← Retour vers "Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 16 janvier 2008, conclue au sein de la Commission paritaire des maîtres-tailleurs, des tailleuses et couturières, modifiant la convention collective de travail du 19 avril 1982, conclue au sein de la Commission paritaire des maîtres-tailleurs, des tailleuses et couturières et la Commission paritaire de la couture pour dames, instituant un fonds de sécurité d'existence et fixant ses statuts "
| Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 16 janvier 2008, conclue au sein de la Commission paritaire des maîtres-tailleurs, des tailleuses et couturières, modifiant la convention collective de travail du 19 avril 1982, conclue au sein de la Commission paritaire des maîtres-tailleurs, des tailleuses et couturières et la Commission paritaire de la couture pour dames, instituant un fonds de sécurité d'existence et fixant ses statuts | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 januari 2008, gesloten in het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 april 1982, gesloten in het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters en het Paritair Comité voor het naai- en snijwerk voor dames, tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en vaststelling van zijn statuten |
|---|---|
| SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
| 19 MAI 2009. - Arrêté royal rendant obligatoire la convention | 19 MEI 2009. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt |
| collective de travail du 16 janvier 2008, conclue au sein de la | verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 januari 2008, |
| Commission paritaire des maîtres-tailleurs, des tailleuses et | gesloten in het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de |
| kleermaaksters en naaisters, tot wijziging van de collectieve | |
| couturières, modifiant la convention collective de travail du 19 avril | arbeidsovereenkomst van 19 april 1982, gesloten in het Paritair Comité |
| 1982, conclue au sein de la Commission paritaire des | voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters en het |
| maîtres-tailleurs, des tailleuses et couturières et la Commission | Paritair Comité voor het naai- en snijwerk voor dames, tot oprichting |
| paritaire de la couture pour dames, instituant un fonds de sécurité | van een fonds voor bestaanszekerheid en vaststelling van zijn statuten |
| d'existence et fixant ses statuts (1) | (1) |
| ALBERT II, Roi des Belges, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
| A tous, présents et à venir, Salut. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Vu la loi du 7 janvier 1958 concernant les fonds de sécurité | Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor |
| d'existence, notamment l'article 2; | bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2; |
| Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
| travail et les commissions paritaires, notamment l'article 28; | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
| Vu la convention collective de travail du 19 avril 1982, conclue au | 28; Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 april 1982, |
| sein de la Commission paritaire des maîtres-tailleurs, des tailleuses | gesloten in het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de |
| et couturières et la Commission paritaire de la couture pour dames, | kleermaaksters en naaisters en het Paritair Comité voor het naai- en |
| instituant un fonds de sécurité d'existence et fixant ses statuts, | snijwerk voor dames, tot oprichting van een fonds voor |
| bestaanszekerheid en vaststelling van zijn statuten, algemeen | |
| rendue obligatoire par arrêté royal du 5 mars 1993, modifié en dernier | verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 5 maart 1993, een |
| lieu par la convention collective de travail du 10 juin 1999, rendue | laatste maal gewijzigd bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 |
| obligatoire par arrêté royal du 30 avril 2001, notamment les articles | juni 1999 algemeen verbindend verklaard bij het koninklijk besluit van |
| 5 et 16 des statuts. | 30 april 2001, inzonderheid op de artikelen 5 en 16 van de statuten; |
| Vu la demande de la Commission paritaire des maîtres-tailleurs, des | Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de |
| tailleuses et couturières; | meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters; |
| Sur la proposition de la Ministre de l'Emploi, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
| Nous avons arrêté et arrêtons : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Article 1er.Est rendue obligatoire la convention collective de |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
| travail du 16 janvier 2008, reprise en annexe, conclue au sein de la | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 16 januari 2008, |
| Commission paritaire des maîtres-tailleurs, des tailleuses et | gesloten in het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de |
| kleermaaksters en naaisters, tot wijziging van de collectieve | |
| couturières, modifiant la convention collective de travail du 19 avril | arbeidsovereenkomst van 19 april 1982, gesloten in het Paritair Comité |
| 1982, conclue au sein de la Commission paritaire des | voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters en het |
