| Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 31 mars 1999, conclue au sein de la Commission paritaire pour le secteur socio-culturel, relative à la fixation de la durée du travail et de ses modalités dans le secteur socio-culturel | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 31 maart 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de socio-culturele sector, betreffende de vaststelling van de arbeidsduur en de modaliteiten ervan in de socio-culturele sector |
|---|---|
| SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
| 12 AVRIL 2004. - Arrêté royal rendant obligatoire la convention | 12 APRIL 2004. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt |
| collective de travail du 31 mars 1999, conclue au sein de la | verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 31 maart 1999, |
| Commission paritaire pour le secteur socio-culturel, relative à la | gesloten in het Paritair Comité voor de socio-culturele sector, |
| fixation de la durée du travail et de ses modalités dans le secteur | betreffende de vaststelling van de arbeidsduur en de modaliteiten |
| socio-culturel (1) | ervan in de socio-culturele sector (1) |
| ALBERT II, Roi des Belges, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
| A tous, présents et à venir, Salut. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
| travail et les commissions paritaires, notamment l'article 28; | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28; |
| Vu la demande de la Commission paritaire pour le secteur | Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de socio-culturele |
| socio-culturel; | sector; |
| Sur la proposition de Notre Ministre de l'Emploi, | Op de voordracht van Onze Minister van Werk, |
| Nous avons arrêté et arrêtons : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Article 1er.Est rendue obligatoire la convention collective de |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
| travail du 31 mars 1999, reprise en annexe, conclue au sein de la | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 31 maart 1999, |
| Commission paritaire pour le secteur socio-culturel, relative à la | gesloten in het Paritair Comité voor de socio-culturele sector, |
| fixation de la durée du travail et de ses modalités dans le secteur | betreffende de vaststelling van de arbeidsduur en de modaliteiten |
| socio-culturel. | ervan in de socio-culturele sector. |
Art. 2.Notre Ministre de l'Emploi est chargé de l'exécution du |
Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit |
| présent arrêté. | besluit. |
| Donné à Châteauneuf-de-Grasse, le 12 avril 2004. | Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 12 april 2004. |
| ALBERT | ALBERT |
| Par le Roi : | Par le Roi : |
| Le Ministre de l'Emploi, | De Minister van Werk, |
| F. VANDENBROUCKE | F. VANDENBROUCKE |
| _______ | _______ |
| Note | Nota |
| (1) Référence au Moniteur belge : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
| Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
| Annexe | Bijlage |
| Commission paritaire pour le secteur socio-culturel | Paritair Comité voor de socio-culturele sector |
| Convention collective de travail du 31 mars 1999 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 31 maart 1999 |
| Fixation de la durée du travail et de ses modalités dans le secteur | Vaststelling van de arbeidsduur en de modaliteiten ervan in de |
| socio-culturel (Convention enregistrée le 22 juin 1999 sous le numéro | socio-culturele sector (Overeenkomst geregistreerd op 22 juni 1999 |
| 51076/CO/329) | onder het nummer 51076/CO/329) |
Article 1er.Cette convention collective de travail s'applique aux |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
| employeurs et aux travailleurs occupés dans les organisations qui | de werkgevers en de werknemers van de organisaties die vallen onder de |
| ressortissent à la Commission paritaire pour le secteur socio-culturel | bevoegdheid van het Paritair Comité voor de socio-culturele sector met |
| à l'exception des travailleurs dont le lieu de travail est situé hors | uitzondering van de werknemers waarvan de plaats van tewerkstelling |
| de Belgique. | buiten België is gelegen. |
Art. 2.Par travailleurs, on entend les employés et les ouvriers, |
Art. 2.Onder « werknemers » wordt verstaan mannelijke en vrouwelijke |
| masculins et féminins. | werklieden en bedienden. |
Art. 3.Cette convention collective de travail a pour but de fixer la |
Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft tot doel de |
| durée du travail dans le secteur socio-culturel ainsi que ses | arbeidsduur vast te stellen in de socio-culturele sector evenals de |
| modalités. | modaliteiten ervan. |
Art. 4.La durée hebdomadaire normale de travail est fixée à 38 heures |
Art. 4.De normale wekelijkse arbeidsduur wordt vastgesteld op |
| en moyenne. Le régime des 38 heures s'applique par l'adaptation de la | gemiddeld 38 uren. De toepassing van de 38-urenweek gebeurt via een |
| durée de travail hebdomadaire et/ou par l'octroi de jours de congés | aanpassing van de wekelijkse arbeidsduur en/of het invoeren van |
| compensatoires. | extra-verlofdagen. |
Art. 5.Cette convention collective de travail entre en vigueur le 30 décembre 1998. Art. 6.Elle est conclue pour une durée indéterminée. Elle peut être dénoncée par chaque partie signataire par lettre recommandée au président de la Commission paritaire pour le secteur socio-culturel, avec un préavis de six mois. Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 12 avril 2004. Le Ministre de l'Emploi, |
Art. 5.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 30 december 1998. Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor onbepaalde duur. Zij kan worden opgezegd door elk van de partijen mits een opzeggingstermijn van zes maanden bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de socio-culturele sector. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 12 april 2004. De Minister van Werk, |
| F. VANDENBROUCKE | F. VANDENBROUCKE |