| Arrêté royal portant répartition partielle du crédit provisionnel, inscrit au programme 04-53-2 du budget général des dépenses de l'année budgétaire 2002 | Koninklijk besluit houdende gedeeltelijke verdeling van het provisioneel krediet ingeschreven in het programma 04-53-2 van de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2002 |
|---|---|
| SERVICE PUBLIC FEDERAL FINANCES ET SERVICE PUBLIC FEDERAL PERSONNEL ET | FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN EN FEDERALE OVERHEIDSDIENST |
| ORGANISATION | PERSONEEL EN ORGANISATIE |
| 20 SEPTEMBRE 2002. - Arrêté royal portant répartition partielle du | 20 SEPTEMBER 2002. - Koninklijk besluit houdende gedeeltelijke |
| crédit provisionnel, inscrit au programme 04-53-2 du budget général | verdeling van het provisioneel krediet ingeschreven in het programma |
| des dépenses de l'année budgétaire 2002 | 04-53-2 van de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2002 |
| ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu la loi du 24 décembre 2001, contenant le budget général des dépenses pour l'année budgétaire 2002, notamment l'article 2.04.3; Considérant qu'un crédit provisionnel de 1.237.000 euros est inscrit au programme 04-53/2 du budget général des dépenses pour l'année budgétaire 2002, destiné à l'exécution d'initiatives de formation dans les différents départements et parastataux; Sur la proposition de Notre Ministre du Budget, de Notre Ministre de la Fonction publique et de la Modernisation de l'administration et de Notre Ministre des Finances, Nous avons arrêté et arrêtons : Article 1er.Un crédit non dissocié d'un montant de 495.787 euros est prélevé du crédit provisionnel inscrit au programme 04-53/2 du budget général des dépenses pour l'année budgétaire 2002 et est réparti conformément au tableau ci-annexé. Les montants figurant dans ce tableau sont rattachés au crédit prévu pour l'année budgétaire 2002 au programme et à l'allocation de base concernés. Art. 2.Le présent arrêté entre en vigueur le jour de sa publication au Moniteur belge . Art. 3.Notre Ministre du Budget, Notre Ministre de la Fonction publique et de la Modernisation de l'administration et Notre Ministre des Finances sont chargés, chacun en ce qui le concerne, de l'exécution du présent arrêté. |
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet van 24 december 2001 houdende de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2002, inzonderheid op artikel 2.04.3; Overwegende dat op het programma 04-53/2 van de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2002 een provisioneel krediet is ingeschreven ten belope van 1.237.000 euro, bestemd voor de uitvoering van opleidingsactiviteiten in de verschillende departementen en parastatalen; Op de voordracht van Onze Minister van Begroting, van Onze Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen en van Onze Minister van Financiën, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1.Een niet-gesplitst krediet ten belope van 495.787 euro wordt afgenomen van het provisioneel krediet ingeschreven op het programma 04-53/2 van de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2002, en wordt verdeeld overeenkomstig de bijgevoegde tabel. De in de tabel vermelde bedragen worden gevoegd bij het krediet dat onder het betrokken programma en basisallocatie is uitgetrokken voor het begrotingsjaar 2002. Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt. Art. 3.Onze Minister van Begroting, Onze Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen en Onze Minister van Financiën zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit. |
| Bruxelles, le 20 septembre 2002. | Gegeven te Brussel, 20 september 2002. |
| ALBERT | ALBERT |
| Par le Roi : | Van Koningswege : |
| Le Ministre du Budget, | De Minister van Begroting, |
| J. VANDE LANOTTE | J. VANDE LANOTTE |
| Le Ministre de la Fonction publique et de la Modernisation de | De Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van openbare |
| l'administration, | besturen, |
| L. VAN DEN BOSSCHE | L. VAN DEN BOSSCHE |
| Le Ministre des Finances, | De Minister van Financiën, |
| D. REYNDERS | D. REYNDERS |
| Annexe | Bijlage |
| Pour la consultation du tableau, voir image | Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld |
| Vu pour être annexé à Notre arrêté du 20 septembre 2002. | Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 20 september 2002. |
| ALBERT | ALBERT |
| Par le Roi : | Van Koningswege : |
| Le Ministre du Budget, | De Minister van Begroting, |
| J. VANDE LANOTTE | J. VANDE LANOTTE |
| Le Ministre de la Fonction publique et de la Modernisation de | De Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van openbare |
| l'administration, | besturen, |
| L. VAN DEN BOSSCHE | L. VAN DEN BOSSCHE |
| Le Ministre des Finances, | De Minister van Financiën, |
| D. REYNDERS | D. REYNDERS |