Arrêté royal fixant certaines dispositions administratives et pécuniaires pour les membres du personnel des services extérieurs du Service des maisons de Justice du Ministère de la Justice qui sont revêtus d'un grade particulier | Koninklijk besluit tot vaststelling van sommige administratieve en geldelijke bepalingen voor de personeelsleden van de buitendiensten van de Dienst Justitiehuizen van het Ministerie van Justitie die bekleed zijn met een bijzondere graad |
---|---|
MINISTERE DE LA JUSTICE | MINISTERIE VAN JUSTITIE |
13 JUIN 1999. - Arrêté royal fixant certaines dispositions | 13 JUNI 1999. - Koninklijk besluit tot vaststelling van sommige |
administratives et pécuniaires pour les membres du personnel des | administratieve en geldelijke bepalingen voor de personeelsleden van |
services extérieurs du Service des maisons de Justice du Ministère de | de buitendiensten van de Dienst Justitiehuizen van het Ministerie van |
la Justice qui sont revêtus d'un grade particulier | Justitie die bekleed zijn met een bijzondere graad |
ALBERT II, Roi des Belges, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
A tous, présents et à venir, Salut. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Vu l'article 107, alinéa 2 de la Constitution; | Gelet op artikel 107, tweede lid van de Grondwet; |
Vu l'avis du Secrétariat permanent de Recrutement; | Gelet op het advies van het Vast Wervingssecretariaat; |
Vu l'avis de l'Inspecteur des Finances, donné le 16 mars 1999; | Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 16 |
Vu l'accord commun de Notre Ministre du Budget et de Notre Ministre de | maart 1999; Gelet op het gezamelijk akkoord van Onze Minister van Begroting en |
la Fonction publique, donné le 23 avril 1999; | Onze Minister van Ambtenarenzaken van 23 april 1999; |
Vu l'accord du Conseil des Ministres, donné le 21 mai 1999; | Gelet op het akkoord van de Ministerraad van 21 mei 1999; |
Vu le protocole n° 195 du 3 mai 1999 du Comité de secteur III-Justice; | Gelet op het protocol nr. 195 van 3 mei 1999 van Sectorcomité III-Justitie; |
Vu les lois sur le Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973, | Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari |
notamment l'article 3, § 1er, modifié par les lois des 9 août 1980, 16 | 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 9 |
juin 1989 et 4 juillet 1989; Vu l'urgence; Considérant que les maisons de justice sont des divisions d'un nouveau service du ministère de la Justice, créé pour améliorer le service parajudiciaire; Considérant que le personnel avec lequel les maisons de justice ont démarré vient en grande partie de structures différentes (commissions de probation, parquets et établissements pénitentiaires); que ces membres du personnel ont en outre des statuts et des carrières différents et qu'ils sont maintenant réunis dans une nouvelle structure où ils bénéficient d'une nouvelle carrière; Considérant que par le fait que ces changements n'arrivent pas, un sentiment d'insécurité est présent chez le personnel transféré aux | augustus 1980, 16 juni 1989 en 4 juli 1989; Gelet op de dringende noodzakelijkheid; Overwegende dat de justitiehuizen afdelingen zijn van een nieuwe dienst van het ministerie van Justitie die opgericht wordt om de parajustitiële dienstverlening te verbeteren; Overwegende dat het personeel waarmee de justitiehuizen worden opgestart grotendeels afkomstig is van verschillende structuren (probatiecommissies, parketten en strafinrichtingen); dat deze personeelsleden bovendien verschillende statuten en loopbanen hebben en nu samengebracht worden in een nieuwe structuur waarbij ze een nieuwe loopbaan krijgen; Overwegende dat door het uitblijven van die veranderingen bij het personeel dat wordt overgeplaatst naar de justitiehuizen een gevoel van onzekerheid leeft dat zo snel mogelijk moet worden weggenomen door |
