| Arrêté royal modifiant l'arrêté royal du 28 novembre 1969 pris en exécution de la loi du 27 juin 1969 révisant l'arrêté-loi du 28 décembre 1944 concernant la sécurité sociale des travailleurs | Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders |
|---|---|
| MINISTERE DES AFFAIRES SOCIALES, DE LA SANTE PUBLIQUE ET DE L'ENVIRONNEMENT 1er JUILLET 1999. - Arrêté royal modifiant l'arrêté royal du 28 novembre 1969 pris en exécution de la loi du 27 juin 1969 révisant l'arrêté-loi du 28 décembre 1944 concernant la sécurité sociale des travailleurs ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu la loi du 27 juin 1969 révisant l'arrêté-loi du 28 décembre 1944 concernant la sécurité sociale des travailleurs, notamment les | MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN, VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU 1 JULI 1999. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, inzonderheid op artikelen 21bis en 29bis, ingevoegd bij de |
| articles 21bis et 29bis introduits par la loi du 25 janvier 1999; | wet van 25 januari 1999; |
| Vu l'arrêté royal du 28 novembre 1969 pris en exécution de la loi du | Gelet op het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering |
| 27 juin 1969 révisant l'arrêté-loi du 28 décembre 1944 concernant la | van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 |
| december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, | |
| sécurité sociale des travailleurs, notamment l'article 33, modifié par | inzonderheid op artikel 33, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van |
| les arrêtés royaux des 5 février 1979, 12 mars 1990 et 20 décembre | 5 februari 1979, 12 maart 1990 en 20 december 1996, op artikel 54, |
| 1996, l'article 54, modifié par les arrêtés royaux des 15 juin 1970, | gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 15 juni 1970, 15 mei 1973, |
| 15 mai 1973, 12 août 1985, 11 septembre 1986, 29 mars 1994, 5 décembre | 12 augustus 1985, 11 september 1986, 29 maart 1994, 5 december 1996 en |
| 1996 et 22 juin 1999 et l'article 55, § 1er, alinéa 3, remplacé par | 22 juni 1999, en op artikel 55, § 1, derde lid, vervangen bij het |
| l'arrêté royal du 23 janvier 1974; | koninklijk besluit van 23 januari 1974; |
| Vu l'avis de l'Inspection des Finances, donné le 11 mars 1999; | Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 11 |
| Vu l'accord du Ministre du Budget, donné le 22 juin 1999; | maart 1999; Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 22 juni 1999; |
| Sur la proposition du Comité de gestion de l'Office national de | Op voorstel van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor sociale |
| sécurité sociale faite le 24 avril 1998; | zekerheid, gedaan op 24 april 1998; |
| Vu la délibération du Conseil des Ministres le 19 mars 1999, sur la | Gelet op de beraadslaging van de Ministerraad, op 19 maart 1999, |
| demande d'avis dans le délai d'un mois; | betreffende de adviesaanvraag binnen een termijn van één maand; |
| Vu l'avis du Conseil d'Etat, donné le 29 avril 1999, en application de | Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 29 april 1999, |
| l'article 84, alinéa 1er, 1°, des lois coordonnées sur le Conseil | met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde |
| d'Etat; | wetten op de Raad van State; |
| Sur la proposition de Notre Ministre des Affaires sociales, | Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken, |
| Nous avons arrêté et arrêtons : | Hebben Wij besloten en besluiten Wij : |
Article 1er.L'article 33, § 2, de l'arrêté royal du 28 novembre 1969 |
Artikel 1.Artikel 33, § 2, van het koninklijk besluit van 28 november |
| pris en exécution de la loi du 27 juin 1969 révisant l'arrêté-loi du | 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de |
| 28 décembre 1944 concernant la sécurité sociale des travailleurs, | besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke |
| modifié par les arrêtés des 5 février 1979 et 20 décembre 1996, est | zekerheid der arbeiders, gewijzigd bij de besluiten van 5 februari |
| complété par l'alinéa suivant : | 1979 en 20 december 1996, wordt aangevuld met het volgende lid : |
| « L'employeur est tenu d'informer l'Office national de sécurité | « De werkgever is verplicht de kennisgeving bedoeld bij artikel 21bis |
| sociale conformément à l'article 21bis de la loi au plus tard le | van de wet aan de Rijksdienst voor sociale zekerheid te doen, |
| dernier jour du mois qui suit le trimestre au cours duquel il a cessé | uiterlijk de laatste dag van de maand volgend op het kwartaal waarin |
| d'occuper du personnel assujetti. » | hij opgehouden heeft verzekeringsplichtig personeel tewerk te stellen. » |
Art. 2.L'article 54 du même arrêté modifié par les arrêtés des 15 |
Art. 2.Artikel 54, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten |
| juin 1970, 15 mai 1973, 12 août 1985, 11 septembre 1986, 29 mars 1994, | van 15 juni 1970, 15 mei 1973, 12 augustus 1985, 11 september 1986, 29 |
| 5 décembre 1996 et 22 juin 1999, est complété par l'alinéa suivant : | maart 1994, 5 december 1996 en 22 juni 1999, wordt aangevuld met het |
| « Le défaut de communication, dans les délais fixés à l'article 33, § | volgende lid : « Het niet mededelen binnen de door artikel 33, § 2, vierde lid, |
| 2, alinéa 4, du fait que l'employeur a cessé d'occuper du personnel | vastgestelde termijn van het feit dat geen verzekeringsplichtig |
| assujetti, donne lieu à débition par l'employeur d'une indemnité | personeel meer wordt tewerkgesteld, verplicht de werkgever tot |
| forfaitaire de 20 000 BEF à l'Office national de sécurité sociale. » Art. 3.L'article 55, § 1er, alinéa 3, du même arrêté, remplacé par l'arrêté royal du 23 janvier 1974 est remplacé par la disposition suivante : « Il peut renoncer au paiement des sanctions civiles visées aux alinéas précédents et à l'article 54, alinéa 5, lorsque l'employeur établit qu'il a été dans l'impossibilité de remplir ses obligations dans les délais fixés en raison d'un cas de force majeure dûment justifié. » Art. 4.Le présent arrêté entre en vigueur le 1er jour du trimestre qui suit celui au cours duquel il aura été publié au Moniteur belge. Art. 5.Notre Ministre des Affaires sociales est chargé de l'exécution du présent arrêté. Donné à Bruxelles, le 1er juillet 1999. ALBERT Par le Roi : La Ministre des Affaires sociales, |
betaling aan de Rijksdienst voor sociale zekerheid van een forfaitaire vergoeding van 20 000 BEF. » Art. 3.Artikel 55, § 1, derde lid, van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 23 januari 1974, wordt vervangen als volgt : « Hij mag afzien van de betaling van de burgerlijke sancties bedoeld bij de voorgaande leden en bij artikel 54, vijfde lid, wanneer de werkgever aantoont dat hij wegens behoorlijk bewezen overmacht, onmogelijk zijn verplichtingen heeft kunnen nakomen binnen de vastgestelde termijn. » Art. 4.Dit besluit treedt in werking de eerste dag van het kwartaal volgend op dat gedurende welke het in het Belgisch Staatsblad is bekendgemaakt. Art. 5.Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit. Gegeven te Brussel, 1 juli 1999. ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken, |
| Mme M. DE GALAN | Mevr. M. DE GALAN |