| Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 30 juin 2003, conclue au sein de la Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail, relative au travail à temps partiel | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2003, gesloten in het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken, betreffende het deeltijdse werk |
|---|---|
| SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
| 10 NOVEMBRE 2004. - Arrêté royal rendant obligatoire la convention | 10 NOVEMBER 2004. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend |
| collective de travail du 30 juin 2003, conclue au sein de la | wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2003, |
| Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail, | gesloten in het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken, |
| relative au travail à temps partiel (1) | betreffende het deeltijdse werk (1) |
| ALBERT II, Roi des Belges, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
| A tous, présents et à venir, Salut. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
| travail et les commissions paritaires, notamment l'article 28; | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
| Vu la demande de la Commission paritaire des grandes entreprises de | 28; Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de grote |
| vente au détail; | kleinhandelszaken; |
| Sur la proposition de Notre Ministre de l'Emploi, | Op de voordracht van Onze Minister van Werk, |
| Nous avons arrêté et arrêtons : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Article 1er.Est rendue obligatoire la convention collective de |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
| travail du 30 juin 2003, reprise en annexe, conclue au sein de la | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2003, gesloten |
| Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail, | in het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken, betreffende de |
| relative au travail à temps partiel. | deeltijdse arbeid. |
Art. 2.Notre Ministre de l'Emploi est chargé de l'exécution du |
Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit |
| présent arrêté. | besluit. |
| Donné à Bruxelles, le 10 novembre 2004. | Gegeven te Brussel, 10 november 2004. |
| ALBERT | ALBERT |
| Par le Roi : | Van Koningswege : |
| La Ministre de l'Emploi, | De Minister van Werk, |
| Mme F. VAN DEN BOSSCHE | Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE |
| _______ | _______ |
| Note | Nota |
| (1) Référence au Moniteur belge : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
| Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
| Annexe | Bijlage |
| Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail | Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken |
| Convention collective de travail du 30 juin 2003 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2003 |
| Travail à temps partiel (Convention enregistrée le 9 septembre 2003 | Deeltijds werk (Overeenkomst geregistreerd op 9 september 2003 onder |
| sous le numéro 67410/CO/311) | het nummer 67410/CO/311) |
| CHAPITRE Ier. - Champ d'application | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied |
Article 1er.La présente convention collective de travail s'applique |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
| aux employeurs et aux travailleurs des entreprises ressortissant à la | de werkgevers en de werknemers van de ondernemingen die ressorteren |
| Commission paritaire des grandes entreprises de vente au détail. | onder het Paritair Comité voor de grote kleinhandelszaken. |
| CHAPITRE II. - Durée hebdomadaire de travail minimale | HOOFDSTUK II. - Minimale wekelijkse arbeidsduur |
Art. 2.La durée hebdomadaire de travail doit comporter au moins |
Art. 2.De wekelijkse arbeidsduur moet minstens achttien uur bedragen, |
| dix-huit heures, sauf les dérogations prévues à l'article suivant. | behalve in het geval van de afwijkingen die voorzien zijn in het volgende artikel. |
Art. 3.Il est possible de déroger à l'article précédent dans les |
Art. 3.Het is mogelijk af te wijken van het vorige artikel onder de |
| conditions suivantes : | volgende voorwaarden : |
| 1) en cas de crédit-temps, la durée hebdomadaire de travail peut | 1) in geval van tijdskrediet kan de wekelijkse arbeidsduur 17,5 uur |
| comporter 17,5 heures; | bedragen; |
| 2) les contrats qui prévoient une durée hebdomadaire de travail | 2) de overeenkomsten die een wekelijkse arbeidsduur voorzien van |
| inférieure à dix-huit heures ne peuvent être que des contrats à durée | minder dan achttien uur, mogen enkel overeenkomsten voor onbepaalde |
| indéterminée qui correspondent aux conditions prévues à l'article 1er, | duur zijn die beantwoorden aan de voorwaarden voorzien bij artikel 1, |
| premier alinéa, 3° de l'arrêté royal du 20 décembre 1990 déterminant | eerste alinea, 3°, van het koninklijk besluit van 20 december 1990 |
| les dérogations à la durée hebdomadaire minimale de travail des | betreffende de afwijkingen van de minimale wekelijkse arbeidsduur van |
| travailleurs à temps partiel fixé à l'article 11bis de la loi du 3 | de deeltijdse tewerkgestelde werknemers vastgesteld bij artikel 11bis |
| juillet 1978 relative aux contrats de travail (Moniteur belge du 22 | van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten |
| août 1978). | (Belgisch Staatsblad van 22 augustus 1978). |
| Il est cependant permis de déroger à la dernière condition prévue par | Het is evenwel toegelaten af te wijken van de laatste voorwaarde |
| l'article 1er, premier alinéa, 3°, dudit arrêté royal moyennant | voorzien bij artikel 1, eerste alinea, 3°, van dat koninklijk besluit |
| communication du nombre de contrats, du lieu de travail, du régime de | middels mededeling van het aantal contracten, van de plaats van |
| tewerkstelling, van het wekelijks arbeidsstelsel en van het uurrooster | |
| travail et de l'horaire pour les travailleurs qui prestent moins que | voor de werknemers die minder dan twaalf uren per week presteren, aan |
| douze heures par semaine, au conseil d'entreprise, à défaut à la | de ondernemingsraad, of indien deze niet bestaat aan de syndicale |
| délégation syndicale, à défaut aux organisations syndicales; | afvaardiging of indien deze niet bestaat aan de vakorganisaties; |
| 3) le volume d'heures prévu aux contrats de travail qui prévoient une | 3) het uurvolume van de arbeidsovereenkomsten die een arbeidsduur |
| durée hebdomadaire inférieure à dix-huit heures ne peut dépasser des 5 | voorzien van minder dan achttien uur per week, mag de 5 pct. van het |
| p.c. du volume d'heures contractuelles prévu dans l'ensemble des | volume van de uren die contractueel voorzien zijn in het geheel van de |
| contrats à durée indéterminée et des conventions de premier emploi; | contracten voor onbepaalde duur en van de startbaanovereenkomsten niet |
| 4) un minimum d'un contrat de travail inférieur à dix-huit heures est | overschrijden; 4) een minimum van één arbeidsovereenkomst lager dan achttien uur |
| cependant garanti par magasin; | wordt nochtans gegarandeerd per winkel; |
| 5) le personnel de nettoyage n'est pas pris en compte pour le calcul | 5) het schoonmaakpersoneel wordt niet in rekening genomen voor de |
| du quota de 5 p.c.; | berekening van het quotum van 5 pct.; |
| 6) le quota de 5 p.c. doit être atteint au 31 décembre 1991 ou à une | 6) het quotum van 5 pct. moet bereikt worden op 31 december 1991 of op |
| een andere datum vast te stellen bij collectieve arbeidsovereenkomst | |
| autre date à fixer par convention collective conclue au niveau de | gesloten op het niveau van de onderneming volgens de bepalingen van de |
| l'entreprise conformément à la loi du 5 décembre 1968. | wet van 5 december 1968. |
Art. 4.Les possibilités d'occuper du personnel en dérogation de |
Art. 4.De mogelijkheden om in afwijking van artikel 11bis van de wet |
| l'article 11bis de la loi sur les contrats de travail du 3 juillet | op de arbeidsovereenkomsten van 3 juli 1978, werknemers tewerk te |
