Etaamb.openjustice.be
Vue multilingue de Décret du 03/02/2006
← Retour vers "Décret relatif à l'organisation des examens linguistiques "
Décret relatif à l'organisation des examens linguistiques Decreet betreffende de organisatie van de taalexamens
MINISTERE DE LA COMMUNAUTE FRANÇAISE 3 FEVRIER 2006. - Décret relatif à l'organisation des examens linguistiques Le Parlement a adopté et nous, Gouvernement, sanctionnons ce qui suit : CHAPITRE Ier. - Introduction

Article 1er.Pour l'application du présent décret, il faut entendre par : Langue vivante : toute langue autre que la langue de l'enseignement; Commission d'examen de langue française, commission d'examen de langue néerlandaise, commission d'examen de langue allemande ou commission de langue anglaise : toute commission d'examen ou Section qui fait subir des examens portant respectivement sur la connaissance du français, du néerlandais, de l'allemand ou de l'anglais; Commission d'examen de connaissance approfondie d'une seconde langue : commission d'examen organisée par le Ministre dont relèvent les écoles où sont en fonction des enseignants qui doivent être porteurs d'un certificat de la connaissance approfondie d'une deuxième langue légalement obligatoire dans l'enseignement primaire.

Art. 2.Les examens institués par le présent décret sont organisés à l'intention des porteurs de tout titre habilitant à exercer une fonction en qualité de membre du personnel de direction, enseignant et administratif dans les établissements d'enseignement visés à l'article 1er de la loi du 30 juillet 1963 concernant le régime linguistique dans l'enseignement, sauf en ce qui concerne les professeurs de cours artistiques des établissements d'enseignement artistique. Par personnel de direction et enseignant, il faut entendre au sens du présent décret : 1° Le personnel des établissements d'enseignement qui a été classé dans la catégorie du personnel directeur et enseignant par l'arrêté de l'Exécutif de la Communauté française du 2 octobre 1968, déterminant et classant les fonctions des membres du personnel de direction et enseignant des établissements d'enseignement gardien, primaire, spécial, moyen, technique, artistique et normal de l'Etat; 2° Le personnel qui occupe des fonctions correspondantes dans les autres établissements visés à l'article 1er de la loi du 30 juillet 1963. Par personnel administratif, il faut entendre au sens du présent décret : 1° Le personnel des établissements d'enseignement organisé par la Communauté française qui a été classé dans l'une des catégories

MINISTERIE VAN DE FRANSE GEMEENSCHAP 3 FEBRUARI 2006. - Decreet betreffende de organisatie van de taalexamens Het Parlement van de Franse Gemeenschap heeft aangenomen en wij, Regering, bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFDSTUK I. - Inleiding

Artikel 1.Voor de toepassing van dit decreet wordt verstaan onder : Levende taal : iedere andere taal dan de onderwijstaal; De Examencommissie Franse taal, de Examencommissie Nederlandse taal, de Examencommissie Duitse taal of de Examencommissie Engelse taal : iedere examencommissie of afdeling die examens afneemt over de kennis van respectievelijk het Frans, het Nederlands, het Duits of het Engels; Examencommissie over de grondige kennis van een tweede taal : een examencommissie ingericht door de Minister die de scholen waarin leerkrachten fungeren, waarvoor het getuigschrift van grondige kennis van de wettelijk verplichte tweede taal in het lager onderwijs vereist is, onder zijn bevoegdheid heeft.

Art. 2.De examens bedoeld in dit decreet, worden georganiseerd voor de houders van de bekwaamheidsbewijzen die in aanmerking komen voor de uitoefening van een ambt als lid van het bestuurs-, onderwijzend en administratief personeel van de onderwijsinrichtingen bedoeld in artikel 1 van de wet van 30 juli 1963 houdende taalregeling in het onderwijs, behalve voor wat betreft de leraren kunstonderwijs in kunstonderwijsinrichtingen. Onder bestuurs- en onderwijzend personeel in de zin van dit decreet wordt verstaan : 1° Het personeel van de onderwijsinrichtingen dat door het besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 2 oktober 1968 tot vaststelling en rangschikking van de ambten der leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel bij de inrichtingen voor kleuteronderwijs, lager, buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs van de Staat, werd ingedeeld in de categorie van het bestuurs- en onderwijzend personeel; 2° Het personeel dat overeenstemmende ambten bekleedt in de andere inrichtingen bedoeld in artikel 1 van de wet van 30 juli 1963. Onder administratief personeel in de zin van dit decreet wordt verstaan : 1° Het personeel van de inrichtingen in het door de Franse Gemeenschap

suivantes par le décret du 12 mai 2004 fixant le statut des membres du georganiseerde onderwijs, dat door het decreet van 12 mei 2004 tot
bepaling van het statuut van de leden van het administratief
personnel administratif, du personnel de maîtrise, gens de métier et personeel, het meesters-, vak- en dienstpersoneel van de
de service des établissements d'enseignement organisé par la onderwijsinrichtingen ingericht door de Franse Gemeenschap en door het
Communauté française et par l'arrêté de l'Exécutif de la Communauté voornoemde besluit van de Executieve van de Franse Gemeenschap van 2
française du 2 octobre 1968 précité : oktober 1968, werd ingedeeld in één van de volgende categorieën :
Personnel auxiliaire d'éducation; Opvoedend hulppersoneel;
Personnel paramédical; Paramedisch personeel;
Personnel administratif. Administratief personeel.
2° Le personnel qui occupe des fonctions correspondantes dans les 2° Het personeel dat overeenstemmende ambten bekleedt in de andere
autres établissements visés à l'article 1er de la loi du 30 juillet 1963. inrichtingen bedoeld in artikel 1 van de wet van 30 juli 1963.
CHAPITRE II. - Organisation des examens HOOFDSTUK II - Organisatie van de examens
Section première. - Examens de connaissance approfondie du français Afdeling I. - Examens over de grondige kennis van het Frans
Sous-section 1re. - Dispositions générales Onderafdeling I - Algemene bepalingen

Art. 3.Les porteurs de tout titre de capacité pour l'exercice de

Art. 3.De houders van elk bekwaamheidsbewijs dat in aanmerking komt

fonctions dans les établissements d'enseignement, ainsi que les voor de uitoefening van ambten in onderwijsinrichtingen, alsook de in
membres en fonction du personnel de maîtrise, gens de métier et de dienst zijnde leden van het meesters-, vak- en dienstpersoneel, al dan
service, porteurs ou non porteurs d'un titre de capacité, peuvent, niet in het bezit van een bekwaamheidsbewijs, kunnen, overeenkomstig
conformément à l'article 15 de la loi du 30 juillet 1963 concernant le artikel 15 van de wet van 30 juli 1963 houdende taalregeling in het
régime linguistique dans l'enseignement, obtenir un certificat de onderwijs, een getuigschrift behalen waaruit de grondige kennis blijkt
connaissance approfondie de la langue française en vue d'exercer des van de Franse taal, teneinde ambten uit te oefenen in de
fonctions dans les établissements d'enseignement, conformément aux onderwijsinrichtingen, overeenkomstig de bepalingen van artikel 13,
dispositions de l'article 13, premier alinéa, de la loi du 30 juillet eerste lid, van de wet van 30 juli 1963.
1963. Le niveau de l'examen pour l'obtention du certificat précité Het niveau van het examen voor het behalen van bedoeld getuigschrift
correspond au niveau des connaissances linguistiques attestées par les stemt overeen met het niveau van de taalkennis die blijkt uit
titres de base pour l'exercice de ces fonctions. basisbekwaamheidsbewijzen die in aanmerking komen voor de uitoefening van die ambten.

Art. 4.Les titres de base sont classés dans un des niveaux suivants :

Art. 4.De basisbekwaamheidsbewijzen worden in één van de volgende

niveaus gerangschikt :
1° Niveau primaire; 1° lager niveau;
2° Niveau secondaire inférieur; 2° lager secundair niveau;
3° Niveau secondaire supérieur; 3° hoger secundair niveau;
4° Niveau supérieur des premier et deuxième degrés; 4° hoger niveau van de eerste en tweede graden;
5° Niveau supérieur du troisième degré. 5° hoger niveau van de derde graad.

Art. 5.Le candidat qui ne possède pas un titre de base est considéré

Art. 5.De kandidaat die over geen basisbekwaamheidsbewijs beschikt,

comme titulaire d'un titre du niveau primaire. wordt beschouwd als houder van een bekwaamheidsbewijs van het lager

Art. 6.Sont considérés comme diplômes du niveau secondaire inférieur

niveau.

Art. 6.Beschouwd worden als diploma's van het lager secundair niveau

: :
1° Les titres classés comme tels en application de l'arrêté royal du 1° De bekwaamheidsbewijzen als zodanig gerangschikt met toepassing van
22 avril 1969 fixant les titres requis des membres du personnel het koninklijk besluit van 22 april 1969 betreffende de
bekwaamheidsbewijzen vereist van de leden van het bestuurs- en
directeur et enseignant, du personnel auxiliaire d'éducation, du onderwijzend personeel, van het opvoedend hulppersoneel en van het
personnel paramédical des établissements d'enseignements gardien, paramedisch personeel der rijksinrichtingen voor kleuter-, lager,
primaire, spécial, moyen, technique, artistique et normal de l'Etat et buitengewoon, middelbaar, technisch, kunst- en normaalonderwijs,
des internats dépendant de ces établissements; alsmede der internaten die van deze inrichtingen afhangen;
2° Les titres d'enseignement secondaire inférieur visés par le décret 2° De bekwaamheidsbewijzen van het lager secundair onderwijs bedoeld
du 12 mai 2004 fixant le statut des membres du personnel in het decreet van 12 mei 2004 tot bepaling van het statuut van de
administratif, du personnel de maîtrise, gens de métier et de service leden van het administratief personeel, het meester-, vak- en
des établissements d'enseignement organisé par la Communauté dienstpersoneel van de onderwijsinrichtingen ingericht door de Franse
française. Gemeenschap.

Art. 7.Sont considérés comme diplômes du niveau secondaire supérieur

Art. 7.Beschouwd worden als diploma's van het hoger secundair niveau

: :
1° Les titres classés comme tels en application de l'arrêté royal 1° De bekwaamheidsbewijzen als zodanig gerangschikt met toepassing van
précité du 22 avril 1969; het voornoemde koninklijk besluit van 22 april 1969;
2° Les titres d'enseignement secondaire supérieur visés par le décret 2° De bekwaamheidsbewijzen van het hoger secundair onderwijs bedoeld
du 12 mai 2004 précité. in het voornoemde decreet van 12 mei 2004.

Art. 8.Sont considérés comme diplômes du niveau supérieur des premier

Art. 8.Beschouwd worden als diploma's van het hoger niveau van de

et deuxième degrés : eerste en tweede graden :
1° Les titres classés à un de ces deux degrés en application de 1° De bekwaamheidsbewijzen gerangschikt in één van de twee graden met
l'arrêté royal précité du 22 avril 1969; toepassing van het voornoemde koninklijk besluit van 22 april 1969;
2° Les titres cités à l'article 2, 4°, b), c), d), e), f) et 5°, de 2° De bekwaamheidsbewijzen vermeld in artikel 2, 4°, b), c), d), e),
l'arrêté royal précité du 22 avril 1969, si le titulaire s'inscrit à f) en 5° van het voornoemde koninklijk besluit van 22 april 1969,
indien de houder zich inschrijft voor het bedoelde examen, in artikel
l'examen prévu, à l'article 10 du présent décret, pour l'exercice 10 van dit decreet, voor de uitoefening van een ambt als lid van het
d'une fonction en qualité de membre du personnel directeur et bestuurs- en onderwijzend personeel.
enseignant.

Art. 9.Sont considérés comme diplômes du niveau supérieur du

Art. 9.Beschouwd worden als diploma's van het hoger niveau van de

troisième degré, les titres classés comme tels en application de derde graad, de bekwaamheidsbewijzen als zodanig gerangschikt met
l'arrêté royal précité du 22 avril 1969. toepassing van het voornoemde koninklijk besluit van 22 april 1969.
Sous-section II. - Examens pour le personnel directeur et enseignant Onderafdeling II. - Examens voor het bestuurs- en onderwijzend personeel

