Etaamb.openjustice.be
Vue multilingue de Arrêté Royal du 22/05/2003
← Retour vers "Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 5 juillet 2001, conclue au sein de la Commission paritaire du commerce alimentaire, relative aux heures supplémentaires "
Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 5 juillet 2001, conclue au sein de la Commission paritaire du commerce alimentaire, relative aux heures supplémentaires Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren, betreffende de overuren
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
22 MAI 2003. - Arrêté royal rendant obligatoire la convention 22 MEI 2003. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt
collective de travail du 5 juillet 2001, conclue au sein de la verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 2001, gesloten
Commission paritaire du commerce alimentaire, relative aux heures in het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren, betreffende de
supplémentaires (1) overuren (1)
ALBERT II, Roi des Belges, ALBERT II, Koning der Belgen,
A tous, présents et à venir, Salut. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve
travail et les commissions paritaires, notamment l'article 28; arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel
Vu la demande de la Commission paritaire du commerce alimentaire; 28; Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de handel in
voedingswaren;
Sur la proposition de Notre Ministre de l'Emploi, Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid,
Nous avons arrêté et arrêtons : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Article 1er.Est rendue obligatoire la convention collective de

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage

travail du 5 juillet 2001, reprise en annexe, conclue au sein de la overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 2001, gesloten
Commission paritaire du commerce alimentaire, relative aux heures in het Paritair Comité voor de handel in voedingswaren, betreffende de
supplémentaires. overuren.

Art. 2.Notre Ministre de l'Emploi est chargé de l'exécution du

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering

présent arrêté. van dit besluit.
Donné à Bruxelles, le 22 mai 2003. Gegeven te Brussel, 22 mei 2003.
ALBERT ALBERT
Par le Roi : Van Koningswege :
La Ministre de l'Emploi, De Minister van Werkgelegenheid,
Mme L. ONKELINX Mevr. L. ONKELINX
_______ _______
Note Nota
(1) Référence au Moniteur belge : (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad :
Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Annexe Bijlage
Commission paritaire du commerce alimentaire Paritair Comité voor de handel in voedingswaren
Convention collective de travail du 5 juillet 2001 Collectieve arbeidsovereenkomst van 5 juli 2001
Heures supplémentaires (Convention enregistrée le 28 septembre 2001 Overuren (Overeenkomst geregistreerd op 28 september 2001 onder het
sous le numéro 58967/CO/119) nummer 58967/CO/119)

Article 1er.§ 1er. La présente convention collective de travail

Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing

s'applique aux employeurs et aux ouvriers des entreprises relevant de op de werkgevers en op de arbeiders van de ondernemingen die
la compétence de la Commission paritaire du commerce alimentaire. ressorteren onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de
handel in voedingswaren.
§ 2. Par "ouvriers" sont visés les ouvriers masculins et féminins. § 2. Met "arbeiders" worden de mannelijke en vrouwelijke arbeiders bedoeld.

Art. 2.En cas d'application des articles 25 et 26, § 1er, point 3, de

Art. 2.Ingeval van toepassing van de artikelen 25 en 26, § 1, punt 3,

la loi sur le travail du 16 mars 1971, c'est-à-dire en cas de surcroît van de arbeidswet van 16 maart 1971, dit wil zeggen ingeval van
extraordinaire de travail et en cas de nécessité imprévue, le nombre buitengewone vermeerdering van werk en ingeval van onvoorziene
d'heures de travail à prester sur l'année peut être dépassé à noodzakelijkheid, mag het aantal per jaar te verrichten arbeidsuren
concurrence de 65 heures par année de référence du 1er avril au 31 worden overschreden ten belope van 65 uur per refertejaar van 1 april
mars, à condition qu'il ne soit pas possible de faire face au travail tot 31 maart, op voorwaarde dat het niet mogelijk is aan het overwerk
supplémentaire par des embauches supplémentaires. het hoofd te bieden door bijkomende aanwervingen.

Art. 3.Les heures supplémentaires prestées dans les conditions visées

à l'article 2 et qui pour des raisons d'organisation du travail n'ont

Art. 3.De overuren verricht in de voorwaarden bedoeld in artikel 2 en

pu être récupérées, peuvent être payées en concertation avec l'ouvrier concerné et ce après constatation par la délégation syndicale de l'impossibilité de les récupérer.

Art. 4.L'employeur doit à tout moment prouver par tous les moyens qu'il était impossible de faire face au travail supplémentaire par des embauches supplémentaires.

Art. 5.La présente convention collective de travail produit ses effets le 1er avril 2001 et cesse d'être en vigueur le 31 mars 2003. Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 22 mai 2003. La Ministre de l'Emploi,

die om redenen van arbeidsorganisatie niet konden gerecupereerd worden, mogen worden betaald in overleg met de betrokken arbeider nadat de syndicale afvaardiging de onmogelijkheid om ze te recupereren heeft vastgesteld.

Art. 4.De werkgever moet op elk ogenblik en door alle middelen bewijzen dat het onmogelijk was aan het overwerk het hoofd te bieden door bijkomende aanwervingen.

Art. 5.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 april 2001 en treedt buiten werking op 31 maart 2003. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 22 mei 2003. De Minister van Werkgelegenheid,

Mme L. ONKELINX Mevr. L. ONKELINX
^