← Retour vers "Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par jugement du 22 avril
2014 en cause de la SC SCRL « Woonmaatschappij IJzer & Zee » contre Adjetey Afatsawo, dont l'expédition
est parvenue au greffe de la Cour le 14 mai « L'article 2 du décret du 15 juillet
1997 contenant le Code flamand du Logement et les articles 1"
| Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par jugement du 22 avril 2014 en cause de la SC SCRL « Woonmaatschappij IJzer & Zee » contre Adjetey Afatsawo, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 14 mai « L'article 2 du décret du 15 juillet 1997 contenant le Code flamand du Logement et les articles 1 | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 22 april 2014 in zake de bv cvba « Woonmaatschappij IJzer & Zee » tegen Adjetey Afatsawo, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen « Schenden artikel 2 van het Decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode en de artikelen (...) |
|---|---|
| COUR CONSTITUTIONNELLE | GRONDWETTELIJK HOF |
| Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 |
| Par jugement du 22 avril 2014 en cause de la SC SCRL « | Bij vonnis van 22 april 2014 in zake de bv cvba « Woonmaatschappij |
| Woonmaatschappij IJzer & Zee » contre Adjetey Afatsawo, dont | IJzer & Zee » tegen Adjetey Afatsawo, waarvan de expeditie ter griffie |
| l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 14 mai 2014, le Juge | van het Hof is ingekomen op 14 mei 2014, heeft de Vrederechter van het |
| de paix du canton de Furnes-Nieuport, siège de Furnes, a posé la | kanton Veurne-Nieuwpoort, zetel Veurne, de volgende prejudiciële vraag |
| question préjudicielle suivante : | gesteld : |
| « L'article 2 du décret du 15 juillet 1997 contenant le Code flamand | « Schenden artikel 2 van het Decreet van 15 juli 1997 houdende de |
| du Logement et les articles 1er, 10°, 1er, 17°, 3, 7 et 14 de l'arrêté | Vlaamse Wooncode en de artikelen 1, 10°, 1, 17°, 3, 7 en 14 van het |
| du Gouvernement flamand du 12 octobre 2007 réglementant le régime de | Besluit van de Vlaamse Regering van 12 oktober 2007 tot reglementering |
| location sociale et portant exécution du titre VII du Code flamand du | van het sociale huurstelsel ter uitvoering van titel VII van de |
| Logement violent-ils les articles 10, 11, 22 et/ou 23 de la Constitution lorsqu'ils sont interprétés en ce sens qu'une distinction est faite, vis-à-vis d'un locataire qui remplit les conditions pour louer un logement social et tient un logement social en location, selon que ce locataire : - après que le contrat de bail social a pris cours, entretient une relation durable avec une personne qui remplit les conditions d'admission pour être qualifiée de locataire social; - après que le contrat de bail a pris cours, entretient une relation durable avec une personne qui ne remplit pas les conditions d'admission pour être qualifiée de locataire social; compte tenu de ce que dans la première hypothèse, le locataire et son ou sa partenaire peuvent cohabiter dans le logement social qu'il loue, tandis que cela n'est légalement pas possible dans la seconde hypothèse ? ». Cette affaire est inscrite sous le numéro 5902 du rôle de la Cour. Le greffier, | Vlaamse Wooncode, de artikelen 10, 11, 22 en/of 23 van de Grondwet in die zin geïnterpreteerd dat er een onderscheid wordt gemaakt tussen een huurder, die voldoet aan de voorwaarden om een sociale woning te huren en die een sociale woning in huur heeft, in de gevallen waarin deze huurder: - na de aanvang van de sociale huurovereenkomst een duurzame relatie heeft met iemand die voldoet aan de toelatingsvoorwaarden om als sociale huurder in aanmerking te komen; - na de aanvang van de sociale huurovereenkomst een duurzame relatie heeft met iemand die niet voldoet aan de toelatingsvoorwaarden om als sociale huurder in aanmerking te komen; in acht genomen dat in de eerste hypothese de huurder met zijn partner mag samenwonen in de door hem gehuurde sociale huurwoning terwijl dit in de tweede hypothese wettelijk onmogelijk is ? ». Die zaak is ingeschreven onder nummer 5902 van de rol van het Hof. De griffier, |
| F. Meersschaut | F. Meersschaut |