← Retour vers "Arrêté royal instituant un congé préalable à la pension en faveur de certains agents des services opérationnels de la Protection civile "
| Arrêté royal instituant un congé préalable à la pension en faveur de certains agents des services opérationnels de la Protection civile | Koninklijk besluit tot invoering van een verlof voorafgaand aan het pensioen voor sommige ambtenaren van de operationele diensten van de Civiele Bescherming |
|---|---|
| MINISTERE DE L'INTERIEUR 22 MARS 1999. - Arrêté royal instituant un congé préalable à la pension en faveur de certains agents des services opérationnels de la Protection civile ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. | MINISTERIE VAN BINNENLANDSE ZAKEN 22 MAART 1999. - Koninklijk besluit tot invoering van een verlof voorafgaand aan het pensioen voor sommige ambtenaren van de operationele diensten van de Civiele Bescherming ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Vu les articles 37 et 107, alinéa 2, de la Constitution; | Gelet op de artikelen 37 en 107, tweede lid, van de Grondwet; |
| Vu la loi du 15 mai 1984 portant mesures d'harmonisation dans les | Gelet op de wet van 15 mei 1984 houdende maatregelen tot harmonisering |
| régimes de pensions, notamment l'article 46, modifié par la loi du 21 mai 1991; | in de pensioenregelingen, inzonderheid op artikel 46, gewijzigd bij de wet van 21 mei 1991; |
| Vu l'arrêté royal du 2 octobre 1937 portant le statut des agents de | Gelet op het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het |
| statuut van het rijkspersoneel, inzonderheid op artikel 6, § 2, | |
| l'Etat, notamment l'article 6, § 2, modifié par l'arrêté royal du 17 | gewijzigd bij het koninklijk besluit van 17 september 1969, en op |
| septembre 1969, et l'article 109; | artikel 109; |
| Vu l'avis du conseil de direction du Ministère de l'Intérieur, donné | Gelet op het advies van de directieraad van het Ministerie van |
| le 26 juin 1998; | Binnenlandse Zaken, gegeven op 26 juni 1998; |
| Vu l'avis de l'Inspecteur des finances, donné le 7 juillet 1998; | Gelet op het advies van de inspecteur van financiën, gegeven op 7 juli 1998; |
| Vu l'accord du Ministre du Budget, donné le 10 février 1999; | Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 10 |
| februari 1999; | |
| Vu l'accord du Ministre de la Fonction publique, donné le 10 février 1999; | Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Ambtenarenzaken van 10 februari 1999; |
| Vu l'accord du Ministre des Pensions, donné le 12 février 1999; | Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Pensioenen van 12 |
| februari 1999; | |
| Vu le protocole n° 87/1 du 9 mars 1999 du Comité de secteur I - | Gelet op het protocol nr. 87/1 van 9 maart 1999 van sectorcomité I - |
| Administration générale; | algemeen bestuur; |
| Vu les lois sur le Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973, | Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari |
| notamment l'article 3, § 1er, remplacé par la loi du 4 juillet 1989 et | 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet 4 juli 1989 |
| modifié par la loi du 4 août 1996; Vu l'urgence; Considérant que certains agents des services opérationnels de la protection civile sont confrontés à des tâches physiques dures qui, à partir d'un certain âge, comportent des risques, car la condition physique de ces agents est telle qu'elle ne leur permet plus d'assurer ces tâches de manière aussi efficace, sûre et rapide que leurs collègues plus jeunes; Considérant que ces risques peuvent mettre en péril le caractère opérationnel et la qualité des interventions des services la protection civile, ce qui, compte tenu de leur caractère de sécurité et de la protection à assurer à la population et aux biens, doit absolument être évité; Considérant que cette situation comporte des risques tant pour les agents plus âgés en question, que pour leurs plus jeunes collègues avec lesquels ils doivent exécuter ces tâches; Considérant qu'il existe peu de possibilités de confier des tâches administratives à ces agents plus âgés, étant donné, entre autres, qu'il y a peu d'emplois vacants, et que les agents en question ne peuvent, pour ce