maisons de justice, sentiment qui doit disparaître le plus vite | de basisstructuur van de nieuwe dienst, de taken van het personeel en |
possible par la mise en route de la structure de base du nouveau | de nieuwe administratieve en geldelijke bepalingen inzake hun |
service, des missions du personnel et des nouvelles dispositions | loopbaan, met inbegrip van de leidinggevende en coördinerende |
administratives et pécuniaires concernant leur carrière, y compris les | functies, op te starten en het betrokken personeel over te plaatsen; |
fonctions de direction et de coordination et le transfert du personnel | Overwegende dat het bijgevolg, ten einde de continuïteit van de |
concerné; Considérant qu'afin d'assurer la continuité du service public et de | overheidsdienst te verzekeren en de parajustitiële dienstverlening |
rendre plus efficace et plus efficient le service parajudiciaire, il | doeltreffender en efficiënter te maken, dringend noodzakelijk is de |
est urgent de faire entrer en vigueur sans délai les dispositions | inwerkingtreding van de wettelijke en reglementaire bepalingen inzake |
légales et réglementaires relatives à la structure et au personnel des | de structuur en het personeel van de justitiehuizen zonder uitstel te |
maisons de justice; | laten plaatsvinden; |
Sur la proposition de Notre Ministre de la Justice et de l'avis de Nos | Op de voordracht van Onze Minister van Justitie en op het advies van |
Ministres qui en ont délibéré en Conseil, | Onze in Raad vergaderde Ministers, |
Nous avons arrêté et arrêtons : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
CHAPITRE Ier. - Grades particuliers | HOOFDSTUK I. - Bijzondere graden |
Section 1re. - Création | Afdeling 1. - Oprichting |
Article 1er.Aux services extérieurs du Service des maisons de Justice |
Artikel 1.Bij de buitendiensten van de Dienst Justitiehuizen van het |
du Ministère de la Justice sont créés les grades suivants : | Ministerie van Justitie worden de volgende graden opgericht : |
- au rang 13 : directeur régional (Service des maisons de Justice); | - in rang 13 : regionaal directeur (Dienst Justitiehuizen); |
- au rang 26 : assistant de justice; | - in rang 26 : justitieassistent; |
- au rang 28 : assistant de justice principal; | - in rang 28 : eerstaanwezend justitieassistent; |
- au rang 30 : agent d'accueil. | - in rang 30 : onthaalbeambte. |
Art. 2.Le grade d'assistant de justice est conféré exclusivement aux |
Art. 2.De graad van justitieassistent wordt uitsluitend verleend aan |
lauréats d'un concours de recrutement. | de geslaagden voor een vergelijkend wervingsexamen. |
Sans préjudice des autres conditions réglementaires requises fixées | Onverminderd de overige gestelde voorwaarden, vastgesteld bij het |
par l'arrêté royal du 2 octobre 1937 portant le statut des agents de | koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het |
Rijkspersoneel, mogen alleen aan het in het eerste lid bedoeld | |
l'Etat, peuvent, seuls, participer au concours de recrutement visé à | vergelijkend wervingsexamen deelnemen de houders van één van de hierna |
l'alinéa 1er, les candidats porteurs d'un des diplômes suivants : | genoemde diploma's : |
- assistant social; | - maatschappelijk assistent; |
- conseiller social; | - maatschappelijk adviseur; |
- assistant en psychologie; | - assistent in de psychologie; |
- infirmier social; | - sociaal verpleegkundige; |
- licencié en psychologie ou en sciences psychologiques; | - licentiaat in de psychologie of in de psychologische wetenschappen; |
- licencié en sciences de l'éducation ou de la formation ou en | - licentiaat in de pedagogische wetenschappen of in de sociale en |
pédagogie; | culturele agogiek of in de opvoedingswetenschappen of in de pedagogie; |
- licencié en criminologie ou en sciences criminologiques; | - licentiaat in de criminologie of in de criminologische wetenschappen; |
- licencié en sociologie ou en sciences sociologiques. | - licentiaat in de sociologie of in de sociologische wetenschappen. |
Art. 3.Le grade d'agent d'accueil est conféré aux lauréats d'un |
Art. 3.De graad van onthaalbeambte wordt verleend aan de geslaagden |
concours de recrutement. | voor een vergelijkend wervingsexamen. |
Section 2. - De la promotion par avancement de grade | Afdeling 2. - Bevordering door verhoging in graad |
Art. 4.Le conseiller adjoint (rang 10) et le directeur (rang 10) qui |
Art. 4.De adjunct-adviseur (rang 10) en de directeur (rang 10) die |
comptent au moins neuf ans d'ancienneté de grade peuvent être promus | ten minste negen jaar graadanciënniteit hebben kunnen bevorderd worden |
au grade de directeur régional (Service des maisons de Justice rang | tot de graad van regionaal directeur (Dienst Justitiehuizen - rang |
13). | 13). |
Art. 5.Les agents de l'Etat titulaires du grade d'assistant de |
Art. 5.Alléén de Rijksambtenaren die bekleed zijn met de graad van |
justice peuvent seuls être promus au grade d'assistant de justice | justitieassistent kunnen worden bevorderd tot de graad van |
principal. | eerstaanwezend justitieassistent. |
Art. 6.Les promotions visées aux articles 4 et 5 sont conférées selon |
Art. 6.De in de artikelen 4 en 5 bedoelde bevorderingen worden |
les règles de la promotion par avancement de grade. | toegekend volgens de regels van de bevordering door verhoging in |
Section 3. - Echelles de traitement | graad.Afdeling 3. - Weddeschalen |
Art. 7.§ 1er. L'échelle de traitement 13A est liée au grade de |
Art. 7.§ 1. Aan de graad van regionaal directeur (Dienst |
directeur régional (Service des maisons de Justice). | Justitiehuizen) wordt de weddeschaal 13A verbonden. |
§ 2. Le directeur régional (Service des maisons de Justice) qui compte | § 2. De regionaal directeur (Dienst Justitiehuizen) die ten minste 3 |
une ancienneté de grade de trois ans au moins peut obtenir, dans la | jaar graadanciënniteit heeft kan, voor zover er vacante betrekkingen |
limite des emplois vacants, l'échelle de traitement 13B. | zijn, de weddeschaal 13B bekomen. |
Art. 8.§ 1er. L'échelle de traitement 26F est liée au grade |
Art. 8.§ 1. Aan de graad van justitieassistent wordt de weddeschaal |
d'assistant de justice. | 26F verbonden. |
§ 2. L'assistant de justice qui compte une ancienneté de grade de neuf | § 2. De justitieassistent die negen jaar graadanciënniteit heeft |
ans obtient l'échelle de traitement 26I. | bekomt de weddeschaal 26I. |
Art. 9.§ 1er. L'échelle de traitement 28E est liée au grade |
Art. 9.§ 1. Aan de graad van eerstaanwezend justitieassistent wordt |
d'assistant de justice principal. | de weddeschaal 28E verbonden. |
§ 2. L'assistant de justice principal qui compte une ancienneté de | § 2. De eerstaanwezend justitieassistent die ten minste 6 jaar |
grade de six ans au moins peut obtenir, dans la limite des emplois | graadanciënniteit heeft kan, voor zover er vacante betrekkingen zijn, |
vacants, l'échelle de traitement 28F. | de weddeschaal 28F bekomen. |
Art. 10.§ 1er. L'échelle de traitement 30A est liée au grade d'agent |
Art. 10.§ 1. Aan de graad van onthaalbeambte wordt de weddeschaal 30A |
d'accueil. | verbonden. |
§ 2. L'agent d'accueil qui compte quatre ans d'ancienneté de grade, | § 2. De onthaalbeambte die vier jaar graadanciënniteit heeft, geniet |
obtient l'échelle de traitement 30C. | de weddeschaal 30C. |
§ 3. L'agent d'accueil qui compte au moins six ans d'ancienneté de | § 3. De onthaalbeambte die ten minste zes jaar graadanciënniteit |
grade peut obtenir, dans la limite des emplois vacants, l'échelle de | heeft, kan, voor zover er vacante betrekkingen zijn, de weddeschaal |
