← Retour vers "Arrêté ministériel désignant les supérieurs hiérarchiques compétents au Service public fédéral Sécurité sociale et pour faire les propositions provisoires en matière de peines disciplinaires "
Arrêté ministériel désignant les supérieurs hiérarchiques compétents au Service public fédéral Sécurité sociale et pour faire les propositions provisoires en matière de peines disciplinaires | Ministerieel besluit tot aanwijzing van de hiërarchische meerderen die bij de Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid bevoegd zijn om de voorlopige voorstellen te doen inzake tuchtstraffen |
---|---|
SERVICE PUBLIC FEDERAL SECURITE SOCIALE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID |
11 FEVRIER 2003. - Arrêté ministériel désignant les supérieurs | 11 FEBRUARI 2003. - Ministerieel besluit tot aanwijzing van de |
hiérarchiques compétents au Service public fédéral Sécurité sociale et | hiërarchische meerderen die bij de Federale Overheidsdienst Sociale |
pour faire les propositions provisoires en matière de peines | Zekerheid bevoegd zijn om de voorlopige voorstellen te doen inzake |
disciplinaires | tuchtstraffen |
Le Ministre des Affaires sociales et des Pensions, | De Minister van Sociale Zaken en Pensioenen |
Vu l'arrêté royal du 2 octobre 1937 portant le statut des agents de | Gelet op het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het |
statuut van het rijkspersoneel, inzonderheid op artikel 78, gewijzigd | |
l'Etat, notamment l'article 78, modifié par l'arrêté royal du 5 | bij het koninklijk besluit van 5 september 2002; |
septembre 2002; Vu l'avis du Comité de direction, donné le 10 février 2003; | Gelet op het advies van het Directiecomité, gegeven op 10 februari 2003; |
Vu le protocole du 11 février 2003 dans lequel sont consignées les | Gelet op het protocol van 11 februari 2003 waarin de conclusies van de |
conclusions de la négociation menée au sein du Comité de Secteur XII - | onderhandeling gevoerd in het Sectorcomité XII - Sociale Zaken zijn |
Affaires sociales; | vermeld; |
Vu les lois sur le Conseil d'Etat, coordonnées par l'arrêté royal du | |
12 janvier 1973, notamment l'article 3, § 1er, modifié par les lois du | Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari |
1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli | |
4 juillet 1989 et du 4 août 1996; | 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996; |
Vu l'urgence; | Gelet op de dringende noodzakelijkheid; |
Considérant qu'il est nécessaire de garantir la sécurité des | Overwegende dat het noodzakelijk is de continuïteit van de |
procédures disciplinaires; | tuchtprocedure te garanderen; |
Sur la proposition de Notre Ministre des Affaires sociales et des Pensions, | Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Pensioenen, |
Arrête : | Besluit : |
Article 1er.Sont compétents pour établir les propositions de peines |
Artikel 1.Voor de personeelsleden die onder hun gezag staan, zijn de |
disciplinaires concernant le personnel relevant de leur autorité, les | volgende hiërarchische meerderen bevoegd om een voorlopig voorstel van |
supérieurs hiérarchiques suivants : | tuchtstraf op te maken : |
1. pour les fonctionnaires du niveau 1, titulaires d'un grade de rang | 1. voor de ambtenaren van niveau 1, titularis van een graad van rang |
15 ou 13 : le supérieur hiérarchique au moins titulaire d'une fonction | 15, of 13 : de hiërarchische meerdere, titularis van tenminste een |
de management N-2 ou d'une fonction d'encadrement; | managementfunctie N-2 of van een staffunctie; |
2. pour le fonctionnaires du niveau 1, titulaires d'un grade de rang | 2. voor de ambtenaren van niveau 1, titularis van een graad van rang |
10 : le supérieur hiérarchique titulaire ou exerçant une fonction de | 10 : de hiërarchische meerdere, titularis van of belast met een ambt |
rang 13 au moins; | van een graad van ten minste rang 13; |
3. pour les agents des niveaux B, C ou D : le supérieur hiérarchique | 3. voor de personeelsleden van de niveaus B, C en D : de hiërarchische |
titulaire d'un grade du rang 10 au moins, comptant une ancienneté de | meerdere, titularis van een graad van ten minste rang 10, die ten |
grade de trois ans au moins. | minste drie jaar graadanciënniteit telt. |
Art. 2.A titre transitoire, lorsqu'une des fonctions de management ou |
Art. 2.Als overgangsmaatregel, wanneer een van de management- of |
d'encadrement est dépourvue de titulaire, le supérieur hiérarchique | staffuncties geen titularis heeft, is de bevoegde hiërarchische |
compétent est un agent de rang 16 désigné par le Président du Comité | meerdere een ambtenaar van rang 16 aangewezen door de Voorzitter van |
de direction. | het Directiecomité. |
Art. 3.Le présent arrêté produit ses effets le 15 octobre 2002. |
Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 15 oktober 2002. |
Bruxelles, le 11 février 2003. | Brussel, 11 februari 2003. |
F. VANDENBROUCKE | F. VANDENBROUCKE |