| 1978, dans un contrat de travail à temps partiel avec une durée du | stellen in een deeltijdse arbeidsovereenkomst met een arbeidsduur die |
| travail inférieure à un tiers d'un emploi à temps plein, peuvent être | lager ligt dan een derde van een voltijdse betrekking, kunnen worden |
| étendues par une convention collective de travail d'entreprise. | uitgebreid door een collectieve arbeidsovereenkomst op het niveau van het bedrijf. |
| CHAPITRE III. | HOOFDSTUK III. |
| Droit individuel à l'augmentation de la durée du travail | Individueel recht op verhoging van de arbeidsduur |
Art. 5.§ 1er. A partir du 1er décembre 2002, les travailleurs à temps |
Art. 5.§ 1. Vanaf 1 december 2002 geldt voor de deeltijdse werknemers |
| partiel ayant une ancienneté de cinq ans d'entreprise et avec un | met een anciënniteit in de onderneming van vijf jaar en met een |
| contrat de travail à durée indéterminée de 18 heures par semaine, qui | arbeidsovereenkomst voor onbepaalde duur van 18 uur per week, die |
| en font la demande écrite, ont le droit individuel à une augmentation | hiervoor een schriftelijke aanvraag doen, een individueel recht tot |
| de la durée contractuelle du travail à 20 heures par semaine, ceci | verhoging van de overeengekomen arbeidsduur tot 20 uur per week, in |
| dans un horaire variable. | een variabel uurrooster. |
| A partir du 1er décembre 2003, les travailleurs à temps partiel ayant | Vanaf 1 december 2003 geldt voor de deeltijdse werknemers met een |
| une ancienneté de trois ans dans l'entreprise et avec un contrat de | anciënniteit van drie jaar en met een arbeidsovereenkomst voor |
| travail à durée indéterminée de 18 heures par semaine, qui en font la | onbepaalde duur van 18 uur per week, die hiervoor een schriftelijke |
| demande écrite, ont le droit individuel à une augmentation de la durée | aanvraag doen, een individueel recht tot verhoging van de |
| contractuelle du travail à 20 heures par semaine, ceci dans un horaire | overeengekomen arbeidsduur tot 20 uur per week, in een variabel |
| variable. | uurrooster. |
| § 2. Les dispositions du premier paragraphe ne sont pas d'application | § 2. De bepalingen van de eerste alinea zijn niet van toepassing op de |
| aux entreprises en difficulté qui concluent une convention collective | ondernemingen in moeilijkheden die daartoe op ondernemingsvlak een |
| de travail au niveau de l'entreprise à cet effet et ce aussi longtemps | collectieve arbeidsovereenkomst sluiten en dit zolang de onderneming |
| que l'entreprise est en difficulté. | in moeilijkheden is. |
| CHAPITRE IV. - Dispositions finales | HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen |
Art. 6.La convention collective de travail du 5 novembre 2002 |
Art. 6.De collectieve arbeidsovereenkomst van 5 november 2002 met |
| relative au travail à temps partiel (arrêté royal du 25 juin 2003, | betrekking tot het deeltijds werk (koninklijk besluit van 25 juni |
| Moniteur belge du 2 septembre 2003) est abrogée. | 2003, Belgisch Staatsblad van 2 september 2003) wordt opgeheven. |
Art. 7.Cette convention collective de travail entre en vigueur le 1er |
Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 |
| juillet 2003 et est conclue pour une durée indéterminée. | juli 2003 en is gesloten voor een onbepaalde duur. |
| Elle peut être revue ou dénoncée à la demande de la partie la plus | Ze kan herzien of opgezegd worden op vraag van de meest gerede partij |
| diligente, moyennant un préavis de trois mois, adressé par lettre | mits het betekenen van een vooropzeg van drie maanden gericht bij een |
| recommandée à la poste au président de la Commission paritaire des | ter post aangetekende brief aan de voorzitter van het Paritair Comité |
| grandes entreprises de vente au détail. | voor de grote kleinhandelszaken. |
| Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 10 novembre 2004. | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 10 november |
| La Ministre de l'Emploi, | 2004. De Minister van Werk, |
| Mme F. VAN DEN BOSSCHE | Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE |