← Retour vers "Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 10 juin 1999, conclue au sein de la Commission paritaire des maîtres-tailleurs, des tailleuses et couturières, relative aux initiatives de formation et d'emploi "
| Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 10 juin 1999, conclue au sein de la Commission paritaire des maîtres-tailleurs, des tailleuses et couturières, relative aux initiatives de formation et d'emploi | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juni 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters, betreffende vormings- en tewerkstellingsinitiatieven |
|---|---|
| SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
| 20 JANVIER 2003. - Arrêté royal rendant obligatoire la convention | 20 JANUARI 2003. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend |
| collective de travail du 10 juin 1999, conclue au sein de la | wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juni 1999, |
| Commission paritaire des maîtres-tailleurs, des tailleuses et | gesloten in het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de |
| couturières, relative aux initiatives de formation et d'emploi (1) | kleermaaksters en naaisters, betreffende vormings- en tewerkstellingsinitiatieven (1) |
| ALBERT II, Roi des Belges, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
| A tous, présents et à venir, Salut. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
| travail et les commissions paritaires, notamment l'article 28; | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28; |
| Vu la loi du 26 mars 1999 relative au plan d'action belge pour | Gelet op de wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan |
| l'emploi 1998 et portant des dispositions diverses; | voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen; |
| Vu la demande de la Commission paritaire des maîtres-tailleurs, des | Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de |
| tailleuses et couturières; | meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters; |
| Sur la proposition de Notre Ministre de l'Emploi, | Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, |
| Nous avons arrêté et arrêtons : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Article 1er.Est rendue obligatoire la convention collective de |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
| travail du 10 juin 1999, reprise en annexe, conclue au sein de la | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juni 1999, gesloten |
| Commission paritaire des maîtres-tailleurs, des tailleuses et | in het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters |
| couturières, relative aux initiatives de formation et d'emploi. | en naaisters, betreffende vormings- en tewerkstellingsinitiatieven. |
Art. 2.Notre Ministre de l'Emploi est chargé de l'exécution du |
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering |
| présent arrêté. | van dit besluit. |
| Donné à Bruxelles, le 20 janvier 2003. | Gegeven te Brussel, 20 januari 2003. |
| ALBERT | ALBERT |
| Par le Roi : | Van Koningswege : |
| La Ministre de l'Emploi, | De Minister van Werkgelegenheid, |
| Mme L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX |
| _______ | _______ |
| Note | Nota |
| (1) Références au Moniteur belge : | (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : |
| Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
| Loi du 26 mars 1999, Moniteur belge du 1er avril 1999. | Wet van 26 maart 1999, Belgisch Staatsblad van 1 april 1999. |
| Annexe | Bijlage |
| Commission paritaire des maîtres-tailleurs, des tailleuses et | Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en |
| couturières | naaisters |
| Convention collective de travail du 10 juin 1999 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juni 1999 |
| Initiatives de formation d'emploi (Convention enregistrée le 14 | Vormings- en tewerkstellingsinitiatieven (Overeenkomst geregistreerd |
| juillet 1999 sous le numéro 51482/COF/107) | op 14 juli 1999 onder het nummer 51482/COF/107) |
Article 1er.La présente convention collective de travail s'applique |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
| aux employeurs, aux ouvriers et ouvrières des entreprises | de werkgevers en werklieden en werksters van de ondernemingen die |
| ressortissant à la Commission paritaire des maîtres-tailleurs, des | onder het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de |
