114,87 euros. | De aangerekende ontvangsten van deze aard voor het begrotingsjaar 2019 bedragen 78.828.114,87 euro. |
| § 2. Fixation des fonds budgétaires de liquidation | § 2. Vaststelling van de vereffeningsbegrotingsfondsen |
Art. 17.Les moyens en liquidation sur les fonds budgétaires sont |
Art. 17.De vereffeningsmiddelen op de begrotingsfondsen worden voor |
| estimés pour l'année budgétaire 2019 à 91.975.000,00 euros. | het begrotingsjaar 2019 geraamd op 91.975.000,00 euro. |
| Toutefois, conformément à l'article 7, 2°, alinéa 3, du décret du 20 | Overeenkomstig artikel 7,2°, derde lid, van het decreet van 20 |
| décembre 2011 portant organisation du budget et de la comptabilité des | december 2011 houdende regeling van de begroting en de boekhouding van |
| de Diensten van de regering, worden de uitgaven evenwel beperkt door | |
| services du gouvernement, les dépenses sont limitées par les recettes | de werkelijk geïnde ontvangsten die aan de begrotingsfondsen worden |
| réellement perçues affectées aux fonds budgétaires augmentées, le cas | toegewezen, in voorkomend geval vermeerderd met het werkelijke saldo |
| échéant, du solde réel reporté de l'exercice précédent. | dat van het vorige begrotingsjaar is overgedragen. |
| Les recettes réellement perçues pendant l'année s'établissent à | De werkelijk in de loop van het jaar geïnde ontvangsten bedragen |
| 71.080.893,83 euros. | 71.080.893,83 euro. |
| Rekening houdend met deze ontvangsten en met het beginsaldo op 1 | |
| Compte tenu de ces recettes et du solde de départ au 1er janvier 2019 | januari 2019 van 56.345.593,98 euro, bedraagt het voor vereffening |
| qui s'établit à 56.345.593,98 euros, le disponible en liquidation à | |
| charge des fonds budgétaires s'élève pour l'année 2019 à | beschikbare bedrag ten laste van de begrotingsfondsen voor 2019 |
| 127.426.487,81 euros. | 127.426.487,81 euro. |
| Par dérogation à l'article 7, 2°, alinéa 3, du décret du 20 décembre | In afwijking van artikel 7.2°, derde lid, van het decreet van 20 |
| 2011 portant organisation du budget et de la comptabilité des services | december 2011 houdende regeling van de begroting en de boekhouding van |
| du gouvernement, l'article 16 du décret du 12 décembre 2018 contenant | de Diensten van de Regering, werden in artikel 16 van het decreet van |
| le budget général des dépenses de la Communauté française de l'année | 12 december 2018 houdende de uitgavenbegroting van de Franse |
| budgétaire 2019 a autorisé des avances de trésorerie et la situation | Gemeenschap voor het begrotingsjaar 2019 de thesaurievoorschotten en |
| débitrice de certains fonds budgétaires. | de debettoestand van sommige begrotingsfondsen toegestaan. |
| § 3. Fixation des dépenses à charge des fonds budgétaires | § 3. Vaststelling van de uitgaven ten laste van de begrotingsfondsen |
Art. 18.Les liquidations imputées à charge du disponible en |
Art. 18.De vereffeningen aangerekend ten laste van de |
| liquidation sur les fonds budgétaires de l'année budgétaire 2019 s'élèvent à 83.916.306,22 euros. | vereffeningsmiddelen op de begrotingsfondsen in het begrotingsjaar 2019 bedragen 83.916.306,22 euro. |
Art. 19.Par suite des dispositions contenues dans les articles 17 et |
Art. 19.Naar aanleiding van de bepalingen van de artikelen 17 en 18 |
| 18 ci-dessus, le disponible en liquidation sur les fonds budgétaires | hierboven, bedragen de vereffeningsmiddelen op de begrotingsfondsen op |
| s'élève à la fin de l'année budgétaire 2019 à 43.510.181,59 euros. Ce | het einde van het begrotingsjaar 2019 43.510.181,59 euro. Dit saldo |
| solde sera reporté à l'année budgétaire suivante. | wordt naar het volgende begrotingsjaar overgedragen. |
Art. 20.Le résultat des fonds budgétaires s'établit comme suit : |
Art. 20.Het resultaat van de begrotingsfondsen wordt als volgt |
| Les recettes imputées en droits constatés s'élèvent à 78.828.114,87 | opgesteld: De ontvangsten aangerekend als vastgestelde rechten bedragen |
| euros. | 78.828.114,87 euro |
| Les dépenses de liquidation s'élèvent à 83.916.306,22 euros. | De vereffeningsuitgaven bedragen 83.916.306,22 euro |
| En conclusion, les dépenses excèdent les recettes de 5.088.191,35 euros. | Als conclusie kan worden gesteld dat de uitgaven de ontvangsten met 5.088.191,35 euro overtreffen. |
| CHAPITRE IV. - Recettes et dépenses effectuées en exécution de la | HOOFDSTUK IV. - Ontvangsten en uitgaven verricht ter uitvoering van de |
| section particulière du budget | afzonderlijke sectie van de begroting |
Art. 21.Les décrets budgétaires de l'année 2019 ont évalué les |
Art. 21.De begrotingsdecreten van het jaar 2019 hebben de ontvangsten |
| recettes et dépenses pour la section particulière du budget de la | en uitgaven voor de afzonderlijke sectie van de begroting van de |
| Communauté française ainsi qu'il suit (en euros) : | Franse Gemeenschap geraamd als volgt (in euro) : |
| - Recettes 3.649.476.000,00 | - Ontvangsten 3.649.476.000,00 |
| - Dépenses 3.649.476.000,00 | - Uitgaven 3.649.476.000,00 |
| Art. 22. | Art. 22.Aangerekende ontvangsten 3.210.225.504,00 |
| Les recettes ont été imputées à 3.210.225.504,00 | Gedane uitgaven 3.210.225.504,00 |
| Les dépenses ont été effectuées à 3.210.225.504,00 | |
| Solde de la section particulière : 0 | Saldo van de afzonderlijke sectie: 0 |
| CHAPITRE V. - Résultat global | HOOFDSTUK V. - Globaal resultaat |
Art. 23.Tous services réunis, budget, fonds budgétaires et section |
Art. 23.Alle diensten samen, begroting, begrotingsfondsen en |
| particulière, compte tenu des articles 15,20 et 22 du présent décret, | afzonderlijke sectie, rekening houdend met de artikelen 15,20 en 22 |
| le résultat global du budget 2019 se présente comme suit (en euros) : | van dit decreet, geeft het globaal resultaat van de begroting 2019 (in euro) : |
| Budget sensu stricto : -563.380.699,77 | Begroting sensu stricto: -563.380.699,77 |
| Fonds budgétaires : -5.088.191,35 | Begrotingsfondsen : -5.088.278,48 |
| Section particulière : 0 | Afzonderlijke sectie: 0 |
| Total : -568.468.891,12 | Totaal : -568.468.891,12 |
| Promulguons le présent décret, ordonnons qu'il soit publié au Moniteur | Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad |
| belge. | zal worden bekendgemaakt. |
| Bruxelles, le 5 mai 2021. | Brussel, 5 mei 2021. |
| P.-Y. JEHOLET, | P.-Y. JEHOLET, |
| Ministre-Président | Minister-President |
| Fr. DAERDEN, | Fr. DAERDEN, |
| Vice-Président et Ministre du Budget, de la Fonction publique, de | Vice-President en Minister van Begroting, Ambtenarenzaken, Gelijke |
| l'Egalité des chances et de la tutelle sur WBE | Kansen en het toezicht op WBE |
| B. LINARD, | B. LINARD, |
| Vice-Présidente et Ministre de l'Enfance, de la Santé, de la Culture, | Vice-President en Minister van Kind, Gezondheid, Cultuur, Media en |
| des Médias et des Droits des Femmes | Vrouwenrechten |
| V. GLATIGNY, | V. GLATIGNY, |
| Ministre de l'Enseignement supérieur, de l'Enseignement de Promotion | Minister van Hoger Onderwijs, Onderwijs voor Sociale Promotie, |
| sociale, des Hôpitaux universitaires, de l'Aide à la jeunesse, des | Universitaire Ziekenhuizen, Hulpverlening aan de Jeugd, |
| Maisons de justice, de la Jeunesse, des Sports et de la Promotion de Bruxelles | Justitiehuizen, Jeugd, Sport en de Promotie van Brussel |
| C. DESIR, | C. DESIR, |
| Ministre de l'Education | Minister van Onderwijs |
| _______ | _______ |
| Note | Nota |
| (1) Session 2020-2021 | (1) Zitting 2020-2021 |
| Documents du Parlement. - Projet de décret, n° 223-1. - Rapport de | Stukken van het Parlement. - Ontwerp van decreet, nr.223-1. - |
| commission, n° 223-2 - Texte adopté en séance plénière, n° 223-3 | Commissieverslag, nr.223-2. - Tekst aangenomen tijdens de plenaire |
| zitting, nr.223-3 | |
| Compte rendu intégral. - Discussion et adoption. - Séance du 5 mai | Integraal verslag - Bespreking en aanneming - Vergadering van 5 mei |
| 2021. | 2021. |
| Pour la consultation du tableau, voir image | |