traitement 30F. | 30F bekomen. |
§ 4. L'agent d'accueil qui compte au moins neuf ans d'ancienneté de | § 4. De onthaalbeambte die ten minste negen jaar graadanciënniteit |
grade peut obtenir, dans la limite des emplois vacants, l'échelle de | heeft, kan, voor zover er vacante betrekkingen zijn, de weddeschaal |
traitement 30H. | 30H bekomen. |
§ 5. L'agent d'accueil qui compte au moins douze ans d'ancienneté de | § 5. De onthaalbeambte die ten minste twaalf jaar graadanciënniteit |
grade peut obtenir, dans la limite des emplois vacants, l'échelle de | heeft, kan, voor zover er vacante betrekkingen zijn, de weddeschaal |
traitement 30I. | 30I bekomen. |
CHAPITRE II. - Désignations | HOOFDSTUK II. - Aanwijzingen |
Section 1re. - Fonctions | Afdeling 1. - Functies |
Art. 11.Les membres du personnel des services extérieurs du Service |
Art. 11.De personeelsleden van de buitendiensten van de Dienst |
des maisons de Justice qui exercent la fonction de directeur d'une | Justitiehuizen die de functie van directeur van een justitiehuis of |
maison de justice ou la fonction de coordinateur auprès d'une maison | van coördinator bij een justitiehuis vervullen, worden door de |
de justice, sont désignés par le ministre de la Justice pour un terme | minister van Justitie aangewezen voor een termijn van vijf jaar. |
de cinq ans. Ce terme peut être renouvelé ou écourté par le ministre de la Justice. | Deze termijn kan door de minister van Justitie worden hernieuwd of ingekort. |
Art. 12.Pour pouvoir être désigné directeur d'une maison de justice, |
Art. 12.Om als directeur van een justitiehuis te kunnen worden |
le candidat doit satisfaire aux conditions suivantes : | aangewezen, moet de gegadigde aan de volgende voorwaarden voldoen : |
1° être conseiller adjoint au Service des maisons de Justice et | 1° adjunct-adviseur zijn bij de Dienst Justitiehuizen en een |
compter une ancienneté de grade d'au moins trois ans; | graadanciënniteit van ten minste drie jaar hebben; |
2° être déclaré apte par la commission d'évaluation à l'exercice de la | 2° voor het uitoefenen van de functie geschikt zijn bevonden door de |
fonction. | evaluatiecommissie. |
Art. 13.Pour pouvoir être désigné coordinateur auprès d'une maison de |
Art. 13.Om als coördinator bij een justitiehuis te kunnen worden |
justice, le candidat doit satisfaire aux conditions suivantes : | aangewezen, moet de gegadigde aan de volgende voorwaarden voldoen : |
1° être assistant de justice et compter une ancienneté de grade d'au | 1° justitieassistent zijn en een graadanciënniteit van ten minste drie |
moins trois ans; | jaar hebben; |
2° être déclaré apte par la commission d'évaluation à l'exercice de la | 2° voor het uitoefenen van de functie geschikt zijn bevonden door de |
fonction, ce qui implique une attitude indépendante à l'égard de tous | evaluatiecommissie, hetgeen een onafhankelijke houding impliceert ten |
les services intéressés. | aanzien van alle betrokken diensten. |
Art. 14.La composition et le fonctionnement de la commission |
Art. 14.De samenstelling en de werking van de evaluatiecommissie |
d'évaluation, de même que les profils de fonction pour l'évaluation de | evenals de functieprofielen voor de evaluatie van de geschiktheid voor |
l'aptitude à l'exercice des fonctions, visées aux articles 12 et 13, | de uitoefening van de functies, bedoeld in de artikelen 12 en 13, |
sont arrêtés par le ministre de la Justice. | worden vastgesteld door de minister van Justitie. |
Section 2. - Allocations de fonction | Afdeling 2. - Functietoelagen |
Art. 15.Le directeur d'une maison de justice a droit à une allocation |
Art. 15.De directeur van een justitiehuis heeft recht op een |
de fonction annuelle de 120 000 F. | jaarlijkse functietoelage van 120 000 F. |
