Arrêté royal portant organisation de la gestion financière et administrative du Fonds monétaire comme service d'Etat à gestion séparée | Koninklijk besluit houdende organisatie van het administratief en financieel beheer van het Muntfonds als Staatsdienst met afzonderlijk beheer |
---|---|
MINISTERE DES FINANCES 8 AOUT 1997. Arrêté royal portant organisation de la gestion financière et administrative du Fonds monétaire comme service d'Etat à gestion séparée Albert II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. | MINISTERIE VAN FINANCIEN 8 AUGUSTUS 1997. Koninklijk besluit houdende organisatie van het administratief en financieel beheer van het Muntfonds als Staatsdienst met afzonderlijk beheer ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Vu les lois sur la comptabilité de l'Etat, coordonnées le 17 juillet | Gelet op de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli |
1991, notamment l'article 140; | 1991, inzonderheid op artikel 140; |
Vu la loi du 12 juin 1930 portant création du Fonds monétaire, | Gelet op de wet van 12 juni 1930 tot oprichting van een Muntfonds, |
notamment l'article 3, tel qu'inséré par l'article 17 de la loi du 4 | inzonderheid op artikel 3, zoals ingevoegd door artikel 17 van de wet |
avril 1995 portant des dispositions fiscales et financières; | van 4 april 1995 houdende fiscale en financiële bepalingen; |
Vu l'avis de l'Inspection des Finances des 22 novembre 1995, 8 | Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën van 22 november |
décembre 1995 et 6 mai 1997; | 1995, 8 december 1995 en 6 mei 1997; |
Vu l'accord de Notre Ministre du Budget du 23 mai 1997; | Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting van 23 mei 1997; |
Considérant que l'année budgétaire du Fonds monétaire coïncide avec | Overwegende dat het boekhoudkundig jaar van het Muntfonds samenvalt |
l'année civile et qu'il est nécessaire que le titre II, chapitre Ier | met het kalenderjaar en het nodig is dat titel II, hoofdstuk I van de |
de la loi du 4 avril 1995 produise ses effets le 1er janvier 1997 à | wet van 4 april 1995 houdende fiscale en financiële bepalingen |
uitwerking heeft met ingang van 1 januari 1997, net zoals titel II, | |
l'instar du titre II, chapitre XII de la même loi et de l'arrêté royal | hoofdstuk XII van dezelfde wet en het koninklijk besluit van 13 april |
du 13 avril 1997 modifiant l'arrêté royal du 5 août 1992 portant | 1997 tot wijziging van het koninklijk besluit van 5 augustus 1992 |
règlement organique de la Monnaie royale de Belgique; | houdende organiek reglement van de Koninklijke Munt van België; |
Vu l'avis du Conseil d'Etat, donné le 24 juin 1997 en application de | Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 24 juni 1997, |
l'article 84, alinéa 1er, 2°, des lois coordonnées sur le Conseil | met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde |
d'Etat; | wetten op de Raad van State; |
Sur la proposition de Notre Ministre des Finances et de Notre Ministre | Op de voordracht van Onze Minister van Financiën en van Onze Minister |
du Budget, | van Begroting, |
Nous avons arrêté et arrêtons : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
CHAPITRE Ier. - Dispositions introductives | HOOFDSTUK I. - Inleidende bepalingen |
Article 1er.Par service au sens du présent arrêté, il y a lieu |
Artikel 1.In de betekenis van dit besluit moet onder dienst worden |
d'entendre le Fonds monétaire visé par l'article 3 de la loi du 12 | begrepen, het Muntfonds bedoeld in artikel 3 van de wet van 12 juni |
juin 1930 portant création d'un Fonds monétaire. | 1930 tot oprichting van een Muntfonds. |
Art. 2.Les dispositions relatives à la Comptabilité de l'Etat |
Art. 2.De bepalingen betreffende de Rijkscomptabiliteit zijn van |
s'appliquent au service. | toepassing op de dienst. |
CHAPITRE II. - Budget | HOOFDSTUK II. - Begroting |
Art. 3.Le service établit un budget annuel contenant toutes les |
Art. 3.De dienst maakt een jaarlijkse begroting op die alle |
dépenses et toutes les recettes. L'année budgétaire débute au ler | ontvangsten en alle uitgaven bevat. Het begrotingsjaar begint op 1 |
janvier et se termine au 31 décembre. | januari en eindigt op 31 december. |
Art. 4.Le projet de budget est divisé en trois catégories qui |
Art. 4.Het begrotingsontwerp wordt ingedeeld in drie afdelingen die |
comprennent : | omvatten : |
- les opérations courantes; | - de lopende verrichtingen; |
- les opérations en capital ; | - de kapitaalverrichtingen; |
- les opérations pour ordre. | - de verrichtingen voor orde. |
Les opérations sont divisées selon la classification économique. | De verrichtingen worden opgesplitst volgens de economische |
Les dépenses ne peuvent excéder les moyens disponibles et les crédits | classificatie. De uitgaven mogen de beschikbare middelen en de goedgekeurde |
limitatifs approuvés. | limitatieve kredieten niet overschrijden. |
Art. 5.Le projet de budget du service est envoyé chaque année par le |
Art. 5.Het begrotingsontwerp van de dienst wordt ieder jaar door de |
Ministre des Finances au Ministre du Budget avant le 1er mai précédant | Minister van Financiën vóór 1 mei voorafgaand aan het betrokken |
l'année budgétaire et au plus tard en même temps que le projet de | begrotingsjaar en uiterlijk tegelijk met het begrotingsontwerp van het |
budget du Ministère des Finances. | Ministerie van Financiën, aan de Minister van Begroting toegezonden. |
Art. 6.Le projet de budget du service est annexé au projet de budget général des dépenses. Le budget du service est approuvé par la Chambre des représentants. Cette approbation est acquise par le vote des dispositions qui le concerne dans la loi fixant le budget général des dépenses.. CHAPITRE III. - Comptabilité, compte et justification Art. 7.A la fin de chaque semestre, la situation du service contenant un bilan, un compte de résultats et un état des dépenses et des recettes est établie et publiée au Moniteur belge. Le Ministre des Finances transmet cette situation à la Cour des Comptes. Les pièces justificatives sont conservées sur place. Art. 8.A la fin de chaque année, un compte de gestion, un compte d'exécution du budget, un compte de variations du patrimoine, un compte de résultats et un état des actifs et des passifs sont établis. |
Art. 6.Het begrotingsontwerp van de dienst wordt toegevoegd aan het ontwerp van algemene uitgavenbegroting. De begroting van de dienst wordt door de Kamer van volksvertegenwoordigers goedgekeurd. De goedkeuring wordt verkregen door de aanneming van de betrokken bepalingen in de wet houdende de algemene uitgavenbegroting. HOOFDSTUK III. - Comptabiliteit, rekening en verantwoording Art. 7.Op het einde van ieder semester wordt de stand van de dienst, die een balans, een resultatenrekening en een staat van ontvangsten en van uitgaven omvat, opgemaakt en in het Belgisch Staatsblad bekendgemaakt. Deze stand wordt door de Minister van Financiën aan het Rekenhof bezorgd. De verantwoordingsstukken worden ter plaatse bewaard. Art. 8.Op het einde van ieder jaar worden een beheersrekening, een rekening van uitvoering van de begroting, een rekening van de wijzigingen van het patrimonium, een resultatenrekening en een staat van activa en passiva opgesteld. |
Ces documents sont envoyés, au plus tard le 28 février de l'année | Die bescheiden worden uiterlijk 28 februari van het jaar dat volgt op |
suivant celle pour laquelle ils ont été établis, au Ministre des | het jaar waarop zij betrekking hebben, aan de Minister van Financiën |
Finances qui les transmettra à la Cour des Comptes avant le 31 mars de | toegestuurd, die ze vóór 31 maart van hetzelfde jaar aan het Rekenhof |
la même année. | overlegt. |
Art. 9.Lors de la cessation de ses activités, le comptable établit un |
Art. 9.Bij zijn ambtsneerlegging maakt de rekenplichtige een |
compte final de sa gestion. | eindrekening van zijn beheer op. |
CHAPITRE IV. - Le contrôle | HOOFDSTUK IV. - De controle |
Art. 10.§ 1er. Sans préjudice des dispositions de l'arrêté royal du |
Art. 10.§ 1. Onverminderd de bepalingen van het koninklijk besluit |
16 novembre 1994 relatives au contrôle administratif et budgétaire, | van 16 november 1994 betreffende de administratieve en |
l'Inspecteur des Finances accrédité auprès du Ministre des Finances a | begrotingscontrole, beschikt de Inspecteur van Financiën |
les pouvoirs les plus étendus pour l'accomplissement de sa mission. | geaccrediteerd bij de Minister van Financiën voor het vervullen van |
L'Administrateur général de la Trésorerie notifie ses décisions relatives à la gestion du service à l'Inspecteur des Finances. Ce dernier dispose d'un délai de quatre jours ouvrables pour introduire un recours contre ces décisions. Le recours est adressé au Ministre des Finances et notifié à l'Administrateur général de la Trésorerie. Le recours est suspensif. Le délai visé à l'alinéa 2 court à partir du jour où l'Inspecteur des Finances a reçu connaissance de la décision concernée. Dans un délai de huit jours ouvrables commençant le même jour que le délai visé à l'alinéa 3, le Ministre des Finances statue sur le recours. Par décision du Ministre des Finances notifiée à l'Administrateur général de la Trésorerie, le délai prévu à l'alinéa 4 peut être augmenté de dix jours. Le Ministre des Finances notifie sa décision à l'Administrateur général de la Trésorerie et à l'Inspecteur des Finances. § 2. Avant que le projet de budget du service soit soumis au Ministre des Finances, il est soumis pour avis à l'Inspecteur des Finances. | zijn opdracht over de ruimste bevoegdheid. De Administrateur-generaal der Thesaurie brengt zijn beslissingen aangaande het beheer van de dienst ter kennis van de Inspecteur van Financiën. Deze laatste beschikt over een termijn van vier werkdagen om tegen deze beslissingen beroep in te stellen. Het beroep wordt gericht aan de Minister van Financiën en ter kennis gebracht van de Administrateur-generaal der Thesaurie. Het beroep is opschortend. De in het tweede lid bedoelde termijn gaat in de dag waarop de Inspecteur van Financiën van de betrokken beslissing kennis heeft gekregen. De Minister van Financiën doet binnen een termijn van acht werkdagen, ingaand op dezelfde dag als de in het derde lid bedoelde termijn, uitspraak over het beroep. Bij aan de Administrateur-generaal der Thesaurie betekende beslissing van de Minister van Financiën, kan de in het vierde lid bepaalde termijn met tien dagen worden verlengd. De Minister van Financiën betekent zijn beslissing aan de Administrateur-generaal der Thesaurie en de Inspecteur van Financiën. § 2. Vooraleer het begrotingsontwerp van de dienst aan de Minister van Financiën wordt voorgelegd, wordt het voor advies aan de Inspecteur van Financiën voorgelegd. |
Art. 11.La Cour des Comptes peut contrôler sur place la comptabilité |
Art. 11.Het Rekenhof kan de comptabiliteit ter plaatse controleren en |
et peut, à tout moment, se faire remettre tous les états, | kan zich te allen tijde alle staten, inlichtingen of toelichtingen |
renseignements ou explications relatifs aux recettes, dépenses, actifs | doen verstrekken betreffende de ontvangsten, de uitgaven, de activa en |
et passifs. | de schulden. |
Les dépenses peuvent être liquidées et payées sans intervention | De uitgaven mogen vereffend en betaald worden zonder voorafgaande |
préalable de la Cour des Comptes. | tussenkomst van het Rekenhof. |
CHAPITRE V. - La gestion | HOOFDSTUK V. - Beheer |
Art. 12.L'Administrateur général de la Trésorerie est l'ordonnateur |
Art. 12.De Administrateur-generaal der Thesaurie is de afgevaardigd |
délégué. Il peut désigner un ordonnateur subdélégué. Dans l'exercice | ordonnateur. Hij kan een onderafgevaardigd ordonnateur aanstellen. Zij |
de leur fonction, ils respectent les règles relatives à l'engagement | leven in de uitoefening van hun ambt de regels na omtrent de |
des dépenses des services généraux de l'Etat. | vastlegging van de uitgaven van de diensten van algemeen bestuur van |
Art. 13.Les moyens encore disponibles de l'année précédente peuvent |
de Staat. Art. 13.Met ingang van het nieuwe begrotingsjaar mogen de bij het |
être uti1isés au début de la nouvelle année budgétaire. | verstrijken van het vorige jaar nog beschikbare middelen gebruikt worden. |
Art. 14.Le comptable, responsable envers la Cour des Comptes, est |
Art. 14.De aan het Rekenhof verantwoordelijke rekenplichtige is |
chargé : | belast met : |
1. de percevoir les droits constatés; | 1. de inning van de vastgestelde rechten; |
2. d'exécuter les paiements; | 2. de uitvoering van de betalingen; |
3. de gérer et de conserver l'argent et les valeurs; | 3. het beheren en bewaren van de gelden en waarden; |
4. d'établir et de conserver les documents visés aux articles 7 et 8; | 4. het opstellen en bewaren van de in de artikelen 7 en 8 bedoelde bescheiden; |
5. de tenir une comptabilité du patrimoine; | 5. het bijhouden van de vermogenscomptabiliteit; |
6. d' établir un inventaire périodique du patrimoine;. | 6. het periodiek opmaken van de inventaris van het vermogen; |
7. d'établir le projet de compte de gestion, le projet de compte | 7. het opstellen van het ontwerp van beheersrekening, het ontwerp van |
d'exécution du budget, le projet du compte des variations du | rekening van uitvoering van de begroting, het ontwerp van de rekening |
patrimoine, le projet du compte de résultats et le projet d'état des | van de wijzigingen van het patrimonium, het ontwerp van |
actifs et des passifs. | resultatenrekening en het ontwerp van staat van activa en passiva. |
Le comptable est nommé par le Ministre des Finances. | De rekenplichtige wordt aangesteld door de Minister van Financiën. |
Art. 15.Les revenus annuels excédant les charges du service sont |
Art. 15.De jaarlijkse inkomsten die de lasten van de dienst te boven |
versés au Trésor avant le 1er avril suivant l'année après celle à | gaan, worden aan de Schatkist toegekend, vóór 1 april volgend op het |
laquelle ils se rapportent. | jaar waarop ze betrekking hebben. |
Art. 16.Le patrimoine du service est placé par le comptable, après |
Art. 16.Het vermogen van de dienst wordt door de rekenplichtige, na |
autorisation de l'Administrateur général de la Trésorerie à | machtiging van de Administrateur-generaal der Thesaurie en door |
l'intervention de la Caisse d'amortissement. | bemiddeling van de Amortisatiekas, belegd. |
CHAPITRE VI. - La gestion quotidienne | HOOFDSTUK VI. - Dagelijks beheer |
Art. 17.La gestion quotidienne du service est assurée par des membres |
Art. 17.Voor het dagelijks beheer van de dienst wordt gezorgd door |
du personnel de l'Administration de la Trésorerie. | personeelsleden van de Administratie der Thesaurie. |
Le coût de leurs prestations au profit du service est remboursé par | De kost van hun dienstverrichtingen ten behoeve van de dienst wordt |
celui-ci au Trésor. | door deze laatste aan de Schatkist terugbetaald. |
CHAPITRE VII. - Dispositions finales | HOOFDSTUK VII. - Slotbepalingen |
Art. 18.Lors de l'entrée en vigueur du présent arrêté, le Ministre |
Art. 18.Bij de inwerkingtreding van dit besluit stelt de Minister van |
des Finances détermine, sur proposition de l'Administrateur général de | Financiën op voorstel van de Administrateur-generaal der Thesaurie een |
la Trésorerie, un bilan d'ouverture basé sur l'inventaire des éléments | openingsbalans vast, op basis van een inventaris van de bestanddelen |
du patrimoine dont la valeur est déterminée après avis de la | van het vermogen, waarvan de waarde zal worden vastgesteld na advies |
commission de contrôle de la Caisse d'amortissement. | van de Commissie van toezicht van de Amortisatiekas. |
Art. 19.Le Titre II, Chapitre I, de la loi du 4 avril 1995 portant |
Art. 19.Titel II, Hoofdstuk I van de wet van 4 april 1995 houdende |
des dispositions fiscales et financières et le présent arrêté | fiscale en financiële bepalingen en dit besluit hebben uitwerking met |
produisent leurs effets le 1er janvier 1997. | ingang van 1 januari 1997. |
Art. 20.Notre Ministre des Finances et Notre Ministre du Budget sont |
Art. 20.Onze Minister van Financiën en Onze Minister van Begroting |
chargés, chacun en ce qui le concerne, de l'exécution du présent | zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit. |
arrêté. Donné à Châteauneuf-de-Grasse, le 8 août 1997. | Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 8 augustus 1997. |
ALBERT | ALBERT |
Par le Roi : | Van Koningswege : |
Le Ministre des Finances, | De Minister van Financiën, |
Ph. MAYSTADT | Ph. MAYSTADT |
Le Ministre du Budget, | De Minister van Begroting, |
H. VAN ROMPUY | H. VAN ROMPUY |