Arrêté ministériel relatif à l'émission du bon d'Etat à 3 ans - 4 juin 2023-2026 et du bon d'Etat à 10 ans - 4 juin 2023-2033 | Ministerieel besluit betreffende de uitgifte van de Staatsbon op 3 jaar - 4 juni 2023-2026 en van de Staatsbon op 10 jaar - 4 juni 2023-2033 |
---|---|
SERVICE PUBLIC FEDERAL FINANCES | FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN |
16 JUIN 2023. - Arrêté ministériel relatif à l'émission du bon d'Etat | 16 JUNI 2023. - Ministerieel besluit betreffende de uitgifte van de |
à 3 ans - 4 juin 2023-2026 et du bon d'Etat à 10 ans - 4 juin | Staatsbon op 3 jaar - 4 juni 2023-2026 en van de Staatsbon op 10 jaar |
2023-2033 | - 4 juni 2023-2033 |
Le Ministre des Finances, | De Minister van Financiën, |
Vu la loi du 2 janvier 1991 relative au marché des titres de la dette | Gelet op de wet van 2 januari 1991 betreffende de markt van de |
publique et aux instruments de la politique monétaire, modifiée par | effecten van de overheidsschuld en het monetair |
les lois des 28 juillet 1992, 4 avril 1995, 15 juillet 1998, 28 | beleidsinstrumentarium, gewijzigd bij de wetten van 28 juli 1992, 4 |
février 2002, 15 décembre 2004, 14 décembre 2005,2 juin 2010, 25 avril | april 1995, 15 juli 1998, 28 februari 2002, 15 december 2004, 14 |
2014, 25 octobre 2016, 25 décembre 2016, 30 juillet 2018, 4 février | december 2005, 2 juni 2010, 25 april 2014, 25 oktober 2016, 25 |
2020 et 27 juin 2021, et par les arrêtés royaux des 13 juillet 2001 et | december 2016, 30 juli 2018, 4 februari 2020 en 27 juni 2021, en bij |
3 mars 2011. | de koninklijk besluiten van 13 juli 2001 en 3 maart 2011. |
Vu la loi du 26 décembre 2022 contenant le budget des Voies et Moyens | Gelet op de wet van 26 december 2022 houdende de Middelenbegroting |
de l'année budgétaire 2023, l'article 8, § 1er, 1° ; | voor het begrotingsjaar 2023, artikel 8, § 1, 1° ; |
Vu l'arrêté royal du 23 janvier 1991 relatif aux titres de la dette de | Gelet op het koninklijk besluit van 23 januari 1991 betreffende de |
l'Etat, modifié par les arrêtés royaux des 22 juillet 1991, 10 février | effecten van de Staatsschuld, gewijzigd bij de koninklijke besluiten |
1993, 26 novembre 1998, 11 juin 2001, 5 mars 2006, 26 avril 2007, 31 | van 22 juli 1991, 10 februari 1993, 26 november 1998, 11 juni 2001, 5 |
mai 2009, 18 juin 2014 et 19 novembre 2015; | maart 2006, 26 april 2007, 31 mei 2009, 18 juni 2014 en 19 november |
Vu l'arrêté royal du 9 juillet 2000 relatif à l'émission des bons | 2015; Gelet op het koninklijk besluit van 9 juli 2000 betreffende de |
d'Etat, modifié par les arrêtés royaux des 26 mai 2002, 18 février | uitgifte van de Staatsbons gewijzigd bij de koninklijke besluiten van |
2003, 31 juillet 2004, 10 novembre 2006, 23 mai 2007, 23 février 2012, | 26 mei 2002, 18 februari 2003, 31 juli 2004, 10 november 2006, 23 mei |
29 mars 2012, 17 février 2013, 28 avril 2015 et 7 avril 2017; | 2007, 23 februari 2012, 29 maart 2012, 17 februari 2013, 28 april 2015 |
en 7 april 2017; | |
Vu l'arrêté royal du 28 décembre 2022 autorisant le Ministre des | Gelet op het koninklijk besluit van 28 december 2022 dat de Minister |
Finances à poursuivre, en 2023, l'émission des emprunts dénommés | van Financiën machtigt tot voortzetting in 2023, van de uitgifte van |
"Obligations linéaires", l'émission des emprunts dénommés "Bons | de leningen genaamd "Lineaire obligaties", van de uitgifte van de |
d'Etat" ainsi que les "Euro Medium Term Notes", article 1er, 2° ; | leningen genaamd "Staatsbons", alsook van "Euro Medium Term Notes", |
Vu l'arrêté ministériel du 10 juillet 2000 relatif à l'émission des | artikel 1, 2° ; Gelet op het ministerieel besluit van 10 juli 2000 betreffende de |
bons d'Etat, modifié par les arrêtés ministériels des 21 mai 2003, 24 | uitgifte van Staatsbons gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 21 |
mai 2007 et 21 novembre 2014, | mei 2003, 24 mei 2007 en 21 november 2014, |
Arrête : | Besluit : |
Article 1er.Il est émis deux emprunts dénommés respectivement : « Bon |
Artikel 1.Er wordt overgegaan tot de uitgifte van twee leningen |
d'Etat à 3 ans » et « Bon d'Etat à 10 ans ». | respectievelijk genaamd: « Staatsbon op 3 jaar » en « Staatsbon op 10 jaar ». |
Art. 2.Le bon d'Etat à 3 ans - 4 juin 2023-2026 porte intérêt au taux |
Art. 2.De Staatsbon op 3 jaar - 4 juni 2023-2026 rent 2.50 % per jaar |
de 2.50 % l'an du 4 juin 2023 au 3 juin 2026 inclus. | vanaf 4 juni 2023 tot en met 3 juni 2026. |
Le bon d'Etat à 10 ans - 4 juin 2023-2033 porte intérêt au taux de | De Staatsbon op 10 jaar - 4 juni 2023-2033 rent 3.00 % per jaar vanaf |
3.00 % l'an du 4 juin 2023 au 3 juin 2033 inclus. | 4 juni 2023 tot en met 3 juni 2033. |
Art. 3.La souscription publique à ces bons d'Etat telle que visée à |
Art. 3.De openbare inschrijving op deze Staatsbons zoals bedoeld in |
l'article 6 de l'arrêté royal du 9 juillet 2000, est ouverte le 24 mai | artikel 6 van het koninklijk besluit van 9 juli 2000, wordt |
2023; elle est close le 2 juin 2023. La date de paiement est fixée au | opengesteld op 24 mei 2023; zij wordt afgesloten 2 juni 2023. De datum |
5 juin 2023. Le paiement est effectué intégralement en espèces. | van betaling is vastgesteld op 5 juni 2023. De betaling is volledig in speciën. |
Art. 4.Le prix d'émission du bon d'Etat à 3 ans - 4 juin 2023-2026 |
Art. 4.De uitgifteprijs van de Staatsbon op 3 jaar - 4 juni 2023-2026 |
est fixé à 100.00 % de la valeur nominale. | is vastgesteld tegen 100.00 % van de nominale waarde. |
Le prix d'émission du bon d'Etat à 10 ans - 4 juin 2023-2033 est fixé | De uitgifteprijs van de Staatsbon op 10 jaar - 4 juni 2023-2033 is |
à 100.00 % de la valeur nominale. | vastgesteld tegen 100.00 % van de nominale waarde. |
Art. 5.Le présent arrêté produit ses effets le 24 mai 2023. |
Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking op 24 mei 2023. |
Bruxelles, le 16 juin 2023. | Brussel, 16 juni 2023. |
V. VAN PETEGHEM | V. VAN PETEGHEM |