Etaamb.openjustice.be
Vue multilingue de Arrêté Royal du 06/07/1997
← Retour vers "Arrêté royal fixant les échelles de traitement des grades particuliers du Ministère de la Fonction publique et portant certaines dispositions pécuniaires "
Arrêté royal fixant les échelles de traitement des grades particuliers du Ministère de la Fonction publique et portant certaines dispositions pécuniaires Koninklijk besluit tot vaststelling van de weddeschalen van de bijzondere graden van het Ministerie van Ambtenarenzaken en houdende sommige geldelijke bepalingen
MINISTERE DE LA FONCTION PUBLIQUE 6 JUILLET 1997. Arrêté royal fixant les échelles de traitement des grades particuliers du Ministère de la Fonction publique et portant certaines dispositions pécuniaires ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu l'article 107, alinéa 2, de la Constitution; Vu l'arrêté royal du 2 octobre 1937 portant le statut des agents de l' Etat, notamment l'article 6, modifié par l'arrêté royal du 17 septembre 1969; Vu l'arrêté royal du 7 août 1939 organisant le signalement et la carrière des agents de l'Etat, modifié en dernier lieu par l'arrêté royal du 6 février 1997; Vu l'arrêté royal du 20 juillet 1964 relatif au classement hiérarchique et à la carrière de certains agents des administrations de l'Etat, notamment l'article 20, 1er, modifié par l'arrêté royal du 4 octobre 1996; Vu l'arrêté royal du 29 juin 1973 portant statut pécuniaire du personnel des ministères, notamment l'article 4, 2°, modifié par les arrêtés royaux des 14 septembre 1994 et 10 avril 1995; Vu l'arrêté royal du 4 avril 1995 portant création du Bureau-conseil en organisation et gestion et portant diverses dispositions relatives au Corps des Conseillers de la Fonction publique; Vu l'arrêté royal du 10 avril 1995 portant simplification de la MINISTERIE VAN AMBTENARENZAKEN 6 JULI 1997. Koninklijk besluit tot vaststelling van de weddeschalen van de bijzondere graden van het Ministerie van Ambtenarenzaken en houdende sommige geldelijke bepalingen ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op artikel 107, 2e lid, van de Grondwet; Gelet op het koninklijk besluit van 29 juni 1973 houdende bezoldigingsregeling van het personeel van de ministeries, inzonderheid op artikel 4, 2°, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 14 september 1994 en 10 april 1995; Gelet op het koninklijk besluit van 10 april 1995 houdende vereenvoudiging van de loopbaan van sommige ambtenaren in de rijksbesturen die behoren tot de niveaus 1 en 2+, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 3 juni 1996; Gelet op het koninklijk besluit van 10 april 1995 tot vaststelling van de weddeschalen der aan verscheidene ministeries gemene graden, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 3 juni 1996; Gelet op het koninklijk besluit van 4 oktober 1996 houdende wijziging van diverse verordeningsbepalingen die toepasselijk zijn op de Rijksambtenaren; Gelet op het koninklijk besluit van 6 juli 1997 houdende vereenvoudiging van de loopbaan van sommige ambtenaren van het Ministerie van Ambtenarenzaken; Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 11 januari 1996 en op 25 maart 1997; Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting, gegeven op 30 januari 1996 en op 8 april 1997; Gelet op het protocol nr. 71/6 van 2 juni 1997 van het Sector-comité I - Algemeen bestuur; Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, 1, gewijzigd bij de wet van 4 juli 1989; Gelet op de dringende noodzakelijkheid; Overwegende dat de bekendmaking in het Belgisch Staatsblad van 30 december 1995 van het voormelde koninklijk besluit van 10 april 1995, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 3 juni 1996, een
carrière de certains agents des administrations de l'Etat appartenant vereenvoudiging vergt van de bijzondere loopbanen, met name bij het
