| Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 21 octobre 2011, conclue au sein de la Commission paritaire pour le secteur audiovisuel, relative à la prépension | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 oktober 2011, gesloten in het Paritair Comité voor de audiovisuele sector, betreffende het brugpensioen |
|---|---|
| SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
| 20 FEVRIER 2013. - Arrêté royal rendant obligatoire la convention | 20 FEBRUARI 2013. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend |
| collective de travail du 21 octobre 2011, conclue au sein de la | wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 oktober |
| Commission paritaire pour le secteur audiovisuel, relative à la | 2011, gesloten in het Paritair Comité voor de audiovisuele sector, |
| prépension (1) | betreffende het brugpensioen (1) |
| ALBERT II, Roi des Belges, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
| A tous, présents et à venir, Salut. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
| travail et les commissions paritaires, notamment l'article 28; | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
| Vu la demande de la Commission paritaire pour le secteur audio-visuel; | 28; Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de audiovisuele |
| Sur la proposition de la Ministre de l'Emploi, | sector; Op de voordracht van de Minister van Werk, |
| Nous avons arrêté et arrêtons : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Article 1er.Est rendue obligatoire la convention collective de |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
| travail du 21 octobre 2011, reprise en annexe, conclue au sein de la | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 21 oktober 2011, |
| Commission paritaire pour le secteur audiovisuel, relative à la | gesloten in het Paritair Comité voor de audiovisuele sector, |
| prépension. | betreffende het brugpensioen. |
Art. 2.Le ministre qui a l'Emploi dans ses attributions est chargé de |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
| l'exécution du présent arrêté. | dit besluit. |
| Donné à Bruxelles, le 20 février 2013. | Gegeven te Brussel, 20 februari 2013. |
| ALBERT | ALBERT |
| Par le Roi : | Van Koningswege : |
| La Ministre de l'Emploi, | De Minister van Werk, |
| Mme M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |
| _______ | _______ |
| Note | Nota |
| (1) Référence au Moniteur belge : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
| Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
| Annexe | Bijlage |
| Commission paritaire pour le secteur audio-visuel | Paritair Comité voor de audiovisuele sector |
| Convention collective de travail du 21 octobre 2011 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 21 oktober 2011 |
| Prépension (Convention enregistrée le 2 décembre 2011 sous le numéro | Brugpensioen (Overeenkomst geregistreerd op 2 december 2011 onder het |
| 107066/CO/227) | nummer 107066/CO/227) |
Article 1er.La présente convention collective de travail s'applique |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
| aux employeurs et aux travailleurs qui ressortissent à la compétence | de werkgevers en op de werknemers die vallen onder de bevoegdheid van |
| de la Commission paritaire pour le secteur audiovisuel. | het Paritair Comité voor de audiovisuele sector. |
| Par "travailleurs", on entend : le personnel masculin ou féminin, quel | Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk |
| que soit le type de contrat sous lequel il est engagé. | bediendepersoneel, ongeacht het type arbeidsovereenkomst waaronder het |
| is tewerkgesteld. | |
Art. 2.Pour la période du 1er janvier 2012 au 31 décembre 2014, l'âge |
Art. 2.Voor de periode van 1 januari 2012 tot 31 december 2014 wordt |
| d'accès à la prépension comme prévu dans la convention collective de | de leeftijd van het brugpensioen zoals voorzien in de collectieve |
| travail n° 17 du 19 décembre 1974, conclue au sein du Conseil national | arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974, gesloten in de |
| du travail, instituant un régime d'indemnité complémentaire en faveur | Nationale Arbeidsraad, tot invoering van een regeling van aanvullende |
| de certains travailleurs âgés en cas de licenciement, rendue | vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij |
| worden ontslagen, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit | |
| obligatoire par arrêté royal du 16 janvier 1975, publié au Moniteur | van 16 januari 1975, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 31 |
| belge du 31 janvier 1975, est ramené à 58 ans. | januari 1975, verlaagd tot 58 jaar. |
Art. 3.Pour la période du 1er janvier 2012 au 31 décembre 2012, l'âge |
Art. 3.Voor de periode van 1 januari 2012 tot 31 december 2012 wordt, |
| binnen de wettelijke en reglementaire mogelijkheden, de leeftijd van | |
| d'accès à la prépension à mi-temps comme prévu dans la convention | het halftijds brugpensioen zoals voorzien in de collectieve |
| collective de travail n° 55 du 13 juillet 1975, conclue au sein du | arbeidsovereenkomst nr. 55 van 13 juli 1975, gesloten in de Nationale |
| Conseil national du travail, instituant un régime d'indemnité | Arbeidsraad, tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding |
| complémentaire pour certains travailleurs âgés, en cas de réduction | ten gunste van sommige bejaarde werknemers in geval van halvering van |
| des prestations de travail à mi-temps, rendue obligatoire par arrêté | de arbeidsprestaties, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk |
| royal du 17 novembre 1993, publié au Moniteur belge du 4 décembre | besluit van 17 november 1993, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad |
| 1993, est porté à 56 ans dans les limites des possibilités légales et | van 4 december 1993, op 56 jaar gebracht. |
| réglementaires. | |
Art. 4.L'allocation complémentaire de la prépension est, à l'occasion |
Art. 4.De aanvullende vergoeding van het brugpensioen wordt bij |
| du passage d'un crédit-temps à temps partiel vers la prépension à | overgang van een deeltijds tijdskrediet naar voltijds burgpensioen |
| temps plein, calculée sur la base du salaire à temps plein. | berekend op basis van het voltijds loon. |
Art. 5.Le paiement de l'allocation complémentaire de la prépension à |
Art. 5.De betaling van de aanvullende vergoeding van het voltijds en |
| temps plein et à temps partiel est solidarisé en instaurant à partir | het halftijds brugpensioen wordt gesolidariseerd door de instelling |
| du 1er janvier 2005 une cotisation patronale de 0,04 p.c. par | met ingang van 1 januari 2005 van een werkgeversbijdrage van 0,04 pct. |
| trimestre pour le "Fonds de sécurité d'existence du secteur | per trimester aan het "Fonds voor bestaanszekerheid voor de |
| audiovisuel", instauré par la convention collective de travail du 7 octobre 2004. | audiovisuele sector", opgericht bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 oktober 2004. |
| Cette cotisation est perçue selon les dispositions de la convention | Deze bijdrage word geïnd overeenkomstig de bepalingen van de |
| collective de travail du 7 octobre 2004 instituant un "Fonds de | collectieve arbeidsovereenkomst van 7 oktober 2004 tot oprichting van |
| sécurité d"existence du secteur audio-visuel", telle que modifiée par | een "Fonds voor bestaanszekerheid voor de audiovisuele sector", zoals |
| la convention collective de travail du 24 juin 2005. | gewijzigd bij collectieve arbeidsovereenkomst van 24 juni 2005. |
Art. 6.La présente convention collective de travail produit ses |
Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met |
| effets au 1er janvier 2012 et cesse d'être en vigueur le 31 décembre | ingang van 1 januari 2012 en treedt buiten werking op 31 december |
| 2014. | 2014. |
| Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 20 février 2013. | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 20 februari |
| La Ministre de l'Emploi, | 2013. De Minister van Werk, |
| Mme M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |