← Retour vers "Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par jugement du 31 mai
2007 en cause du centre public d'action sociale de Mons contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue
au greffe de la Cour le 1 er août 2 « En ce que l'article 1410, § 4, alinéa 3, du Code judiciaire,
lu, le cas échéant, en combinai(...)"
| Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par jugement du 31 mai 2007 en cause du centre public d'action sociale de Mons contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 1 er août 2 « En ce que l'article 1410, § 4, alinéa 3, du Code judiciaire, lu, le cas échéant, en combinai(...) | Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 31 mei 2007 in zake het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn van Bergen tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Ho « Schendt artikel 1410, § 4, derde lid, van het Gerechtelijk Wetboek, in voorkomend geval in s(...) |
|---|---|
| COUR CONSTITUTIONNELLE Avis prescrit par l'article 74 de la loi spéciale du 6 janvier 1989 Par jugement du 31 mai 2007 en cause du centre public d'action sociale de Mons contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 1er août 2007, le Juge des saisies de Mons a posé la question préjudicielle suivante : | GRONDWETTELIJK HOF Bericht voorgeschreven bij artikel 74 van de bijzondere wet van 6 januari 1989 Bij vonnis van 31 mei 2007 in zake het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn van Bergen tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 1 augustus 2007, heeft de Beslagrechter te Bergen de volgende prejudiciële vraag gesteld : |
| « En ce que l'article 1410, § 4, alinéa 3, du Code judiciaire, lu, le | « Schendt artikel 1410, § 4, derde lid, van het Gerechtelijk Wetboek, |
| cas échéant, en combinaison avec l'article 1410, § 4, alinéa 4, du | in voorkomend geval in samenhang gelezen met artikel 1410, § 4, vierde |
| Code judiciaire limite aux prestations visées au § 1er, 2°, 3°, 4°, 5° | lid, van het Gerechtelijk Wetboek, niet de bepalingen van de artikelen |
| et 8° de l'article 1410 du Code judiciaire, les récupérations | 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre het de terugvorderingen waarop de |
| auxquelles peut prétendre l'organisme ou le service créancier qui ne | instelling of uitbetalingsdienst die de latere prestaties niet meer |
| fournit plus les prestations ultérieures au débiteur de l'indu, cet | uitkeert aan de schuldenaar van het onverschuldigde bedrag, aanspraak |
| article ne viole-t-il pas les dispositions des articles 10 et 11 de la | kan maken, tot de in paragraaf 1, 2°, 3°, 4°, 5° en 8°, van artikel |
| Constitution ? ». | 1410 van het Gerechtelijk Wetboek bedoelde prestaties beperkt ? ». |
| Cette affaire est inscrite sous le numéro 4270 du rôle de la Cour. | Die zaak is ingeschreven onder nummer 4270 van de rol van het Hof. |
| Le greffier, | De griffier, |
| P.-Y. Dutilleux. | P.-Y. Dutilleux. |