Ministerie van Ambtenarenzaken;
aux niveaux 1 et 2+, notamment l'article 33; Vu l'arrêté royal du 19 janvier 1996 portant exécution de l'article 16 de l'arrêté royal du 4 avril 1995 portant création du Bureau-conseil en organisation et gestion et portant diverses dispositions relatives au Corps des Conseillers de la Fonction publique, notamment l'article 1er ; Considérant qu'il s'indique de regrouper dans un seul grade de conseiller en informatique, créé dans le rang 13, les agents de la carrière informatique du Ministère de la Fonction publique qui, en vertu de l'arrêté royal du 4 avril 1995 portant création du Bureau-conseil en organisation et gestion et portant diverses Overwegende dat het voormelde koninklijk besluit weliswaar een inwerkingtreding van de hervorming der loopbanen in de niveaus 1 en 2+ mogelijk maakt die aan elk ministerie en elke instelling van openbaar nut is aangepast, maar dat het niets verandert aan de noodzaak om zo vlug mogelijk deze hervorming bij het Ministerie van Ambtenarenzaken uit te voeren; Overwegende dat deze noodzaak versterkt wordt door de overdracht op 1 januari 1996 van nieuwe besturen naar het Ministerie van Ambtenarenzaken en dat het departement bijgevolg zonder uitstel moet worden gereorganiseerd; Overwegende dat het een zaak van behoorlijk bestuur is tegelijk de hervorming van de loopbanen in de niveaus 1 en 2+ op het Ministerie van Ambtenarenzaken en bij overdracht van nieuwe besturen door te
dispositions relatives au corps des Conseillers de la Fonction publique, sont intégrés dans l'activité de ce Bureau; Considérant qu'ainsi la gestion du personnel du Bureau en sera facilitée, les conseillers en informatique appartenant au second degré de la hiérarchie, au même titre que les conseillers de la Fonction publique; Vu l'avis du Conseil de direction du Ministère de la Fonction publique des 5 janvier 1996 et 24 mars 1997; Vu l'avis de l'Inspection des Finances, donné le 11 janvier 1996 et le 25 mars 1997; Vu l'accord de Notre Ministre du Budget, donné le 30 janvier 1996 et le 8 avril 1997; Vu le protocole n° 71/8 du 27 mai 1997 du Comité de secteur I - Administration générale; Vu les lois sur le Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973, notamment l'article 3, 1er, modifié par la loi du 4 juillet 1989; Vu l'urgence; Considérant que l'arrêté royal du 26 septembre 1991 portant création et organisation du Bureau-conseil en informatique a été abrogé par l'arrêté royal du 4 avril 1995; Considérant qu'une restructuration de la carrière des informaticiens appartenant auparavant au Bureau-Conseil en informatique s'impose pour leur permettre d'exécuter les missions qui leur seront confiées en application de l'arrêté royal précité du 4 avril 1995, sans préjudice de l'accès, sous conditions, à la carrière des conseillers de la voeren en dat de datum van 1 januari 1996 dus de enige mogelijkheid is; Overwegende dat de ambtenaren van het Centraal Bureau voor Benodigdheden die op 31 december 1995 in dienst waren de verkeersvoordelen genieten die voorzien zijn in de overeenkomst inzake verkeersvoordelen van 28 mei 1973 tussen de N.M.B.S. en het Ministerie van Verkeerswezen en in het akkoord van de Minister van Verkeer en Infrastructuur van 3 juli 1992; Overwegende dat het Ministerie van Ambtenarenzaken alle mogelijke schikkingen getroffen had om een beperkte uitwerking aan de terugwerkende kracht te geven maar dat de onderhandelingen in sectorcomite I over het geheel van de teksten betreffende de definitieve installatie van het Ministerie van Ambtenarenzaken slechts op 30 april 1997 zijn kunnen beëindigd worden; Op de voordracht van Onze Minister van Ambtenarenzaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. _ Organiek stelsel Afdeling 1. _ Personeel onderworpen aan een ander statuut dan dit van het Rijkspersoneel