| tailleuses et couturières. | kleermaaksters en naaisters ressorteren. |
Art. 2.Les entreprises ressortissant à la commission paritaire |
Art. 2.De ondernemingen die ressorteren onder hogervermeld paritair |
| susvisée au "Fonds commun pour vêtements sur mesure et couture dames" | comité storten aan het "Gemeenschappelijk Fonds voor Maatkleding en |
| et cela à partir du 1er janvier 1999 et pour les années 1999 et 2000, | Snijwerk Dames" met ingang van 1 januari 1999 en voor de jaren 1999 en |
| une cotisation de 0,10 p.c. calculée sur la base d'un salaire complet | 2000 een bijdrage van 0,10 pct. berekend op grond van het volledig |
| loon van hun arbeiders(sters), in uitvoering van hoofdstuk II, | |
| de leurs ouvriers/ouvrières, tel que prévu au chapitre II, section IV | afdeling IV en hoofdstuk III, afdeling VI, onderafdeling 1 van de wet |
| et chapitre III, section VI, sous-section 1re, de la loi du 26 mars | van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de |
| 1999, portant sur le plan d'action belge pour l'emploi 1998 et portant | werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen (Belgisch |
| des dispositions diverses (Moniteur belge du 1er avril 1999), | Staatsblad van 1 april 1999) evenals van het koninklijk besluit van 4 |
| également de l'arrêté royal du 4 juin 1999 déterminant les conditions | juni 1999 houdende de voorwaarden waaraan de collectieve |
| de formes auxquelles doivent satisfaire la convention collective de | arbeidsovereenkomst en het akkoord betreffende vorming en |
| travail et l'accord relatif à la formation et l'emploi ainsi que la | tewerkstelling dienen te voldoen, alsook de procedure tot raadpleging |
| procédure de consultation des travailleurs à respecter en cas | van de werknemers die in acht dient genomen te worden bij de sluiting |
| d'établissement d'un accord relatif à la formation et l'emploi. | van een akkoord betreffende vorming en tewerkstelling. |
Art. 3.Le revenu de la cotisation perçue à l'article 2 précité est |
Art. 3.De opbrengst van de in voormeld artikel 2 geïnde bijdrage |
| utilisé pour l'exécution et la promotion de programmes de formation et | wordt aangewend voor het uitwerken en stimuleren van opleidingsplannen |
| pour l'exécution d'un système alternatif de formation à l'intention | en de uitwerking van een alternatief systeem van opleiding voor |
| des groupes à risque. | risicogroepen. |
| Sous ce rapport, des liens de coopération seront développés avec le | In dit verband zullen samenwerkingsverbanden ontwikkeld worden met het |
| centre d'étude et de formation « Institut pour la recherche et | paritair beheerd vorming en opleidingscentrum « Instituut voor Vorming |
| l'enseignement dans la confection - I.R.E.C. » géré sur un mode | en Onderzoek in de Confectie - I.V.O.C. ». |
| paritaire. Art. 4.Conformément à l'accord interprofessionnel 1999-2000 du 8 |
Art. 4.In uitvoering van het interprofessioneel akkoord 1999-2000 van |
| décembre 1998, les entreprises font un effort supplémentaire en | 8 december 1998 doen de ondernemingen een bijkomende inspanning op het |
| matière de formation et recyclage. Cet effort supplémentaire est | vlak van vorming en opleiding. Deze bijkomende inspanning wordt |
| réalisé par une cotisation sectorielle de 0,15 p.c. sur les salaires | gerealiseerd door een sectorale bijdrage van 0,15 pct. op de lonen van |
| payés du 1er janvier 2000 au 31 décembre 2000. Les organisations | 1 januari 2000 tot 31 december 2000. Binnen de raad van beheer van het |
| signataires au sein du conseil d'administration du fonds de sécurité | fonds voor bestaanszekerheid wordt door de ondertekenende organisaties |
| d'existence décident des initiatives de formation et de recyclage à | beslist welke vorming- en opleidingsinitiatieven zullen ontwikkeld |
| développer avec ces moyens. | worden met deze middelen. |
Art. 5.La présente convention collective de travail produit ses |
Art. 5.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met |
| effets le 1er janvier 1999 et cesse d'être en vigueur le 31 décembre | ingang van 1 januari 1999 en treedt buiten werking op 31 december |
| 2000. | 2000. |
| Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 20 janvier 2003. | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 20 januari 2003. |
| La Ministre de l'Emploi, | De Minister van Werkgelegenheid, |
| Mme L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX |