| Arrêté ministériel modifiant l'arrêté ministériel du 4 mai 1999 déterminant les modalités de versement de la réduction forfaitaire, visée à l'article 2 de l'arrêté royal du 5 février 1997 portant des mesures visant à promouvoir l'emploi dans le secteur non-marchand, aux fonds sectoriels du secteur non-marchand privé | Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 4 mei 1999 tot bepaling van de modaliteiten van de storting van de forfaitaire vermindering, bedoeld in artikel 2 van het koninklijk besluit van 5 februari 1997 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector, aan de sectorale fondsen van de privé- non-profit sector | 
|---|---|
| MINISTERE DE L'EMPLOI ET DU TRAVAIL ET MINISTERE DES AFFAIRES | MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID EN MINISTERIE VAN SOCIALE | 
| SOCIALES, DE LA SANTE PUBLIQUE ET DE L'ENVIRONNEMENT | ZAKEN, VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU | 
| 16 OCTOBRE 2001. - Arrêté ministériel modifiant l'arrêté ministériel | 16 OKTOBER 2001. - Ministerieel besluit tot wijziging van het | 
| du 4 mai 1999 déterminant les modalités de versement de la réduction | ministerieel besluit van 4 mei 1999 tot bepaling van de modaliteiten | 
| van de storting van de forfaitaire vermindering, bedoeld in artikel 2 | |
| forfaitaire, visée à l'article 2 de l'arrêté royal du 5 février 1997 | van het koninklijk besluit van 5 februari 1997 houdende maatregelen | 
| portant des mesures visant à promouvoir l'emploi dans le secteur | met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit | 
| non-marchand, aux fonds sectoriels du secteur non-marchand privé (1) | sector, aan de sectorale fondsen van de privé- non-profit sector (1) | 
| La Ministre de l'Emploi, | De Minister van Werkgelegenheid, | 
| Le Ministre des Affaires sociales, | De Minister van Sociale Zaken, | 
| La Ministre de la Santé publique, | De Minister van Volksgezondheid, | 
| Vu la loi du 29 juin 1981 établissant les principes généraux de la | Gelet op de wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van | 
| sécurité sociale des travailleurs salariés, notamment l'article 35, § | de sociale zekerheid voor werknemers, inzonderheid op artikel 35, § 5, | 
| 5, alinéa 3, remplacé par les lois du 26 mars 1999 et du 24 décembre | derde lid, vervangen bij de wetten van 26 maart 1999 en 24 december | 
| 1999; | 1999; | 
| Vu l'arrêté royal du 5 février 1997 portant des mesures visant à | Gelet op het koninklijk besluit van 5 februari 1997 houdende | 
| maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de | |
| promouvoir l'emploi dans le secteur non marchand, notamment l'article | non-profit sector, inzonderheid op artikel 2, vijfde lid, gewijzigd | 
| 2, alinéa 5, modifié par les arrêtés royaux du 16 avril 1998 et du 3 | bij de koninklijke besluiten van 16 april 1998 en 3 mei 1999; | 
| mai 1999; Vu l'arrêté ministériel du 4 mai 1999 déterminant les modalités de | Gelet op het ministerieel besluit van 4 mei 1999 tot bepaling van de | 
| versement de la réduction forfaitaire, visée à l'article 2 de l'arrêté | modaliteiten van de storting van de forfaitaire vermindering, bedoeld | 
| royal du 5 février 1997 portant des mesures visant à promouvoir | in artikel 2 van het koninklijk besluit van 5 februari 1997 houdende | 
| maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de | |
| l'emploi dans le secteur non-marchand, aux fonds sectoriels du secteur | non-profit sector, aan de sectorale fondsen van de privé non-profit | 
| non-marchand privé, modifié par les arrêtés ministériels du 6 juillet | sector, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 6 juli 1999, 10 | 
| 1999, du 10 janvier 2000, du 8 juin 2000, du 20 décembre 2000 et du 7 | januari 2000, 8 juni 2000, 20 december 2000 en 7 maart 2001; | 
| mars 2001; Vu l'avis de l'Inspecteur des Finances, donné le 20 juin 2001; | Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 20 juni 2001; | 
