Etaamb.openjustice.be
Vue multilingue de Arrêté Royal du --
← Retour vers "Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 20 juin 2005, conclue au sein de la Commission paritaire pour employés de l'industrie textile et de la bonneterie, relative aux initiatives de formation "
Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 20 juin 2005, conclue au sein de la Commission paritaire pour employés de l'industrie textile et de la bonneterie, relative aux initiatives de formation Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 juni 2005, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk, betreffende vormingsinitiatieven
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
1er SEPTEMBRE 2006. - Arrêté royal rendant obligatoire la convention 1 SEPTEMBER 2006. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend
collective de travail du 20 juin 2005, conclue au sein de la wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 juni 2005,
Commission paritaire pour employés de l'industrie textile et de la gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van de
bonneterie, relative aux initiatives de formation (1) textielnijverheid en het breiwerk, betreffende vormingsinitiatieven (1)
ALBERT II, Roi des Belges, ALBERT II, Koning der Belgen,
A tous, présents et à venir, Salut. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve
travail et les commissions paritaires, notamment l'article 28; arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel
Vu la demande de la Commission paritaire pour employés de l'industrie 28; Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden van de
textile et de la bonneterie; textielnijverheid en het breiwerk;
Sur la proposition de Notre Ministre de l'Emploi, Op de voordracht van Onze Minister van Werk,
Nous avons arrêté et arrêtons : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Article 1er.Est rendue obligatoire la convention collective de

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

travail du 20 juin 2005, reprise en annexe, conclue au sein de la overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 20 juni 2005, gesloten
Commission paritaire pour employés de l'industrie textile et de la in het Paritair Comité voor de bedienden van de textielnijverheid en
bonneterie, relative aux initiatives de formation. het breiwerk, betreffende vormingsinitiatieven.

Art. 2.Notre Ministre de l'Emploi est chargé de l'exécution du

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit

présent arrêté. besluit.
Donné à Bruxelles, le 1er septembre 2006. Gegeven te Brussel, 1 september 2006.
ALBERT ALBERT
Par le Roi : Van Koningswege :
Le Ministre de l'Emploi, De Minister van Werk,
P. VANVELTHOVEN P. VANVELTHOVEN
_______ _______
Note Nota
(1) Référence au Moniteur belge : (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :
Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Annexe Bijlage
Commission paritaire pour employés de l'industrie textile et de la Paritair Comité voor de bedienden van de textielnijverheid en het
bonneterie breiwerk
Convention collective de travail du 20 juin 2005 Collectieve arbeidsovereenkomst van 20 juni 2005
Initiatives de formation (Convention enregistrée le 28 juillet 2005 Vormingsinitiatieven (Overeenkomst geregistreerd op 28 juli 2005 onder
sous le numéro 75830/CO/214) het nummer 75830/CO/214)
CHAPITRE Ier. - Champ d'application

Article 1er.Cette convention collective de travail est applicable aux entreprises qui relèvent de la Commission paritaire pour employés de l'industrie textile et de la bonneterie et aux employés qu'elles occupent. Par dérogation à l'alinéa premier, cette convention collective de travail ne s'applique pas à l'entreprise SA Célanèse et à ses employés. Par "employés", on entend : le personnel employé tant masculin que féminin.

HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de ondernemingen die onder de bevoegdheid vallen van het Paritair Comité voor de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk en op de bedienden die zij tewerkstellen. In afwijking op de eerste alinea is deze collectieve arbeidsovereenkomst niet van toepassing op de firma NV Celanese en op haar bedienden. Met "bedienden" worden zowel het vrouwelijk als mannelijk bediendepersoneel bedoeld.

CHAPITRE II. - Portée de la convention HOOFDSTUK II. - Draagwijdte van de overeenkomst

Art. 2.La présente convention collective de travail est conclue en

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten met het

vue de développer certaines initiatives de formation. En particulier, oog op een aantal vormingsinitiatieven. In het bijzonder bepaalt deze
cette convention collective de travail fixe les modalités nécessaires collectieve arbeidsovereenkomst de nodige modaliteiten met betrekking
concernant l'exécution du chapitre IV - Formation - article 12, alinéa tot de uitvoering van hoofdstuk IV - Vorming en opleiding - artikel
1er, de la convention collective du travail nationale générale du 20 12, 1e alinea, van de algemene nationale collectieve
juin 2005 conclue au sein de la Commission paritaire pour employés de arbeidsovereenkomst van 20 juni 2005 gesloten in het Paritair Comité
l'industrie textile et de la bonneterie. voor de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk.
CHAPITRE III. - CEFRET-Employés HOOFDSTUK III. - COBOT-bedienden

