Etaamb.openjustice.be
Vue multilingue de Arrêté Royal du 30/07/2003
← Retour vers "Arrêté royal modifiant l'arrêté royal du 28 septembre 1984 portant exécution de la loi du 19 décembre 1974 organisant les relations entre les autorités publiques et les syndicats des agents relevant de ces autorités "
Arrêté royal modifiant l'arrêté royal du 28 septembre 1984 portant exécution de la loi du 19 décembre 1974 organisant les relations entre les autorités publiques et les syndicats des agents relevant de ces autorités Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoering van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel
SERVICE PUBLIC FEDERAL PERSONNEL ET ORGANISATION 30 JUILLET 2003. - Arrêté royal modifiant l'arrêté royal du 28 septembre 1984 portant exécution de la loi du 19 décembre 1974 organisant les relations entre les autorités publiques et les syndicats des agents relevant de ces autorités ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE 30 JULI 2003. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoering van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Vu la loi du 19 décembre 1974 organisant les relations entre les Gelet op de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen
autorités publiques et les syndicats des agents relevant de ces tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel, inzonderheid op
autorités, notamment l'article 4, §§ 1 et 2, modifié par les lois des artikel 4, §§ 1 en 2, gewijzigd bij de wetten van 19 juli 1983 en 20
19 juillet 1983 et 20 juillet 1991; juli 1991;
Vu l'arrêté royal du 28 septembre 1984 portant exécution de la loi du Gelet op het koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoering
19 décembre 1974 organisant les relations entre les autorités van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen
publiques et les syndicats des agents relevant de ces autorités, tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel, inzonderheid op
notamment l'annexe I modifiée par les arrêtés royaux des 2 juin 1989, bijlage I gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 2 juni 1989, 2
2 août 1990, 10 septembre 1991, 25 mai 1992, 10 avril 1995, 20 octobre augustus 1990, 10 september 1991, 25 mei 1992, 10 april 1995, 20
1995, 16 septembre 1997, 17 juillet 1998, 13 juin 1999, 11 octobre oktober 1995, 16 september 1997, 17 juli 1998, 13 juni 1999, 11
2000, 8 février 2001 et 8 mai 2001; oktober 2000, 8 februari 2001 en 8 mei 2001;
Vu l'avis de l'Inspecteur des finances, donné le 25 février 2003; Gelet op het advies van de Inspecteur van financiën, gegeven op 25
Vu le protocole n° 138/3 du 2 avril 2003 du comité commun à l'ensemble februari 2003; Gelet op het protocol nr. 138/3 van 2 april 2003 van het
des services publics; gemeenschappelijk comité voor alle overheidsdiensten;
Vu la délibération du Conseil des ministres sur la demande d'avis à Gelet op het besluit van de Ministerraad over het verzoek aan de Raad
donner par le Conseil d'Etat dans un délai ne dépassant pas un mois; van State om advies te geven binnen een termijn van een maand;
Vu l'avis 35.472/1 du Conseil d'Etat, donné le 12 juin 2003, en Gelet op het advies 35.472/1 van de Raad van State, gegeven op 12 juni
application de l'article 84, alinéa 1er, 1°, des lois coordonnées sur 2003, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van de
le Conseil d'Etat; gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Sur la proposition de Notre Premier Ministre et de Notre Ministre de Op de voordracht van Onze Eerste Minister en Onze Minister van
la Fonction publique et de l'avis de Nos Ministres qui en ont délibéré Ambtenarenzaken en op het advies van Onze in Raad vergaderde
en Conseil, Ministers,
Nous avons arrêté et arrêtons : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Article 1er.L'annexe I de l'arrêté royal du 28 septembre 1984 portant

Artikel 1.Bijlage I van het koninklijk besluit van 28 september 1984

exécution de la loi du 19 décembre 1974 organisant les relations entre tot uitvoering van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de
les autorités publiques et les syndicats des agents relevant de ces betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel,
autorités, modifiée par les arrêtés royaux des 2 juin 1989, 2 août gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 2 juni 1989, 2 augustus
1990, 10 septembre 1991, 25 mai 1992, 10 avril 1995, 20 octobre 1995, 1990, 10 september 1991, 25 mei 1992, 10 april 1995, 20 oktober 1995,
16 septembre 1997, 17 juillet 1998, 13 juin 1999, 11 octobre 2000, 8 16 september 1997, 17 juli 1998, 13 juni 1999, 11 oktober 2000, 8
février 2001 et 8 mai 2001, est remplacé par le texte suivant : februari 2001 en 8 mei 2001, wordt vervangen als volgt :
« Comités de secteur créés en vertu de l'article 19 « Sectorcomités opgericht krachtens artikel 19
Remarques préliminaires Voorafgaande opmerkingen
1) Les secteurs sont indiqués au moyen d'un chiffre romain, de I à XX; 1) De sectoren worden door een Romeins cijfer, van I tot XX aangeduid.
