← Retour vers "Arrêté ministériel dérogeant à l'obligation d'occuper des conventions premier emploi pour les entreprises qui, pour leurs ouvriers, relèvent de la compétence de la Commission paritaire de l'ameublement et de l'industrie transformatrice du bois "
| Arrêté ministériel dérogeant à l'obligation d'occuper des conventions premier emploi pour les entreprises qui, pour leurs ouvriers, relèvent de la compétence de la Commission paritaire de l'ameublement et de l'industrie transformatrice du bois | Ministerieel besluit houdende vrijstelling van de verplichting om startbaanovereenkomsten aan te werven voor de ondernemingen die voor hun werklieden vallen onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking |
|---|---|
| MINISTERE DE L'EMPLOI ET DU TRAVAIL | MINISTERIE VAN TEWERKSTELLING EN ARBEID |
| 6 MAI 2002. - Arrêté ministériel dérogeant à l'obligation d'occuper | 6 MEI 2002. - Ministerieel besluit houdende vrijstelling van de |
| des conventions premier emploi pour les entreprises qui, pour leurs | verplichting om startbaanovereenkomsten aan te werven voor de |
| ouvriers, relèvent de la compétence de la Commission paritaire de | ondernemingen die voor hun werklieden vallen onder de bevoegdheid van |
| l'ameublement et de l'industrie transformatrice du bois (1) | het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking (1) |
| La Ministre de l'Emploi, | De Minister van Werkgelegenheid, |
| Vu la loi du 24 décembre 1999 en vue de la promotion de l'emploi, | Gelet op de wet van 24 december 1999 ter bevordering van de |
| notamment l'article 42, modifié par la loi du 5 septembre 2001; | werkgelegenheid, inzonderheid op artikel 42, gewijzigd bij de wet van 5 september 2001; |
| Vu l'arrêté royal du 30 mars 2000 d'exécution des articles 23, § 3, | Gelet op het koninklijk besluit van 30 maart 2000 tot uitvoering van |
| 32, alinéa 2 et 3, 33, § 2, alinéa 3, 34, 36, 37, § 1er, 1°, 39, § 4, | de artikelen 23, § 3, 32, tweede en derde lid, 33, § 2, derde lid, 34, |
| alinéa 2 et § 5, alinéa 2, 42, § 2, 44, § 4, alinéa 3, 46, alinéa 1er, | 36, 37, § 1, 1°, 39, § 4, tweede lid, en § 5, tweede lid, 42, § 2, 44, |
| 47, § 4, alinéas 1er et 4 de la loi du 24 décembre 1999 en vue de la | § 4, derde lid, 46, eerste lid, 47, § 4, eerste en vierde lid, van de |
| wet van 24 december 1999 ter bevordering van de werkgelegenheid, | |
| promotion de l'emploi, notamment l'article 10, modifiié par l'arrêté | inzonderheid op het artikel 10, gewijzigd bij het koninklijk besluit |
| royal du 21 janvier 2002; | van 21 januari 2002; |
| Vu la convention collective de travail du 25 avril 2001 au sujet de la | Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 april 2001 |
| formation permanente des ouvriers et des initiatives de formation en | betreffende de permanente vorming van de arbeiders en de |
| faveur des groupes à risque, conclue au sein de la Commission | opleidingsinitiatieven ten voordele van de risicogroepen, gesloten in |
| paritaire de l'ameublement et de l'industrie transformatrice du bois; | de schoot van het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking; |
| Vu la demande de la Commission paritaire de l'ameublement et de | Gelet op de vraag van het Paritair Comité voor de stoffering en de |
| l'industrie transformatrice du bois du 26 septembre 2001; | houtbewerking van 26 september 2001; |
| Vu la proposition du Comité de gestion de l'Office national de | Gelet op het voorstel van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor |
| l'Emploi émis le 7 février 2002, | Arbeidsvoorziening gegeven op 7 februari 2002, |
| Arrête : | Besluit : |
Article 1er.Les employeurs qui pour leurs ouvriers ressortissent à la |
Artikel 1.De werkgevers, die voor hun werklieden, onder de |
| compétence de la Commission paritaire de l'ameublement et de | bevoegdheid van het Paritair Comité voor de stoffering en de |
| l'industrie transformatrice du bois sont, en vertu de l'article 42 de | houtbewerking vallen worden, overeenkomstig artikel 42 van de wet van |
| la loi du 24 décembre 1999 en vue de la promotion de l'emploi, | 24 december 1999 ter bevordering van de werkgelegenheid, vrijgesteld |
| exemptés de l'obligation d'occuper des nouveaux travailleurs avec une | van de verplichting nieuwe werknemers in dienst te nemen met een |
| convention premier emploi pour la période du 1er janvier 2001 au 31 | startbaanovereenkomst aan te werven voor de periode van 1 januari 2001 |
| décembre 2002. | tot en met 31 december 2002. |
| La présente dispense ne s'applique pas aux employeurs qui, ayant | Deze vrijstelling is niet van toepassing op de ondernemingen die een |
| conclu avec le Ministre de l'Emploi une convention pour l'emploi des | overeenkomst voor de tewerkstelling van jongeren, gebaseerd op artikel |
| jeunes fondée sur l'article 41 de la loi du 24 décembre 1999 précitée, | 41 van bovengenoemde wet van 24 december 1999, met de Minister van |
| demandent expressément à en être exclues. | Werkgelegenheid hebben gesloten en die uitdrukkelijk vragen om van die |
| vrijstelling uitgesloten te zijn. | |
Art. 2.Le présent arrêté produit ses effets le 1er janvier 2001. |
Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2001. |
| Mme L. ONKELINX | Mevr. L. ONKELINX |
| _______ | _______ |
| Note | Nota |
| (1) Références au Moniteur belge : | (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : |
| Loi du 24 décembre 1999, Moniteur belge du 27 janvier 2000; | Wet van 24 december 1999, Belgisch Staatsblad van 27 januari 2000; |
| Loi du 5 septembre 2001, Moniteur belge du 15 septembre 2001; | Wet van 5 september 2001, Belgisch Staatsblad van 15 september 2001; |
| Arrëté royal du 30 mars 2000, Moniteur belge du 31 mars 2000; | Koninklijk besluit van 30 maart 2000, Belgisch Staatsblad van 31 maart 2000; |
| Arrêté royal du 21 janvier 2002, Moniteur belge du 7 février 2002. | Koninklijk besluit van 21 januari 2002, Belgisch Staatsblad van 7 |
| februari 2002. | |