Art. 10.Les examens prévus à l'intention des porteurs de titres de

Art. 10.De examens voor de houders van bekwaamheidsbewijzen die in

capacité pour l'exercice d'une fonction en qualité de membre du aanmerking komen voor de uitoefening van een ambt in de hoedanigheid
personnel directeur et enseignant sont organisés au niveau secondaire van lid van het bestuurs- en onderwijzend personeel worden
supérieur et aux niveaux supérieurs et comportent une épreuve écrite, georganiseerd op het hoger secundair niveau en op de hogere niveaus en
une épreuve orale, une épreuve didactique, ainsi qu'une appréciation bestaan uit een schriftelijke, mondelinge, didactische proef alsook
relative à la correction du langage, qui fait l'objet d'une note uit een beoordeling betreffende het correcte taalgebruik, waarvoor een
spéciale. speciaal cijfer wordt gegeven.
Ils sont réglés comme suit (voir Tableau 1. : Examens pour le Ze worden geregeld als volgt (zie Tabel 1. : Examens voor het
personnel directeur et enseignant) : bestuurs- en onderwijzend personeel) :
TAB. 1 - Examens pour le personnel directeur et enseignant TAB. 1 - Examens voor het bestuurs- en onderwijzend personeel
Pour la consultation du tableau, voir image Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 11.§ 1er. L'épreuve écrite consiste en une rédaction comportant

Art. 11.§ 1. De schriftelijke proef bestaat in een opstel waarbij een

un résumé et un commentaire d'une conférence de vingt minutes au samenvatting moet worden gemaakt en commentaar moet worden gegeven
maximum et portant sur un sujet d'intérêt général ou pédagogique. over een conferentie van maximum twintig minuten die handelt over een
Il est interdit de prendre des notes durant l'audition de la onderwerp van algemeen belang of over een pedagogisch onderwerp.
Het is verboden om aantekeningen te maken tijdens het beluisteren van
conférence. de conferentie.
Le temps de la conférence n'est pas pris en considération pour fixer De duur van de conferentie wordt niet meegerekend om de duur van de
la durée de l'épreuve. proef vast te leggen.
§ 2. L'épreuve orale comprend une conversation mettant en oeuvre le § 2. De mondelinge proef bestaat in een gesprek waarin de gangbare
vocabulaire courant propre à la fonction en cause et spécialement la woordenschat wordt aangewend die typisch is voor het betrokken ambt en
terminologie en rapport avec les branches à enseigner. in het bijzonder de terminologie van de te onderwijzen vakgebieden.
§ 3. L'épreuve didactique comprend l'exposé d'une leçon portant sur § 3. De didactische proef bestaat in het geven van een les die
une branche que le candidat est habilité à enseigner et dont le sujet betrekking heeft op een vakgebied dat de kandidaat kan onderwijzen en
est : waarvan het onderwerp wordt :
1° Imposé par le jury parmi 3 sujets de leçons proposés par le 1° opgelegd door de juryleden waaronder 3 onderwerpen van lessen
candidat; voorgesteld door de kandidaat;
2° Choisi de telle sorte qu'il permette d'apprécier la connaissance 2° zodanig gekozen dat de grondige kennis van de taal kan worden
approfondie de la langue; beoordeeld;
3° Communiqué au candidat la veille de l'examen. 3° meegedeeld aan de kandidaat de dag vóór het examen.
§ 4. La correction du langage est appréciée en fonction de l'ensemble § 4. Het correcte taalgebruik wordt beoordeeld in functie van de hele
des épreuves orale et didactique. mondelinge en didactische proeven.

Art. 12.S'il a été obtenu en vue de l'exercice d'une fonction en

Art. 12.Werd het getuigschrift voor grondige kennis van de

qualité de membre du personnel directeur et enseignant, le certificat onderwijstaal behaald voor de uitoefening van een ambt in de
de connaissance approfondie de la langue de l'enseignement porte le hoedanigheid van lid van het bestuurs- en onderwijzend personeel, dan
sous-titre suivant : « Catégorie du personnel directeur et enseignant draagt het de volgende ondertitel : « Categorie van het bestuurs- en
». onderwijzend personeel ».
Sous-section III. - Examens organisés pour les membres du personnel Onderafdeling III. - Examens georganiseerd voor de leden van het
administratif administratief personeel

Art. 13.Les examens prévus à l'intention des porteurs de titres de

Art. 13.De examens voor de houders van bekwaamheidsbewijzen die in

capacité pour l'exercice d'une fonction en qualité de membre du aanmerking komen voor de uitoefening van een ambt in de hoedanigheid
personnel administratif sont organisés aux niveaux primaire et van lid van het administratief personeel worden georganiseerd op het
lager niveau en op het secundair niveau en bestaan uit een
secondaire et comportent une épreuve écrite, une épreuve orale, ainsi schriftelijke proef en een mondelinge proef alsook uit een beoordeling
qu'une appréciation relative à la correction du langage, qui fait betreffende het correcte taalgebruik waarvoor een speciaal cijfer
l'objet d'une note spéciale. wordt gegeven.
Ils sont réglés comme suit (voir Tableau 2. : Examens organisés pour Ze worden geregeld als volgt (zie Tabel 2. : Examens voor het
les membres du personnel administratif) : administratief personeel) :
TAB. 2 - Examens organisés pour les membres du personnel administratif TAB. 2 - Examens voor de leden van het administratief personeel
Pour la consultation du tableau, voir image Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 14.§ 1. Au niveau primaire, l'épreuve écrite comporte :

Art. 14.§ 1. Op het lager niveau bestaat de schriftelijke proef uit :

1° La rédaction d'une lettre en rapport avec la fonction; 1° het opstel van een brief in verband met het ambt :
2° La rédaction d'une formule de renseignements en rapport avec la 2° het opstel van een inlichtingenformule in verband met het ambt.
fonction. § 2. Au niveau secondaire inférieur, l'épreuve écrite consiste en une rédaction comportant un résumé et un commentaire d'un texte de trois à quatre pages et portant sur un sujet d'intérêt général. Le texte est remis au candidat une demi-heure avant le début de l'épreuve. § 3. Au niveau secondaire supérieur, l'épreuve écrite consiste en une rédaction comportant un résumé et un commentaire d'une conférence de vingt minutes au maximum et portant sur un sujet d'intérêt général. Il est permis de prendre des notes durant l'audition de la conférence. Le temps de la conférence n'est pas pris en considération pour fixer la durée de l'épreuve.

Art. 15.A tous les niveaux, l'épreuve orale comprend une conversation mettant en oeuvre le vocabulaire courant propre aux fonctions en cause.

§ 2. Op het lager secundair niveau bestaat de schriftelijke proef in een opstel waarbij een samenvatting moet worden gemaakt en commentaar moet worden gegeven over een tekst van drie tot vier bladzijden die handelt over een onderwerp van algemeen belang. De tekst wordt een halfuur vóór het begin van de proef aan de kandidaat meegedeeld. § 3. Op het hoger secundair niveau bestaat de schriftelijke proef in een opstel waarbij een samenvatting moet worden gemaakt en commentaar moet worden gegeven over een conferentie van maximum twintig minuten die handelt over een onderwerp van algemeen belang. Het is toegelaten aantekeningen te maken tijdens het beluisteren van de conferentie. De duur van de conferentie wordt niet meegerekend om de duur van de proef vast te leggen.

Art. 15.Op alle niveaus omvat de mondelinge proef een gesprek waarin de gangbare woordenschat wordt aangewend die typisch is voor de betrokken ambten.

Art. 16.La correction du langage est appréciée en fonction de

Art. 16.Het correcte taalgebruik wordt beoordeeld in functie van de

l'épreuve orale. mondelinge proef.

Art. 17.S'il a été obtenu en vue de l'exercice d'une fonction en

Art. 17.Werd het getuigschrift voor grondige kennis van de

qualité de membre du personnel administratif, le certificat de onderwijstaal behaald voor de uitoefening van een ambt in de
connaissance approfondie de la langue de l'enseignement porte le hoedanigheid van lid van het administratief personeel, dan draagt het
sous-titre suivant : « Catégorie du personnel administratif ». de volgende ondertitel : « Categorie van het administratief personeel ».

Art. 18.Le candidat qui a subi un examen pour l'obtention du

Art. 18.De kandidaat die een examen heeft afgelegd voor een

certificat de connaissance approfondie d'une langue d'enseignement en getuigschrift voor grondige kennis van een onderwijstaal voor de
vue de l'exercice d'une fonction en qualité de membre du personnel uitoefening van een ambt in de hoedanigheid van lid van het bestuurs-
directeur et enseignant et qui échoue uniquement à l'épreuve en onderwijzend personeel en die slechts voor de didactische proef
didactique peut obtenir le certificat de connaissance approfondie de zakt, kan het getuigschrift voor grondige kennis van deze taal behalen
cette langue en vue de l'exercice d'une fonction en qualité de membre voor de uitoefening van een ambt in de hoedanigheid van lid van het
du personnel administratif à condition d'avoir obtenu au moins : administratief personeel op voorwaarde dat hij ten minste :
1° 60 % du total des points attribués à l'ensemble des épreuves 1° 60 % van het totaal van de punten behaalt die gegeven worden aan
suivantes : épreuve écrite, épreuve orale et correction du langage; alle volgende proeven : schriftelijke proef, mondelinge proef en
correct taalgebruik;
2° 50 % des points attribués à chacune de ces trois épreuves. 2° 50 % van de punten behaalt die gegeven worden aan elke van deze
Section II. - Examens de connaissance suffisante du français. drie proeven.Afdeling II. - Examens over de voldoende kennis van het Frans

Art. 19.Les porteurs de tout titre requis pour donner des cours de

Art. 19.De houders van bekwaamheidsbewijzen die in aanmerking komen

langues vivantes, peuvent obtenir un certificat de connaissance voor het onderricht in levende talen, kunnen een getuigschrift behalen
suffisante du français. voor voldoende kennis van het Frans.

Art. 20.Les examens portant sur la connaissance suffisante du

Art. 20.De examens die betrekking hebben op de voldoende kennis van

français sont organisés en fonction des connaissances normalement het Frans worden georganiseerd in functie van de kennis die normaal
exigées d'un titulaire d'un titre du niveau secondaire supérieur. vereist is van een houder van een bekwaamheidsbewijs van het hoger
secundair niveau.
Ils comportent une épreuve écrite et une épreuve orale, permettant Ze bestaan uit een schriftelijke proef en een mondelinge proef waarbij
aussi d'apprécier la correction du langage, et sont réglés comme suit het correcte taalgebruik kan worden beoordeeld, en worden ze geregeld
(voir Tableau 3. : Examens de connaissance suffisante du français) : als volgt (zie Tabel 3. : Examens over de voldoende kennis van het
TAB. 3 - Examens de connaissance suffisante du français Pour la consultation du tableau, voir image

Art. 21.L'épreuve écrite consiste en une rédaction comportant un résumé et un commentaire d'un texte de trois à quatre pages et portant sur un sujet d'intérêt général. Le texte est remis au candidat une demi-heure avant le début de l'épreuve. L'épreuve orale comprend une conversation en rapport avec une situation de la vie courante. La correction du langage est appréciée en fonction de l'épreuve orale.

Art. 22.Les porteurs de titres établissant la connaissance approfondie d'une langue vivante et la capacité d'enseigner cette langue sont censés posséder une connaissance suffisante de celle-ci.

Art. 23.Sont considérés comme possédant une connaissance suffisante du français :

Frans) : TAB. 3 - Examens over de voldoende kennis van het Frans Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 21.De schriftelijke proef bestaat in een opstel waarbij een samenvatting moet worden gemaakt en commentaar moet worden gegeven van een tekst van drie tot vier bladzijden die handelt over een onderwerp van algemeen belang. De tekst wordt een halfuur vóór het begin van de proef aan de kandidaat meegedeeld. De mondelinge proef bestaat in een gesprek dat betrekking heeft op het dagelijks leven. Het correcte taalgebruik wordt beoordeeld in functie van de mondelinge proef.

Art. 22.De houders van bekwaamheidsbewijzen waaruit hun grondige kennis van een levende taal en hun bevoegdheid om die taal te onderwijzen, blijken, worden geacht een voldoende kennis van die taal te bezitten.

Art. 23.Komen in aanmerking voor de voldoende kennis van het Frans :

1° Les titulaires d'un des diplômes suivants de langue néerlandaise : 1° De houders van één van de volgende diploma's in het Nederlands;
a) Diplôme d'instituteur primaire complété par une mention ou un titre Diploma van onderwijzer aangevuld met een vermelding of een aanvullend
complémentaire habilitant à enseigner le français comme deuxième bekwaamheidsbewijs waarbij het Frans mag worden onderwezen als tweede
langue légalement obligatoire; wettelijk verplichte taal;
b) Diplôme d'agrégé de l'enseignement secondaire inférieur, Section Aggregaatsdiploma voor het lager secundair onderwijs, afdeling
français-histoire ou Section des langues modernes du régime ancien; Frans-geschiedenis of afdeling moderne talen van het vroegere stelsel;
c) Diplôme d'agrégé de l'enseignement secondaire supérieur, groupe Aggregaatsdiploma voor het hoger secundair onderwijs, groep Romaanse
philologie romane; filologie;
2° Les titulaires du diplôme suivant de langue allemande : diplôme 2° De houders van het volgende diploma in het Duits : diploma van
d'instituteur primaire complété par une mention ou un titre onderwijzer aangevuld met een vermelding of een aanvullend
complémentaire habilitant à enseigner le français comme deuxième bekwaamheidsbewijs waarbij het Frans mag worden onderwezen als tweede
langue légalement obligatoire. wettelijk verplichte taal.
Section III. - Examens de connaissance approfondie d'une seconde langue Afdeling III. - Examens over de grondige kennis van een tweede taal

Art. 24.Les porteurs de titres de capacité pour l'exercice des

Art. 24.De houders van bekwaamheidsbewijzen voor het ambt van

fonctions d'instituteur dans les écoles primaires où l'enseignement onderwijzer in de lagere scholen waar het onderwijs van een tweede
d'une seconde langue est légalement obligatoire peuvent obtenir un taal wettelijk verplicht is, kunnen een getuigschrift behalen over de
certificat de connaissance approfondie d'une seconde langue. grondige kennis van een tweede taal.

