Etaamb.openjustice.be
Vue multilingue de Arrêté Ministériel du 26/08/2014
← Retour vers "Arrêté ministériel dérogeant à l'obligation d'occuper des jeunes travailleurs pour les entreprises qui, pour leurs ouvriers, relèvent de la compétence de la Commission paritaire de l'industrie textile et de la bonneterie et la compétence de la Commission paritaire pour les employés de l'industrie textile et de la bonneterie "
Arrêté ministériel dérogeant à l'obligation d'occuper des jeunes travailleurs pour les entreprises qui, pour leurs ouvriers, relèvent de la compétence de la Commission paritaire de l'industrie textile et de la bonneterie et la compétence de la Commission paritaire pour les employés de l'industrie textile et de la bonneterie Ministerieel besluit tot vrijstelling van de verplichting om jonge werknemers in dienst te nemen voor de ondernemingen die voor hun werklieden onder de bevoegdheid van het Paritair comité van de textielnijverheid en het breiwerk en onder de bevoegdheid van het paritair comité voor de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk vallen
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
26 AOUT 2014. - Arrêté ministériel dérogeant à l'obligation d'occuper 26 AUGUSTUS 2014. - Ministerieel besluit tot vrijstelling van de
des jeunes travailleurs pour les entreprises qui, pour leurs ouvriers, verplichting om jonge werknemers in dienst te nemen voor de
relèvent de la compétence de la Commission paritaire de l'industrie ondernemingen die voor hun werklieden onder de bevoegdheid van het
textile et de la bonneterie et la compétence de la Commission Paritair comité van de textielnijverheid en het breiwerk en onder de
paritaire pour les employés de l'industrie textile et de la bonneterie bevoegdheid van het paritair comité voor de bedienden van de
(1) textielnijverheid en het breiwerk vallen (1)
La Ministre de l'Emploi, De Minister van Werk,
Vu la loi du 24 décembre 1999 en vue de la promotion de l'emploi, Gelet op de wet van 24 december 1999 ter bevordering van de
notamment l'article 42, modifié par les lois 22 décembre 2003 et du 17 mai 2007; werkgelegenheid, inzonderheid op artikel 42, gewijzigd bij de wetten van 22 december 2003 en 17 mei 2007;
Vu l'arrêté royal du 30 mars 2000 d'exécution des articles 32, § 2, Gelet op het koninklijk besluit van 30 maart 2000 tot uitvoering van
alinéa 1er, 33, § 2, alinéa 3, 34, 39, § 4, alinéa 2 et § 5, alinéa 2, de artikelen 32, § 2, eerste lid, 33, § 2, derde lid, 34, 39, § 4,
42, § 2, 46, alinéa 1er, 47, § 4, alinéas 1er et 4 de la loi du 24 tweede lid, en § 5, tweede lid, 42, § 2, 46, eerste lid, 47, § 4,
décembre 1999 en vue de la promotion de l'emploi, notamment l'article eerste en vierde lid, van de wet van 24 december 1999 ter bevordering
van de werkgelegenheid, inzonderheid op artikel 10, gewijzigd bij de
10, modifié par les arrêtés royaux du 21 janvier 2002, 21 janvier 2004 koninklijke besluiten van 21 januari 2002, 21 januari 2004 en 19 mei
et du 19 mai 2010; 2010;
Vu la convention collective de travail du 24 octobre 2013 relative à Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 oktober 2013
la formation permanente, conclue au sein de la Commission paritaire de betreffende de permanente vorming gesloten in het Paritair comité van
l'industrie textile et de la bonneterie; de textielnijverheid en het breiwerk;
Vu la convention collective de travail du 21 octobre 2013, conclue au Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 oktober 2013
sein de la Commission paritaire pour les employés de l'industrie betreffende de permanente vorming gesloten in het Paritair Comité voor
textile et de la bonneterie; de bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk;
Vu la demande et l'avis de la Commission paritaire de l'industrie Gelet op de aanvraag en het advies van het Paritair comité van de
textile et de la bonneterie du 24 octobre 2013; textielnijverheid en het breiwerk van 24 oktober 2013;
Vu la demande et l'avis de la Commission paritaire pour les employés Gelet op de aanvraag en het advies van het Paritair comité voor de
de l'industrie textile et de la bonneterie du 21 octobre 2013; bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk van 21 oktober
Vu la proposition du Comité de gestion de l'Office national de 2013; Gelet op het voorstel van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor
l'Emploi faite le 5 juin 2014; Arbeidsvoorziening, gedaan op 5 juni 2014 ;
Arrête : Besluit :

Article 1er.Les entreprises qui, pour leurs ouvriers, relèvent de la

Artikel 1.De ondernemingen die voor hun werklieden onder de
compétence de la Commission paritaire de l'industrie textile et de la bevoegdheid van het Paritair comité van de textielnijverheid en het
bonneterie et la compétence de la Commission paritaire pour les breiwerk en onder de bevoegdheid van het paritair comité voor de
employés de l'industrie textile et de la bonneterie sont exemptées bedienden van de textielnijverheid en het breiwerk vallen, worden
entièrement de l'obligation d'occuper des jeunes travailleurs pour la volledig vrijgesteld van de verplichting om jongeren in dienst te
période du 1er janvier 2014 au 30 juin 2015. nemen voor de periode van 1 januari 2014 tot en met 30 juni 2015.

Art. 2.Le présent arrêté produit ses effets le 1er janvier 2014.

Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2014.
Bruxelles, le 26 août 2014. Brussel, 26 augustus 2014.
Mme M. DECONINK Mme M. DECONINK
_______ _______
Note Nota
(1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad :
Wet van 24 december 1999, Belgisch Staatsblad van 27 januari 2000; Wet van 24 december 1999, Belgisch Staatsblad van 27 januari 2000;
Wet van 22 december 2003, Belgisch Staatsblad van 31 december 2003; Wet van 22 december 2003, Belgisch Staatsblad van 31 december 2003;
Wet van 17 mei 2007, Belgische Staatsblad van 19 juni 2007; Wet van 17 mei 2007, Belgische Staatsblad van 19 juni 2007;
Koninklijk besluit van 30 maart 2000, Belgisch Staatsblad van 31 maart Koninklijk besluit van 30 maart 2000, Belgisch Staatsblad van 31 maart
2000; 2000;
Koninklijk besluit van 21 januari 2002, Belgisch Staatsblad van 7 Koninklijk besluit van 21 januari 2002, Belgisch Staatsblad van 7
februari 2002; februari 2002;
Koninklijk besluit van 21 januari 2004, Belgisch Staatsblad van 3 Koninklijk besluit van 21 januari 2004, Belgisch Staatsblad van 3
februari 2004; februari 2004;
Koninklijk Besluit van 19 mei 2010, Belgisch Staatsblad van 31 mei Koninklijk Besluit van 19 mei 2010, Belgisch Staatsblad van 31 mei
2010 2010
^