← Retour vers "Arrêté royal modifiant l'arrêté royal du 11 février 1991 fixant les droits individuels pécuniaires des personnes engagées par contrat de travail dans les ministères "
| Arrêté royal modifiant l'arrêté royal du 11 février 1991 fixant les droits individuels pécuniaires des personnes engagées par contrat de travail dans les ministères | Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 11 februari 1991 tot vaststelling van de individuele geldelijke rechten van de personen bij arbeidsovereenkomst aangeworven in de ministeries |
|---|---|
| MINISTERE DE LA FONCTION PUBLIQUE 30 AVRIL 1999. - Arrêté royal modifiant l'arrêté royal du 11 février 1991 fixant les droits individuels pécuniaires des personnes engagées par contrat de travail dans les ministères ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. | MINISTERIE VAN AMBTENARENZAKEN 30 APRIL 1999. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 11 februari 1991 tot vaststelling van de individuele geldelijke rechten van de personen bij arbeidsovereenkomst aangeworven in de ministeries ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Vu les articles 37 et 107, alinéa 2, de la Constitution; | Gelet op de artikelen 37 en 107, tweede lid, van de Grondwet; |
| Vu l'arrêté royal du 11 février 1991 fixant les droits individuels et | Gelet op het koninklijk besluit van 11 februari 1991 tot vaststelling |
| pécuniaires des personnes engagées par contrat de travail dans les | van de individuele geldelijke rechten van de personen bij |
| ministères, notamment l'article 3, modifié par l'arrêté royal du 18 | arbeidsovereenkomst aangeworven in de ministeries, inzonderheid op |
| novembre 1991, par la loi du 22 juillet 1993 et par l'arrêté royal du 8 août 1997; | artikel 3, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 8 augustus 1991, |
| bij de wet van 22 juli 1993 en bij het koninklijk besluit van 8 | |
| augustus 1997; | |
| Vu l'avis de l'Inspecteur des Finances, donné le 5 mars 1999; | Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 5 |
| Vu l'accord de Notre Ministre du Budget, donné le 10 mars 1999; | maart 1999; Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven op 10 maart 1999; |
| Vu le protocole n° 316 du 10 mars 1999 du Comité des Services publics | Gelet op het protocol nr. 316 van 10 maart 1999 van het Comité voor de |
| fédéraux, communautaires et régionaux; | federale, de gemeenschaps- en de gewestelijke overheidsdiensten; |
| Vu les lois sur le Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973, | Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 janauri |
| notamment l'article 3, § 1er, remplacé par la loi du 4 juillet 1989 et | 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996; |
| modifié par la loi du 4 août 1996; Vu l'urgence; | Gelet op de dringende noodzakelijkheid; |
| Considérant q'un certain nombre de personnes engagées par contrat de | Overwegende dat tal van personen bij arbeidsovereenkomst in dienst |
| travail pour des travaux de nettoyage ou du service des restaurants, | genomen voor schoonmaak of bediening in restaurants, een zodanige |
| ont un tel régime de travail que les prestations y exercées ne sont | arbeidsregeling hebben dat de aldaar geleverde prestaties niet in |
| pas prises en considération pour la fixation de leur traitement; | aanmerking kunnen worden genomen voor de vaststelling van hun wedde; |
| Considérant qu'il est utile de laisser valider ces prestations | Overwegende dat het billijk is deze onvolledige diensten naar rata van |
| incomplètes au prorata des prestations accomplies et d'octroyer les | de verrichte prestaties te laten valideren en de overeenstemmende |
| augmentations correspondantes; | verhogingen te verlenen; |
| Sur la proposition de Notre Ministre de la Fonction publique et de | Op de voordracht van Onze Minister van Ambtenarenzaken en op het |
| l'avis de Nos Ministres qui en ont délibéré en Conseil, | advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, |
| Nous avons arrêté et arrêtons : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Artikel 1.In artikel 3 van het koninklijk besluit van 11 februari |
|
Article 1er.Dans l'article 3 de l'arrêté royal du 11 février 1991 |
1991 tot vaststelling van de individuele geldelijke rechten van de |
| fixant les droits pécuniaires des personnes engagées par contrat de | personen bij arbeidsovereenkomst aangeworven in de ministeries, |
| travail dans les ministères, modifié par l'arrêté royal du 18 novembre | gewijzigd bij het koninklijk besluit van 18 november 1991, bij de wet |
| 1991, par la loi du 22 juillet 1993 et par l'arrêté royal du 8 août | van 22 juli 1993 en bij het koninklijk besluit van 8 augustus 1997, |
| 1997, il est inséré un § 5, rédigé comme suit : | wordt een § 5 ingevoegd, luidende : |
| « § 5. Les services accomplis par les membres du personnel chargés des | « § 5. De diensten verricht door de personeelsleden belast met |
| travaux de nettoyage ou du service des restaurants et qui ne | schoonmaak of met de bediening in de restaurants en welke niet met |
| correspondent pas à des prestations complètes donnent droit aux | volledige prestaties overeenkomen, geven recht op verhogingen in de |
| augmentations dans l'échelle de traitement. Lesdites augmentations | weddeschaal. Deze verhogingen in de weddeschaal worden toegekend in |
| dans l'échelle de traitement sont accordées dans la proportion des | verhouding tot de verrichte prestaties. |
| prestations accomplies. | |
| Seuls les services accomplis à partir du 1er mai 1999 peuvent être | Alleen de diensten verricht vanaf 1 mei 1999 kunnen in aanmerking |
| pris en considération pour pouvoir bénéficier de la disposition visée | worden genomen om te kunnen genieten van de in het eerste lid bedoelde |
| à l'alinéa 1er. » | bepaling. » |
Art. 2.Le présent arrêté entre en vigueur le 1er mai 1999. |
Art. 2.Dit besluit treedt in werking op 1 mei 1999. |
Art. 3.Nos Ministres et Nos Secrétaires d'Etat sont chargés, chacun |
Art. 3.Onze Ministers en Onze Staatssecretarissen zijn, ieder wat hem |
| en ce qui le concerne, de l'exécution du présent arrêté. | betreft, belast met de uitvoering van dit besluit. |
| Donné à Bruxelles, le 30 avril 1999. | Gegeven te Brussel, 30 april 1999. |
| ALBERT | ALBERT |
| Par le Roi : | Van Koningswege : |
| Le Ministre du Budget, | De Minister van Begroting, |
| H. VAN ROMPUY | H. VAN ROMPUY |
| Le Ministre de la Fonction publique, | De Minister van Ambtenarenzaken, |
| A. FLAHAUT | A. FLAHAUT |