Art. 25.L'examen de connaissance approfondie d'une seconde langue se

Art. 25.Het examen over de grondige kennis van een tweede taal

déroule exclusivement dans cette langue. gebeurt uitzonderlijk in deze taal.
Il comporte une épreuve écrite, une épreuve orale, une épreuve Het bestaat uit een schriftelijke proef, een mondelinge proef, een
didactique ainsi qu'une appréciation relative à la correction du didactische proef alsook uit een beoordeling betreffende het correcte
langage. taalgebruik.
Il est réglé comme suit (voir Tableau 4. : Examens de connaissance Het wordt geregeld als volgt (zie Tabel 4. : Examens over de grondige
approfondie d'une seconde langue) : kennis van een tweede taal) :
TAB. 4 - Examens de connaissance approfondie d'une seconde langue TAB. 4 - Examens over de grondige kennis van een tweede taal
Pour la consultation du tableau, voir image Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 26.§ 1er. L'épreuve écrite consiste en un résumé d'un texte

Art. 26.§ 1. De schriftelijke proef bestaat in een samenvatting van

d'intérêt général. Le texte est remis au candidat au début de een tekst van algemeen belang. De tekst wordt vanaf het begin van de
l'épreuve. proef aan de kandidaat meegedeeld.
§ 2. L'épreuve orale consiste en une conversation à partir du texte § 2. De mondelinge proef bestaat in een gesprek op grond van de tekst
qui a fait l'objet de l'épreuve écrite. van de schriftelijke proef.
§ 3. L'épreuve didactique est organisée selon les modalités prévues à § 3. De didactische proef wordt georganiseerd volgens de nadere regels
l'article 11, paragraphe 3. bepaald in artikel 11, § 3.
§ 4. La correction du langage est évaluée en fonction de l'épreuve § 4. Het correcte taalgebruik wordt beoordeeld in functie van de
orale et de l'épreuve didactique. mondelinge proef en de didactische proef.

Art. 27.L'instituteur, titulaire d'un titre attestant une

Art. 27.De onderwijzer, houder van een bekwaamheidsbewijs waaruit een

connaissance approfondie d'une langue, en tant que langue grondige kennis van een taal als onderwijstaal blijkt, wordt geacht
d'enseignement, est censé posséder une connaissance approfondie de een grondige kennis van deze taal als tweede taal te bezitten.
cette langue, en tant que seconde langue.
Section IV. - Dispositions communes Afdeling IV. - Algemene bepalingen

Art. 28.Les droits d'inscription sont fixés à 25 EUR pour chacun des

Art. 28.Het inschrijvingsgeld wordt voor elk examen op 25 euro

examens. vastgesteld.

Art. 29.Les examens de connaissance approfondie ou de connaissance

Art. 29.De examens over de grondige kennis of over de voldoende

suffisante de la langue de l'enseignement sont subis devant une kennis van de onderwijstaal worden afgelegd voor een examencommissie
commission de langue française. Franse taal.
Les examens sur la connaissance approfondie d'une seconde langue De examens over de grondige kennis van de wettelijk verplichte tweede
légalement obligatoire dans l'enseignement primaire sont subis selon taal in het lager onderwijs, worden afgelegd, naargelang het geval,
le cas devant une commission de langue néerlandaise, allemande ou voor een Examencommissie Nederlandse taal, Duitse taal of Engelse
anglaise. taal.
Ces commissions sont instituées auprès des Services du Gouvernement. Deze commissies worden bij de Diensten van de Regering ingesteld.

Art. 30.Pour subir un examen avec succès, il faut avoir obtenu au

Art. 30.Om te slagen voor een examen moet de kandidaat ten minste :

moins : 1° 60 % du total des points attribués à l'ensemble des épreuves; 1° 60 % van het totaal van de punten behalen die toegekend worden aan de hele proeven;
2° 50 % du total des points attribués à chacune des épreuves; 2° 50 % van het totaal van de punten behalen die toegekend worden aan
elk van de proeven;
3° 50 % des points attribués à la correction du langage. 3° 50 % van de punten behalen die toegekend worden aan het correcte
taalgebruik.

Art. 31.Les certificats constatant la réussite des examens

Art. 31.De getuigschriften waaruit blijkt dat de taalexamens met

linguistiques, sont libellés conformément aux modèles repris aux succes werden afgelegd, worden opgesteld volgens de modellen van de
annexes du présent décret. bijlage bij dit decreet.
CHAPITRE III. - Organisation des commissions HOOFDSTUK III. - Organisatie van de examencommissies
Section 1re. - Composition Afdeling I. - Samenstelling

Art. 32.La commission de langue française visée à l'article 29,

Art. 32.De examencommissie Franse taal bedoeld in artikel 29, eerste

alinéa 1er, comprend cinq Sections : lid, bestaat uit vijf afdelingen :
1° La première, compétente pour les examens à subir au niveau 1° De eerste die bevoegd is voor de examens in het lager niveau;
primaire; 2° La deuxième, compétente pour les examens à subir au niveau 2° De tweede die bevoegd is voor de examens in het lager secundair
secondaire inférieur; onderwijs;
3° La troisième, compétente pour les examens à subir au niveau 3° De derde die bevoegd is voor de examens in het hoger secundair
secondaire supérieur; onderwijs;
4° La quatrième, compétente pour les examens à subir au niveau supérieur des premier et deuxième degrés; 5° La cinquième, compétente pour les examens à subir au niveau supérieur du troisième degré. La première et la deuxième Section comprennent six membres ainsi qu'un Président. La troisième, la quatrième et la cinquième Section comprennent vingt-quatre membres et un Président. Le nombre des membres qui composent les commissions de langue néerlandaise, allemande et anglaise est déterminé annuellement par les nécessités. 4° De vierde die bevoegd is voor de examens in het hoger niveau van de eerste en tweede graden; 5° De vijfde die bevoegd is voor de examens in het hoger niveau van de derde graad. De eerste en de tweede afdelingen bestaan uit zes leden en een voorzitter. De derde, vierde en vijfde afdelingen bestaan uit vierentwintig leden en een voorzitter. Het aantal leden waaruit de Examencommissies Nederlandse taal, Duitse taal en Engelse taal bestaan, wordt jaarlijks bepaald naargelang van de noodwendigheden.

Art. 33.§ 1er. 1° Tous les membres doivent :

Art. 33.§ 1. 1° Alle leden moeten :

a) Enseigner ou avoir enseigné dans un établissement d'enseignement in een inrichtingsinstelling onderwijzen of onderwezen hebben die
correspondant au niveau de l'examen; overeenstemt met het examenniveau;
b) Etre titulaire du titre requis pour cet enseignement, sans houder zijn van het vereiste bekwaamheidsbewijs voor dit onderwijs
préjudice des dispositions contenues au § 2 du présent article; onverminderd de bepalingen bedoeld in § 2 van dit artikel;
2° Deux membres au moins doivent enseigner ou avoir enseigné la langue 2° Minstens twee leden moeten de betrokken taal onderwijzen of
en cause. onderwezen hebben.
Chaque président a un suppléant. Iedere voorzitter heeft een plaatsvervanger.
Les membres et leurs suppléants sont nommés par le Gouvernement pour De leden en hun plaatsvervangers worden voor een termijn van twee jaar
un terme de deux ans. door de Regering benoemd.
§ 2. La première Section de la commission de langue française est § 2. De eerste afdeling van de Examencommissie Franse taal bestaat uit
composée de titulaires du diplôme d'instituteur primaire. de houders van het diploma van onderwijzer.
La deuxième Section de la commission de langue française est composée De tweede afdeling van de Examencommissie Franse taal bestaat uit de
de titulaires d'un titre du niveau supérieur des premier et deuxième houders van een bekwaamheidsbewijs van het hoger niveau van de eerste
degrés. en tweede graden.
Les troisième, quatrième, cinquième Sections ainsi que les commissions De derde, vierde, vijfde afdelingen alsook de Examencommissies
de langue néerlandaise, allemande et anglaise sont composées de Nederlandse taal, Duitse taal en Engelse taal zijn samengesteld uit de
titulaires d'un titre du niveau supérieur du troisième degré. houders van een bekwaamheidsbewijs van het hoger niveau van de derde
§ 3. Des agrégés de l'enseignement secondaire inférieur, langues modernes, peuvent faire partie des commissions de langue néerlandaise, allemande ou anglaise, ainsi que des instituteurs qui ont fait la preuve de leur connaissance approfondie d'une de ces secondes langues. Le nombre total d'agrégés de l'enseignement secondaire inférieur (effectifs et suppléants) ne peut être supérieur au tiers du nombre de membres effectifs et suppléants et le nombre d'instituteurs (effectifs et suppléants) ne peut être supérieur au quart du nombre d'agrégés de l'enseignement secondaire inférieur. Tous les membres doivent être habilités à enseigner le néerlandais, l'allemand ou l'anglais seconde langue.

Art. 34.Les présidents et leurs suppléants sont choisis par le Ministre, sur proposition du Ministre de la Justice, parmi les magistrats effectifs ou suppléants du siège ou du parquet ou, en dehors du personnel enseignant, parmi les titulaires d'un diplôme d'enseignement supérieur universitaire ou de type long obtenu au terme de quatre années d'étude au moins.

Art. 35.Les autres membres sont choisis pour moitié parmi les membres du personnel des établissements d'enseignement officiel et pour moitié parmi les membres du personnel des établissements d'enseignement libre qui sont en activité de service ou retraités depuis moins de cinq ans.

graad. § 3. De geaggregeerden van het lager secundair onderwijs, moderne talen, kunnen deel uitmaken van de Examencommissies Nederlandse taal, Duitse taal en Engelse taal alsook de onderwijzers die hun grondige kennis van één van die tweede talen hebben bewezen. Het aantal geaggregeerden van het lager secundair onderwijs (werkende en plaatsvervangende leden) mag het derde van het aantal werkende en plaatsvervangende leden niet overschrijden en het aantal onderwijzers (werkende en plaatsvervangende leden) mag niet hoger zijn dan één vierde van het aantal geaggregeerden van het lager secundair onderwijs. Alle leden moeten het Nederlands, het Duits of het Engels als tweede taal kunnen onderwijzen.

Art. 34.De voorzitters en hun plaatsvervangers worden gekozen door de Minister, op voordracht van de Minister van Justitie, uit de werkende of plaatsvervangende, zittende of staande magistraten of buiten het onderwijzend personeel, waaronder de houders van een diploma van het universitair hoger onderwijs of van het lange type na ten minste vier jaar studies.

Art. 35.De andere leden worden voor de helft gekozen uit de personeelsleden van de officiële onderwijsinrichtingen en voor de andere helft uit de personeelsleden van de vrije onderwijsinrichtingen, die in dienstactiviteit zijn of sedert minder dan vijf jaar gepensioneerd zijn.

Art. 36.Dans chacune des commissions, le secrétariat est assuré par

Art. 36.In iedere examencommissie wordt het secretariaat waargenomen

un fonctionnaire désigné par le Ministre. door een ambtenaar aangesteld door de Minister.

Art. 37.Lorsqu'ils viennent à expiration au cours d'une session

Art. 37.Indien de mandaten in de loop van een examenzittijd

d'examens, les mandats sont prorogés d'office jusqu'à la fin de la verstrijken, worden zij ambtshalve verlengd tot op het einde van de
session. zittijd.
En cas de vacance avant l'expiration d'un mandat, le remplaçant achève Bij vacature vóór het verstrijken van een mandaat, voleindigt de
le mandat de son prédécesseur. plaatsvervanger het mandaat van zijn voorganger.
Section II . - Fonctionnement Afdeling II. - Werking

Art. 38.Le Gouvernement peut allouer aux membres et Présidents des

Art. 38.De Regering kan de leden en de voorzitters van de

commissions l'indemnité réglementaire pour frais de parcours et de examencommissies een reglementaire vergoeding voor reis- en
séjour en cas de déplacement, et une allocation pour la participation verblijfkosten bij verplaatsingen toekennen alsook een toelage voor de
aux épreuves et aux délibérations. deelname aan proeven en beraadslagingen.

Art. 39.Chaque commission ou Section siège au moins une fois par an.

Art. 39.Iedere examencommissie of afdeling zetelt minstens één keer

Les appels aux candidats sont publiés par avis au Moniteur belge. per jaar. De oproepen tot kandidaten worden per advies in het Belgisch
Staatsblad bekendgemaakt.

Art. 40.Les présidents convoquent les membres et les candidats et

Art. 40.De voorzitters roepen de leden en de kandidaten op en stellen

fixent la date des séances. de datum van de zittingen vast.

Art. 41.Les présidents veillent à la régularité des opérations,

Art. 41.De voorzitters zorgen voor het regelmatig verloop van de

prennent toutes les dispositions utiles à l'organisation des épreuves werkzaamheden, nemen alle nuttige maatregelen voor de organisatie van
et dirigent les délibérations. de proeven en leiden de beraadslagingen.

Art. 42.Chaque commission peut établir un règlement d'ordre

Art. 42.Iedere examencommissie kan een huishoudelijk reglement

intérieur. uitwerken.

Art. 43.Les commissions ou Sections ne peuvent délibérer valablement

Art. 43.De examencommissies of afdelingen kunnen slechts geldig

qu'à condition : 1° Que le président (ou son suppléant) soit présent; 2° Que la majorité des membres soient présents; 3° Que les membres qui appartiennent aux établissements d'enseignement officiel et ceux qui appartiennent aux établissements d'enseignement libre soient présents en nombre égal.

Art. 44.Les commissions ou Sections délibèrent à huis clos. Elles délibèrent sur l'ensemble des épreuves subies par chacun des candidats. Elles peuvent délibérer sur toute question soumise par le président ou par un membre.

Art. 45.Les décisions sont prises à la majorité des membres présents. En cas de parité, la voix du président est prépondérante.

Art. 46.Aucun membre de la commission ne peut interroger, apprécier les épreuves ou délibérer lorsque le candidat est un conjoint, un cohabitant, un parent ou allié jusqu'au quatrième degré inclusivement.

Art. 47.Si le président se trouve dans un des cas visés à l'article 46, il est remplacé par son suppléant. Si celui-ci ne peut siéger, un autre président doit être désigné.

beraadslagen en beslissen op voorwaarde : 1° dat de voorzitter (of zijn plaatsvervanger) aanwezig is; 2° dat de meerderheid van de leden aanwezig is; 3° dat de leden die behoren tot de officiële onderwijsinrichtingen en tot de vrije onderwijsinrichtingen in gelijk getal aanwezig zijn.

Art. 44.De examencommissies en afdelingen beraadslagen met gesloten deuren. Ze beraadslagen over het geheel van de proeven die door iedere kandidaat worden afgelegd. Ze kunnen beraadslagen over elke vraag die door de voorzitter of door een lid wordt gesteld.

Art. 45.De beslissingen worden bij meerderheid van stemmen van de aanwezige leden genomen. Bij staking van stemmen is de stem van de voorzitter beslissend.

Art. 46.Geen enkel lid van de examencommissie mag ondervragen, de examens beoordelen of deelnemen aan de beraadslagingen, indien de kandidaat een echtgenoot is, samenwonend is of een bloed- of aanverwant is tot en met de vierde graad.

Art. 47.Indien de voorzitter zich in één van de toestanden bedoeld in artikel 46 bevindt, wordt hij vervangen door zijn plaatsvervanger. Indien deze niet kan zetelen, moet een andere voorzitter worden aangesteld.

CHAPITRE IV. - Dispositions modificatives et abrogatoires HOOFDSTUK IV. - Wijzigings- en opheffingsbepalingen

Art. 48.Sont abrogés :

Art. 48.Opgeheven worden :

a) L'arrêté royal du 25 novembre 1970 relatif à l'organisation des Het koninklijk besluit van 25 november 1970 betreffende de organisatie
examens linguistiques; van de taalexamens;
b) L'arrêté ministériel du 10 avril 1974 relatif à l'organisation des Het ministerieel besluit van 10 april 1974 betreffende de organisatie
examens linguistiques dans l'enseignement de régime français. van de taalexamens in het onderwijs van het Frans taalstelsel.

Art. 49.A l'article 7, alinéa 5, 1°, du décret du 13 juillet 1998

Art. 49.In artikel 7, vijfde lid, 1°, van het decreet van 13 juli

portant organisation de l'enseignement maternel et primaire ordinaire 1998 betreffende de organisatie van het gewoon kleuteronderwijs en
et modifiant la réglementation de l'enseignement, les termes « à lager onderwijs en de wijziging van de onderwijswetgeving, worden de
l'article 8 de l'arrêté royal du 25 novembre 1970 relatif à woorden « in artikel 8 van het koninklijk besluit van 25 november 1970
l'organisation des examens linguistiques » sont remplacés par les betreffende de organisatie van taalexamens » vervangen door de woorden
termes « à l'article 24 du décret du 3 février 2006 relatif à « in artikel 24 van het decreet betreffende de organisatie van de
l'organisation des examens linguistiques ». taalexamens ».

Art. 50.A l'article 2 de l'arrêté du Gouvernement de la Communauté

Art. 50.In artikel 2 van het besluit van de Regering van de Franse

française du 5 mai 2004 relatif au mode de preuve de la connaissance Gemeenschap van 5 mei 2004 betreffende de methode voor het bewijs van
fonctionnelle du français, les termes « visée à l'article 17, alinéa de functionele kennis van de Franse taal, worden de woorden « bedoeld
2, de l'arrêté ministériel du 10 avril 1974 relatif à l'organisation in artikel 17, alinea 2, van het ministerieel besluit van 10 april
des examens linguistiques dans l'enseignement de régime français » 1974 over de organisatie van taalexamens in het Franstalig onderwijs »
sont remplacés par les termes « visée à l'article 20, alinéa 2, du vervangen door de woorden « bedoeld in artikel 20, tweede lid, van het
décret du 3 février 2006 relatif à l'organisation des examens decreet betreffende de organisatie van de taalexamens ».
linguistiques.

Art. 51.A l'article 4 de l'arrêté du Gouvernement de la Communauté

Art. 51.In artikel 4 van het voornoemde besluit van de Regering van

française du 5 mai 2004 précité, les termes « à l'article 1er de de Franse Gemeenschap van 5 mei 2004, worden de woorden « in artikel 1
l'arrêté royal du 25 novembre 1970 relatif à l'organisation des van het koninklijk besluit van 25 november 1970 betreffende de
examens linguistiques » sont remplacés par « à l'article 1er du décret organisatie van de taalexamens » vervangen door de woorden « in
du 3 février 2006 relatif à l'organisation des examens linguistiques artikel 1 van het decreet betreffende de organisatie van de
». taalexamens ».
CHAPITRE V. - Dispositions transitoires HOOFDSTUK V. - Overgangsbepalingen

Art. 52.Les candidatures introduites pour présenter un examen

Art. 52.De kandidaturen die ingediend worden om een taalexamen af te

linguistique en réponse au dernier appel aux candidats lancé sur base leggen in antwoord op de laatste oproep tot kandidaten, gebaseerd op
de l'ancienne réglementation et publié avant l'entrée en vigueur du de vorige regelgeving en bekendgemaakt vóór de inwerkingtreding van
présent décret sont réputées avoir été introduites en vertu du présent décret. dit decreet, worden geacht ingediend te zijn krachtens dit decreet.

Art. 53.Les commissions dernièrement instituées en vertu de

Art. 53.De examencommissies die laatst werden ingesteld

l'ancienne réglementation sont réputées instituées en vertu du présent overeenkomstig de vorige regelgeving, worden geacht ingesteld te zijn
décret. Leurs membres et Présidents achèvent leur mandat en cours au krachtens dit decreet. Hun leden en voorzitters voleindigen hun
moment de l'entrée en vigueur du présent décret. mandaat dat reeds loopt op het moment dat dit decreet in werking
CHAPITRE VI. - Dispositions finales treedt. HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen

Art. 54.La Ministre-Présidente, en charge de l'Enseignement

Art. 54.De Minister-Presidente, bevoegd voor het Leerplichtonderwijs,

obligatoire, la Vice-Présidente, en charge de l'Enseignement de Vice-Presidente, bevoegd voor het Hoger Onderwijs, Wetenschappelijk
supérieur, de la Recherche scientifique et des Relations Onderzoek en Internationale Betrekkingen, worden belast met de
internationales sont chargées de l'exécution du présent décret. uitvoering van dit decreet.

Art. 55.Le présent décret entre en vigueur le jour de sa promulgation

Art. 55.Dit decreet treedt in werking de dag waarop het door de

par le Gouvernement. Regering wordt afgekondigd.
Promulguons le présent décret, ordonnons qu'il soit publié au Moniteur Kondigen dit decreet af, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad
belge. zal worden bekendgemaakt.
Bruxelles, le 3 février 2006. Brussel, 3 februari 2006.
La Ministre-Présidente, chargée de l'Enseignement obligatoire et de De Minister-Presidente, belast met het Leerplichtonderwijs en het
Promotion sociale, Onderwijs voor sociale promotie,
Mme M. ARENA Mevr. M. ARENA
La Vice-Présidente et Ministre chargée de l'Enseignement supérieur, de De Vice-Presidente en Minister van Hoger Onderwijs, Wetenschappelijk
la Recherche scientifique et des Relations internationales, Onderzoek en Internationale Betrekkingen,
Mme M.-D. SIMONET Mevr. M.-D. SIMONET
Le Vice-Président et Ministre du Budget et des Finances, De Vice-President en Minister van Begroting en Financiën,
M. DAERDEN M. DAERDEN
Le Ministre de la Fonction publique et des Sports, De Minister van Ambtenarenzaken en Sport,
C. EERDEKENS C. EERDEKENS
La Ministre de la Culture, de l'Audiovisuel et de la Jeunesse, De Minister van Cultuur, de Audiovisuele Sector en Jeugd,
Mme F. LAANAN Mevr. F. LAANAN
La Ministre de l'Enfance, de l'Aide à la Jeunesse et de la Santé, De Minister van Kinderwelzijn, Hulpverlening aan de Jeugd en
Mme C. FONCK _______ Notes Session 2005-2006 : Documents du Conseil. - Projet de décret, n° 210-1. - Amendements de commission, n° 210-2. Compte rendu intégral. - Rapport oral. - Discussion et adoption. Séance du 1er février 2006. Annexe n° 1 Certificat de connaissance approfondie de la langue française Communauté française de Belgique La commission d'examen, instituée en exécution de l'article 15 de la loi du 30 juillet 1963 concernant le régime linguistique dans l'enseignement; Déclare que (1) . . . . . né à . . . . . le . . . . . a subi avec succès, un examen portant sur la connaissance approfondie de la langue française, au niveau . . . . . . . . . . Donné à . . . . ., le . . . . . 20... Le Président Les Membres L.... titulaire, Au nom du Gouvernement de la Communauté française : Le Directeur général de l'Enseignement non obligatoire et de la Recherche scientifique (1) nom et prénom (pour les femmes mariées, mentionner le nom de jeune fille) Annexe n° 2 Certificat de connaissance suffisante de la langue française Communauté française de Belgique La commission d'examen, instituée en exécution de l'article 15 de la loi du 30 juillet 1963 concernant le régime linguistique dans l'enseignement; Déclare que (1) . . . . . né à . . . . ., le......................................., a subi avec succès un examen portant sur la connaissance suffisante de la langue française. Donné à. . . . . ., le . . . . . .20......... Le président Les Membres L.... titulaire, Au nom du Gouvernement de la Communauté française : Le Directeur général de l'Enseignement non obligatoire et de la Recherche scientifique (1) nom et prénom (pour les femmes mariées, mentionner le nom de jeune fille) Annexe n° 3 Certificat de connaissance approfondie d'une seconde langue pour l'enseignement dans les écoles primaires Communauté française de Belgique La commission d'examen, instituée en exécution de l'article 15 de la loi du 30 juillet 1963 concernant le régime linguistique dans l'enseignement; Déclare que (1) . . . . . né à . . . . ., le. . . . . ., a subi avec succès un examen de connaissance approfondie d'une seconde langue pour l'enseignement dans les écoles primaires, en langue(2) . . . . . Donné à . . . . ., le . . . . . 20........... Le Président Les Membres L.... titulaire, Au nom du Gouvernement de la Communauté française : Le Directeur général de l'Enseignement non obligatoire et de la Recherche scientifique (1) nom et prénom (pour les femmes mariées, mentionner le nom de jeune fille); Gezondheid, Mevr. C. FONCK _______ Nota's Zitting 2005-2006 : Stukken van de Raad. - Voorstel van decreet, nr. 210-1. - Commissieamendementen, nr. 210-2. Integraal verslag. - Mondeling verslag. - Bespreking en aanneming. Vergadering van 1 februari 2006.
(2) néerlandaise, allemande ou anglaise
^