Art. 16.Le coordinateur auprès d'une maison de justice a droit à une |
Art. 16.De coördinator bij een justitiehuis heeft recht op een |
allocation de fonction annuelle de 80.000 F. Cette allocation de | jaarlijkse functietoelage van 80 000 F. Deze functietoelage is niet |
fonction n'est pas cumulable avec l'allocation annuelle visée à l'article 18. | cumuleerbaar met de jaarlijkse toelage bedoeld in artikel 18. |
Art. 17.En cas de prestations incomplètes, les allocations de |
Art. 17.Bij onvolledige prestaties worden de jaarlijkse |
fonctions annuelles, visées aux articles 15 et 16, sont payées au | functietoelagen bedoeld in de artikelen 15 en 16 naar rata van de |
prorata des prestations fournies. | geleverde dienstprestaties uitbetaald. |
Les allocations de fonctions annuelles sont liquidées en même temps | De jaarlijkse functietoelagen worden tegelijk met de wedde vereffend. |
que le traitement. Les allocations de fonctions annuelles sont soumises au régime de | Voor de jaarlijkse functietoelagen geldt de mobiliteitsregeling die |
mobilité applicable aux traitements du personnel des ministères. | van toepassing is op de wedden van het personeel van de ministeries. |
Ces allocations de fonction sont rattachées à l'indice-pivot 138,01. | Deze functietoelagen worden gekoppeld aan het spilindexcijfer 138,01. |
CHAPITRE III. - Allocation annuelle | HOOFDSTUK III. - Jaarlijkse toelage |
Art. 18.Une allocation annuelle de 40.000 F est attribuée aux membres |
|
du personnel des niveaux 2+, 2 et 3 des services extérieurs du Service | Art. 18.Aan de personeelsleden van de niveaus 2+, 2 en 3 van de |
des maisons de Justice du Ministère de la Justice qui, pendant | buitendiensten van de Dienst Justitiehuizen van het Ministerie van |
Justitie die tijdens de uitoefening van hun functie regelmatig in | |
l'exercice de leurs fonctions entrent régulièrement en contact avec | contact komen met risicopersonen, wordt een jaarlijkse toelage van |
des personnes à risques. | 40.000 F toegekend. |
Art. 19.En cas de prestations incomplètes, l'allocation annuelle est |
Art. 19.Bij onvolledige prestaties wordt de jaarlijkse toelage naar |
payée au prorata des prestations fournies. | rata van de geleverde dienstprestaties uitbetaald. |
L'allocation annuelle est liquidée en même temps que le traitement. | De jaarlijkse toelage wordt tegelijk met de wedde vereffend. |
L'allocation annuelle est soumise au régime de mobilité applicable aux | Voor de jaarlijkse toelage geldt de mobiliteitsregeling die van |
traitements du personnel des ministères. | toepassing is op de wedden van het personeel van de ministeries. |
L'allocation annuelle est rattachée à l'indice-pivot 138,01. | De jaarlijkse toelage wordt gekoppeld aan het spilindexcijfer 138,01. |
CHAPITRE IV. - Indemnité téléphonique | HOOFDSTUK IV. - Telefoonvergoeding |
Art. 20.Les membres du personnel qui excercent la fonction |
Art. 20.De personeelsleden die de functie van justitieassistent |
d'assistant de justice ont droit à une indemnité téléphonique | uitoefenen hebben recht op een maandelijkse vergoeding die vastgesteld |
mensuelle fixée à 538 F pour l'abonnement et à 434 F pour les communications. | is op 538 F voor het telefoonabonnement en 434 F voor de gesprekken. |
Art. 21.L'indemnité visée à l'article 20 est accordée à partir du |
Art. 21.De vergoeding bedoeld in artikel 20 wordt toegekend vanaf de |
mois qui suit celui de l'installation d'un poste téléphonique au | maand die volgt op het plaatsen van een telefoontoestel in de woning |
domicile de l'interessé. Ce dernier prend à sa charge les frais de | van het personeelslid. De kosten van het abonnement en van de |
l'abonnement et des communications téléphoniques. | gesprekken komen te zijnen laste. |
CHAPITRE V. - Disposition modificative | HOOFDSTUK V. - Wijzigingsbepaling |
Art. 22.Au tableau annexé à l'arrêté royal du 20 juillet 1964 relatif |
Art. 22.In de tabel gevoegd bij het koninklijk besluit van 20 juli |
au classement hiérarchique des grades que peuvent porter les agents | 1964 betreffende de hiërarchische indeling van de graden waarvan de |
ambtenaren in de rijksbesturen kunnen titularis zijn, worden de | |
des administrations de l'Etat, sous l'intitulé « II. Classement par | volgende graden ingevoegd onder het opschrift « I. Alfabetische |
ordre alphabétique des dénominations en langue française, Section A, | rangschikking van de Nederlandse benamingen, Afdeling A, |
Personnel administratif" et sous l'intitulé "I. Classement par ordre | Administratief personeel » en onder het opschrift « II. Alfabetische |
alphabétique des dénominations en langue néerlandaise, Section A, | rangschikking van de Franse benamingen, Afdeling A, Administratief |
Personnel administratif », les grades suivants sont insérés : | personeel » : |
- au rang 13 : | - in rang 13 : |
directeur régional (Service des maisons de Justice); | regionaal directeur (Dienst Justitiehuizen); |
- au rang 26 : | - in rang 26 : |
assistant de justice; | justitieassistent; |
- au rang 28 : | - in rang 28 : |
assistant de justice principal; | eerstaanwezend justitieassistent; |
- au rang 30 : | - in rang 30 : |
agent d'accueil. | onthaalbeambte. |
CHAPITRE VI. - Dispositions transitoires | HOOFDSTUK VI. - Overgangsbepalingen |
Art. 23.§ 1er. Les membres du personnel en service dans les services |
Art. 23.§ 1. De personeelsleden in dienst bij de buitendiensten van |
extérieurs de la Direction générale de l'Organisation judiciaire, qui, | het Directoraat-generaal Rechterlijke Organisatie, die op de dag van |
à la date d'entrée en vigueur du présent arrêté, sont revêtus de l'un | inwerkingtreding van dit besluit bekleed zijn met één van de graden |
des grades mentionnés dans la colonne de gauche, sont nommés d'office | die hieronder in de linkerkolom worden vermeld, worden ambtshalve |
au grade correspondant qui figure, dans la colonne de droite, en | benoemd tot de graad die naast hun graad in de rechterkolom staat en |
regard du leur : | daarmee overeenstemt : |
Pour la consultation du tableau, voir image | Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld |
§ 2. Les membres du personnel nommés en vertu du § 1er, conservent | § 2. De personeelsleden die krachtens § 1 benoemd zijn, behouden in |
dans leur nouveau grade, l'ancienneté acquise dans le grade dont ils | hun nieuwe graad de anciënniteit welke verkregen was in de graad |
étaient titulaires antérieurement à la date d'entrée en vigueur du | waarmee ze vóór de datum van inwerkingtreding van dit besluit waren |
présent arrêté. | bekleed. |
§ 3. L'ancienneté pécuniaire acquise par ces membres du personnel est | § 3. De geldelijke anciënniteit die deze personeelsleden hebben |
censée être acquise dans l'échelle de traitement correspondant à leur | verkregen, wordt geacht verkregen te zijn in de weddeschaal die |
grade et qui leur est applicable à partir de l'entrée en vigueur du | overeenstemt met hun graad en die zij genieten vanaf de |
présent arrêté. | inwerkingtreding van dit besluit. |
Art. 24.Le traitement des agents nommés d'office en vertu de |
Art. 24.De wedde van de ambtenaren die krachtens artikel 23, § 1, |
l'article 23, § 1er dans un autre grade est fixé dans l'échelle de | ambtshalve benoemd worden in een andere graad, wordt vastgesteld in de |
traitement correspondant à ce grade, conformément à l'annexe. | weddeschaal die overeenkomstig de bijlage overeenstemt met deze graad. |
Art. 25.Les lauréats d'un concours de recrutement au grade |
Art. 25.De geslaagden voor een vergelijkend wervingsexamen voor de |
