← Retour vers "Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par jugement du 20 novembre
2017 en cause de A.I. et autres contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour
le 24 novembre 2017, le Tribunal de première « Les articles 7, 9 et 9bis de la loi du 15 décembre 1980 sur l'accès au territoire,
le séjour, l'é(...)"
| Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par jugement du 20 novembre 2017 en cause de A.I. et autres contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 24 novembre 2017, le Tribunal de première « Les articles 7, 9 et 9bis de la loi du 15 décembre 1980 sur l'accès au territoire, le séjour, l'é(...) | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 20 november 2017 in zake A.I. en anderen tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 24 november 2017, heeft « Schenden de artikelen 7, 9 en 9bis van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het(...) |
|---|---|
| COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
| Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 |
| Par jugement du 20 novembre 2017 en cause de A.I. et autres contre | januari 1989 Bij vonnis van 20 november 2017 in zake A.I. en anderen tegen de |
| l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le | Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is |
| 24 novembre 2017, le Tribunal de première instance de Liège, division | ingekomen op 24 november 2017, heeft de Rechtbank van eerste aanleg |
| Huy, a posé la question préjudicielle suivante : | Luik, afdeling Hoei, de volgende prejudiciële vraag gesteld : |
| « Les articles 7, 9 et 9bis de la loi du 15 décembre 1980 sur l'accès | « Schenden de artikelen 7, 9 en 9bis van de wet van 15 december 1980 |
| au territoire, le séjour, l'établissement et l'éloignement des | betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging |
| étrangers, | en de verwijdering van vreemdelingen |
| violent-ils les articles 10, 11, 22, 22bis, 23, 24 et 191 de la | de artikelen 10, 11, 22, 22bis, 23, 24 en 191 van de Grondwet, al dan |
| Constitution, lus isolément ou en combinaison avec les articles 2 et 9 | niet in samenhang gelezen met de artikelen 2 en 9 van het |
| de la Convention internationale relative aux droits de l'enfant, avec | Internationaal Verdrag inzake de rechten van het kind, met de |
| les articles 8 et 14 de la Convention de sauvegarde des droits de | artikelen 8 en 14 van het Verdrag tot bescherming van de rechten van |
| l'homme et des libertés fondamentales, avec l'article 2 du premier | de mens en de fundamentele vrijheden, met artikel 2 van het Eerste |
| protocole additionnel à la Convention de sauvegarde des droits de | Aanvullend Protocol bij het Verdrag tot bescherming van de rechten van |
| l'homme et des libertés fondamentales, et avec l'article 13 § 2 du | de mens en de fundamentele vrijheden en met artikel 13, lid 2, van het |
| Pacte international du 19 décembre 1966 relatif aux droits économiques, sociaux et culturels, interprétés comme permettant à l'Etat belge d'ordonner à des enfants mineurs, représentés par leurs parents, de quitter le territoire, sans certitude de retour, alors qu'ils sont nés en Belgique et y sont scolarisés depuis 10 et 12 ans, parce que leurs parents (leurs représentants légaux), en séjour illégal, doivent introduire leur demande d'asile depuis leur pays d'origine et ne peuvent le faire depuis leur lieu de résidence, la Belgique ? ». Cette affaire est inscrite sous le numéro 6781 du rôle de la Cour. Le greffier, | Internationaal Verdrag van 19 december 1966 inzake economische, sociale en culturele rechten, in die zin geïnterpreteerd dat zij de Belgische Staat toestaan minderjarige kinderen, vertegenwoordigd door hun ouders, te bevelen het grondgebied te verlaten, zonder zekerheid inzake terugkeer, terwijl zij in België geboren zijn en er sedert tien en twaalf jaar onderwijs volgen, omdat hun illegaal verblijvende ouders (hun wettelijke vertegenwoordigers) hun asielaanvraag vanuit hun land van herkomst moeten indienen en dat niet kunnen doen vanuit hun verblijfplaats, zijnde België ? ». Die zaak is ingeschreven onder nummer 6781 van de rol van het Hof. De griffier, |
| P.-Y. Dutilleux | P.-Y. Dutilleux |