| maîtres-tailleurs, des tailleuses et couturières et la Commission | Paritair Comité voor het naai- en snijwerk voor dames, tot oprichting |
| paritaire de la couture pour dames, instituant un fonds de sécurité | van een fonds voor bestaanszekerheid en vaststelling van zijn |
| d'existence et fixant ses statuts. | statuten. |
Art. 2.La Ministre qui a l'Emploi dans ses attributions est chargée |
Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
| de l'exécution du présent arrêté. | dit besluit. |
| Donné à Bruxelles, le 19 mai 2009. | Gegeven te Brussel, 19 mei 2009. |
| ALBERT | ALBERT |
| Par le Roi : | Van Koningswege : |
| La Vice-Première Ministre et Ministre de l'Emploi et de l'Egalité des Chances, | De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, |
| Mme J. MILQUET | Mevr. J. MILQUET |
| Note | Nota |
| (1) Références au Moniteur belge : | (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : |
| Loi du 7 janvier 1958, Moniteur belge du 7 février 1958. | Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. |
| Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
| Arrêté royal du 5 mars 1993, Moniteur belge du 18 juin 1993. | Koninklijk besluit van 5 maart 1993, Belgisch Staatsblad van 18 juni |
| Arrêté royal du 30 avril 2001, Moniteur belge du 28 juillet 2001. | 1993. Koninklijk besluit van 30 april 2001, Belgisch Staatsblad van 28 juli 2001. |
| Annexe | Bijlage |
| Commission paritaire des maîtres-tailleurs, des tailleuses et | Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en |
| couturières | naaisters |
| Convention collective de travail du 16 janvier 2008 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 16 januari 2008 |
| Modification de la convention collective de travail du 19 avril 1982, | Wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 april 1982, |
| conclue au sein de la Commission paritaire des maîtres-tailleurs, des | gesloten in het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de |
| tailleuses et couturières et la Commission paritaire de la couture | kleermaaksters en naaisters en het Paritair Comité voor het naai- en |
| pour dames, instituant un fonds de sécurité d'existence et fixant ses | snijwerk voor dames, tot oprichting van een fonds voor |
| bestaanszekerheid en vaststelling van zijn statuten (Overeenkomst | |
| statuts (Convention enregistrée le 7 juillet 2008 sous le numéro | geregistreerd op 7 juli 2008 onder het nummer 88668/CO/107) |
| 88668/CO/107) Article 1er.La présente convention collective de travail modifie la |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wijzigt de collectieve |
| convention collective de travail du 12 juin 1991 et remplace la | arbeidsovereenkomst van 12 juni 1991 en vervangt de collectieve |
| convention collective de travail du 10 juin 1999 concernant les | arbeidsovereenkomst van 10 juni 1999 betreffende de statuten van het |
| statuts du "Fonds de sécurité d'existence au profit des | "Fonds voor bestaanszekerheid ten behoeve van de meesterkleermakers, |
| maîtres-tailleurs, des tailleuses et couturières". | -kleermaak-sters en naaisters". |
Art. 2.La présente convention collective de travail remplace les |
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de artikelen 5 |
| articles 5 et 16 de la convention collective de travail du 12 juin 1991. | en 16 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 juni 1991. |
Art. 3.L'article 5 de la convention collective de travail |
Art. 3.Artikel 5 van de in artikel 1 vermelde collectieve |
| susmentionnée est remplacé par : | arbeidsovereenkomst, wordt vervangen door : |
| " Art. 5.Le fonds a pour objet : |
" Art. 5.Het fonds heeft tot doel : |
| - de percevoir des cotisations et recueillir les fonds provenant du | - het innen van de bijdragen en het ontvangen van de gelden van het |
| ministère des affaires économiques nécessaires à son fonctionnement; | ministerie van economische zaken, nodig voor zijn werking; |
| - de payer l'indemnité complémentaire de la convention collective de | - het uitbetalen van de aanvullende vergoeding van de collectieve |
| travail du 10 juin 1999, portant sur la prépension conventionnelle; | arbeidsovereenkomst van 10 juni 1999 betreffende het conventioneel |
| - d'octroyer des avantages sociaux complémentaires; | brugpensioen; - het toekennen van aanvullende sociale voordelen; |
| - d'assurer la liquidation de ces avantages. | - de uitkering van deze voordelen te verzekeren. |
| L'exécution pratique de ces missions est réglée selon les modalités | De praktische uitvoering van deze opdrachten worden geregeld volgens |
| prévues à l'article 25 de la présente convention collective de | de beschikkingen van artikel 25 van deze collectieve |
| travail. ». | arbeidsovereenkomst. ». |
Art. 4.L'article 16 de la convention collective de travail du 12 juin |
Art. 4.Artikel 16 van de in artikel 1 vermelde collectieve |
| 1991 est remplacé comme suit : | arbeidsovereenkomst van 12 juni 1999, wordt vervangen door : |
| "A partir du 1er janvier 1991 la cotisation patronale est fixée à 1 | "Met ingang van 1 januari 1991 is de werkgeversbijdrage vastgesteld op |
| p.c. des salaires bruts payés aux travailleurs et travailleuses, dont | 1 pct. van de brutolonen uitbetaald aan de werklieden en werksters, |
| 0,18 p.c. sont réservés à l'exécution de la convention collective de | waarvan 0,18 pct. gereserveerd wordt ter uitvoering van de collectieve |
| travail du 17 mars 1989 relative à l'exécution de l'arrêté royal du 2 | arbeidsovereenkomst van 17 maart 1989 met betrekking tot de uitvoering |
| février 1989 portant exécution de l'article 138 de la loi-programme du | van het koninklijk besluit van 2 februari 1989 tot uitvoering van |
| 30 décembre 1988 concernant les groupes à risque. | artikel 138 van de programmawet van 30 december 1988 inzake de |
| risicogroepen. | |
| A partir du 1er avril 1991 la cotisation patronale est fixée à l p.c. | Met ingang van 1 april 1991 is de werkgeversbijdrage vastgesteld op 1 |
| des salaires bruts payés aux travailleurs et travailleuses, dont 0,25 | pct. van de brutolonen, uitbetaald aan de werklieden en werksters, |
| p.c. des salaires bruts sont réservés à l'exécution de la convention | waar 0,25 pct. van de brutolonen gereserveerd wordt ter uitvoering van |
| collective de travail du 12 juin 1991 relative à la formation et à l'emploi des travailleurs issus des groupes à risque. A partir du 1er octobre 1991 la cotisation patronale est fixée à 1,62 p.c. des salaires bruts payés aux travailleurs et travailleuses. A partir du 1er octobre 1992 la cotisation patronale est fixée à 2,24 p.c. des salaires bruts payés aux travailleurs et travailleuses. A partir du 1er octobre 1993, la cotisation patronale est fixée à 2,14 p.c. des salaires bruts payés aux travailleurs et travailleuses, et ce en exécution de l'accord interprofessionnel 1993-1994 (suite à la | de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 juni 1991 betreffende de vorming en tewerkstelling van werknemers uit de risicogroepen. Met ingang van 1 oktober 1991 is de werkgeversbijdrage vastgesteld op 1,62 pct. van de brutolonen, uitbetaald aan de werklieden en werksters. Met ingang van 1 oktober 1992 is de werkgeversbijdrage vastgesteld op 2,24 pct. van de brutolonen, uitbetaald aan de werklieden en werksters. Met ingang van 1 oktober 1993 is de werkgeversbijdrage vastgesteld op 2,14 pct. van de brutolonen uitbetaald aan de werklieden en werksters en dit ter uitvoering van het interprofessioneel akkoord 1993-1994 |
| convention collective de travail du 22 juin 1993). | (ingevolge collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 1993). |
| Met ingang van 1 oktober 1996 is de werkgeversbijdrage vastgesteld op | |
| A partir du 1er octobre 1996, la cotisation patronale est fixée à 2 | 2 pct. van de brutolonen, uitbetaald aan de werklieden en werksters. |
| p.c. des salaires bruts payés aux travailleurs et travailleuses. | Met ingang van 1 januari 2000 is de werkgeversbijdrage vastgesteld op |
| A partir du 1er janvier 2000, la cotisation patronale est fixée à 3 | 3 pct. van de brutolonen, uitbetaald aan de werklieden en werksters. |
| p.c. des salaires bruts payés aux travailleurs et travailleuses. Un | |
| montant de 0,15 p.c. de cette cotisation est réservé à des efforts | Hiervan is 0,15 pct. voorbehouden voor extra inspanningen voor vorming |
| supplémentaires en matière de formation et de recyclage, tel que prévu | en opleiding, in uitvoering van het interprofessioneel akkoord |
| dans l'accord interprofessionnel 1999-2000, conclu le 8 décembre 1998. | 1999-2000 van 8 december 1998. |
| A partir du 1er janvier 2008, la cotisation patronale pour les premier | Met ingang van 1 januari 2008 wordt de werkgeversbijdrage voor het |
| et deuxième trimestres est fixée à 3 p.c., pour les troisième et | eerste en tweede kwartaal vastgesteld op 3 pct., voor het derde en |
| quatrième trimestres, la cotisation patronale est fixée à 2,5 p.c. Un | vierde kwartaal wordt de werkgeversbijdrage vastgesteld op 2,5 pct. |
| montant de 0,10 p.c. de cette cotisation est réservé aux efforts de | Hiervan is 0,10 pct. voorbehouden voor de vormingsinspanningen voor |
| formation pour des groupes à risque. | risicogroepen. |
| A partir du 1er janvier 2009, la cotisation patronale est fixée à 2,75 | Met ingang van 1 januari 2009 wordt de werkgeversbijdrage vastgesteld |
| p.c. Un montant de 0,10 p.c. de cette cotisation est réservé aux | op 2,75 pct. Hiervan is 0,10 pct. voorbehouden voor de |
| efforts de formation pour des groupes à risque. | vormingsinspanningen voor risicogroepen. |
| La cotisation globale patronale sera perçue et réclamée par l'Office | De globale werkgeversbijdrage wordt geïnd en ingevorderd door de |
| national de sécurité sociale, conformément à l'article 7 de la loi du | Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, overeenkomstig artikel 7 van de |
| 7 janvier 1958 concernant les fonds de sécurité d'existence. ». | wet van 7 januari 1958, betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid. ». |
Art. 5.La présente convention collective de travail entre en vigueur |
Art. 5.Deze collectieve arbeidsovereenkomst gaat in op 1 januari 2008 |
| le 1er janvier 2008 et a la même durée de validité et les mêmes | en heeft dezelfde opzeggingsmodaliteiten en termijnen als de |
| modalités et délais de dénonciation que la convention collective de | collectieve arbeidsovereenkomst die zij wijzigt. |
| travail qu'elle modifie. Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 19 mai 2009. | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 19 mei |
| La Vice-Première Ministre et Ministre de l'Emploi et de l'Egalité des Chances, | 2009. De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, |
| Mme J. MILQUET | Mevr. J. MILQUET |