Artikel 1.1. De vaste wervingssecretaris (rang 17) geniet de weddeschaal 17 A. 2. De adjunct-vaste wervingssecretaris (rang 16) geniet de weddeschaal

Fonction publique, prévu à l'article 16 du même arrêté; Considérant que cette restructuration doit intervenir avec effet rétroactif au 31 décembre 1995 compte tenu du transfert au 1er janvier 1996 de nouvelles administrations au Ministère de la Fonction publique;. Considérant que le Ministère de la Fonction publique avait pris toutes les dispositions pour donner un effet limité à la rétroactivité mais que la négociation en comité de secteur I sur l'ensemble des textes relatifs à la mise en place définitive du Ministère de la Fonction 16 A.Afdeling 2. _ Administratief personeel onderworpen aan het statuutvan het Rijkspersoneel

Art. 2.1. De adviseur-generaal van het Openbaar Ambt (rang 15) geniet de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 1.707.380 - 2.401.957 132 x 53.429 (Kl. 24 j. - N.1 - G.B.) 2. De adviseur van het Openbaar Ambt (rang 13) geniet de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 1.104.248 - 1.691.967 112 x 53.429 (Kl. 24 j - N.1 - G.B.) 3. De adviseur van het Openbaar Ambt die twee jaar graadanciënniteit heeft, bekomt de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 1.264.529 - 1.852.248 112 x 53.429 (Kl. 24 j - N.1 - G.B.) 4. De adviseur van het Openbaar Ambt die negen jaar graadanciënniteit heeft, bekomt de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 1.374.945 - 2.016.093 122 x 53.429 (Kl. 24 j - N.1 - G.B.)

Art. 3.De hoofdcommissaris (rang 15) geniet de weddeschaal 15 A.

Art. 4.De adviseur-generaal voor overheidsopdrachten (rang 15) geniet de weddeschaal 15 A.

Art. 5.1. De hoofdselectieadviseur (rang 13) geniet de weddeschaal 13 A. 2. De hoofdselectieadviseur die ten minste drie jaar graadanciënniteit heeft, kan, voor zover er vacante betrekkingen zijn, de weddeschaal 13 B bekomen.

Art. 6.1. De afdelingscommissaris (rang 13) geniet de weddeschaal 13 A. 2. De afdelingscommissaris die ten minste drie jaar graadanciënniteit heeft, kan, voor zover er vacante betrekkingen zijn, de weddeschaal 13 B bekomen.

Art. 7.1. De adviseur voor overheidsopdrachten (rang 13) geniet de weddeschaal 13 A. 2. De adviseur voor overheidsopdrachten die ten minste drie jaar graadanciënniteit heeft, kan, voor zover er vacante betrekkingen zijn, de weddeschaal 13 B bekomen.

Art. 8.1. De selectieadviseur (rang 10) geniet de weddeschaal 10 A. 2. De selectieadviseur die vijf jaar graadanciënniteit heeft, bekomt de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 919.039 - 1.569.957 31 x 27.604 112 x 61.646 (Kl. 24 j - N.1 - G.B.)

Art. 9.1. De commissaris (rang 10) geniet de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 947.530 - 1.403.847 31 x 26.852

publique n'a pu se conclure que le 22 avril 1997; Sur la proposition de Notre Ministre de la Fonction publique et de l'avis de Nos Ministres qui en ont délibéré en Conseil, Nous avons arrêté et arrêtons : CHAPITRE 1er. - De la carrière des conseillers en informatique

Article 1er.1er. Au Ministère de la Fonction publique, le grade de conseiller en informatique est créé au rang 13. 2. Au tableau annexé à l'arrêté royal du 20 juillet 1964 relatif au classement hiérarchique des grades que peuvent porter les agents des administrations de l'Etat, sous l'intitulé "II. Classement par ordre alphabétique des dénominations en langue française, Section A, Personnel administratif" et sous l'intitulé "I. Classement par ordre alphabétique des dénominations en langue néerlandaise, Section A, Personnel administratif", le grade suivant est inséré : au rang 13 : conseiller en informatique (Fonction publique).