Art. 3.CEFRET-Employés reste le moteur pour la formation dans le

Art. 3.COBOT-bedienden blijft de motor van het opleidings- en

secteur. Les projets de formation à exécuter par CEFRET-Employés sont vormingsgebeuren in de sector. De opleidingsprojecten die door
COBOT-bedienden worden uitgevoerd, worden voorafgaandelijk goedgekeurd
préalablement approuvés au sein du groupe de travail permanent de in de schoot van de permanente werkgroep van COBOT-bedienden.
CEFRET-Employés.
CHAPITRE IV. - Cotisation patronale HOOFDSTUK IV. - Patronale bijdrage

Art. 4.Comme prévu au chapitre IV - Formation - article 12, 1er

Art. 4.Zoals voorzien in hoofdstuk IV - Vorming en opleiding -

artikel 12, 1e alinea van de algemene nationale collectieve
alinéa, de la convention collective de travail du 20 juin 2005, arbeidsovereenkomst van 20 juni 2005, gesloten in het Paritair Comité
conclue au sein de la Commission paritaire pour employés de voor de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk, storten de
l'industrie textile et de la bonneterie, les employeurs versent à werkgevers uit de textiel- en breigoednijverheid met ingang van 1
partir du 1er janvier 2005 pour les années 2005 et 2006 une cotisation januari 2005 en voor de jaren 2005 en 2006 een bijdrage van 0,10 pct.,
de 0,10 p.c. calculée sur la base du salaire complet de leurs berekend op grond van het volledig loon van hun bedienden, zoals
employés, tel que défini par l'article 23 de la loi du 29 juin 1981 bedoeld in artikel 23 van de wet van 29 juni 1981 houdende de algemene
établissant les principes généraux de la sécurité sociale pour les beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers en de
travailleurs salariés et par les arrêtés d'exécution de cette loi, au uitvoeringsbesluiten van deze wet, aan het "Fonds voor
"Fonds de sécurité d'existence pour les employés de l'industrie bestaanszekerheid voor de bedienden van de textielnijverheid en het
textile et de la bonneterie". breiwerk".
Cette cotisation est due pour chaque trimestre et est perçue par le Deze bijdrage is om het kwartaal verschuldigd en wordt door het "Fonds
"Fonds de sécurité d'existence pour les employés de l'industrie voor bestaanszekerheid voor de bedienden van de textielnijverheid en
textile et de la bonneterie" et versée à la section "Formation". het breiwerk" geïnd en op de sectie "Opleiding" gestort.
CHAPITRE V. - Plans de formation HOOFDSTUK V. - Opleidingsplannen

Art. 5.Au niveau de l'entreprise, un plan de formation peut être

Art. 5.Op het niveau van de onderneming kan een opleidingsplan

développé, qui tient compte des éléments suivants : opgesteld worden, rekening houdende met hetgeen volgt :
- Le plan de formation concerne les formations qui seront réalisées - Het opleidingsplan heeft betrekking op de opleidingen die in de
pendant la période du 1er janvier 2005 au 31 décembre 2006 inclus. - Le plan de formation mentionne le contenu de la formation prévue, le nombre d'employés concernés et le temps consacré à la formation. - Toutes les formations possibles (qualification professionnelle, sécurité, environnement, etc.) entrent en considération. Le plan concerne à la fois les formations internes et externes ainsi que les formations que l'entreprise organise et réalise elle-même (cf. formation "on the job") et celles pour lesquelles elle s'adresse à des formateurs externes. periode van 1 januari 2005 tot en met 31 december 2006 zullen gerealiseerd worden. - Het opleidingsplan vermeldt de inhoud van de geplande vorming, het aantal betrokken bedienden en de voorziene tijdsbesteding voor de vorming. - Alle mogelijke opleidingen (beroepskwalificatie, veiligheid, milieu, enz.) komen hiervoor in aanmerking. Het betreft zowel interne opleidingen als externe opleidingen en zowel de opleidingen die de onderneming zelf organiseert en uitvoert (cfr. training "on the job") als die waarvoor zij beroep doet op externe opleidingsaanbieders.
- Le plan de formation doit être soumis par l'employeur au conseil - Het opleidingsplan moet door de werkgever voorgesteld worden aan de
d'entreprise ou, à défaut, à la délégation syndicale. A défaut de ondernemingsraad of bij ontstentenis aan de syndicale delegatie. Bij
conseil d'entreprise et de délégation syndicale, le plan de formation ontstentenis van ondernemingsraad en syndicale delegatie wordt het
est communiqué au CEFRET-Employés. opleidingsplan overgemaakt aan COBOT-bedienden.
- Le plan de formation doit être discuté, approuvé et suivi par - Het opleidingsplan moet door voormeld orgaan besproken, goedgekeurd
l'organe mentionné ci-dessus. Au sein de CEFRET-Employés, le suivi a en opgevolgd worden. In de schoot van COBOT-bedienden gebeurt de
lieu sur la base des documents nécessaires, soumis par l'entreprise opvolging aan de hand van de nodige documenten, voorgelegd door de
concernée. betrokken onderneming.
- Si le plan de formation n'est pas approuvé par l'organe mentionné - Ingeval het opleidingsplan niet goedgekeurd wordt in het voormeld
ci-dessus, l'employeur peut le soumettre au groupe de travail orgaan, kan de werkgever het voorleggen aan de paritaire werkgroep,
paritaire, créé au sein de la commission paritaire. Ce groupe de opgericht in de schoot van het paritair comité. Deze paritaire
travail paritaire prendra la décision finale concernant ce plan de formation. werkgroep zal de eindbeslissing omtrent het opleidingsplan nemen.
CHAPITRE VI. - Droit de tirage HOOFDSTUK VI. - Trekkingsrecht

Art. 6.L'entreprise qui offre une formation à ses employés et/ou aux

Art. 6.De onderneming die haar bedienden en/of werkzoekenden vorming

demandeurs d'emploi dans le cadre d'un plan de formation approuvé, tel aanbiedt binnen het kader van een goedgekeurd opleidingsplan zoals
que défini à l'article 5 ci-dessus, peut récupérer une partie des bedoeld in artikel 5 hiervoor, kan een gedeelte van de kosten hiervan
coûts de celui-ci sur la base d'un droit de tirage auprès du "Fonds de recupereren op basis van een trekkingsrecht bij het "Fonds voor
sécurité d'existence pour les employés de l'industrie textile et de la bestaanszekerheid voor de bedienden van de textielnijverheid en het
bonneterie". breiwerk".
Le droit de tirage peut être exercé selon les conditions suivantes : Het trekkingsrecht kan uitgeoefend worden onder de volgende
- L'entreprise doit introduire sa demande pour l'octroi du droit de voorwaarden : - De onderneming moet haar aanvraag voor de toekenning van het
tirage auprès du fonds de sécurité d'existence. A cet effet, elle trekkingsrecht indienen bij het fonds voor bestaanszekerheid. Daartoe
envoie au fonds au plus tard le 15 décembre 2005 par pli recommandé un stuurt zij uiterlijk op 15 december 2005 per aangetekende brief een
exemplaire du plan de formation approuvé. exemplaar van het goedgekeurde opleidingsplan naar het fonds.
- Le droit de tirage s'élève par entreprise et par année civile à - Het trekkingsrecht beloopt per onderneming en per kalenderjaar
maximum 0,10 p.c. de la masse salariale des employés de l'entreprise. maximaal 0,10 pct. van de loonmassa van de bedienden van de onderneming.
- Seuls les coûts, définis à l'article 7 ci-dessous, pour les - Alleen de kosten, zoals bedoeld in artikel 7 hierna, voor vorming
formations réalisées entre le 1er janvier 2005 et le 31 décembre 2006 die gerealiseerd werd in de periode van 1 januari 2005 tot en met 31
dans le cadre d'un plan de formation approuvé entrent en compte pour december 2006 in het kader van het goedgekeurd opleidingsplan, komen
le droit de tirage. in aanmerking voor het trekkingsrecht.
- Le paiement du droit de tirage s'effectue sur la base de la preuve - De uitbetaling van het trekkingsrecht gebeurt na bewijs van de
des coûts exposés. Il suffit que l'entreprise apporte la preuve de ses gedane kosten. Het volstaat dat de onderneming de gedane kosten
dépenses à concurrence du droit de tirage. bewijst ten belope van het trekkingsrecht.
- La preuve des dépenses exposées en 2005 doit être déposée au plus - Het bewijs van de gedane kosten voor 2005 dient uiterlijk op 31
tard le 31 mars 2006 auprès du "Fonds de sécurité d'existence pour les maart 2006 bij het fonds voor bestaanszekerheid ingediend te worden.
employés de l'industrie textile et de la bonneterie". La preuve des
dépenses exposées en 2006 doit être déposée au plus tard le 31 mars Het bewijs van de gedane kosten voor 2006 dient uiterlijk op 31 maart
2007 au fonds de sécurité d'existence. - Une copie de la preuve des dépenses est transmise aux membres du conseil d'entreprise ou, à défaut, à la délégation syndicale.

Art. 7.Les coûts qui sont pris en compte pour le droit de tirage sont les coûts qui entrent en considération pour remplir les rubriques 5803 et 5813 du bilan social, conformément à la note explicative du bilan social, rédigée par la Centrale des Bilans de la Banque Nationale de Belgique à savoir : ** pour toutes les formations : - Les rémunérations des travailleurs en formation (rémunérations brutes et charges sociales) pendant la durée de la formation; - Les frais de transport et d'hébergement dans la mesure où ils sont directement liés aux actions de formation. A ces coûts généraux, il y a eu lieu d'ajouter les frais spécifiques aux formations internes ou externes décrits ci-dessous. ** pour les formations internes : - Les rémunérations du personnel qui dispense la formation (rémunérations brutes et charges sociales). Il s'agit des formateurs à temps plein, des formateurs occasionnels (pour les seules heures passées à préparer les cours et à enseigner) et du personnel affecté soit à temps plein, soit à temps partiel à l'organisation ou à l'administration des formations; - Les frais de fonctionnement. ** pour les formations externes : - Les dépenses facturées par l'organisme de formation qui sont directement liées à la formation; - Le coût des fournitures exclusivement liées à la formation qui n'auraient pas été acquises par l'entreprise si la formation n'avait pas eu lieu. CHAPITRE VII. - Dispositions finales

Art. 8.Sans préjudice de ce qui précède concernant le droit de tirage, les entreprises doivent être encouragées à faire usage des interventions financières offertes par les instances régionales, nationales, européennes et autres.

Art. 9.Lorsque l'employé qui suit une formation dans le cadre d'un plan de formation approuvé doit engager des frais supplémentaires (entre autres des frais de déplacement), ces frais de déplacement seront indemnisés par l'employeur, moyennant fourniture des pièces justificatives.

Art. 10.La présente convention entre en vigueur le 1er janvier 2005 et est conclue pour la période du 1er janvier 2005 au 31 décembre 2006 inclus.

Art. 11.Les parties signataires demandent que al présente convention collective de travail soit rendue obligatoire par arrêté royal. Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 1er septembre 2006. Le Ministre de l'Emploi,

2007 bij het "Fonds voor bestaanszekerheid voor de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk" ingediend te worden. - Een afschrift van het bewijs van de gedane kosten wordt overgemaakt aan de leden van de ondernemingsraad of bij ontstentenis de syndicale delegatie.

Art. 7.De kosten die in aanmerking genomen worden voor het trekkingsrecht zijn de kosten die in aanmerking komen voor het invullen van de rubrieken 5803 en 5813 van de sociale balans conform de toelichtingsnota bij de sociale balans, opgesteld door de Balanscentrale van de Nationale Bank van België, namelijk : ** voor alle opleidingen : - De bezoldigingen van de werknemers in opleiding (brutobezoldigingen en sociale lasten) gedurende de opleiding; - De verplaatsings- en verblijfskosten van de deelnemers voorzover ze rechtstreeks met de opleiding verband houden. Bovenop deze algemene kosten komen de kosten welke eigen zijn aan de interne of externe opleidingen en hieronder worden beschreven. ** voor interne opleidingen : - De bezoldigingen van het personeel dat instaat voor de opleiding (brutobezoldigingen en sociale lasten). Het betreft voltijdse opleiders, occasionele opleiders (alleen de uren besteed aan de voorbereiding en het onderricht) en het personeel dat hetzij voltijds hetzij deeltijds instaat voor de organisatie of de administratieve aspecten van de opleiding; - De bedrijfskosten. ** voor externe opleidingen : - De kosten die worden aangerekend door het opleidingsorganisme en rechtstreeks met de opleiding verband houden; - De uitsluitend voor de opleiding gebruikte benodigdheden die de onderneming niet zou hebben aangekocht indien de opleiding niet had plaatsgevonden. HOOFDSTUK VII. - Eindbepalingen

Art. 8.Onverminderd hetgeen voorafgaat met betrekking tot het trekkingsrecht, dienen de ondernemingen aangespoord te worden om gebruik te maken van de financiële tegemoetkomingen die voorzien zijn door regionale, nationale, Europese of andere instanties.

Art. 9.Indien het volgen van een opleiding door een bediende, binnen een goedgekeurd opleidingsplan, voor de betrokken bediende bijkomende kosten (onder andere verplaatsingskosten) veroorzaakt, zal de werkgever deze kosten vergoeden, mits voorlegging van bewijsstukken.

Art. 10.Deze overeenkomst treedt in werking op 1 januari 2005 en is gesloten voor de periode van 1 januari 2005 tot en met 31 december 2006.

Art. 11.De ondertekende partijen vragen dat deze collectieve arbeidsovereenkomst algemeen verbindend zou verklaard worden per koninklijk besluit. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 1 september 2006. De Minister van Werk,

P. VANVELTHOVEN P. VANVELTHOVEN
^