Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 15 mai 1997, conclue au sein de la Commission paritaire de la construction, concernant l'octroi à certains ouvriers âgés d'une indemnité complémentaire à charge du "Fonds de sécurité d'existence des ouvriers de la construction" et les mesures spécifiques pour promouvoir l'emploi (1) | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, betreffende de toekenning aan sommige bejaarde werklieden van een aanvullende vergoeding ten laste van het "Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf" en de specifieke maatregelen ter bevordering van de tewerkstelling (1) |
---|---|
MINISTERE DE L'EMPLOI ET DU TRAVAIL | MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID |
5 OCTOBRE 2000. - Arrêté royal rendant obligatoire la convention | 5 OKTOBER 2000. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt |
collective de travail du 15 mai 1997, conclue au sein de la Commission | verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997, gesloten |
paritaire de la construction, concernant l'octroi à certains ouvriers | in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, betreffende de toekenning |
aan sommige bejaarde werklieden van een aanvullende vergoeding | |
âgés d'une indemnité complémentaire (prépension) à charge du "Fonds de | (brugpensioen) ten laste van het "Fonds voor bestaanszekerheid van de |
sécurité d'existence des ouvriers de la construction" et les mesures | werklieden uit het bouwbedrijf" en de specifieke maatregelen ter |
spécifiques pour promouvoir l'emploi (1) | bevordering van de tewerkstelling (1) |
ALBERT II, Roi des Belges, | ALBERT II, Koning der Belgen, |
A tous, présents et à venir, Salut. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
Vu la loi du 7 janvier 1958 concernant les fonds de sécurité | Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor |
d'existence, notamment l'article 2; | bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2; |
Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
travail et les commissions paritaires, notamment l'article 28; | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28; |
Vu la demande de la Commission paritaire de la construction; | Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf; |
Sur la proposition de Notre Ministre de l'Emploi, | Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, |
Nous avons arrêté et arrêtons : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Article 1er.Est rendue obligatoire la convention collective de |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
travail du 15 mai 1997, reprise en annexe, conclue au sein de la | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997, gesloten |
Commission paritaire de la construction, concernant l'octroi à | in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, betreffende de toekenning |
certains ouvriers âgés d'une indemnité complémentaire (prépension) à | aan sommige bejaarde werklieden van een aanvullende vergoeding |
charge du "Fonds de sécurité d'existence des ouvriers de la | (brugpensioen) ten laste van het "Fonds voor bestaanszekerheid van de |
construction" et les mesures spécifiques pour promouvoir l'emploi. | werklieden uit het bouwbedrijf" en de specifieke maatregelen ter |
bevordering van de tewerkstelling. | |
Art. 2.Notre Ministre de l'Emploi est chargé de l'exécution du |
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering |
présent arrêté. | van dit besluit. |
Donné à Bruxelles, le 5 octobre 2000. | Gegeven te Brussel, 5 oktober 2000. |
ALBERT | ALBERT |
Par le Roi : | Van Koningswege : |
La Ministre de l'Emploi, | De Minister van Werkgelegenheid, |
Mme L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX |
_______ | _______ |
Note | Nota |
(1) Références au Moniteur belge : | (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : |
Loi du 7 janvier 1958, Moniteur belge du 7 février 1958. | Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. |
Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
Annexe | Bijlage |
Commission paritaire de la construction | Paritair Comité voor het bouwbedrijf |
Convention collective de travail du 15 mai 1997 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997 |
Octroi à certains ouvriers âgés d'une indemnité complémentaire | Toekenning aan sommige bejaarde werklieden van een aanvullende |
vergoeding (brugpensioen) ten laste van het "Fonds voor | |
(prépension) à charge du "Fonds de sécurité d'existence des ouvriers | bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf" en de |
de la construction" et les mesures spécifiques pour promouvoir | specifieke maatregelen ter bevordering van de tewerkstelling |
l'emploi (Convention enregistrée le 15 septembre 1997 sous le numéro | (Overeenkomst geregistreerd op 15 september 1997 onder het nummer |
44856/CO/124) | 44856/CO/124) |
CHAPITRE Ier. - Champ d'application | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied |
Article 1er.La présente convention collective de travail s'applique |
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op |
aux employeurs des entreprises ressortissant à la Commission paritaire | de werkgevers van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor |
de la construction et aux ouvriers qu'ils occupent. | het bouwbedrijf ressorteren en op de werklieden die zij tewerkstellen. |
On entend par "ouvriers", les ouvriers et les ouvrières. | Onder "werklieden" verstaat men, de werklieden en werksters. |
CHAPITRE II. - La prépension conventionnelle à partir de l'âge de 58 | HOOFDSTUK II. - Het conventioneel brugpensioen vanaf 58 jaar |
ans Art. 2.Le "Fonds de sécurité d'existence des ouvriers de la |
Art. 2.Het "Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het |
construction" octroie une indemnité complémentaire mensuelle aux | bouwbedrijf" kent een maandelijkse aanvullende vergoeding toe aan de |
ouvriers licenciés entre l'âge de 58 et 65 ans, sauf pour motif grave, | werklieden die tussen de leeftijd van 58 en 65 jaar door een in |
par un employeur visé à l'article 1er. | artikel 1 bedoelde werkgever ontslagen zijn, behoudens omwille van |
dringende redenen. | |
Art. 3.Pour avoir droit à l'indemnité complémentaire, les ouvriers |
Art. 3.Om recht te hebben op de aanvullende vergoeding, moeten de in |
visés à l'article 2 doivent remplir les conditions suivantes : | artikel 2 bedoelde werklieden aan de volgende voorwaarden voldoen : |
1° avoir cessé toute activité professionnelle non autorisée par la | 1° elke, door de reglementering ter zake niet toegelaten |
réglementation applicable en la matière; | beroepsactiviteit hebben stopgezet; |
2° bénéficier d'allocations de chômage; | 2° werkloosheidsuitkeringen genieten; |
3° avoir passé au moins 10 ans de leur carrière professionnelle au | 3° ten minste 10 jaar van hun beroepsloopbaan doorgebracht hebben in |
service d'une ou de plusieurs entreprises visées à l'article 1er; | dienst van één of meerdere van de in artikel 1 bedoelde ondernemingen; |
4° avoir obtenu au minimum 5 cartes de légitimation "ayant droit" au | 4° ten minste 5 legitimatiekaarten "rechthebbende" hebben ontvangen |
cours des 10 dernières années précédant leur mise en non activité ou 7 | tijdens de laatste 10 jaar voor de op inactiviteitsstelling of 7 |
cartes au cours des 15 dernières années; | kaarten in de loop van de laatste 15 jaar; |
5° satisfaire aux critères figurant dans l'arrêté royal du 7 décembre | 5° voldoen aan de criteria, bepaald in het koninklijk besluit van 7 |
1992 relatif à l'octroi d'allocations de chômage en cas de prépension | december 1992 betreffende de toekenning van werkloosheidsuitkeringen |
conventionnelle. | in geval van conventioneel brugpensioen. |
Art. 4.Pour l'application de l'article 3, 3° on entend par carrière |
Art. 4.Voor de toepassing van artikel 3, 3° wordt als beroepsloopbaan |
professionnelle, les prestations et les périodes assimilées prises en | beschouwd de prestaties en de gelijkgestelde periodes welke in |
aanmerking worden genomen voor het toekennen van een legitimatiekaart. | |
considération pour l'octroi d'une carte de légitimation. | HOOFDSTUK III. - Het conventioneel brugpensioen op een lagere leeftijd |
CHAPITRE III. - La prépension conventionnelle à un âge inférieur à 58 ans | dan 58 jaar |
Art. 5.Le présent chapitre détermine les conditions et modalités |
Art. 5.Dit hoofdstuk bepaalt de toekenningsvoorwaarden en |
d'octroi du régime de la prépension conventionnelle pour les ouvriers | -modaliteiten van de regeling van het conventioneel brugpensioen voor |
occupés au travail dans les entreprises visées à l'article 1er, et qui | de arbeiders die tewerkgesteld zijn in de ondernemingen bedoeld in |
sont licenciés par leur employeur à un âge inférieur à 58 ans, sauf | artikel 1 en die op een lagere leeftijd dan 58 jaar ontslagen worden |
dans le cas du licenciement pour motif grave. | door hun werkgever, behoudens omwille van dringende redenen. |
Le conseil d'administration du "Fonds de sécurité d'existence des | De raad van bestuur van het "Fonds voor bestaanszekerheid van de |
ouvriers de la construction" détermine les cas dans lesquels la | werklieden uit het bouwbedrijf" bepaalt de gevallen waarin voor de |
suspension de l'exécution du contrat de travail peut être assimilée à | toepassing van het eerste lid, de schorsing van de arbeidsovereenkomst |
une occupation au travail, pour l'application de l'alinéa 1er. | gelijkgesteld kan worden met een tewerkstelling. |
Art. 6.Les ouvriers visés à l'article 5 bénéficient d'une indemnité |
Art. 6.De in artikel 5 bedoelde arbeiders genieten van een |
complémentaire mensuelle à charge du "Fonds de sécurité d'existence | maandelijkse aanvullende vergoeding ten laste van het "Fonds voor |
des ouvriers de la construction", pour autant qu'ils satisfassent à | bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf", voorzover ze |
toutes les conditions suivantes : | aan alle volgende voorwaarden voldoen : |
- avoir fourni à leur employeur une attestation du médecin du travail | - aan hun werkgever een attest van de arbeidsgeneesheer hebben |
confirmant leur incapacité à poursuivre leur activité professionnelle; | overgemaakt dat de ongeschiktheid tot verderzetting van hun beroepsactiviteit bevestigt; |
- avoir atteint l'âge minimum au moment de la fin du contrat de | - de minimumleeftijd hebben bereikt op het ogenblik van de beëindiging |
travail. Cet âge minimum est fixé à 55 ans en 1997 et 56 ans en 1998; | van de arbeidsovereenkomst. Deze minimumleeftijd is vastgesteld op 55 jaar in 1997 en 56 jaar in 1998; |
- pouvoir justifier, au moment de la fin du contrat de travail : | - op het einde van de arbeidsovereenkomst volgende loopbaan kunnen bewijzen : |
* d'au moins 33 années de carrière professionnelle en tant que | * een beroepsloopbaan van minstens 33 jaar als loontrekkende |
travailleur salarié; | werknemer; |
* d'au moins 10 années de carrière professionnelle dans une ou | * een beroepsloopbaan van minstens 10 jaar in één of meerdere |
plusieurs entreprises ressortissant à la Commission paritaire de la | ondernemingen die behoren tot het Paritair Comité voor het |
construction; | bouwbedrijf; |
- avoir obtenu au moins 5 cartes de légitimation "ayant droit" au | - ten minste 5 legitimatiekaarten "rechthebbende" hebben ontvangen |
cours de 10 dernières années précédant la fin du contrat de travail ou | tijdens de laatste 10 jaar voor het einde van de arbeidsovereenkomst |
7 cartes au cours des 15 dernières années; les cartes de légitimation | of 7 kaarten in de loop van de laatste 15 jaar; de legitimatiekaarten |
par assimilation ne peuvent pas être prises en considération; | door gelijkstelling mogen niet in aanmerking genomen worden; |
- pouvoir prétendre au bénéfice des allocations de chômage, | - aanspraak kunnen maken op het genot van werkloosheidsuitkeringen |
conformément aux dispositions réglementaires applicables en la | volgens de toepasselijke reglementaire bepalingen terzake; |
matière; - cesser toute activité non autorisée par la réglementation applicable | - elke door de terzake toepasselijke reglementering niet toegelaten |
en la matière. | activiteit stopzetten. |
Art. 7.Le contrat de travail des ouvriers visés à l'article 5 doit |
Art. 7.De arbeidsovereenkomst van de in artikel 5 bedoelde arbeiders |
prendre fin durant la période de validité de la présente convention | moet een einde nemen tijdens de geldigheidsduur van deze collectieve |
collective de travail. Les âges de 55 ans et de 56 ans, visés à | arbeidsovereenkomst. De leeftijden van 55 en 56 jaar bedoeld in |
l'article 6, doivent être atteints respectivement avant le 1er janvier | artikel 6, moeten respectievelijk voor 1 januari 1998 en 1 januari |
1998 et le 1er janvier 1999. | 1999 bereikt zijn. |
Art. 8.La carrière professionnelle en tant que travailleur salarié |