Art. 2.1er. Par dérogation à l'article 20, 1er, de l'arrêté royal du 20 juillet 1964 relatif au classement hiérarchique et à la carrière de certains agents des administrations de l'Etat, l'agent, titulaire du grade d'informaticien ou d'informaticien-directeur, affecté au Bureau-conseil en organisation et gestion, qui est en service à la date d'entrée en vigueur du présent arrêté, est nommé d'office au grade de conseiller en informatique, selon le tableau annexé au présent arrêté. 2. Les agents nommés en vertu du 1er conservent dans leur nouveau grade l'ancienneté acquise dans le grade dont ils étaient titulaires. 3. Pour le calcul de l'ancienneté de grade des agents nommés en vertu du 1er, les services admissibles prestés dans un grade de la carrière informatique des rangs 12, 13 et 14 sont censés avoir été accomplis dans le grade du rang 13. 4. L'ancienneté pécuniaire acquise par ces agents est censée être acquise dans la nouvelle échelle de traitement.

Art. 3.1er. Le conseiller en informatique (rang 13) bénéficie de l'échelle de traitement spéciale mentionnée ci-dessous : 1.018.768 - 1.514.768

22 x 38.273 72 x 42.745 (Kl. 24 j - N.1 - G.B.) 2. De commissaris die acht jaar graadanciënniteit heeft, kan de hiernavermelde bijzondere weddeschaal bekomen : 1.039.048 - 1.554.217 31 x 32.597 52 x 37.548 62 x 38.273 (Kl. 24 j - N.1 - G.B.)

Art. 10.1. De adjunct-adviseur voor overheidsopdrachten (rang 10) geniet de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 947.530 - 1.403.847 31 x 26.852 22 x 38.273 72 x 42.745 (Kl. 24 j - N.1 - G.B.) 2. De adjunct-adviseur voor overheidsopdrachten die negen jaar graadanciënniteit heeft, kan de hiernavermelde bijzondere weddeschaal bekomen : 1.039.048 - 1.554.217 31 x 32.597 52 x 37.548 62 x 38.273 (Kl. 24 j - N.1 - G.B.)

Art. 11.1. De eerstaanwezend selectie-correspondent (rang 28) geniet de weddeschaal 28 C. 2. De eerstaanwezend selectie-correspondent die ten minste zes jaar graadanciënniteit heeft, kan, voor zover er vacante betrekkingen zijn, de weddeschaal 28 D bekomen.

Art. 12.1. De afdelingsenquêteur (rang 28) geniet de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 811.095 - 1.296.112 31 x 12.465 12 x 20.206 22 x 30.253 102 x 36.691 (Kl. 23 j - N.2+ - G.A.) 2. De afdelingsenquêteur die ten minste drie jaar graadanciënniteit heeft, kan, voor zover er vacante betrekkingen zijn, de hiernavermelde bijzondere weddeschaal bekomen : 849.978 - 1.334.995 31 x 12.465 12 x 20.206 22 x 30.253 102 x 36.691 (Kl. 23 j - N.2+ - G.A.)

Art. 13.1. De eerstaanwezend assistent voor overheidsopdrachten (rang 28) geniet de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 811.095 - 1.296.112 31 x 12.465 12 x 20.206 22 x 30.253 102 x 36.691 (Kl. 23 j - N.2+ - G.A.) 2. De eerstaanwezend assistent voor overheidsopdrachten die ten minste drie jaar graadanciënniteit heeft, kan, voor zover er vacante betrekkingen zijn, de hiernavermelde bijzondere weddeschaal bekomen : 849.978 - 1.334.995 31 x 12.465 12 x 20.206 22 x 30.253 102x 36.691 (Kl. 23 j - N.2+ - G.A.)

Art. 14.1. De selectiecorrespondent (rang 26) geniet de weddeschaal 26 E. 2. De selectiecorrespondent die negen jaar graadanciënniteit heeft, bekomt de weddeschaal 26 H.

Art. 15.1. De enquêteur (rang 26) geniet de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 678.181 - 1.016.066 31 x 11.686 52 x 15.578 92 x 24.993 (Kl. 23 j - N.2+ - G.A.) 2. De enquêteur die acht jaar graadanciënniteit heeft, kan de hiernavermelde bijzondere weddeschaal bekomen : 730.714 - 1.231.731 31 x 12.465 12 x 20.206 22 x 30.253 102 x 38.291 (Kl. 23 j - N.2+ - G.A.)

Art. 16.1. De assistent voor overheidsopdrachten (rang 26) geniet de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 678.181 - 1.016.066 31 x 11.686 52 x 15.578 92 x 24.993 (Kl. 23 a - N.2+ - G.A.) 2. De assistent voor overheidsopdrachten die acht jaar graadanciënniteit heeft, kan de hiernavermelde bijzondere weddeschaal bekomen : 730.714 - 1.231.731 31 x 12.465 12 x 20.206 22 x 30.253 102 x 38.291 (Kl. 23 a - N.2+ - G.A.) HOOFDSTUK II - Overgangs- en slotbepalingenAfdeling 1 - Algemeenheden

Art. 17.De ambtenaren die op 31 december 1995 in dienst waren bij het Centraal Bureau voor Benodigdheden en die op 1 januari 1996 ambtshalve overgeheveld zijn naar het Ministerie van Ambtenarenzaken, behouden de verkeersvoordelen die zij op het ogenblik van hun overheveling genoten.

Art. 18.De wedde van sommige ambtenaren die op 1 januari 1996 ambtshalve benoemd zijn in een graad van het Ministerie van Ambtenarenzaken, wordt vastgesteld in de weddeschaal opgenomen in de bij dit besluit gevoegde tabel.Afdeling 2 - Administratief personeel

Art. 19.De ambtenaar van niveau 1, die in dienst is op 31 december 1995 bij het Bestuur van het Hoog Comité van Toezicht en die op 1 januari 1996 ambtshalve overgeheveld is naar het Ministerie van Ambtenarenzaken en die de hiernavermelde bijzondere weddeschaal genoot, behoudt deze te persoonlijken titel : 1.695.506 - 2.283.225 112 x 53.429 (Kl. 24 j - N.1 - G.B.)

Art. 20.De hoofdselectieadviseur (rang 13 - vlakke loopbaan in uitdoving) wordt bezoldigd door de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 1.090.894 - 1.766.768

31 x 24.933 31 x 29.385
112 x 38.291 112 x 53.429
(Cl. 24 a. - N.1 - G.B.) 2. Le conseiller en informatique qui compte 5 ans d'ancienneté de grade, obtient l'échelle de traitement spéciale mentionnée ci-dessous : 1.259.187 - 1.766.758 (Kl. 24 j - N.1 - G.B.)

Art. 21.1. De selectieadviseur (rang 10 - vlakke loopbaan in uitdoving) geniet de weddeschaal 10 A. 2. De selectieadviseur (rang 10 - vlakke loopbaan in uitdoving) die ten minste 5 jaar graadanciënniteit heeft, verkrijgt de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 919.039 - 1.569.957 31 x 27.604 12 x 51.646 Kl. 24 a - N.1 - G.B.) 3. In afwijking van 1, behoudt de ambtenaar benoemd in de graad van selectieadviseur (rang 10 - vlakke loopbaan in uitdoving) het voordeel van de hiernavermelde bijzondere weddeschaal, voor zover deze voordeliger uitvalt dan de weddeschaal 10 A : 822.868 - 1.473.786 31 x 51.646 (Kl. 24 j - N.1 - G.B.)

Art. 22.1. In afwijking van artikel 7, 2, bekomt de ambtenaar benoemd in de graad van commissaris, voorheen bekleed met de geschrapte graad van commissaris (rang 10), in dienst op 1 januari 1996, die acht jaar graadanciënniteit heeft, de hiernavermelde weddeschaal : 1.039.48 - 1.554.217

31 x 26.713 31 x 32.517
52 x 37.548
82 x 53.429 62 x 38.273
(Cl. 24 a. N.1 - G.B.) 3. Le conseiller en informatique qui compte 9 ans d'ancienneté de grade, obtient l'échelle de traitement spéciale mentionnée ci-dessous : 1.357.137 - 1.944.856 (Kl. 24 j - N.1 - G.B.) 2. In afwijking van artikel 11, 2, bekomt de ambtenaar benoemd in de graad van enquêteur, voorheen bekleed met de geschrapte graad van inspecteur (rang 26) in dienst op 1 januari 1996, die acht jaar graadanciënniteit heeft, de hiernavermelde weddeschaal : 730.714 - 1.231.731 31 x 12.465 12 x 20.206 22 x 30.253 102 x 38.291 (Kl. 23 j - N2+ - GA)

Art. 23.1. In afwijking van artikel 23, 3, van het koninklijk besluit van 10 april 1995 tot vaststelling van de weddeschalen der aan verscheidene ministeries gemene graden, behoudt de ambtenaar benoemd in de graad van adjunct-adviseur, voorheen bekleed met de graad van adjunct-adviseur-hoofd van dienst (rang 12), in dienst op 31 december 1995 bij het Centraal Bureau voor Benodigdheden, het voordeel van de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 970.680 - 1.558.399

112 x 53.429 (Cl. 24a. - N.1 - G.B.) 4. Le conseiller en informatique qui compte 12 ans d'ancienneté de grade, peut obtenir, dans la limite des emplois vacants, l'échelle de traitement spéciale mentionnée ci-dessous : 1.493.670 - 2.081.389 112 x 53.429 (Kl. 24 j - N.1 - G.B.) 2. In afwijking van artikel 23, 2, van hetzelfde besluit, behoudt de ambtenaar benoemd in de graad van adjunct-adviseur, voorheen bekleed met de geschrapte graad van adjunct-adviseur (rang 11), in dienst op 31 december 1995 bij het Centraal Bureau voor Benodigdheden, het voordeel van de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 894.104 - 1.441.751 31 x 35.618 92 x 48.977 (Kl. 24 j - N.1 - G.B.) 3. In afwijking van artikel 23, 1, van hetzelfde besluit, behoudt de ambtenaar benoemd in de graad van industrieel ingenieur, voorheen bekleed met de geschrapte graad van industrieel ingenieur (rang 10), in dienst op 31 december 1995 bij het Centraal Bureau voor Benodigdheden, het voordeel van de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 853.110 - 1.310.819 31 x 24.933 102 x 38.291 (Kl. 24 j - N.1 - G.A.)

Art. 24.1. Aan de hiernavernoemde bijzondere graad wordt de hiernavermelde bijzondere weddeschaal verbonden : selectieadviseur (rang 10) 826.981 - 1.284.690 31 x 24.933 102 x 38.291 (Kl. 24 j - N.1 - G.B.) 2. In afwijking van 1, behoudt de selectieadviseur (rang 10) het voordeel van de hiernavermelde bijzondere weddeschaal, voor zover deze voordeliger uitvalt dan de in 1 vermelde weddeschaal : 822.868 - 1.473.786 31 x 27.604

112 x 53.429 (Cl. 24a - N.1 - G.B.).

Art. 4.Par dérogation à l'article 39 de l'arrêté royal du 7 août 1939 organisant le signalement et la carrière des agents de l'Etat, le conseiller en informatique ne peut prétendre à une promotion dans un grade du rang 15, que lorsqu'il bénéficie au moins de l'échelle de traitement spéciale visée à l'article 3, 3, et cela depuis un an au

112 x 51.646 (Kl. 24 j - N.1 - G.B.)

Art. 25.In afwijking van artikel 11, 1, behoudt de ambtenaar benoemd in de graad van enquêteur, voorheen bekleed met de graad van inspecteur (rang 26) of adjunct-inspecteur (rang 26), in dienst op 31 december 1995 bij het Bestuur van het Hoog Comité van Toezicht, het voordeel van de hiernavermelde bijzondere weddeschaal, voor zover deze voordeliger uitvalt dan de weddeschaal vermeld in artikel 11, 1 : 664.412 - 992.062 11 x 27.939 21 x 10.481

moins et qu'il compte au moins 12 ans d'ancienneté dans le niveau 1. Il ne peut se voir conférer le grade de conseiller général de la Fonction publique.

Art. 5.Le grade de conseiller en informatique ne peut plus être conféré ni par recrutement, ni par changement de grade, ni par promotion.

Art. 6.Les agents nommés au grade de conseiller en informatique, en vertu de l'article 2, 1er, conservent le droit de participer à l'épreuve visée à l'article 1er de l'arrêté royal du 19 janvier 1996 portant exécution de l'article 16 de l'arrêté royal du 4 avril 1995 portant création du Bureau-conseil en organisation et gestion et portant diverses dispositions relatives au Corps des Conseillers de la Fonction publique.

12 x 10.481 12 x 13.970 12 x 28.122 12 x 28.493 72 x 24.933 12 x 23.152 (Kl. 23 j - N.2+ - G.A.)

Art. 26.1. In afwijking van artikel 6, 2, van het koninklijk besluit van 10 april 1995 tot vaststelling van de weddeschalen der aan verscheidene ministeries gemene graden, behoudt de ambtenaar benoemd in de graad van bestuurschef, voorheen bekleed met de geschrapte graad van eerstaanwezend secretaris (rang 25), in dienst op 1 januari 1996, het voordeel van de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 869.171 - 1.235.659 31 x 10.676 22 x 14.232 22 x 28.463 102 x 24.907 (Kl. 20 j - N.2 - G.A.) 2. In afwijking van artikel 6, 1, van hetzelfde besluit, behoudt de ambtenaar benoemd in de graad van bestuurschef, voorheen bekleed met de geschrapte graad van bestuurschef (rang 24), in dienst op 31 december 1995 bij het Centraal Bureau voor Benodigdheden, het voordeel van de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 762.318 - 1.128.806 31 x 10.676 22 x 14.232 21 x 28.463 102 x 24.907 (Kl. 20 j - N.2 - G.A.)

Art. 27.1. In afwijking van artikel 5, 2, van het koninklijk besluit van 10 april 1995 tot vaststelling van de weddeschalen der aan verscheidene ministeries gemene graden, behoudt de ambtenaar benoemd in de graad van bestuursassistent, voorheen bekleed met de geschrapte graad van monitor (rang 23), in dienst op 1 januari 1996, het voordeel van de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 708.069 - 1.049.650 31 x 10.676 22 x 14.232 22 x 28.463 92 x 24.907 (Kl. 20 j - N.2 - G.A.) 2. In afwijking van artikel 5, 2, van hetzelfde besluit, bekomt de ambtenaar benoemd in de graad van bestuursassistent, die in dienst is op 1 januari 1995 en die geslaagd is in het examen voor verhoging in graad van monitor, de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 708.069 - 1.049.650 31 x 10.676 22 x 14.232 22 x 28.463 92 x 24.907 (Kl. 20 j - N.2 - G.A.) 3. In afwijking van artikel 5, 2, van hetzelfde besluit, behoudt de ambtenaar benoemd in de graad van bestuursassistent, voorheen bekleed met de graad van administratief adjunct (rang 22), in dienst op 31 december 1995 bij het Centraal Bureau voor Benodigdheden, het voordeel van de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 762.318 - 1.128.806 31 x 10.676 22 x 14.232 21 x 28.463 102 x 24.907 (Kl. 20 j - N.2 - G.A.)

Art. 28.1. In afwijking van artikel 2, 4, van het koninklijk besluit van 10 april 1995 tot vaststelling van de weddeschalen der aan verscheidene ministeries gemene graden, behoudt de ambtenaar benoemd in de graad van klerk, voorheen bekleed met de geschrapte graad van hoofd van de huishoudelijke dienst (rang 35), in dienst op 1 januari 1996, het voordeel van de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 678.354 - 888.173 31 x 8.733 42 x 10.655 102 x 14.100 (Kl. 18 j - N.3 - G.A.) 2. In afwijking van artikel 2, 3, van hetzelfde besluit, behoudt de ambtenaar benoemd in de graad van klerk, voorheen bekleed met de geschrapte graad van hoofdklerk (rang 34), in dienst op 31 december 1995 bij het Centraal Bureau voor Benodigdheden, het voordeel van de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 584.375 - 792.604 31 x 8.733 42 x 10.655 10 x 13.941 (Kl. 18 j - N.3 - G.A.) 3. In afwijking van artikel 2, 1, van hetzelfde besluit, behoudt de ambtenaar benoemd in de graad van klerk, voorheen bekleed met de geschrapte graad van eerste klerk (rang 32), in dienst op 31 december 1995 bij het Centraal Bureau voor Benodigdheden, het voordeel van de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 518.817 - 702.835 31 x 5.595 52 x 11.141 82 x 13.941 (Kl. 18 j - N.3 - G.A.)Afdeling 3. - Meesters-, vak en dienstpersoneel.

Art. 29.In afwijking van artikel 36, 5, van het koninklijk besluit van 10 april 1995 tot vaststelling van de weddeschalen der aan verscheidene ministeries gemene graden, behoudt de ambtenaar benoemd in de graad van vakman, voorheen bekleed met de geschrapte graad van hoofdamanuensis (rang 34), uiterlijk op 1 april 1972 in dienst bij de Algemene Directie voor Selectie en Vorming, het voordeel van de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 737.728 - 947.547 31 x 8.733 42 x 10.655 102 x 14.100 (Kl. 18 j - N.3 - G.A.)

Art. 30.In afwijking van artikel 35, 1, van het koninklijk besluit tot vaststelling van de weddeschalen der aan verscheidene ministeries gemene graden, behoudt de ambtenaar benoemd in de graad van geschoold arbeider, voorheen bekleed met de graad van geschoold werkman B (rang 42 - afgeschafte graad) of van eerste vakman (rang 43 - afgeschafte graad), in dienst op 31 december 1995 bij het Centraal Bureau voor Benodigdheden, het voordeel van de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 557.307 - 646.957

Art. 7.Le présent arrêté produit ses effets le 31 décembre 1995.

Art. 8.Notre Ministre de la Fonction publique est chargé de l'exécution du présent arrêté. Donné à bruxelles, le 6 juillet 1997.

31 x 4.342 22 x 6.042 102 x 6.454 (Kl. 18 j - N.4 - G.A.)

Art. 31.In afwijking van artikel 34 van het koninklijk besluit van 10 april 1995 tot vaststelling van de weddeschalen der aan verscheidene ministeries gemene graden, behoudt de ambtenaar benoemd in de graad van arbeider, voorheen bekleed met de graad van geschoold werkman A (rang 41 - afgeschafte graad), in dienst op 31 december 1995 bij het Centraal Bureau voor Benodigdheden, het voordeel van de hiernavermelde bijzondere weddeschaal : 504.238 - 586.368 31 x 4.342 22 x 4.342 102 x 6.042 (Kl. 18 j - N.4 - G.A.)

Art. 32.Het koninklijk besluit van 22 februari 1995 tot vaststelling van de weddeschalen van de bijzondere graden van het Ministerie van Ambtenarenzaken, wordt opgeheven.

Art. 33.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1996 met uitzondering : - van de artikelen 24, 27, 2 en 29 die uitwerking hebben met ingang van 1 januari 1995, - en van de artikelen 4, 7, 10, 13 en 16 die in werking treden op 1 januari 1998.

Art. 34.Onze Minister van Ambtenarenzaken is belast met de uitvoering van dit besluit. Gegeven te Brussel, 6 juli 1997.

ALBERT ALBERT
Par le Roi : Van Koningswege :
Le Ministre du Budget, De Minister van Begroting
H. VAN ROMPUY H. VAN ROMPUY
Le Ministre de la Fonction publique, De Minister van Ambtenarenzaken,
A. FLAHAUT A. FLAHAUT
Annexe Tableau de conversion des grades et des échelles de traitement y liées Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Pour la consultation du tableau, voir image
Vu pour être annexé à Notre arrêté du 6 juillet 1997. Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 6 juli 1997.
ALBERT ALBERT
Par le Roi : Van Koningswege :
Le Ministre du Budget, De Minister van Begroting
H. VAN ROMPUY H. VAN ROMPUY
Le Ministre de la Fonction publique, De Minister van Ambtenarenzaken,
A. FLAHAUT. A. FLAHAUT
^