| Vu l'accord de Notre Ministre du Budget, donné le 16 juillet 2001; | Gelet op het akkoord van Onze Minister van Begroting, gegeven op 16 | 
| Vu les lois sur le Conseil d'Etat, coordonnées par l'arrêté royal du | juli 2001; | 
| 12 janvier 1973, notamment l'article 3, § 1er, modifié par les lois du | Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari | 
| 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 4 | |
| 4 juillet 1989 et du 4 août 1996; | juli 1989 en 4 augustus 1996; | 
| Vu l'urgence; | Gelet op de dringende noodzakelijkheid; | 
| Considérant qu'il est impératif que les employeurs du secteur | Overwegend dat het dwingend is dat de werkgevers van de privé | 
| non-marchand privé puissent continuer à bénéficier à partir du 1er | non-profit sector vanaf 1 juli 2001 de maatregelen ter bevordering van | 
| juillet 2001 des mesures de promotion de l'emploi et qu'il y a lieu de | de werkgelegenheid kunnen blijven genieten en dat de arbeidsplaatsen | 
| maintenir les emplois créés dans ce cadre et d'attribuer à cette fin | gecreëerd in dit kader moeten behouden blijven en met dit doel de | 
| les moyens nécessaires aux fonds sectoriels sans discontinuité, | nodige middelen aan de sectoriële fondsen zonder discontinuïteit | 
| moeten toegekend worden, | |
| Arrêtent : | Besluiten : | 
Article 1er.L'article 2 de l'arrêté ministériel du 4 mai 1999  | 
Artikel 1.Artikel 2 van het ministerieel besluit van 4 mei 1999 tot  | 
| déterminant les modalités de versement de la réduction forfaitaire, | bepaling van de modaliteiten van de storting van de forfaitaire | 
| visée à l'article 2 de l'arrêté royal du 5 février 1997 portant des | vermindering, bedoeld in artikel 2 van het koninklijk besluit van 5 | 
| februari 1997 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van | |
| mesures visant à promouvoir l'emploi dans le secteur non-marchand, aux | de tewerkstelling in de non-profit-sector, aan de sectorale fondsen | 
| fonds sectoriels du secteur non-marchand privé, modifié par les | van de privé-non-profit sector, gewijzigd bij de ministeriële | 
| arrêtés ministériels des 6 juillet 1999, 10 janvier 2000, 8 juin 2000 | besluiten van 6 juli 1999, 10 januari 2000, 8 juni 2000 en 7 maart | 
| et 7 mars 2001, est remplacé comme suit : | 2001, wordt vervangen als volgt : | 
| «  Art. 2.Pour le deuxième semestre de l'exercice 2001, l'Office  | 
«  Art. 2.Voor het tweede semester van het jaar 2001, stort de  | 
| national de sécurité sociale verse aux fonds sectoriels les montants | Rijksdienst voor sociale zekerheid aan de sectorale fondsen de | 
| suivants : | volgende bedragen : | 
| - Fonds Maribel social pour les hôpitaux privés : 48.257. 447,86 EUR; | - Fonds Sociale Maribel voor de privé-ziekenhuizen : 48.257.447,86 EUR; | 
| - Fonds Maribel social pour les maisons de repos agréées et les | - Fonds Sociale Maribel voor de erkende rusthuizen en de rust- en | 
| maisons de repos et de soins du secteur privé : 21.646.219,67 EUR; | verzorgingstehuizen van de privé-sector : 21.646.219,67 EUR; | 
| - Fonds Sociale Maribel revalidatiecentra : 1.304.580,55 EUR; | - Fonds Sociale Maribel revalidatiecentra : 1.304.580,55 EUR; | 
| - Fonds Maribel social des centres de revalidation : 502.129,41 EUR; | - Fonds Maribel social des centres de revalidation : 502.129,41 EUR; | 
| - Fonds Sociale Maribel voor de sector opvang van kinderen : | - Fonds Sociale Maribel voor de sector opvang van kinderen : | 
| 1.635.470,07 EUR; | 1.635.470,07 EUR; | 
| - Fonds Maribel social pour le secteur des milieux d'accueil d'enfants | - Fonds Maribel social pour le secteur des milieux d'accueil d'enfants | 
| : 1.183.546,54 EUR; | : 1.183.546,54 EUR; | 
| - Fonds Maribel social pour les soins à domicile : 3.873.375,94 EUR; | - Fonds Sociale Maribel voor de thuisverzorging sector : 3.873. 375,94 | 
| - Fonds Sociale Maribel voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten : | EUR; - Fonds Sociale Maribel voor de gezondheidsinrichtingen en -diensten : | 
| 2.369.911,65 EUR; | 2.369.911,65 EUR; | 
| - Fonds Maribel social pour les établissements et les services de | - Fonds Maribel social pour les établissements et les services de | 
| santé : 1.652.184,29 EUR; | santé : 1.652.184,29 EUR; | 
| - Fonds Maribel social pour les établissements et les services de | - Fonds Maribel social pour les établissements et les services de | 
| santé bicommunautaires : 1.484.634,30 EUR; | santé bicommunautaires : 1.484.634,30 EUR; | 
| - Fonds Sociale Maribel voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp | - Fonds Sociale Maribel voor de diensten voor gezins- en bejaardenhulp | 
| : 6.178.117,60 EUR; | : 6.178.117,60 EUR; | 
| - Fonds Maribel social R.W. - R.B. - C.G. : 3.040.357,02 EUR; | - Fonds Maribel social R.W. - R.B. - C.G. : 3.040.357,02 EUR; | 
| - Fonds Sociale Maribel voor de opvoedings- en | - Fonds Sociale Maribel voor de opvoedings- en | 
| huisvestingsinrichtingen van de Vlaamse Gemeenschap : 15.231.094,80 | huisvestingsinrichtingen van de Vlaamse Gemeenschap : 15.231.094,80 | 
| EUR; | EUR; | 
| - Fonds sectoriel Mirabel : 8.746.315,56 EUR; | - Fonds sectoriel Mirabel : 8.746.315,56 EUR; | 
| - Sociaal Fonds Sociale Maribel van de sociaal-culturele sector van de | - Sociaal Fonds Sociale Maribel van de sociaal-culturele sector van de | 
| Vlaamse Gemeenschap : 5.970.876,08 EUR; | Vlaamse Gemeenschap : 5.970.876,08 EUR; | 
| - Fonds social Maribel Social du secteur socioculturel des Communautés | - Fonds social Maribel Social du secteur socioculturel des Communautés | 
| française et germanophone : 5.925.154,60 EUR; | française et germanophone : 5.925.154,60 EUR; | 
| - A.S.B.L. Fonds Maribel social pour les entreprises d'insertion qui | - V.Z.W. Sociaal Maribel Fonds voor de « entreprises d'insertion » die | 
| ont le statut d'a.s.b.l. et les « sociale werkplaatsen » du secteur | de vorm van v.z.w. hebben en de sociale werkplaatsen van de privé- | 
| privé : 1.589.754,71 EUR; | sector : 1.589.754,71 EUR; | 
| - Fonds Maribel Social pour les institutions et services relevant de | - Fonds Sociale Maribel voor de instellingen en diensten behorend tot | 
| la Commission communautaire commune de la Région de Bruxelles-Capitale | de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het Brussels | 
| et ressortissant à la commission paritaire des maisons d'éducation et | Hoofdstedelijk Gewest en die ressorteren onder het paritair comité van | 
| d'hébergement : 97.445,71 EUR; | de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen : 97.445,71 EUR; | 
| - Fonds social bruxellois `Maribel social' pour la Promotion de | - Fonds social bruxellois `Maribel social' voor de bevordering van de | 
| l'Emploi dans les entreprises de travail adapté : 958.494,91 EUR; | tewerkstelling in de beschutte werkplaatsen : 958.494,91 EUR; | 
| - Vlaams Sociaal Fonds voor de bevordering van de tewerkstelling in de | - Vlaams Sociaal Fonds voor de bevordering van de tewerkstelling in de | 
| ondernemingen voor beschutte tewerkstelling : 8.742.671,77 EUR; | ondernemingen voor beschutte tewerkstelling : 8.742.671,77 EUR; | 
| - Fonds social pour la Promotion de l'Emploi dans les entreprises de | - Sociaal Fonds ter bevordering van de tewerkstelling in de beschutte | 
| travail adapté : 3.613.418,50 EUR. » | werkplaatsen : 3.613.418,50 EUR. » | 
Art. 2.L'article 2bis, alinéa premier du même arrêté, inséré par  | 
Art. 2.Artikel 2bis, eerste lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij  | 
| l'arrêté ministériel du 20 décembre 2000, est remplaçé par la | het ministerieel besluit van 20 december 2000, wordt vervangen als | 
| disposition suivante : | volgt : | 
| «  Art. 2bis.Pour le deuxième semestre de l'exercice 2001, l'Office  | 
«  Art. 2bis.Voor het tweede semester van het jaar 2001, stort de  | 
| national de sécurité sociale verse aux fonds sectoriels les montants | Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aan de sectorale fondsen bijkomend | 
| suplémentaires suivants : | de volgende bedragen : | 
| 1° Fonds maribel social pour les soins infirmiers à domicile : 1.934.313,17 EUR; | 1° Fonds Sociale Maribel voor de thuisverpleging : 1.934.313,17 EUR; | 
| 2° Fonds maribel social pour les établissements et les services de | 2° Fonds Sociale Maribel voor de bicommunautaire | 
| santé bicommunautaires : 2.579.084,23 EUR. » | gezondheidsinrichtingen en -diensten : 2.579.084,23 EUR. » | 
Art. 3.L'article figurant à la première ligne du tableau ci-dessous,  | 
Art. 3.Het artikel dat in de eerste rij van onderstaande tabel worden  | 
| se rapporte au présent arrêté ministériel. Pour les montants exprimés | vermeld, heeft betrekking op dit ministerieel besluit. Voor de | 
| en euro dans la première colonne du tableau, les montants exprimés en | bedragen die in euro worden vermeld in de eerste kolom van de tabel | 
| franc belges dans la deuxième colonne sont valables à partir du jour | gelden vanaf de dag van inwerkingtreding van dit ministerieel besluit | 
| d'entrée en vigueur du présent arrêté ministériel jusqu'au 31 décembre | tot 31 december 2001 de bedragen die in Belgische frank worden vermeld | 
| 2001. | in de tweede kolom. | 
| Pour la consultation du tableau, voir image | Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld | 
Art. 4.Le présent arrêté entre en vigueur le 1er juillet 2001.  | 
Art. 4.Dit besluit treedt in werking op 1 juli 2001.  | 
| Bruxelles, le 16 octobre 2001. | Brussel, 16 oktober 2001. | 
| La Ministre de l'Emploi, | De Minister van Werkgelegenheid, | 
| Mme L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX | 
| Le Ministre des Affaires sociales, | De Minister van Sociale Zaken, | 
| F. VANDENBROUCKE | F. VANDENBROUCKE | 
| La Ministre de la Santé publique, | De Minister van Volksgezondheid, | 
| Mme M. AELVOET | Mevr. M. AELVOET | 
| _______ | _______ | 
| Note | Nota | 
| (1) Références au Moniteur belge : | (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : | 
| Loi du 29 juin 1981, Moniteur belge du 2 juillet 1981. | Wet van 29 juni 1981, Belgisch Staatsblad van 2 juli 1981. | 
| Loi du 26 mars 1999, Moniteur belge du 1er avril 1999. | Wet van 26 maart 1999, Belgisch Staatsblad van 1 april 1999. | 
| Loi du 24 décembre 1999, Moniteur belge du 27 janvier 2000. | Wet van 24 december 1999, Belgisch Staatsblad van 27 januari 2000. | 
| Arrêté royal du 5 février 1997, Moniteur belge du 27 février 1997. | Koninklijk besluit van 5 februari 1997, Belgisch Staatsblad van 27 | 
| februari 1997. | |
| Arrêté royal du 16 avril 1998, Moniteur belge du 24 avril 1998. | Koninklijk besluit van 16 april 1998, Belgisch Staatsblad van 24 april 1998. | 
| Arrêté royal du 3 mai 1999, Moniteur belge du 9 juin 1999. | Koninklijk besluit van 3 mei 1999, Belgisch Staatsblad van 9 juni | 
| Arrêté ministériel du 4 mai 1999, Moniteur belge du 24 juin 1999. | 1999. Ministerieel besluit van 4 mei 1999, Belgisch Staatsblad van 24 juni 1999. | 
| Arrêté ministériel du 6 juillet 1999, Moniteur belge du 20 juillet | Ministerieel besluit van 6 juli 1999, Belgisch Staatsblad van 20 juli | 
| 1999. | 1999. | 
| Arrêté ministériel du 10 janvier 2000, Moniteur belge du 24 mars 2000. | Ministerieel besluit van 10 januari 2000, Belgisch Staatsblad van 24 | 
| Arrêté ministériel du 8 juin 2000, Moniteur belge du 13 juillet 2000. | maart 2000. Ministerieel besluit van 8 juni 2000, Belgisch Staatsblad van 13 juli 2000. | 
| Arrêté ministériel du 20 décembre 2000, Moniteur belge du 13 février | Ministerieel besluit van 20 december 2000, Belgisch Staatsblad van 13 | 
| 2001. | februari 2001. | 
| Arrêté ministériel du 7 mars 2001, Moniteur belge du 10 avril 2001. | Ministerieel besluit van 7 maart 2001, Belgisch Staatsblad van 10 | 
| april 2001. | |