faire, se prévaloir des qualifications nécessaires; Considérant qu'il faut par conséquent trouver sans délai une solution à cette situation, de sorte que le caractère opérationnel n'en souffre pas; Considérant que l'institution du congé préalable à la pension, par laquelle un agent bénéficiant de ce congé est remplacé par un agent plus jeune, répond totalement au problème; Considérant qu'il existe pour les agents opérationnels une réserve de recrutement de candidats ayant réussi un concours de recrutement du Secrétariat permanent de Recrutement, de sorte que le remplacement d'agents plus âgés par des agents plus jeunes est réalisable sans délai, et qu'ainsi la continuité du service n'est pas mise en péril; Considérant qu'il est dès lors impérieux de prendre les dispositions nécessaires afin d'organiser le remplacement des agents demandant le bénéfice d'un congé préalable à la pension; Considérant que la procédure de recrutement ne peut être entamée qu'une fois la date à laquelle les emplois seront vacants, est connue de manière certaine; Considérant qu'il est dès lors urgent d'instituer le congé préalable à la pension le plus vite possible; Sur la proposition de Notre Ministre de l'Intérieur, de Notre Ministre du Budget, de Notre Ministre des Pensions et de Notre Secrétaire d'Etat à la Sécurité, | en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996; Gelet op de dringende noodzakelijkheid; Overwegende dat sommige ambtenaren van de operationele diensten van de civiele bescherming geconfronteerd worden met zware lichamelijke taken die vanaf hogere leeftijd risico's inhouden, omdat de fysieke toestand van deze ambtenaren vanaf dan niet meer dermate is dat ze deze taken nog even efficiënt, veilig en snel kunnen uitvoeren als hun jongere collega's; Overwegende dat deze risico's de operationaliteit en de kwaliteit van de interventies van de diensten van de civiele bescherming in het gedrang kunnen brengen, wat gelet op hun veiligheidskarakter en de bescherming van de bevolking en de goederen, absoluut vermeden moet worden; Overwegende dat deze vaststelling immers risico's inhoudt voor zowel de bedoelde oudere ambtenaren zelf, als voor hun jongere collega's met wie ze deze taken moeten uitvoeren; Overwegende dat er weinig mogelijkheden bestaan om deze oudere ambtenaren te belasten met administratieve opdrachten, onder andere omdat er terzake weinig vacatures zijn, en de ambtenaren in kwestie daarvoor niet over de nodige kwalificaties beschikken; Overwegende dat er bijgevolg zonder uitstel een oplossing moet worden gevonden voor deze situatie, zodat de operationaliteit niet in het gedrang komt; Overwegende dat de invoering van het verlof voorafgaand aan het pensioen, waarbij de ambtenaar die van dit verlof gebruik maakt, vervangen wordt door een jongere ambtenaar, daaraan volledig tegemoet komt; Overwegende dat er voor de operationele agenten een wervingsreserve bestaat van kandidaten die geslaagd zijn voor een vergelijkend wervingsexamen van het Vast Wervingssecretariaat, zodat de vervanging van oudere door jongere ambtenaren zonder verwijl mogelijk is, en waardoor de continuïteit van de dienst niet in het gedrang komt; Overwegende dat bijgevolg de noodzakelijke maatregelen dienen genomen te worden om te voorzien in de vervanging van de ambtenaren die van een verlof voorafgaand aan het pensioen willen genieten; Overwegende dat de wervingsprocedure pas kan worden ingeleid vanaf het ogenblik dat de datum waarop de betrekkingen vacant zullen zijn, met zekerheid gekend is; Overwegende dat het bijgevolg dringend noodzakelijk is het verlof voorafgaand aan het pensioen zo spoedig mogelijk in te voeren; Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Onze Minister van Begroting, Onze Minister van Pensioenen en Onze Staatssecretaris voor Veiligheid, |
| Nous avons arrêté et arrêtons : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
| CHAPITRE Ier. - Champ d'application | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied |
Article 1er.Le présent arrêté s'applique aux agents des services |
Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op de ambtenaren van de |
