← Retour vers "Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 17 avril 2013, conclue au sein de la Sous-commission paritaire pour l'exploitation de salles de cinéma, relative à la formation "
| Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 17 avril 2013, conclue au sein de la Sous-commission paritaire pour l'exploitation de salles de cinéma, relative à la formation | Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 april 2013, gesloten in het Paritair Subcomité voor de exploitatie van bioscoopzalen, betreffende de vorming |
|---|---|
| SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG |
| 3 FEVRIER 2014. - Arrêté royal rendant obligatoire la convention | 3 FEBRUARI 2014. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend |
| collective de travail du 17 avril 2013, conclue au sein de la | wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 april 2013, |
| Sous-commission paritaire pour l'exploitation de salles de cinéma, | gesloten in het Paritair Subcomité voor de exploitatie van |
| relative à la formation (1) | bioscoopzalen, betreffende de vorming (1) |
| PHILIPPE, Roi des Belges, | FILIP, Koning der Belgen, |
| A tous, présents et à venir, Salut. | Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. |
| Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de | Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve |
| travail et les commissions paritaires, notamment l'article 28; | arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel |
| Vu la demande de la Sous-commission paritaire pour l'exploitation de | 28; Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de exploitatie |
| salles de cinéma; | van bioscoopzalen; |
| Sur la proposition de la Ministre de l'Emploi, | Op de voordracht van de Minister van Werk, |
| Nous avons arrêté et arrêtons : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Article 1er.Est rendue obligatoire la convention collective de |
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage |
| travail du 17 avril 2013, reprise en annexe, conclue au sein de la | overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 17 april 2013, |
| Sous-commission paritaire pour l'exploitation de salles de cinéma, | gesloten in het Paritair Subcomité voor de exploitatie van |
| relative à la formation. | bioscoopzalen, betreffende de vorming. |
Art. 2.Le ministre qui a l'Emploi dans ses attributions est chargé de |
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van |
| l'exécution du présent arrêté. | dit besluit. |
| Donné à Bruxelles, le 3 février 2014. | Gegeven te Brussel, 3 februari 2014. |
| PHILIPPE | FILIP |
| Par le Roi : | Van Koningswege : |
| La Ministre de l'Emploi, | De Minister van Werk, |
| Mme M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |
| _______ | _______ |
| Note | Nota |
| (1) Référence au Moniteur belge : | (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : |
| Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969. | Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. |
| v | |
| Annexe | Bijlage |
| Sous-commission paritaire pour l'exploitation de salles de cinéma | Paritair Subcomité voor de exploitatie van bioscoopzalen |
| Convention collective de travail du 17 avril 2013 | Collectieve arbeidsovereenkomst van 17 april 2013 |
| Formation (Convention enregistrée le 18 juin 2013 sous le numéro | Vorming (Overeenkomst geregistreerd op 18 juni 2013 onder het nummer |
| 115589/CO/303.03) | 115589/CO/303.03) |
| CHAPITRE Ier. - Champ d'application | HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied |
Art. 3.La présente convention collective de travail est applicable |
Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de |
| aux employeurs et aux travailleurs des entreprises ressortissant à la | werkgevers en de werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder |
| Sous-commission paritaire pour l'exploitation de salles de cinéma. | het Paritair Subcomité voor de exploitatie van bioscoopzalen. |
| Par "travailleur", on entend : le personnel ouvrier et employé, | Onder "werknemer" verstaat men : het mannelijk en vrouwelijk |
| masculin et féminin. | werklieden- en bediendepersoneel. |
| CHAPITRE II. - Engagement du secteur | HOOFDSTUK II. - Engagement van de sector |
Art. 4.Les parties signataires s'accordent sur la nécessité d'une |
Art. 4.De ondertekende partijen onderschrijven de noodzaak van |
| formation permanente comme moyen d'accroître la compétence des | permanente vorming als middel tot verhoging van de competentie van de |
| travailleurs et, par voie de conséquence, des entreprises. | werknemers en bijgevolg van de ondernemingen. |
Art. 5.Conformément à la loi du 23 décembre 2005 relative au Pacte de |
Art. 5.Conform de wet van 23 december 2005 betreffende het |
| solidarité entre les générations, laquelle veut responsabiliser les | Generatiepact die de sectoren wil responsabiliseren voor wat betreft |
| secteurs en ce qui concerne la formation, les parties signataires | de vorming, verbinden de ondertekenende partijen zich ertoe elk jaar |
| s'engagent à accroître chaque année de 5 p.c. le taux de participation | een toename van de participatiegraad met 5 pct. te realiseren. |
| aux formations. Art. 6.Les entreprises font rapport à la sous-commission paritaire |
Art. 6.De ondernemingen brengen in het paritair subcomité verslag uit |
| des formations organisées ainsi que des catégories de travailleurs | van welke opleidingen aan welke categorieën van werknemers zijn |
| auxquelles elles s'adressent. | gegeven. |
Art. 7.L'employeur informe tous les travailleurs sur les formations |
Art. 7.De werkgever informeert alle werknemers over de beschikbare |
| disponibles et sur les modalités pour suivre ces formations. | vormingen en de modaliteiten om deze te volgen. |
Art. 8.Dans les entreprises qui ont un conseil d'entreprise, la |
Art. 8.In ondernemingen met een ondernemingsraad zal de collectieve |
| formation collective sera planifiée au conseil d'entreprise. | vorming op de ondernemingsraad gepland worden. |
Art. 9.Dans les entreprises sans conseil d'entreprise, un temps de |
Art. 9.In ondernemingen zonder ondernemingsraad wordt een minimale |
| formation collective minimum sera octroyé. Celui-ci est déterminé de | collectieve opleidingstijd toegekend. Deze wordt als volgt bepaald : |
| la façon suivante : | |
| - pour 2013 : le nombre de travailleurs occupés dans l'entreprise au 1er | - voor 2013 : het aantal werknemers tewerkgesteld in de onderneming op |
| janvier 2013, exprimé en équivalents temps plein, multiplié par 7,6 | 1 januari 2013, uitgedrukt in voltijds equivalenten, vermenigvuldigd |
| heures; | met 7,6 uren; |
| - pour 2014 : le nombre de travailleurs occupés dans l'entreprise au 1er | - voor 2014 : het aantal werknemers tewerkgesteld in de onderneming op |
| janvier 2014, exprimé en équivalents temps plein, multiplié par 7,6 | 1 januari 2014, uitgedrukt in voltijds equivalenten, vermenigvuldigd |
| heures. | met 7,6 uren. |
Art. 10.Dans les entreprises sans conseil d'entreprise, un temps de |
Art. 10.In ondernemingen zonder ondernemingsraad wordt een minimale |
| formation individuelle minimum sera octroyé. Celui-ci est déterminé de | individuele opleidingstijd toegekend. Deze wordt als volgt bepaald |
| la façon suivante pour 2013 et 2014 : | voor 2013 en 2014 : |
| - 7,6 heures par travailleur occupé à temps plein; | - 7,6 uren per werknemer die voltijds tewerkgesteld is; |
| - au prorata pour les travailleurs à temps partiel. | - pro rata voor deeltijdse werknemers. |
| CHAPITRE III. - Dispositions finales | HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen |
Art. 11.Cette convention collective de travail est conclue pour une |
Art. 11.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor een |
| durée déterminée. | bepaalde duur. |
| Elle entre en vigueur le 1er juillet 2013 et cesse d'être en vigueur | Ze treedt in werking op 1 juli 2013 en treedt buiten werking op 30 |
| le 30 juin 2015. | juni 2015. |
| Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 3 février 2014. | Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 3 februari |
| La Ministre de l'Emploi, | 2014. De Minister van Werk, |
| Mme M. DE CONINCK | Mevr. M. DE CONINCK |