Art. 8.De beroepsloopbaan als loontrekkende werknemer wordt berekend |
est calculée conformément aux dispositions de l'article 23 de la loi | overeenkomstig artikel 23 van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering |
du 26 juillet 1996 relative à la promotion de l'emploi et à la | van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het |
sauvegarde préventive de la compétitivité (Moniteur belge du 1er août | concurrentievermogen (Belgisch Staatsblad van 1 augustus 1996). |
1996). Art. 9.Outre l'indemnité complémentaire visée à l'article 6, le |
Art. 9.Het "Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het |
"Fonds de sécurité d'existence des ouvriers de la construction" prend | bouwbedrijf" neemt, naast de aanvullende vergoeding bedoeld in artikel |
également en charge la cotisation patronale compensatoire particulière | 6, ook de bijzonder compenserende werkgeversbijdrage bedoeld in |
visée à l'article 24 de la loi du 26 juillet précitée, ainsi que les | artikel 24 van de voormelde wet van 26 juli 1996 en de capitatieve |
cotisations capitatives en matière de prépension. | bijdragen inzake brugpensioen ten laste. |
CHAPITRE IV. - Montant de l'indemnité complémentaire | HOOFDSTUK IV. - Bedrag van de aanvullende vergoeding |
Art. 10.Les montants mensuels de l'indemnité complémentaire à charge |
Art. 10.De maandbedragen van de aanvullende vergoeding ten laste van |
du "Fonds de sécurité d'existence des ouvriers de la construction", | het "Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het |
visée aux chapitres II et III, s'élèvent à : | bouwbedrijf", bedoeld in de hoofdstukken II en III, worden vastgesteld op : |
5 807 BEF pour l'ouvrier non qualifié; | 5 807 BEF voor de ongeschoolde werkman; |
6 932 BEF pour l'ouvrier spécialisé; | 6 932 BEF voor de geoefende werkman; |
8 211 BEF pour l'ouvrier qualifié du premier échelon; | 8 211 BEF voor de geschoolde werkman van de eerste graad; |
9 304 BEF pour l'ouvrier qualifié de deuxième échelon; | 9 304 BEF voor de geschoolde werkman van de tweede graad; |
10 234 BEF pour l'ouvrier qui a eu pendant 10 ans au moins la | 10 234 BEF voor de werkman die gedurende 10 jaar ten minste de |
qualification de chef d'équipe B; | kwalificatie ploegbaas B heeft genoten; |
11 165 BEF pour l'ouvrier qui a eu pendant 10 ans la qualification de | 11 165 BEF voor de werkman die gedurende 10 jaar de kwalificatie |
contremaître. | meestergast heeft genoten. |
A partir du 1er janvier 1998, les montants s'élèveront à : | Vanaf 1 januari 1998 worden deze maandbedragen vastgesteld op : |
5 894 BEF pour l'ouvrier non qualifié; | 5 894 BEF voor de ongeschoolde werkman; |
7 036 BEF pour l'ouvrier spécialisé; | 7 036 BEF voor de geoefende werkman; |
8 344 BEF pour l'ouvrier qualifié du premier échelon; | 8 344 BEF voor de geschoolde werkman van de eerste graad; |
9 444 BEF pour l'ouvrier qualifié du deuxième échelon; | 9 444 BEF voor de geschoolde werkman van de tweede graad; |
10 388 BEF pour l'ouvrier qui a eu pendant 10 ans au moins la | 10 388 BEF voor de werkman die gedurende 10 jaar ten minste de |
qualification de chef d'équipe B; | kwalificatie ploegbaas B heeft genoten; |
11 332 BEF pour l'ouvrier qui a eu pendant 10 ans au moins la | 11 332 BEF voor de werkman die gedurende 10 jaar de kwalificatie |
qualification de contremaître. | meestergast heeft genoten. |
CHAPITRE V. - Procédure et dispositions générales | HOOFDSTUK V. - Procedure en algemene bepalingen |
Art. 11.La demande d'octroi de l'indemnité complémentaire doit être |
Art. 11.De aanvraag tot toekenning van de aanvullende vergoeding moet |
introduite auprès du "Fonds de sécurité d'existence des ouvriers de la construction" à l'intervention d'une organisation syndicale signataire de la présente convention collective de travail, ou directement par l'intéressé à l'aide d'un formulaire spécial. La demande doit être accompagnée des documents justificatifs du droit à l'indemnité complémentaire. Art. 12.Le conseil d'administration du "Fonds de sécurité d'existence des ouvriers de la construction" fixe les modalités pratiques et la procédure à observer pour l'introduction et le traitement des demandes d'octroi. |