| régionaux de la Direction générale de la Protection civile qui sont | gewestelijke diensten van de Algemene Directie van de Civiele |
| soumis à l'arrêté royal du 2 octobre 1937 portant le statut des agents | Bescherming die onderworpen zijn aan het koninklijk besluit van 2 |
| de l'Etat et qui sont : | oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel en die : |
| 1° revêtus d'un grade opérationnel, à l'exception des adjoints | 1° bekleed zijn met een operationele graad, met uitzondering van de |
| opérationnels dirigeant une Grande Garde; | operationele adjuncten die de leiding verzekeren van een Grote Wacht; |
| 2° revêtus du grade d'ouvrier ou d'ouvrier qualifié et astreints au | 2° bekleed zijn met de graad van arbeider of geschoold arbeider en aan |
| service des 24 heures. | de 24-urendienst onderworpen zijn. |
Art. 2.Les agents visés à l'article 1er peuvent bénéficier d'un congé |
Art. 2.De in artikel 1 bedoelde ambtenaren kunnen genieten van een |
| préalable à la pension. | verlof voorafgaand aan het pensioen. |
| CHAPITRE II. - Dispositions réglementaires | HOOFDSTUK II. - Reglementaire bepalingen |
Art. 3.Les agents mentionnés à l'article 1er qui sont âgés d'au moins |
Art. 3.De in artikel 1 bedoelde ambtenaren die ten minste 56 en |
| 56 et de moins de 60 ans et qui comptent au moins 25 années de | minder dan 60 jaar zijn en ten minste 25 in aanmerking komende |
| services admissibles pour l'ouverture du droit à la pension dans le | dienstjaren tellen voor de opening van het recht op pensioen in de |
| secteur public, à l'exclusion des bonifications pour études et des | openbare sector, met uitsluiting van de bonificaties voor studies en |
| autres périodes bonifiées à titre de services admis pour la fixation | van andere perioden die voor de vaststelling van de wedde in |
| du traitement, peuvent être mis en congé à leur demande. | aanmerking werden genomen, kunnen op hun verzoek in verlof worden |
| La demande est formulée par écrit et au moins deux mois avant la date | gesteld. De aanvraag geschiedt schriftelijk en ten minste twee maanden vóór de |
| figurant dans leur requête. | datum vermeld in hun verzoekschrift. |
| Le congé débute le premier jour du mois calendrier. | Het verlof vangt aan op de eerste dag van een kalendermaand. |
| Cette possibilité subsistera jusqu'au 31 décembre 2003. | Deze mogelijkheid blijft bestaan tot en met 31 december 2003. |
Art. 4.§ 1er. La durée du congé visée à l'article 3 est fixée à 4 |
Art. 4.§ 1. De duur van het in artikel 3 bedoelde verlof is |
| ans. | vastgesteld op 4 jaar. |
| La période du congé est assimilée à une période d'activité de service | De verlofperiode wordt met dienstactiviteit gelijkgesteld en de |
| et l'agent conserve pendant cette période ses titres à l'avancement | ambtenaar behoudt tijdens deze periode zijn rechten op bevordering in |
| dans l'échelle de traitement dont il bénéficiait avant le début du | de weddeschaal die hij genoot vóór de aanvang van het verlof. |
| congé. § 2. Quant l'agent atteint l'âge de 60 ans durant la période du congé | § 2. Wanneer de ambtenaar de leeftijd van 60 jaar bereikt tijdens de |
| mentionné au § 1er, son congé expire le premier jour du mois qui suit | verlofperiode bedoeld in § 1, eindigt zijn verlof de eerste dag van de |
| la date à laquelle il atteint cet âge. | maand volgend op de datum waarop hij die leeftijd bereikt. |
| § 3. L'agent est mis à la retraite d'office dès qu'il atteint l'âge de | § 3. De ambtenaar wordt ambtshalve in ruste gesteld zodra hij de |
| 60 ans. | leeftijd van 60 jaar bereikt. |
Art. 5.L'agent en congé préalable à la pension perçoit un traitement |
Art. 5.De ambtenaar met verlof voorafgaand aan het pensioen ontvangt |
| d'attente égal à 80 % de son dernier traitement d'activité. | een wachtgeld gelijk aan 80 % van zijn laatste activiteitswedde. |
| Par dernier traitement d'activité il y a lieu d'entendre, le dernier | Onder laatste activiteitswedde dient te worden verstaan, de laatst |
| traitement annuel alloué pour des prestations complètes, augmenté d'un | toegekende jaarwedde voor volledige prestaties, verhoogd met een |
| montant forfaitaire de 72 000 francs pour prestations irrégulières. | forfaitair bedrag van 72 000 frank voor onregelmatige prestaties. |
Art. 6.L'agent reçoit aussi : |
Art. 6.De ambtenaar ontvangt tevens : |
| - le pécule de vacances; | - het vakantiegeld; |
| - l'allocation de fin d'année; | - de eindejaarstoelage; |
| - l'allocation de foyer ou de résidence. | - de haard- en standplaatstoelage. |
| Le pécule de vacances, l'allocation de fin d'année et l'allocation de | Het vakantiegeld, de eindejaarstoelage en de haard- en |
| foyer ou de résidence sont dus à concurrence de 80 % du montant qui | standplaatstoelage zijn verschuldigd voor 80 % van het bedrag dat aan |
| serait versé à l'agent s'il accomplissait des prestations complètes. | de ambtenaar zou worden uitgekeerd wanneer hij volledige prestaties |
Art. 7.Une fois la demande introduite, il n'est plus possible de |
zou volbrengen. Art. 7.Op de datum van pensionering en deze van de daaraan |
| revenir sur la date de la pension, ni sur celle de la mise en congé | voorafgaande inverlofstelling kan na het indienen van de aanvraag niet |
| préalable à la pension. | meer worden teruggekomen. |
Art. 8.Pendant la période de congé, les agents sont placés hors cadre |
Art. 8.Gedurende de verlofperiode worden de ambtenaren buiten kader |
| et remplacés dans leur emploi par des agents statutaires. | geplaatst en worden zij in hun betrekking vervangen door statutaire |
Art. 9.Les agents qui bénéficient du congé prévu à l'article 2, |
ambtenaren. Art. 9.Mits voorafgaande toelating mogen de ambtenaren die genieten |
| peuvent, moyennant autorisation préalable, exercer une activité | van het in artikel 2 bedoelde verlof, andere beroepsactiviteiten |
| professionnelle. | uitoefenen. |
| Dans le cas cependant où les revenus de cette activités | Indien de inkomsten uit die beroepsactiviteiten de grenzen inzake |
| professionnelle dépassent les limites prévues aux articles 4 et 9 de | cumulatie bepaald bij de artikelen 4 en 9 van de wet van 5 april 1994 |
| la loi du 5 avril 1994 réglant le cumul des pensions du secteur public | houdende regeling van de cumulatie van pensioenen van de openbare |
| avec des revenus provenant d'une activité professionnelle ou avec un | sector met inkomsten voortvloeiend uit de uitoefening van een |
| revenu de remplacement, le traitement d'attente sera réduit ou | beroepsactiviteit of met een vervangingsinkomen overschrijden, wordt |
| supprimé de la même manière qu'une pension de retraite. | het wachtgeld verminderd of geschorst op dezelfde wijze als een |
| CHAPITRE III. - Dispositions transitoires | rustpensioen. HOOFDSTUK III. - Overgangsbepalingen |
Art. 10.Le délai de deux mois visé à l'article 3, alinéa 2, ne vaut |
Art. 10.De in artikel 3, tweede lid, bedoelde termijn van twee |
| pas pour les congés qui débutent avant le 1er juillet 1999. Dans ce | maanden geldt niet voor de verloven die aanvangen vóór 1 juli 1999. In |
| cas, la demande est formulée au moins un mois avant la date figurant | dit geval geschiedt de aanvraag ten minste een maand vóór de datum |
| dans leur requête. | vermeld in hun verzoekschrift. |
| CHAPITRE IV. - Dispositions finales | HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen |
Art. 11.Le présent arrêté entre en vigueur le 1er mai 1999. |
Art. 11.Dit besluit treedt in werking op 1 mei 1999. |
Art. 12.Notre Ministre de l'Intérieur, Notre Ministre des Pensions et |
Art. 12.Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Onze Minister van |
| Notre Secrétaire d'Etat à la Sécurité sont chargés, chacun en ce qui | Pensioenen en Onze Staatssecretaris voor Veiligheid zijn, ieder wat |
| le concerne, de l'exécution du présent arrêté. | hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit. |
| Donné à Bruxelles, le 22 mars 1999. | Gegeven te Brussel, 22 maart 1999. |
| ALBERT | ALBERT |
| Par le Roi : | Van Koningswege : |
| Le Ministre de l'Intérieur, | De Minister van Binnenlandse Zaken, |
| L. VAN DEN BOSSCHE | L. VAN DEN BOSSCHE |
| Le Ministre du Budget, | De Minister van Begroting, |
| H. VAN ROMPUY | H. VAN ROMPUY |
| Le Ministre des Pensions, | De Minister van Pensioenen, |
| M. COLLA | M. COLLA |
| Le Secrétaire d'Etat à la Sécurité, | De Staatssecretaris voor Veiligheid, |
| J. PEETERS | J. PEETERS |