d'inspecteur du travail social ou de conseiller adjoint (orientation : | graad van sociaal arbeidsinspecteur of adjunct-adviseur (oriëntatie : |
psycho-sociale) pour le Ministère de la Justice, des concours de | psychosociaal) voor het Ministerie van Justitie, voor de vergelijkende |
recrutement (ANG96803 et AFG96803) au grade de conseiller adjoint pour | wervingsexamens (ANG96803 en AFG96803) voor de graad van |
le Service de la Politique criminelle ou des concours de recrutement | adjunct-adviseur bij de Dienst voor het Strafrechtelijk beleid of voor |
(AN95814A et AF95814A) au grade rayé de directeur de troisième classe | de vergelijkende wervingsexamens (AN95814A en AF95814A) voor de |
auprès du Ministère de la Justice, conservent, pendant la durée de | geschrapte graad van directeur derde klasse bij het Ministerie van |
validité du concours, leurs titres à la nomination au grade de | Justitie, behouden tijdens de geldigheidsduur van het vergelijkend |
conseiller adjoint auprès des services extérieurs du Service des | examen hun aanspraken op benoeming tot de graad van adjunct-adviseur |
maisons de Justice. | bij de buitendiensten van de Dienst Justitiehuizen. |
Les lauréats d'un concours de recrutement au grade d'assistant social | De geslaagden voor een vergelijkend wervingsexamen voor de graad van |
pour le Ministère de la Justice, conservent, pendant la durée de | maatschappelijk assistent voor het Ministerie van Justitie behouden |
validité du concours, leurs titres à la nomination au grade | tijdens de geldigheidsduur van het vergelijkend examen hun aanspraken |
d'assistant de justice auprès des services extérieurs du Service des | op benoeming tot de graad van justitieassistent bij de buitendiensten |
maisons de Justice. | van de Dienst Justitiehuizen. |
Art. 26.Les lauréats d'un concours d'accession au niveau supérieur |
Art. 26.De geslaagden voor een vergelijkend examen voor de overgang |
dans le grade d'inspecteur du travail social auprès du Ministère de la | naar het hogere niveau in de graad van sociaal arbeidsinspecteur bij |
Justice, conservent, sans limite de temps, leurs titres à la | het Ministerie van Justitie behouden onbeperkt hun aanspraken op |
nomination au grade de conseiller adjoint auprès des services | benoeming tot de graad van adjunct-adviseur bij de buitendiensten van |
extérieurs du Service des maisons de Justice. | de Dienst Justitiehuizen. |
CHAPITRE VII. - Dispositions finales | HOOFDSTUK VII. - Slotbepalingen |
Art. 27.§ 1er. Les procédures de recrutement et de mise à la |
Art. 27.§ 1. De procedures inzake aanwerving en oppensioenstelling |
retraite, en cours à la date d'entrée en vigueur du présent arrêté, | die aan de gang zijn op de datum van inwerkingtreding van dit besluit |
sont poursuivies sur la base des dispositions du présent arrêté. | worden verder gezet volgens de bepalingen van dit besluit. |
§ 2. Les procédures de promotion et de changement de grade, en cours à | § 2. De procedures inzake bevordering en verandering van graad die aan |
la date d'entrée en vigueur du présent arrêté, restent régies par les dispositions telles qu'elles étaient fixées avant leur modification par le présent arrêté. Si, au terme des procédures visées à l'alinéa 1er, des agents sont nommés, ils sont ensuite nommés d'office dans le nouveau grade correspondant. Art. 28.Pour l'application des articles 12, 1°, et 13, 1°, la durée de l'expérience acquise dans un service social entre autres du ministère de la Justice ou des parquets et dans les commissions de probation est comptée pour la fixation de l'ancienneté de grade. Art. 29.Une allocation annuelle de 9405 F est attribuée aux membres du personnel en service dans les services extérieurs de la Direction générale de l'Organisation judiciaire qui est payée conformément à la réglementation prévue dans l'arrêté royal du 26 septembre 1995 octroyant une allocation à certains agents en service dans les services extérieurs de l'Administration des Etablissements pénitentiaires. Les agents nommés à titre définitif et les stagiaires statutaires en service dans les services extérieurs de la Direction générale de l'Organisation judiciaire bénéficient d'une allocation de productivité |
de gang zijn op de datum van inwerkingtreding van dit besluit worden verder geregeld door de bepalingen zoals opgesteld vóór de wijziging ervan door dit besluit. Indien, na de procedures bedoeld in het eerste lid, ambtenaren benoemd worden, worden ze daarna ambtshalve in de ermee overeenstemmende nieuwe graad benoemd. Art. 28.Voor de toepassing van de artikelen 12, 1°, en 13, 1°, wordt de duur van de ervaring opgedaan in een sociale dienst van onder meer het ministerie van Justitie of van de parketten en in de probatiecommissies meegerekend voor het bepalen van de graadanciënniteit. Art. 29.Aan de personeelsleden in dienst bij de buitendiensten van het Directoraat-generaal Rechterlijke Organisatie wordt een jaarlijkse toelage van 9 405 F toegekend die uitbetaald wordt overeenkomstig de |
dont le paiement est fait conformément à l'arrêté royal du 26 | regeling die voorzien is in het koninklijk besluit van 26 september |
septembre 1995 octroyant une allocation de productivité pénitentiaire à certains agents en service dans les services extérieurs de l'Administration des Etablissements pénitentiaires. Art. 30.Le présent arrêté entre en vigueur le premier jour du mois qui suit celui au cours duquel il aura été publié au Moniteur belge, à l'exception de l'article 29 qui produit ses effets 1e 1er janvier 1999 et cessera d'être en vigueur le jour de l'entrée en vigueur du présent arrêté. L'article 28 cesse ses effets au 1er janvier 2005. |
1995 tot toekenning van een toelage aan sommige ambtenaren in dienst in de buitendiensten van het Bestuur Strafinrichtingen. De in vast verband benoemde ambtenaren en de statutaire stagiairs in dienst bij de buitendiensten van het Directoraat-generaal Rechterlijke Organisatie genieten een productiviteitstoelage waarvan de uitbetaling geschiedt overeenkomstig het koninklijk besluit van 26 september 1995 tot toekenning van een penitentiaire productiviteitstoelage aan sommige ambtenaren in dienst in de buitendiensten van het Bestuur Strafinrichtingen. Art. 30.Dit besluit treedt in werking de eerste dag van de maand volgend op die gedurende welke het in het Belgisch Staatsblad is bekendgemaakt, met uitzondering van artikel 29 dat uitwerking heeft met ingang van 1 januari 1999 en ophoudt van kracht te zijn op de dag van de inwerkingtreding van dit besluit. Artikel 28 houdt op uitwerking te hebben op 1 januari 2005. |
Art. 31.Notre Ministre est chargé de l'exécution du présent arrêté. |
Art. 31.Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit. |
Donné à Bruxelles, le 13 juin 1999. | Gegeven te Brussel, 13 juni 1999. |
ALBERT | ALBERT |
Par le Roi : | Van Koningswege : |
Le Ministre de la Justice, | De Minister van Justitie, |
T. VAN PARYS | T. VAN PARYS |
Le Ministre du Budget, | De Minister van Begroting, |
H. VAN ROMPUY | H. VAN ROMPUY |
Annexe | Bijlage |
Tableau de conversion des grades et des échelles de traitement y liées | Conversietabel van de graden en de eraan verbonden weddeschalen |
Pour la consultation du tableau, voir image | Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld |
Vu pour être annexé à Notre arrêté du 13 juin 1999. | Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 13 juni 1999. |
ALBERT | ALBERT |
Par le Roi : | Van Koningswege : |
Le Ministre de la Justice, | De Minister van Justitie, |
T. VAN PARYS | T. VAN PARYS |
Le Ministre du Budget, | De Minister van Begroting, |
H. VAN ROMPUY | H. VAN ROMPUY |