worden ingediend bij het "Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf" door toedoen van een vakbondsorganisatie die deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft ondertekend of door de betrokkene rechtstreeks door middel van een bijzonder formulier. De aanvraag moet vergezeld gaan van de documenten tot staving van het recht om de aanvullende vergoeding. Art. 12.De raad van bestuur van het "Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf" bepaalt de praktische modaliteiten en de procedure die moet worden gevolgd bij het indienen en het behandelen van de aanvragen tot toekenning. |
Art. 13.L'office patronal prévu à l'article 23 des statuts du "Fonds |
Art. 13.De patronale dienst bedoeld bij artikel 23 van de statuten |
de sécurité d'existence des ouvriers de la construction" est chargé de | van het "Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het |
l'organisation administrative, comptable et financière des opérations | bouwbedrijf" is belast met de administratieve, boekhoudkundige en |
résultant de l'application de la présente convention collective de | financiële organisatie van de verrichtingen die voortvloeien uit de |
travail. Art. 14.Les cas particuliers qui ne peuvent être résolus conformément aux dispositions de la présente convention collective de travail sont soumis, par la partie la plus diligente, au conseil d'administration du "Fonds de sécurité d'existence des ouvriers de la construction". Quand il y a des problèmes au niveau de l'accès au régime "prépension", la partie la plus diligente peut porter cette problématique devant le bureau de conciliation de la commission paritaire après épuisement de la procédure de conciliation au niveau local. |
toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst. Art. 14.De bijzondere gevallen die niet op grond van de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst kunnen worden opgelost, worden door de meest gerede partij voorgelegd aan de raad van bestuur van het "Fonds voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf". Bij enige moeilijkheid rond de toegang in het regime "brugpensioen", kan de meest gerede partij deze problematiek bij het verzoeningsbureau van het paritair comité aanhangig maken nadat de lokale verzoeningsprocedure werd uitgeput. |
CHAPITRE VI. - Financement | HOOFDSTUK VI. - Financiering |
Art. 15.Afin de financer l'indemnité complémentaire, les employeurs |
Art. 15.Teneinde de aanvullende vergoeding te financieren, zijn de in |
visés à l'article 1er sont redevables au "Fonds de sécurité | artikel 1 bedoelde werkgevers een bijdrage verschuldigd aan het "Fonds |
d'existence des ouvriers de la construction" d'une cotisation. | voor bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf". |
Cette cotisation est égale à 0,75 p.c. du montant, porté à 108 p.c. de | De bijdrage bedraagt 0,75 pct. van het op 108 pct. gebrachte bedrag |
la totalité des rémunérations déclarées à l'Office national de | van alle lonen die bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid zijn |
sécurité sociale concernant les ouvriers visés à l'article 1er | aangegeven met betrekking tot de in artikel 1 bedoelde werklieden |
respectivement pour les quatre trimestres de 1997 et pour les quatre | respectievelijk voor de vier kwartalen van 1997 en voor de vier |
trimestres de 1998. | kwartalen van 1998. |
Art. 16.Conformément à l'article 16 des statuts du "Fonds de sécurité |
Art. 16.Overeenkomstig artikel 16 van de statuten van het "Fonds voor |
d'existence des ouvriers de la construction", la perception et le | bestaanszekerheid van de werklieden uit het bouwbedrijf", staat de |
recouvrement de la cotisation visée à l'article 15 sont assurés par l'Office national de sécurité sociale. | Rijksdienst voor Sociale Zekerheid in voor de inning en invordering van de in artikel 15 bedoelde bijdrage. |
CHAPITRE VII. - Mesures spécifiques | HOOFDSTUK VII. - Specifieke maatregelen |
Art. 17.Il est recommandé à l'employeur qui, en application de |
Art. 17.Aan de werkgever die, in toepassing van het koninklijk |
l'arrêté royal du 7 décembre 1992 relatif à l'octroi d'allocations de | besluit van 7 december 1992 betreffende de toekenning van |
chômage en cas de prépension conventionnelle, procède au remplacement | werkloosheidsvergoedingen in geval van conventioneel brugpensioen, |