2) Les lettres A et B indiquent respectivement : 2) De letters A en B verwijzen respectievelijk naar :
A. la dénomination du comité; A. de benaming van het comité;
B. le ressort du comité, étant entendu que : B. het gebied van het comité, met dien verstande dat :
a) les personnes morales de droit public dont la dissolution est a) de publiekrechtelijke rechtspersonen waarvan in de ontbinding wordt
projetée sont encore reprises dans la présente annexe; elles y voorzien, nog in deze bijlage zijn opgenomen; ze zullen er vermeld
resteront mentionnées tant qu'elles ont du personnel propre ou peuvent en avoir; b) les personnes morales de droit public dont la loi organique n'est pas encore entrée en vigueur sont mentionnées; c) les personnes morales de droit public qui ne sont pas encore dotées de personnel propre ont été reprises dans la mesure où leur loi organique prévoit la possibilité d'avoir du personnel propre; d) l'article 97bis du présent arrêté prévoit le cas dans lequel une personne morale de droit public relève d'un comité de secteur malgré qu'elle ne fasse pas encore l'objet d'une mention dans la présente annexe. blijven zolang ze eigen personeel hebben of kunnen hebben; b) de publiekrechtelijke rechtspersonen waarvan de organieke wet nog niet in werking is getreden, er vermeld zijn; c) de publiekrechtelijke rechtspersonen die nog geen eigen personeel hebben er zijn opgenomen voor zover hun organieke wet in de mogelijkheid voorziet eigen personeel te hebben; d) artikel 97bis van dit besluit het geval bepaalt waarin een publieke rechtspersoon ressorteert onder een sectorcomité ondanks het feit dat
3) Les exclusions figurant dans l'article 1er, § 2, de la loi et dans zij nog niet vermeld is in deze bijlage.
l'article 4 du présent arrêté ne sont pas reproduites dans la présente 3) De in artikel 1, § 2, van de wet en de in artikel 4 van dit besluit
annexe. bepaalde uitsluitingen zijn in deze bijlage niet hernomen.
SECTEUR I. SECTOR I.
A. Administration générale. A. Algemeen Bestuur.
B. 1° Le Service public fédéral Chancellerie du Premier Ministre. B. 1° De Federale Overheidsdienst Kanselarij van de Eerste Minister.
2°Le Service public fédéral Personnel et Organisation. 2° De Federale Overheidsdienst Personeel en Organisatie.
3° Le Service public fédéral Budget et Contrôle de la gestion. 3° De Federale Overheidsdienst Budget en Beheerscontrole.
4° Le Service public fédéral Technologie de l'Information et de la Communication. 4° De Federale Overheidsdienst Informatie- en Communicatietechnologie.
5° Le personnel des établissements scientifiques fédéraux. 5° Het personeel van de federale wetenschappelijke instellingen.
6°Le personnel des patrimoines, dotés de la personnalité juridique, 6° Het personeel van de met rechtspersoonlijkheid beklede patrimonia
des établissements scientifiques fédéraux. van de federale wetenschappelijke instellingen.
7° L'Orchestre national de Belgique. 7° Het Nationaal orkest van België.
8° Le Théâtre royal de la Monnaie. 8° De Koninklijke Muntschouwburg.
9° Le Centre pour l'égalité des chances et la lutte contre le racisme. 9° Het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding.
10° La Régie des bâtiments. 10° De Regie der Gebouwen.
11° Le Centre d'Etudes et de Documentation "Guerre et Sociétés 11° Het Studie - en Documentatiecentrum "Oorlog en Hedendaagse
contemporaines". Maatschappij".
12° Le Palais des Beaux-Arts. 12° Het Paleis voor Schone Kunsten.
13° Le Corps interfédéral de l'Inspection des Finances. 13° Het interfederaal Korps van de Inspectie van financiën.
SECTEUR II. SECTOR II.
A. Finances. A. Financiën.
B. 1° Le Service public fédéral Finances et le Ministère des Finances. B. 1° De Federale Overheidsdienst Financiën en het Ministerie van Financiën.
2° Le Service public fédéral de Programmation Gestion des Actifs. 2° De Programmatorische Federale Overheidsdienst Activabeheer.
3° La Donation royale. 3° De Koninklijke Schenking.
4° Le Fonds d'amortissement des emprunts du logement social. 4° Het Amortisatiefonds van de leningen voor de sociale huisvesting.
5° Le Fonds des Rentes. 5° Het Rentenfonds.
SECTEUR III. SECTOR III.
A. Justice. A. Justitie.
B. 1° Le Service public fédéral Justice. B. 1° De Federale Overheidsdienst Justitie.
2° Le personnel des greffes et parquets des cours et tribunaux. 2° Het personeel der griffies en parketten van de hoven en rechtbanken.
3° Les attachés au service de la documentation et de la concordance 3° De attaché's in de dienst voor documentatie en overeenstemming der
des textes auprès de la Cour de cassation. teksten bij het Hof van Cassatie.
4° L'administrateur général de la Sûreté de l'Etat et l'administrateur 4° De administrateur-generaal van de Veiligheid van de Staat en de
général adjoint de la Sûreté de l'Etat. adjunct-administrateur-generaal van de Veiligheid van de Staat.
5° Le conseiller général à la politique criminelle et le conseiller 5° De adviseur-generaal voor het strafrechtelijk beleid en de
général adjoint à la politique criminelle. adjunct-adviseur-generaal voor het strafrechtelijk beleid.
6° Le directeur et les conseillers adjoints du secrétariat auprès du 6° De directeur en de adjunct-adviseurs van het secretariaat bij het
collège des procureurs généraux. college van procureurs-generaal.
7° Les assesseurs des commissions de libération conditionnelle. 7° De assessoren van de commissies voor de voorwaardelijke invrijheidstelling.
SECTEUR IV. SECTOR IV.
A. Affaires économiques. A. Economische Zaken.
B. 1° Le Service public fédéral Economie, P.M.E., Classes moyennes et B. 1° De Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en
Energie. Energie.
2° Le Service public fédéral de programmation Protection des Consommateurs. 2° De Programmatorische Federale Overheidsdienst Consumentenzaken.
3° Le Service public fédéral de programmation Télécommunications. 3° De Programmatorische Federale Overheidsdienst Telecommunicatie.
4° Le Service public fédéral de programmation Développement durable. 4° De Programmatorische Federale Overheidsdienst Duurzame ontwikkeling.
5° Le Service public fédéral de programmation Politique scientifique. 5° De Programmatorische Federale Overheidsdienst Wetenschapsbeleid.
6° Le Bureau fédéral du Plan. 6° Het Federaal Planbureau.
7° Le Banc d'épreuve des armes à feu. 7° De proefbank voor Vuurwapens.
8° Le Conseil central de l'Economie. 8° De Centrale Raad voor het Bedrijfsleven.
9° L'Institut belge de normalisation. 9° Het Belgisch instituut voor normalisatie.
10° L'Office de contrôle des assurances. 10° De CONTROLEDIENST VOOR DE VERZEKERINGEN.
11° L'Organisme national des Déchets radioactifs et des Matières 11° De Nationale Instelling voor Radioactief Afval en Verrijkte
fissiles enrichies. Splijtstoffen.
12° Les services de la Commission de Régulation de l'Electricité et du 12° De diensten van de Commissie voor de Regulering van de
Gaz. Elektriciteit en het Gas.
13° Le Conseil supérieur des Indépendants et des Petites et Moyennes 13° De Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de Kleine en Middelgrote
Entreprises et les Chambres des Métiers et Négoces. Ondernemingen en de Kamers voor Ambachten en Neringen.
14° Le délégué du Ministre de l'Economie auprès des sociétés de 14° De vertegenwoordiger van de Minister van Economie bij de
gestion des droits et les adjoints au délégué du Ministre. vennootschappen voor het beheer van de rechten en de adjuncten van de
15° Le Bureau d'intervention et de restitution belge. vertegenwoordiger van de Minister. 15° Het Belgisch Interventie- en Restitutiebureau.
SECTEUR V. SECTOR V.
A. Intérieur. A. Binnenlandse Zaken.
B. 1° Le Service public fédéral Intérieur. B. 1° De Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken.
2° Les membres du personnel administratif du Conseil d'Etat. 2° De leden van het administratief personeel van de Raad van State.
3° L'Agence fédérale de Contrôle nucléaire. 3° Het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle.
4° A.S.T.R.I.D. 4° A.S.T.R.I.D.
5° Le Commissaire général aux réfugiés et aux apatrides et les 5° De Commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen en
commissaires adjoints. de adjunct-commissarissen.
6° Les membres permanents de la Commission permanente de recours des réfugiés. 6° De vaste leden van de Vaste Beroepscommissie voor de vluchtelingen.
7° Le secrétaire permanent à la politique de prévention et les 7° De vaste secretaris voor het preventiebeleid en de
secrétaires adjoints. adjunct-secretarissen.
SECTEUR VI. SECTOR VI.
A. Mobilité et Transports. A. Mobiliteit en Vervoer.
B.1°Le Service public fédéral Mobilité et Transports. B.1° De Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer.
2° Les membres du service de médiation de la Société nationale des 2° De leden van de dienst ombudsman van de Nationale Maatschappij der
Chemins de fer belges. Belgische Spoorwegen.
SECTEUR VII. SECTOR VII.
A. Affaires Etrangères. A. Buitenlandse Zaken
B. 1° Le Service public fédéral Affaires Etrangères, Commerce B. 1° De Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse
extérieur et Coopération au Développement. Handel en Ontwikkelingssamenwerking.
2° Les membres du personnel de la coopération avec les pays en voie de 2° De leden van het personeel van de samenwerking met de
développement, soumis aux arrêtés royaux du 10 avril 1967, 4 janvier ontwikkelingslanden onderworpen aan de koninklijke besluiten van 10
1978 et 25 août 1978 ainsi que les moniteurs et maîtres de stage april 1967, 4 januari 1978 en 25 augustus 1978 alsook de monitors en
stagemeesters die onderworpen zijn aan het koninklijk besluit van 1
soumis à l'arrêté royal du 1er mars 1989 organisant le régime des maart 1989 houdende instelling van een stelsel van studie- en
bourses d'étude et de stage, en Belgique, au bénéfice des stagebeurzen, in België, ten gunste van onderhorigen van
ressortissants de pays en voie de développement. ontwikkelingslanden.
3° L'Office belge du Commerce extérieur. 3° De Belgische Dienst voor de Buitenlandse Handel.
4° La Coopération Technique belge. 4° De Belgische Technische Coöperatie.
5° L'Evaluateur spécial de la Coopération internationale. 5° De Bijzonder Evaluator van de Internationale Samenwerking.
SECTEUR VIII. SECTOR VIII.
A. Services postaux et télécommunications. A. Postdiensten en telecommunicaties.
B. 1° L'Institut belge des services postaux et des télécommunications. B. 1° Het Belgisch Instituut voor postdiensten en telecommunicaties.
2° Les membres du service de médiation auprès de LA POSTE. 2° De leden van de dienst ombudsman bij DE POST.
3° Les membres du service de médiation pour les télécommunications. 3° De leden van de ombudsdienst voor telecommunicaties.
SECTEUR IX. SECTOR IX.
A. Enseignement (Communauté française). A. Onderwijs (Franse Gemeenschap).
B. 1° Le personnel enseignant, auxiliaire d'éducation, paramédical, B. 1° Het onderwijzend personeel, het hulpopvoedingspersoneel, het
psychologique et social, ainsi que le personnel administratif, de paramedisch, psychologisch en sociaal personeel, alsook het
maîtrise, gens de métier et de service des établissements de administratief, meesters-, vak- en dienstpersoneel van de
l'enseignement de la Communauté française. onderwijsinrichtingen van de Franse Gemeenschap.
2° Le personnel des centres psycho-médico-sociaux de la Communauté 2° Het personeel van de psycho-medisch-sociale centra van de Franse
française et des centres de formation de la Communauté française. Gemeenschap en van de vormingscentra van de Franse Gemeenschap.
3° Les membres des services d'inspection relevant du Gouvernement de 3° De leden van de inspectiediensten die afhangen van de Franse
la Communauté française. Gemeenschapsregering.
4° Les maîtres, professeurs et inspecteurs des religions catholique, 4° De leermeesters, de leraars en de inspecteurs katholieke,
protestante, islamique et israélite relevant des établissements protestantse, islamitische en israëlitische godsdienst die afhangen
d'enseignement de la Communauté française. van de onderwijsinrichtingen van de Franse Gemeenschap.
5° Le personnel des universités de la Communauté française et des 5° Het personeel van de universiteiten van de Franse Gemeenschap en
centres universitaires de la Communauté française. van de universitaire centra van de Franse Gemeenschap.
6° Le personnel des patrimoines, dotés de la personnalité juridique, 6° Het personeel van de met rechtspersoonlijkheid beklede patrimonia
des universités de la Communauté française et des centres van de universiteiten van de Franse Gemeenschap en van de
universitaires de la Communauté française. universitaire centra van de Franse Gemeenschap.
7° Le Centre hospitalier universitaire de Liège. 7° "Le Centre hospitalier universitaire de Liège".
8° La Faculté polytechnique de Mons. 8° "La Faculté polytechnique de Mons".
9° Le personnel des Hautes Ecoles organisées par la Communauté 9° Het personeel van de Hogescholen ingericht door de Franse
française. Gemeenschap.
SECTEUR X. SECTOR X.
A. Enseignement (Communauté flamande). A. Onderwijs (Vlaamse Gemeenschap).
B. 1° Les membres du personnel auxquels le décret du 27 mars 1991 B. 1° De personeelsleden op wie het decreet van 27 maart 1991
relatif au statut de certains membres du personnel de l'enseignement betreffende de rechtspositie van bepaalde personeelsleden van het
communautaire est applicable. Gemeenschapsonderwijs van toepassing is.
2° Le personnel de maîtrise, gens de métier et de service engagés sous 2° Het door de lokale schoolraden of door het bevoegde orgaan van de
contrat de travail par les conseils scolaires locaux ou l'organe schoolgroepen van de door de Vlaamse Gemeenschap ingerichte
compétent des groupes d'écoles des établissements d'enseignement onderwijsinstellingen bij arbeidsovereenkomst in dienst genomen
organisé par la Communauté flamande. meesters-, vak- en dienstpersoneel.
3° Les membres du personnel visés aux articles 8 et 9 du décret du 17 3° De personeelsleden bedoeld in de artikelen 8 en 9 van het decreet
juillet 1991 relatif à l'inspection et aux services d'encadrement van 17 juli 1991 betreffende inspectie en pedagogische
pédagogique. begeleidingsdiensten.
4° Les membres du personnel visés à l'article 10 du décret du 1er 4° De personeelsleden bedoeld in artikel 10 van het decreet van 1
décembre 1993 relatif à l'inspection et à l'encadrement des cours december 1993 betreffende de inspectie en de begeleiding van de
philosophiques. levensbeschouwelijke vakken.
5° Le personnel des universités de la Communauté flamande et des 5° Het personeel van de universiteiten van de Vlaamse Gemeenschap en
centres universitaires de la Communauté flamande. van de universitaire centra van de Vlaamse Gemeenschap.
6° Le personnel des patrimoines, dotés de la personnalité juridique, 6° Het personeel van de met rechtspersoonlijkheid beklede patrimonia
des universités de la Communauté flamande et des centres van de universiteiten van de Vlaamse Gemeenschap en van de
universitaires de la Communauté flamande. universitaire centra van de Vlaamse Gemeenschap.
7° "Het Universitair Centrum Limburg". 7° Het Universitair Centrum Limburg.
8° "De Universitaire Instelling Antwerpen". 8° De Universitaire Instelling Antwerpen.
9° Les membres du personnel de l'Ecole supérieure de Navigation. 9° De personeelsleden van de Hogere Zeevaartschool.
10° Les membres du personnel des instituts supérieurs autonomes flamands. 10° De personeelsleden van de Vlaamse autonome hogescholen.
SECTEUR XI. SECTOR XI.
A. Emploi et Travail. A. Werkgelegenheid en Arbeid.
B. 1° Le Service public fédéral Emploi, Travail et Concertation B. 1° De Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal
sociale. Overleg.
2° Le Conseil national du Travail. 2° De Nationale Arbeidsraad.
3° Le Pool des marins de la marine marchande. 3° De Pool van zeelieden ter koopvaardij.
4° L'Institut pour l'égalité des femmes et des hommes. 4° Het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen.
SECTEUR XII. SECTOR XII.
A. Santé publique. A. Volksgezondheid.
B. 1° Le Service public fédéral Santé publique, Sécurité de la Chaîne B. 1° De Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de
alimentaire et Environnement. Voedselketen en Leefmilieu.
2° L'Institut d'expertise vétérinaire. 2° Het Instituut voor veterinaire keuring.
3° L'Agence Fédérale pour la Sécurité de la Chaîne Alimentaire. 3° Het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen.
4° Le personnel du secrétariat du Conseil fédéral pour le 4° Het personeel van het secretariaat van de Federale Raad voor
Développement durable. Duurzame Ontwikkeling.
5° Le Centre fédéral d'expertise des soins de santé. 5° Het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg.
SECTEUR XIII. SECTOR XIII.
A. Sécurité sociale. A. Sociale Zekerheid.
B. 1° Le Service public fédéral Sécurité sociale. B. 1° De Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid.
2° Le service public fédéral de Programmation Intégration et Economie 2° De Programmatorische Federale Overheidsdienst Maatschappelijk
sociales, Lutte contre la Pauvreté. Integratie, Armoedebestrijding en Sociale Economie.
3° L'Office de contrôle des mutualités et des unions nationales de 3° De Controledienst voor de ziekenfondsen en de landsbonden van
mutualités. ziekenfondsen.
4° L'Agence fédérale d'Accueil des Demandeurs d'Asile. 4° Het Federaal Agentschap voor de Opvang van Asielzoekers.
SECTEUR XIV. SECTOR XIV.
A. Défense. A. Landsverdediging.
B. 1° Le Ministère de la Défense. B. 1° Het Ministerie van Landsverdediging.
2° Le personnel auxiliaire et les forces auxiliaires dudit ministère. 2° Het hulppersoneel en de hulpkrachten van genoemd ministerie.
3° Les membres du personnel civil du Service de sécurité militaire. 3° De burgerlijke personeelsleden van de Dienst militaire veiligheid.
4° La main-d'oeuvre civile occupée, sous contrat de droit belge, par 4° De burgerlijke personeelsleden tewerkgesteld onder een contract van
les forces armées belges en République fédérale allemande. Belgisch recht, door de Belgische strijdkrachten in de Duitse
Bondsrepubliek.
5° Le Mémorial national du Fort de Breendonk. 5° Het Nationaal gedenkteken van het Fort van Breendonk.
6° L'Institut géographique national. 6° Het Nationaal geografisch instituut.
7° L'Office central d'action sociale et culturelle du Ministère de la 7° De Centrale dienst voor sociale en culturele actie van het
Défense, à l'exclusion du personnel engagé sous contrat de droit Ministerie van Landsverdediging, met uitzondering van het personeel
allemand en République fédérale allemande. aangeworven in de Duitse Bondsrepubliek onder een contract van Duits
8° L'Institut national des invalides de guerre, anciens combattants et recht. 8° Het Nationaal instituut voor oorlogsinvaliden, oud-strijders en
victimes de la guerre. oorlogsslachtoffers.
SECTEUR XV. SECTOR XV.
A. Région de Bruxelles-Capitale. A. Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
B. 1° Le Ministère de la Région de Bruxelles-Capitale. B. 1° Het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
2° Le Centre d'informatique pour la Région bruxelloise. 2° Het Centrum voor informatica voor het Brusselse Gewest.
3° L'Institut bruxellois pour la gestion de l'environnement. 3° Het Brussels Instituut voor Milieubeheer.
4° L'Office régional bruxellois de l'Emploi. 4° De Brusselse Gewestelijke Dienst voor arbeidsbemiddeling.
5° La Société de Développement pour la Région de Bruxelles-Capitale. 5° De Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij voor het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest.
6° La Société du logement de la Région bruxelloise. 6° De Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij.
7° Le Service d'incendie et d'aide médicale urgente de la Région de 7° De Brusselse Hoofdstedelijke Dienst voor Brandweer en Dringende
Bruxelles-Capitale. Medische Hulp.
8° Bruxelles-Propreté, l'Agence régionale pour la Propreté. 8° Net Brussel, Het Gewestelijk Agentschap voor Netheid.
9° Le Port de Bruxelles. 9° De Haven van Brussel.
10° Le Fonds régional bruxellois de refinancement des trésoreries 10° Het Brussels Gewestelijke Herfinancieringsfonds van de
communales. gemeentelijke thesaurieën.
Les services du Collège réuni de la Commission communautaire commune De diensten van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke
relèvent du comité. Gemeenschapscommissie ressorteren onder het comité.
Les services du Collège de la Commission communautaire française, De diensten van het College van de Franse Gemeenschapscommissie, het
l'Institut bruxellois francophone pour la Formation professionnelle, "Institut bruxellois francophone pour la Formation professionnelle",
et les établissements de l'enseignement non subventionné organisé par en de niet gesubsidieerde onderwijsinstellingen georganiseerd door de
la Commission communautaire française relèvent du comité. Franse Gemeenschapscommissie ressorteren onder het comité.
SECTEUR XVI. SECTOR XVI.
A. Région wallonne. A. Waals Gewest.
B. 1° Les services du Gouvernement wallon. B. 1° De Diensten van de Waalse Regering.
2° Les receveurs régionaux. 2° De gewestelijke ontvangers.
3° Le Conseil économique et social de la Région wallonne. 3° "Le Conseil économique et social de la Région wallonne".
4° L'Office wallon de la formation professionnelle et de l'emploi. 4° "L'Office wallon de la formation professionnelle et de l'emploi".
5° Le Port autonome de Charleroi. 5° "Le Port autonome de Charleroi".
6° Le Port autonome de Liège. 6° "Le Port autonome de Liège".
7° Le Port autonome de Namur. 7° "Le Port autonome de Namur".
8° La Société wallonne du Logement. 8° "La Société wallonne du Logement".
9° La Société wallonne des eaux. 9° "La Société wallonne des eaux".
10° L'Institut scientifique de Service public. 10° "L'Institut scientifique de Service public".
11° L'Agence wallonne pour l'intégration des personnes handicapées. 11° "L'Agence wallonne pour l'intégration des personnes handicapées".
12° Le Centre hospitalier psychiatrique du Chêne aux Haies. 12° "Le Centre hospitalier psychiatrique du Chêne aux Haies".
13° Le Centre hospitalier psychiatrique Les Marronniers. 13° "Le Centre hospitalier psychiatrique Les Marronniers".
14° Le Centre régional d'aide aux communes. 14° "Le Centre régional d'aide aux communes".
15° L'Agence wallonne à l'exportation. 15° " L'Agence wallonne à l'exportation".
16° L'Agence wallonne des Télécommunications. 16° " L'Agence wallonne des Télécommunications".
17° L'Institut du patrimoine wallon. 17° " L'Institut du patrimoine wallon ".
18° Le Port autonome du Centre et de l'Ouest. 18° " Le Port autonome du Centre et de l'Ouest ".
19° La Commission wallonne pour l'énergie. 19° "La Commission wallonne pour l'énergie".
20° L'Agence wallonne pour la promotion d'une agriculture de qualité. 20° "L'Agence wallonne pour la promotion d'une agriculture de qualité".
SECTEUR XVII. SECTOR XVII.
A. Communauté française. A. Franse Gemeenschap.
B. 1° Les services du Gouvernement de la Communauté française. B. 1° De diensten van de Franse Gemeenschapsregering.
2° L'Office de la naissance et de l'enfance. 2° "L'Office de la naissance et de l'enfance".
3° Le personnel des établissements scientifiques de la Communauté 3° Het personeel van de wetenschappelijke instellingen van de Franse
française et le personnel des patrimoines, dotés de la personnalité Gemeenschap en het personeel van de met rechtspersoonlijkheid beklede
juridique des établissements scientifiques de la Communauté française. patrimonia van de wetenschappelijke instellingen van de Franse Gemeenschap.
4° L'Institut de formation permanente pour les classes moyennes et les 4° "L'Institut de formation permanente pour les classes moyennes et
petites et moyennes entreprises. les petites et moyennes entreprises".
5° Le Commissariat général aux relations internationales. 5° "Le Commissariat général aux relations internationales ".
6° Le Service de perception de la redevance radio et télévision de la 6° " Le Service de perception de la redevance radio et télévision de
Communauté française. la Communauté française ".
7° L'Entreprise publique des Technologies nouvelles de l'Information 7° " L'Entreprise publique des Technologies nouvelles de l'Information
et de la Communication de la Communauté française. et de la Communication de la Communauté française".
8° L'Institut de la Formation en cours de carrière. 8° "L'Institut de la Formation en cours de carrière".
9° Le personnel du Secrétariat du Conseil supérieur de l'Audiovisuel. 9° Het personeel van het secretariaat van de "Conseil supérieur de l'Audiovisuel".
10° Le Fonds Ecureuil de la Communauté française. 10° "Le Fonds Ecureuil de la Communauté française".
SECTEUR XVIII. SECTOR XVIII.
A. Communauté flamande et Région flamande. A. Vlaamse Gemeenschap en Vlaamse Gewest.
B. 1° Les services du Gouvernement flamand. B. 1° De diensten van de Vlaamse Regering.
2° Les receveurs régionaux. 2° De gewestelijke ontvangers.
3° "De Dienst voor de Scheepvaart". 3° De Dienst voor de Scheepvaart.
4° "De Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen". 4° De Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen.
5° "De Vlaamse Radio- en Televisieomroep (VRT)". 5° De Vlaamse Radio- en Televisieomroep (VRT).
6° "De Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappijen, hierna GOM's genoemd : 6° De Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappijen, hierna GOM's genoemd :
- de GOM- Antwerpen; - de GOM- Antwerpen;
- de GOM- Oost-Vlaanderen; - de GOM- Oost-Vlaanderen;
- de GOM- West-Vlaanderen; - de GOM- West-Vlaanderen;
- de GOM- Limburg; - de GOM- Limburg;
- de GOM- Vlaams-Brabant". - de GOM- Vlaams-Brabant.
7° " Toerisme Vlaanderen". 7° Toerisme Vlaanderen.
8° "Kind en Gezin". 8° Kind en Gezin.
9° "De openbare afvalstoffenmaatschappij voor het Vlaamse Gewest". 9° De openbare afvalstoffenmaatschappij voor het Vlaamse Gewest.
10° "De Vlaamse Maatschappij voor watervoorziening". 10° De Vlaamse Maatschappij voor watervoorziening.
11° "De Vlaamse Dienst voor arbeidsbemiddeling en beroepsopleiding". 11° De Vlaamse Dienst voor arbeidsbemiddeling en beroepsopleiding.
12° "De Vlaamse Huisvestingsmaatschappij". 12° De Vlaamse Huisvestingsmaatschappij.
13° "De Vlaamse Landmaatschappij". 13° De Vlaamse Landmaatschappij.
14° Les services administratifs du " Raad van het 14° De administratieve diensten van de Raad van het
Gemeenschapsonderwijs". Gemeenschapsonderwijs.
15° "De Dienst voor Infrastructuurwerken voor het gesubsidieerd 15° De Dienst voor Infrastructuurwerken voor het gesubsidieerd
onderwijs". onderwijs.
16° Le personnel des établissements scientifiques de la Communauté 16° Het personeel van de wetenschappelijke instellingen van de Vlaamse
flamande. Gemeenschap.
17° Le personnel des patrimoines, dotés de la personnalité juridique 17° Het personeel van de met rechtspersoonlijkheid beklede patrimonia
des établissements scientifiques de la Communauté flamande. van de wetenschappelijke instellingen van de Vlaamse Gemeenschap.
18° "Het Universitair Ziekenhuis Gent". 18° Het Universitair Ziekenhuis Gent.
19° "Het Vlaams Fonds voor Sociale Integratie van Personen met een 19° Het Vlaams Fonds voor Sociale Integratie van Personen met een
Handicap". Handicap.
20° "Het Commissariaat-generaal voor de Bevordering van de 20° Het Commissariaat-generaal voor de Bevordering van de Lichamelijke
Lichamelijke Ontwikkeling, de Sport en de Openluchtrecreatie". Ontwikkeling, de Sport en de Openluchtrecreatie.
21° " Export Vlaanderen ". 21° Export Vlaanderen.
22° "Het Instituut voor de aanmoediging van Innovatie door Wetenschap 22° Het Instituut voor de aanmoediging van Innovatie door Wetenschap
en Technologie in Vlaanderen". en Technologie in Vlaanderen.
23° "Het Vlaams Instituut voor het Zelfstandig Ondernemen". 23° Het Vlaams Instituut voor het Zelfstandig Ondernemen.
24° "De Vlaamse Onderwijsraad". 24° De Vlaamse Onderwijsraad.
25° "Het Openbaar Psychiatrisch Ziekenhuis Geel". 25° Het Openbaar Psychiatrisch Ziekenhuis Geel.
26° "Het Openbaar Psychiatrisch Ziekenhuis Rekem". 26° Het Openbaar Psychiatrisch Ziekenhuis Rekem.
27° "De Vlaamse Milieumaatschappij". 27° De Vlaamse Milieumaatschappij.
28° " De Naamloze Vennootschap Zeekanaal en Watergebonden Grondbeheer 28° De Naamloze Vennootschap Zeekanaal en Watergebonden Grondbeheer
Vlaanderen". Vlaanderen.
29° " De Vlaamse Opera (Vlopera) ". 29° De Vlaamse Opera (Vlopera).
30° " Het Vlaams Fonds voor de Letteren ". 30° Het Vlaams Fonds voor de Letteren.
31° "Het Reproductiefonds Vlaamse Musea". 31° Het Reproductiefonds Vlaamse Musea.
32° "De Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en 32° De Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en de
Gasmarkt". Gasmarkt.
33° "De Reguleringsinstantie opgericht bij het decreet van 24 mei 2002 33° De Reguleringsinstantie opgericht bij het decreet van 24 mei 2002
betreffende water bestemd voor menselijke aanwending". betreffende water bestemd voor menselijke aanwending.
SECTEUR XIX. SECTOR XIX.
A. Communauté germanophone. A. Duitstalige Gemeenschap.
B.1° Le Ministère de la Communauté germanophone. B.1° Het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap.
2° Le personnel des établissements d'enseignement de la Communauté 2° Het personeel van de onderwijsinstellingen van de Duitstalige
germanophone. Gemeenschap.
3° Le personnel des centres psycho-médico-sociaux de la Communauté 3° Het personeel van de psycho-medisch-sociale centra van de
germanophone et des centres de formation de la Communauté Duitstalige Gemeenschap en van de vormingscentra van de Duitstalige
germanophone. Gemeenschap.
4° Les membres des services d'inspection dépendant du Gouvernement de 4° De leden van de inspectiediensten die van de Regering van de
la Communauté germanophone. Duitstalige Gemeenschap afhangen.
5° Les maîtres, professeurs et inspecteurs des religions catholique, 5° De leermeesters, de leraars en de inspecteurs katholieke,
protestante, islamique et israélite affectés aux établissements protestantse, islamitische en israëlitische godsdienst die zijn
d'enseignement de la Communauté germanophone. aangesteld bij de onderwijsinstellingen van de Duitstalige
6° Le personnel des établissements scientifiques de la Communauté Gemeenschap. 6° Het personeel van de wetenschappelijke instellingen van de
germanophone. Duitstalige Gemeenschap.
7° Le personnel des patrimoines, dotés de la personnalité juridique, 7° Het personeel van de met rechtspersoonlijkheid beklede patrimonia
des établissements scientifiques de la Communauté germanophone. van de wetenschappelijke instellingen van de Duitstalige Gemeenschap.
8° "Das Belgische Rundfunk- und Fernsehzentrum der Deutsch sprachigen 8° "Das Belgische Rundfunk- und Fernsehzentrum der Deutschsprachigen
Gemeinschaft". Gemeinschaft".
9° "Die Dienststelle der Deutschsprachigen Gemeinschaft für Personen 9° "Die Dienststelle der Deutschsprachigen Gemeinschaft für Personen
mit einer Behinderung ". mit einer Behinderung ".
10° "Institut für Aus- und Weiterbildung im Mittelstand und in kleinen 10° "Institut für Aus- und Weiterbildung im Mittelstand und in kleinen
und mittleren Unternehmen". und mittleren Unternehmen".
11° "Das Arbeitsamt der Deutschsprachtgen Gemeinschaft". 11° "Das Arbeitsamt der Deutschsprachtgen Gemeinschaft ".
12° "Wirtschafts- und Sozialrat der Deutschsprachigen Gemeinschaft". 12° "Wirtschafts- und Sozialrat der Deutschsprachigen Gemeinschaft".
SECTEUR XX. SECTOR XX.
A. Institutions Publiques de Sécurité Sociale. A. Openbare Instellingen van Sociale Zekerheid.
B.1° L' Office de Sécurité Sociale d'Outre-Mer. B. 1° De Dienst voor de Overzeese Sociale Zekerheid.
2° Le Fonds des Accidents du Travail. 2° Het Fonds voor Arbeidsongevallen.
3° Le Fonds des Maladies Professionnelles. 3° Het Fonds voor Beroepsziekten.
4° La Caisse de Secours et de Prévoyance en faveur des Marins naviguant sous Pavillon Belge. 4° De Hulp- en Voorzorgskas voor Zeevarenden onder Belgische Vlag.
5° La Caisse Auxiliaire de Paiement des Allocations de Chômage. 5° De Hulpkas voor Werkloosheidsuitkeringen.
6° La Caisse Auxiliaire d'Assurance Maladie - Invalidité. 6° De Hulpkas voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering.
7° La Banque-carrefour de la Sécurité Sociale. 7° De Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid.
8° L'Office National de l'Emploi 8° De Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening.
9° L'Office National des Vacances Annuelles. 9° De Rijksdienst voor Jaarlijkse Vakantie.
10° L'Office National d'Allocations Familiales pour Travailleurs Salariés. 10° De Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers.
11° L'Office National des pensions. 11° De Rijksdienst voor Pensioenen.
12° L'Office National de Sécurité Sociale. 12° De Rijksdienst voor Sociale Zekerheid.
13° L'Office National de Sécurité Sociale des Administrations 13° De Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van de Provinciale en
Provinciales et Locales. Plaatselijke Overheidsdiensten.
14° L'Institut National d'Assurances Sociales pour Travailleurs 14° Het Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der
Indépendants. Zelfstandingen.
15° L'Institut National d'Assurance Maladie - Invalidité. 15° Het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering.

Art. 2.Notre Premier Ministre et Notre Ministre de la Fonction

Art. 2.Onze Eerste Minister en Onze Minister van Ambtenarenzaken

publique sont chargés, chacun en ce qui le concerne, de l'exécution du zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
présent arrêté.
Donné à Bruxelles, le 30 juillet 2003. Gegeven te Brussel, 30 juli 2003.
ALBERT ALBERT
Par le Roi : Van Koningswege :
Le Premier Ministre, De Eerste Minister,
G. VERHOFSTADT G. VERHOFSTADT
La Ministre de la Fonction publique, De Minister van Ambtenarenzaken
Mme M. ARENA Mevr. M. ARENA
^