← Retour vers "Circulaire GPI 20 relative à la présence des organisations syndicales représentatives aux examens et concours "
| Circulaire GPI 20 relative à la présence des organisations syndicales représentatives aux examens et concours | Omzendbrief GPI 20 betreffende de aanwezigheid van de representatieve vakorganisaties bij examens en vergelijkende examens |
|---|---|
| MINISTERE DE L'INTERIEUR | MINISTERIE VAN BINNENLANDSE ZAKEN |
| 22 AVRIL 2002. - Circulaire GPI 20 relative à la présence des | 22 APRIL 2002. - Omzendbrief GPI 20 betreffende de aanwezigheid van de |
| organisations syndicales représentatives aux examens et concours | representatieve vakorganisaties bij examens en vergelijkende examens |
| A Madame et Messieurs les Gouverneurs de Province, | Aan Mevrouw en Heren Provinciegouverneurs, |
| A Madame le Gouverneur de l'arrondissement administratif de | Aan Mevrouw de Gouverneur van het administratief arrondissement |
| Bruxelles-Capitale, | Brussel-Hoofdstad, |
| A Mesdames et Messieurs les Bourgmestres, | Aan de Dames en Heren Burgemeesters, |
| A Mesdames et Messieurs les Présidents des Collèges de police, | Aan de Dames en Heren Voorzitters van de Politiecolleges, |
| A Monsieur le Commissaire général de la police fédérale, | Aan de Heer Commissaris-generaal van de federale politie, |
| A Mesdames et Messieurs les Chefs de corps de la police locale, | Aan de Dames en Heren Korpschefs van de lokale politie, |
| Pour information : | Ter informatie : |
| Au Directeur général de la Police générale du Royaume, | Aan de Directeur-generaal van de Algemene Rijkspolitie, |
| A Monsieur le Président de la Commission permanente de la police locale, | Aan de Heer Voorzitter van de Vaste Commissie van de lokale politie, |
| A Mesdames et Messieurs les Commissaires d'arrondissement, | Aan de Dames en Heren Arrondissementscommissarissen, |
| Madame, Monsieur le Gouverneur, | Mevrouw, Mijnheer de Gouverneur, |
| Madame, Monsieur le Bourgmestre, | Mevrouw, Mijnheer de Burgemeester, |
| Madame, Monsieur le Président, | Mevrouw, Mijnheer de Voorzitter, |
| Monsieur le Commissaire général, | Mijnheer de Commissaris-generaal, |
| Madame, Monsieur le Chef de corps, | Mevrouw, Mijnheer de Korpschef, |
| Dans le contexte de réforme actuel, il est apparu que le rôle des | In de context van de hervorming die thans wordt doorgevoerd, werd |
| organisations syndicales dans le cadre des examens et concours qui | vastgesteld dat de rol van de vakorganisaties in het raam van de |
| sont organisés par la police pour ses membres du personnel et les | examens en de vergelijkende examens die door de politie georganiseerd |
| candidats membres du personnel n'était pas toujours clairement | worden voor haar personeelsleden en voor de kandidaat-personeelsleden |
| circonscrit. Le but de cette circulaire est de combler cette lacune. | niet steeds duidelijk was bepaald. De bedoeling van deze omzendbrief |
| is om die leemte op te vullen. | |
| La présente circulaire a été rédigée en concertation avec les services | Deze omzendbrief werd opgesteld in overleg met de diensten van mijn |
| de mon Collègue de la Fonction publique afin d'appliquer, mutadis | Collega van het Openbaar Ambt om aldus de aldaar heersende |
| mutandis, sa jurisprudence aux services de police. | rechtspraak, mutatis mutandis, toe te passen op de politiediensten. |
| 1. Base légale et réglementaire | 1. Wettelijke en reglementaire grondslag |
| En l'espèce, il convient de se référer à l'article 15, 3°, de la loi | In deze materie moet verwezen worden naar artikel 15, 3°, van de wet |
| du 24 mars 1999 organisant les relations entre les autorités publiques | van 24 maart 1999 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid |
| et les organisations du personnel des services de police, ainsi qu'à | en de vakverenigingen van het personeel van de politiediensten, |
| l'article 14 de l'arrêté royal du 28 septembre 1984 portant exécution | alsmede naar artikel 14 van het koninklijk besluit van 28 september |
| de la loi du 19 décembre 1974 organisant les relations entre les | 1984 tot uitvoering van de wet van 19 december 1974 tot regeling van |
| autorités publiques et les syndicats des agents relevant de ces autorités. | de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel. |
| L'article 15, 3°, de la loi du 24 mars 1999 prévoit que les | Artikel 15, 3°, van de wet van 24 maart 1999 bepaalt dat de |
| organisations syndicales représentatives peuvent assister aux concours | representatieve vakorganisaties mogen aanwezig zijn op de |
| et examens organisés pour les membres du personnel, sans préjudice des | vergelijkende examens en op de examens welke voor de personeelsleden |
| prérogatives des jurys. Les conditions d'exercice de cette prérogative sont cependant fixées par le Roi, ce que vise précisément l'article 14 de l'arrêté royal 28 septembre 1984 qui dispose que : « Toute organisation syndicale représentative a le droit de se faire représenter par un délégué auprès du jury de chaque concours ou examen de recrutement de membres du personnel, ainsi qu'auprès du jury de chaque concours, épreuve ou examen organisé pour les membres du personnel qu'elle représente. | worden georganiseerd, onverminderd de prerogatieven van de examencommissies. De voorwaarden voor het uitoefenen van dit prerogatief worden evenwel door de Koning bepaald en vinden hun neerslag in artikel 14 van het koninklijk besluit van 28 september 1984 dat stelt : « Iedere representatieve vakorganisatie heeft het recht om zich door een afgevaardigde te laten vertegenwoordigen in de examencommissie van elk examen of vergelijkend examen voor werving van personeelsleden, alsook in de examencommissie van elk vergelijkend examen, van elke proef of van elk examen georganiseerd voor de personeelsleden die ze vertegenwoordigt. |
| Le délégué doit s'abstenir de toute intervention dans le déroulement | De afgevaardigde moet zich onthouden van iedere bemoeiing met het |
| normal du concours, de l'épreuve ou de l'examen, et ne peut prendre | normaal verloop van het vergelijkend examen, van de proef of van het |
| part à la délibération du jury. Il ne peut prendre connaissance du | examen, en mag niet deelnemen aan de beraadslaging van de |
| procès-verbal des opérations, ni recevoir copie de celui-ci. | examencommissie. Hij mag geen kennis nemen van de notulen van de |
| Toutefois, il peut faire acter ses remarques sur le déroulement du | verrichtingen, noch een afschrift ervan ontvangen. Hij mag evenwel |
| concours, de l'examen ou de l'épreuve, dans une annexe au | zijn opmerkingen over het verloop van het vergelijkend examen, van het |
| procès-verbal ». | examen of de proef doen aantekenen in een bijlage bij de notulen ». |
| Le but de la présente circulaire est de préciser la portée de ces | Het doel van deze omzendbrief bestaat erin om de draagwijdte van die |
| dispositions. Ainsi, les termes « examens et concours » ainsi que le | bepalingen nader toe te lichten. De begrippen « examen en vergelijkend |
| rôle que peuvent y jouer les organisations syndicales représentatives | examen » evenals de rol die de representatieve vakorganisaties daarin |
| sont explicités. | kunnen spelen worden nader verklaard. |
| 2. Champ d'application rationae personae | 2. Toepassingsgebied rationae personae |
| Seules les organisations syndicales représentatives peuvent assister | |
| aux examens et concours organisés par les services de police (art. 15, | Dit voorrecht komt uitsluitend de representatieve vakorganisaties toe |
| 3°, de la loi du 24 mars 1999 précitée). | (art. 15, 3°, van de voormelde wet van 24 maart 1999). |
| 3. Champ d'application rationae materiae | 3. Toepassingsgebied rationae materiae |
| Les examens et concours auxquels peuvent assister les organisations | De examens en vergelijkende examens waarvan sprake betreffen alle |
| syndicales représentatives, sont tous tests ou vérifications, sous | testen of toetsen, onder welke benaming dan ook, die een schriftelijke |
| quelque dénomination que ce soit, qui comportent une vérification | of mondelinge, theoretische of praktische controle van de bekwaamheid |
| écrite ou orale, théorique ou pratique de l'aptitude des candidats, à | van de kandidaten inhouden, met uitzondering van de controle « op |
| l'exclusion des vérifications « sur pièces ». Par candidats, il faut | stukken ». Onder kandidaten moet begrepen worden de kandidaten voor |
| comprendre les candidats à des postes tant statutaires que contractuels. | zowel statutaire betrekkingen als contractuele betrekkingen. |
| Les examens et concours auxquels peuvent assister les organisations | De examens en vergelijkende examens die de representatieve |
| syndicales représentatives sont ceux organisés, entre autres, dans le | vakorganisaties kunnen bijwonen, zijn diegene die georganiseerd |
| cadre : | worden, onder andere, in het raam van : |
| 1° du recrutement et de la sélection; | 1° de rekrutering en de selectie; |
| 2° de la formation; | 2° de opleiding; |
| 3° de la mobilité; 4° de la promotion par accession à un grade, cadre ou niveau supérieur; 5° de l'évaluation; 6° de la sélection et de l'évaluation des mandataires. Les organisations syndicales représentatives peuvent également assister aux examens organisés par le secteur privé, notamment les épreuves de type « assessment », pour le compte des services de police. Chaque organisation syndicale représentative ne peut se faire représenter que par un seul délégué. Toutefois, lors d'examens et concours de grande envergure (vu notamment le grand nombre de candidats ou l'organisation matérielle décentralisée des épreuves), et lorsqu'il appert que le contrôle de la régularité de ceux-ci par un seul délégué est impossible, plusieurs délégués par organisation représentative peuvent être autorisés à assister aux épreuves. Il appartient à l'organisateur de l'épreuve de déterminer au cas par cas si le contrôle de la régularité des épreuves peut être assuré correctement ou non par un seul délégué par organisation. Le choix de la personne que l'organisation syndicale délègue pour la représenter lors des concours et examens relève exclusivement de l'organisation syndicale concernée. Aucune qualification particulière ne peut être exigée et la récusation de l'intéressé est exclue. Néanmoins, il est déontologiquement indiqué que les organisations syndicales s'abstiennent de présenter comme délégué des personnes dont l'objectivité pourrait être mise en doute. Ainsi, on évitera qu'un membre du personnel délégué d'une organisation syndicale se trouve dans une relation hiérarchique avec le candidat. De même, il n'est pas déontologiquement souhaitable qu'un délégué soit apparenté à un des candidats. Toutes les organisations doivent être traitées de manière identique. L'exercice de la prérogative consiste à assister aux examens et concours, non à y intervenir. En effet, la raison d'être de la prérogative est de permettre aux organisations syndicales représentatives d'exercer un contrôle sur la régularité et l'objectivité des examens et sur l'égalité du traitement qui est réservé à chaque candidat. Les délégués ne peuvent avoir aucun contact avec les candidats pendant le déroulement de l'épreuve. Les délégués ne peuvent pas participer aux opérations préparatoires aux examens, telle une délibération de jury portant sur la matière faisant l'objet de l'épreuve, ou la rédaction de réponses-type aux questions posées. L'exercice de la prérogative n'emporte pas non plus communication préalable des questions aux délégués. Ceux-ci ne peuvent recevoir communication ou copie des questions qu'après le début des épreuves. Chaque délégué peut faire acter ses remarques relatives au déroulement de l'épreuve dans une annexe au procès-verbal de celle-ci. Après l'épreuve, les délégués ne peuvent pas prendre part à la délibération du jury, laquelle reste secrète. Le procès-verbal de la délibération n'est pas communiqué aux organisations syndicales. De même, les organisations syndicales ne peuvent participer aux délibérations des commissions de sélection ou d'évaluation. J'espère que la présente circulaire pourra contribuer à une application correcte de la prérogative susmentionnée. Le Ministre de l'Intérieur, | 3° de mobiliteit; 4° de bevordering door overgang naar een hogere graad, hoger kader of niveau; 5° de evaluatie; 6° de selectie en de evaluatie van de mandatarissen. De representatieve vakorganisaties kunnen eveneens examens bijwonen die door de privé-sector, voor rekening van de politiediensten georganiseerd worden, onder meer de proeven van het type « assessment ». Iedere representatieve vakorganisatie kan slechts door één afgevaardigde vertegenwoordigd worden. Niettemin, bij examens of vergelijkende examens van grote omvang (gelet op het groot aantal kandidaten of de gedecentraliseerde materiële organisatie van de proeven), en wanneer het nagaan van de regelmatigheid ervan door één afgevaardigde onmogelijk blijkt, kunnen meerdere afgevaardigden per representatieve vakorganisatie worden toegelaten om de proeven bij te wonen. De organisator van de proef bepaalt geval per geval of de controle van de regelmatigheid van de proeven al dan niet behoorlijk door één afgevaardigde per organisatie kan vezekerd worden. De keuze van de persoon die de vakorganisatie afvaardigt om haar te vertegenwoordigen tijdens de examens en vergelijkende examens komt uitsluitend de betrokken vakorganisatie toe. Er kan geen bijzondere bekwaamheid vereist worden en de wraking van de betrokkene is uitgesloten. Het lijkt deontologisch aangewezen dat de vakorganisaties zich ervan onthouden om afgevaardigden voor te dragen van wie de objectiviteit in vraag zou kunnen worden gesteld. Zo moet vermeden worden dat een personeelslid, afgevaardigde van een vakorganisatie, zich in een hiërarchische relatie met de kandidaat bevindt. Het lijkt eveneens deontologisch niet wenselijk dat een afgevaardigde met één van de kandidaten verwant is. Alle vakorganisaties moeten op voet van gelijkheid behandeld worden. De uitoefening van het voorrecht bestaat in het bijwonen van examens en vergelijkende examens, zonder daarin te kunnen tussenkomen. De bestaansreden van het voorrecht is immers de vakorganisaties toe te staan een controle op de regelmatigheid en de objectiviteit van de examens en op de gelijkheid van behandeling van de kandidaten uit te oefenen. De afgevaardigden mogen geen contact met de kandidaten tijdens het verloop van de proef hebben. De afgevaardigden mogen niet deelnemen aan de voorbereidingen van de examens, zoals een beraadslaging van een jury over de stof die het voorwerp van de proef uitmaakt, of het opstellen van type-antwoorden op de gestelde vragen. De uitoefening van het voorrecht betekent ook niet de voorafgaande mededeling van de vragen aan de afgevaardigden. Deze laatsten mogen slechts na de aanvang van de proeven een mededeling of een kopie van de vragen verkrijgen. Iedere afgevaardigde mag zijn opmerkingen betreffende het verloop van de proef in een bijlage bij het proces-verbaal ervan doen acteren. Na de proef mogen de afgevaardigden niet deelnemen aan de beraadslaging van de jury, die een geheim karakter behoudt. De notulen van de beraadslaging worden niet megedeeld aan de vakorganisaties. De vakorganisaties mogen eveneens de deliberaties van de selectie- en evaluatiecommissies niet bijwonen. Ik hoop dat deze omzendbrief zal bijdragen tot een correcte toepassing van voormeld prerogatief. De Minister van Binnenlandse Zaken, |
| A. DUQUESNE | A. DUQUESNE |