Etaamb.openjustice.be
Vue multilingue de Arrêté Royal du 11/04/1999
← Retour vers "Arrêté royal fixant la composition du jury chargé de procéder aux examens sur la connaissance de la langue française pour les candidats référendaires près la Cour de cassation "
Arrêté royal fixant la composition du jury chargé de procéder aux examens sur la connaissance de la langue française pour les candidats référendaires près la Cour de cassation Koninklijk besluit houdende samenstelling van de jury belast met het afnemen van de examens over de kennis van het Frans voor de kandidaat-referendarissen bij het Hof van Cassatie
MINISTERE DE LA JUSTICE MINISTERIE VAN JUSTITIE
11 AVRIL 1999. - Arrêté royal fixant la composition du jury chargé de 11 APRIL 1999. - Koninklijk besluit houdende samenstelling van de jury
procéder aux examens sur la connaissance de la langue française pour belast met het afnemen van de examens over de kennis van het Frans
les candidats référendaires près la Cour de cassation voor de kandidaat-referendarissen bij het Hof van Cassatie
ALBERT II, Roi des Belges, ALBERT II, Koning der Belgen,
A tous, présents et à venir, Salut. Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Vu la loi du 15 juin 1935 concernant l'emploi des langues en matières Gelet op de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in
judiciaire, notamment l'article 43sexies, y inséré par la loi du 6 mai gerechtszaken, inzonderheid op artikel 43sexies, ingevoegd bij de wet
1997 visant à accélérer la procédure devant la Cour de cassation; van 6 mei 1997 strekkende tot de bespoediging van de procedure voor
het Hof van Cassatie;
Vu l'arrêté royal du 10 août 1998 organisant les examens permettant Gelet op het koninklijk besluit van 10 augustus 1998 tot regeling van
aux docteurs et licenciés en droit de satisfaire au prescrit des de examens waarbij aan doctors en licentiaten in de rechten de
alinéas 2 et 3 de l'article 43sexies de la loi du 15 juin 1935 mogelijkheid wordt geboden te voldoen aan de bepalingen van artikel
concernant l'emploi des langues en matière judiciaire; 43sexies, tweede en derde lid, van de wet van 15 juni 1935 op het
gebruik der talen in gerechtszaken;
Sur la proposition de Notre Ministre de la Justice, Op de voordracht van Onze Minister van Justitie,
Nous avons arrêté et arrêtons : Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Article 1er.Le jury chargé de procéder aux examens sur la

Artikel 1.De jury belast met het afnemen van de examens over de

connaissance de la langue française pour les candidats référendaires kennis van het Frans voor de kandidaat-referendarissen bij het Hof van
près la Cour de cassation, prévus par l'article 43sexies de la loi du
15 juin 1935 concernant l'emploi des langues en matières judiciaire, Cassatie, bedoeld bij artikel 43sexies van de wet van 15 juni 1935 op
est composé ainsi qu'il suit : het gebruik der talen in gerechtszaken, is als volgt samengesteld :
Président : M. PH. Echement, conseiller à la Cour de cassation. Voorzitter : de heer Ph. Echement, raadsheer in het Hof van Cassatie.
Président suppléant : M. F. Fischer, conseiller à la Cour de Plaatsvervangend voorzitter : de heer F. Fischer, raadsheer in het Hof
cassation. van Cassatie.
Membres : Leden :
M. P. de le Court, avocat général près la Cour d'appel de Bruxelles. De heer P. de le Court, advocaat-generaal bij het hof van beroep te Brussel.
Mme M.G. Boutier, chargé de cours à l'Université de Liège. Mevr. M.G. Boutier, docent aan de « Université de Liège ».
M. J.P. Martin, professeur à l'Université de Mons-Hainaut. De heer J.P. Martin, professor aan de « Université de Mons-Hainaut ».
M. A. Mingelgrun, professeur à l'Université libre de Bruxelles. De heer A. Mingelgrun, professor aan de « Université libre de Bruxelles ».
M. J. Klein, professeur à l'Université catholique de Louvain. De heer J. Klein, professor aan de « Université catholique de Louvain
M. J.-C. Polet, professeur aux Facultés universitaires Notre-Dame de ». De heer J.C. Polet, professor aan de « Facultés universitaires
la Paix de Namur. Notre-Dame de la Paix de Namur ».
M. A. Dumoulin, conseiller général au Ministère de la Justice. De heer A. Dumoulin, adviseur-generaal bij het Ministerie van Justitie.
Membres suppléants : Plaatsvervangende leden :
M. P. Cornelis, avocat général près la Cour d'appel de Bruxelles. De heer P. Cornelis, advocaat-generaal bij het hof van beroep te Brussel.
M. J. Lechanteur, professeur à l'Université de Liège. De heer J. Lechanteur, professor aan de « Université de Liège ».
Mme M. Stasse, chargé de cours à l'Université de Liège. Mevr. M. Stasse, docent aan de « Université de Liège ».
Mme M.-L. Moreau, professeur à l'Université de Mons-Hainaut. Mevr. M.-L. Moreau, professeur aan de « Université de Mons-Hainaut ».
M. T. Gergely, professeur à l'Université libre de Bruxelles. De heer T. Gergely, professor aan de « Université libre de Bruxelles
M. R. Lefere, professeur à l'Université libre de Bruxelles. ». De heer R. Lefere, professor aan de « Université libre de Bruxelles ».
M. G. Jacques, professeur à l'Université catholique de Louvain. De heer G. Jacques, professor aan de « Université catholique de
M. J. Weisshaupt, professeur aux Facultés universitaires Notre-Dame de Louvain ». De heer J. Weisshaupt, professor aan de « Facultés universitaires
la Paix de Namur. Notre-Dame de la Paix de Namur ».
M. L. Isebaert, professeur aux Facultés universitaires Notre-Dame de De heer L. Isebaert, professor aan de « Facultés universitaires
la Paix de Namur. Notre-Dame de la Paix de Namur ».
Mme I. Lambreth, conseiller général au Ministère de la Justice. Mevr. I. Lambreth, adviseur-generaal bij het Ministerie van Justitie.
Mme G. Timmermans, conseiller général au Ministère de la Justice. Mevr. G. Timmermans, adviseur-generaal bij het Ministerie van Justitie.
Mme C. Lombart, conseiller au Ministère de la Justice. Mevr. C. Lombart, adviseur bij het Ministerie van Justitie.
Mme J. Laboureur, conseiller au Ministère de la Justice. Mevr. J. Laboureur, adviseur bij het Ministerie van Justitie.

Art. 2.Le présent arrêté produit ses effets le 1er mars 1999.

Art. 2.Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 maart 1999.

Art. 3.Notre Ministre de la Justice est chargé de l'exécution du

Art. 3.Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit

présent arrêté. besluit.
Donné à Bruxelles, le 11 avril 1999. Gegeven te Brussel, 11 april 1999.
ALBERT ALBERT
Par le Roi : Van Koningswege :
Le Ministre de la Justice, De Minister van Justitie,
T. VAN PARYS T. VAN PARYS
^