d'un ouvrier prépensionné, d'engager, sauf motif valable, un jeune de | overgaat tot de vervanging van een bruggepensioneerde werkman, wordt |
moins de 26 ans. | aanbevolen behoudens geldige reden een jongere van minder dan 26 jaar aan te werven. |
Art. 18.Les heures prestées conformément à l'article 7 de l'arrêté |
Art. 18.De in toepassing van artikel 7 van het koninklijk besluit nr |
royal n° 213 du 26 septembre 1983 relatif à la durée du travail dans | 213 van 26 september 1983 betreffende de arbeidsduur in de |
les entreprises ressortissant à la Commission paritaire de la | ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor het |
construction, doivent figurer séparément sur le décompte de paie | bouwbedrijf gepresteerde uren, moeten afzonderlijk worden ingeschreven |
afférant à la période de paie pendant laquelle elles ont été prestées. | op de loonafrekening van de betaalperiode tijdens welke zij worden |
L'ouvrier qui a droit à des jours de repos compensatoires en | gepresteerd. |
application de l'article 7 de l'arrêté royal précité, ne peut être mis | De werkman die recht heeft op inhaalrust in toepassing van artikel 7 |
van bovengenoemd koninklijk besluit, mag niet gedeeltelijk werkloos | |
en chômage partiel avant d'avoir épuisé ces jours. | gesteld worden vooraleer hij deze dagen heeft genomen. |
Art. 19.Les organisations syndicales signataires s'engagent à ne pas |
Art. 19.De ondertekenende vakorganisaties verbinden zich ertoe in het |
organiser, au niveau de l'entreprise, une opposition systématique à | vlak van de onderneming geen stelselmatig verzet te organiseren |
l'application du dépassement des limites de la durée de travail fixées | omtrent de toepassing van de overschrijding van de grenzen van de |
à 64 heures par an, comme prévu par l'article 7, 2ème alinéa, de | arbeidsduur ten belope van 64 uur per jaar, zoals voorzien in artikel |
l'arrêté royal n° 213 du 26 septembre 1983. La délégation syndicale se | 7, alinea 2, van het koninklijk besluit nr 213 van 26 september 1983. |
réserve toutefois le droit de refuser un accord en la matière, mais ce | De vakbondsafvaardiging behoudt evenwel het recht om na overleg met de |
après concertation avec l'employeur et moyennant des motifs clairement | werkgever, om duidelijk aangegeven redenen, een akkoord ter zake af te |
définis. En cas de litige la partie la plus diligente pourra, en | wijzen. Bij geschil kan de meest gerede partij, met inachtname van de |
tenant compte de la procédure préalable au niveau de la région, saisir | voorafgaandelijke procedure op gewestelijk vlak, deze kwestie |
le bureau de conciliation de la commission paritaire. | aanhangig maken bij het verzoeningsbureau van het paritair comité. |
Art. 20.Il est interdit de mettre au travail des prépensionnés dans |
Art. 20.Het is verboden bruggepensioneerden tewerk te stellen in de |
les entreprises visées à l'article 1er. | ondernemingen bedoeld in artikel 1. |
CHAPITRE VIII. - Durée de validité | HOOFDSTUK VIII. - Geldigheidsduur |
Art. 21.La présente convention collective de travail est conclue pour |
Art. 21.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor een |
une durée déterminée. Elle entre en vigueur le 1er janvier 1997 et | bepaalde duur. Zij treedt in werking op 1 januari 1997 en verstrijkt |
expire le 31 décembre 1998. | op 31 december 1998. |
Elle remplace les conventions collectives de travail des 16 janvier | Zij vervangt de collectieve arbeidsovereenkomsten van 16 januari 1997 |
1997 et 20 mars 1997 prolongeant la convention collective de travail | en 20 maart 1997 houdende verlenging van de collectieve |
du 11 mai 1995 relative à l'octroi à certains ouvriers âgés d'une | arbeidsovereenkomst van 11 mei 1995 betreffende de toekenning aan |
sommige bejaarde werklieden van een aanvullende vergoeding | |
indemnité complémentaire (prépension) à charge du "Fonds de sécurité | (brugpensioen) ten laste van het "Fonds voor bestaanszekerheid van de |
d'existence des ouvriers de la construction". | werklieden uit het bouwbedrijf". |
Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 5 octobre 2000. | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 5 oktober 2000. |
La Ministre de l'Emploi, | De Minister van Werkgelegenheid, |
Mme L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX |