← Retour vers "Arrêté ministériel portant nomination des membres du Comité d'évaluation visé à l'art. 6 de l'arrêté royal du 30 novembre 2003 fixant les conditions d'octroi de subsides à la recherche scientifique en matière de sécurité alimentaire, de politique sanitaire et de bien-être animal "
| Arrêté ministériel portant nomination des membres du Comité d'évaluation visé à l'art. 6 de l'arrêté royal du 30 novembre 2003 fixant les conditions d'octroi de subsides à la recherche scientifique en matière de sécurité alimentaire, de politique sanitaire et de bien-être animal | Ministerieel besluit tot benoeming van de leden van het Beoordelingscomité voorzien in art. 6 van het koninklijk besluit van 30 november 2003 tot vaststelling van de voorwaarden van toekenning van de toelagen voor het wetenschappelijk onderzoek inzake voedselveiligheid, sanitair beleid en dierenwelzijn |
|---|---|
| SERVICE PUBLIC FEDERAL SANTE PUBLIQUE, SECURITE DE LA CHAINE | FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE |
| ALIMENTAIRE ET ENVIRONNEMENT | VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU |
| 3 MAI 2004. - Arrêté ministériel portant nomination des membres du | 3 MEI 2004. - Ministerieel besluit tot benoeming van de leden van het |
| Comité d'évaluation visé à l'art. 6 de l'arrêté royal du 30 novembre | Beoordelingscomité voorzien in art. 6 van het koninklijk besluit van |
| 2003 fixant les conditions d'octroi de subsides à la recherche | 30 november 2003 tot vaststelling van de voorwaarden van toekenning |
| scientifique en matière de sécurité alimentaire, de politique | van de toelagen voor het wetenschappelijk onderzoek inzake |
| sanitaire et de bien-être animal | voedselveiligheid, sanitair beleid en dierenwelzijn |
| Le Ministre des Affaires sociales et de la Santé publique, | De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, |
| Vu l'arrêté royal du 30 novembre 2003 fixant les conditions d'octroi | Gelet op het koninklijk besluit van 30 november 2003 tot vaststelling |
| van de voorwaarden tot toekenning van de toelagen voor het | |
| wetenschappelijk onderzoek inzake voedselveiligheid, sanitair beleid | |
| des subsides à la recherche scientifique en matière de sécurité | en dierenwelzijn, inzonderheid op art.6; Gelet op het ministerieel besluit tot instelling van het |
| alimentaire, de politique sanitaire et de bien-être animal, notamment | Beoodelingscomité voorzien in artikel 6 van het Koninklijk besluit van |
| l'art 6; Vu l'arrêté ministériel du 30 mars 2004 instituant le Comité | 30 maart 2004 tot vaststelling van de voorwaarden van toekenning van |
| d'évaluation visé à l'article 6 de l'arrêté royal du 30 novembre 2004 | |
| fixant les conditions d'octroi de subsides à la recherche scientifique | de toelagen voor wetenschappelijk onderzoek inzake voedselveiligheid, |
| en matière de sécurité alimentaire, de politique sanitaire et de bien-être animal, notamment les articles 3 et 5; | sanitair beleid en dierenwelzijn, inzonderheid op de artikelen 3 en 5; |
| Vu la loi du 20 juillet 1990 visant à promouvoir la présence | Gelet op de wet van 20 juli 1990 ter bevordering van de evenwichtige |
| équilibrée d'hommes et de femmes dans les organes possédant une | aanwezigheid van mannen en vrouwen in organen met adviserende |
| compétence d'avis, notamment les articles 2 et 2bis, tels que modifiés | bevoegdheid, inzonderheid op de artikelen 2 en 2bis, zoals gewijzigd |
| par la loi du 17 juillet 1997; | bij de wet van 17 juli 1997; |
| Considérant que l'Agence Fédérale pour la Sécurité de la Chaîne | Overwegend dat het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de |
| Alimentaire, le Conseil interuniversitaire de la Communauté française, | Voedselketen, de « Conseil interuniversitaire de la Communauté |
| le « Vlaamse Interuniversitaire Raad » et le directorat-général | française », de Vlaamse Interuniversitaire Raad en het directoraat |
| Animaux, Végétaux et Alimentation du SPF Santé Publique, Sécurité de | generaal Dier,Plant en Voeding van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid |
| la Chaîne alimentaire et Environnement ont motivé conformément à l'art. 2 § 2 de la loi précitée, l'impossibilité de présenter, pour chaque mandat, la candidature d'au moins un homme et une femme par le fait qu'il n'existe pas, en leur sein, un nombre suffisant de personnes de sexe féminin disposant à la fois l'expertise et au niveau de responsabilité qui sont nécessaires pour représenter valablement ces instances; Considérant que les propositions faites par les instances appelées à proposer des candidatures comme membres du Comité d'évaluation ne comportent pas le nombre minimum de personnes de sexe féminin qui permettrait de satisfaire à la condition de l'article 2 bis § 1er de la loi précitée; Considérant que le Ministre chargé de la Politique d'égalité des chances entre hommes et femmes a été informé de l'impossibilité de remplir la condition de l'article 2bis,§ 1er, de la loi précitée ainsi | van de Voedselketen en Leefmilieu, overeenkomstig art. 2 § 2 van vermelde wet, de onmogelijkheid hebben gemotiveerd de kandidatuur van minstens één man en één vrouw per mandaat voor te dragen, door het feit dat er een onvoldoende aantal personen van het vrouwelijke geslacht in hun schoot voorhaanden is die eigenlijk beschikken over de deskundigheid en het verantwoordelijkheidsniveau die noodzakelijk zijn om deze instanties geldig te vertegenwoordigen; Overwegend dat de voorstellen uitgebracht door de instanties die geroepen zijn kandidaturen als lid voor het Beoordelingscomité voor te dragen, niet het minimum aantal personen van het vrouwelijke geslacht bevatten, waardoor zou voldaan worden aan de voorwaarden van artikel 2bis § 1, van voormelde wet; Overwegend dat de Minister bevoegd voor het Beleid van gelijke kansen |
| que des raisons de cette impossibilité, en date du 25 novembre 2003, | voor mannen en vrouwen op 25 november 2003.op de hoogte werd gebracht |
| van de onmogelijkheid om aan de voorwaarden te voldoen van artikel | |
| 2bis, § 1, van voormelde wet alsmede van de redenen van deze | |
| onmogelijkheid, | |
| Arrête : | Besluit : |
Article 1er.Sont nommés membres du Comité d'évaluation |
Artikel 1.Worden benoemd tot leden van het Beoordelingscomité |
| 1° comme représentants du « Vlaamse interuniversitaire Raad » | 1° als vertegenwoordigers van de Vlaamse interuniversitaire Raad |
| -Prof. G. GODDEERIS, ayant pour suppléant le prof. Ch. MICHIELS | -Prof. G. GODDEERIS, met als plaatsvervanger prof. Ch. MICHIELS |
| - Prof. Ch. VAN GINNEKEN, ayant pour suppléant le prof. P. BOLS | - Prof. Ch. VAN GINNEKEN, met als plaatsvervanger prof. P. BOLS |
| - Prof. R. DUCATELLE, ayant pour suppléant le prof. J. DEBEVERE | - Prof. R. DUCATELLE met als plaatsvervanger prof. J. DEBEVERE |
| - Prof. W. BAEYENS, ayant pour suppléant le prof. L. GOEYENS | - Prof. W. BAEYENS, met als plaatsvervanger prof. L. GOEYENS |
| 2° comme représentants du Conseil interuniversitaire de la Communauté | 2° als vertegenwoordigers van de « Conseil interuniversitaire de la |
| française | Communauté française » |
| - Prof. G. MAGHUIN-ROGISTER, ayant pour suppléant le prof. A. LINDEN | - Prof. G. MAGHUIN-ROGISTER, met als plaatsvervanger prof. A. LINDEN |
| - Prof. J. MAHILLON, ayant pour suppléant le prof. J.J. LETESSON | - Prof. J. MAHILLON, met als plaatsvervanger prof. J.J. LETESSON |
| - Prof. M.H. ANTOINE, ayant pour suppléant le prof P. RASMON. | - Prof. M.H. ANTOINE, met als plaatsvervanger prof. P. RASMONT |
| - Prof. Cl. DEROANNE, ayant pour suppléant le prof. R.RENAVILLE | - Prof. Cl. DEROANNE, met als plaatsvervanger prof. R. RENAVILLE |
| 3° comme représentants de l'Agence Fédérale pour la Sécurité de la | 3° als vertegenwoordigers van het Federaal Agentschap voor de |
| Chaîne alimentaire | Veiligheid van de Voeselketen. |
| - M. G. DE POORTER, ayant pour suppléant Mme J. DUCULOT | - Mijnheer G. DE POORTER, met als plaatsvervanger Mevr. J. DUCULOT |
| - M. W.VAN ORMELINGEN, ayant pour suppléant M. L. MOHIMONT | - Mijnheer W. VAN ORMELINGEN, met als plaatsvervanger de heer L. |
| - M. A. RASKIN ayant pour suppléant M. CL. SAEGERMAN | MOHIMONT - Mijnheer A. RASKIN met als plaatsvervanger de heer CL. SAEGERMAN |
| 4° comme représentants du directorat général Animaux, Végétaux et | 4° als vertegenwoordigers van het directoraat generaal Dier, Plant en |
| Alimentation du SPF Santé publique, Sécurité de la Chaîne alimentaire | Voeding van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en |
| et Environnement | Leefmilieu. |
| - Mme CH. VINKX, ayant pour suppléant M. S. GOUX | - Mevr. CH. VINKX, met als plaatsvervanger de heer S. GOUX |
| - M. B. HOET, ayant pour suppléant M. E. VAN TILBURGH | - Mijnheer B. HOET, met als plaatsvervanger de heer E. VAN TILBURGH |
| - M. L. LENGELE, ayant pour suppléant Mme CH. DUBOIS | - Mijnheer L. LENGELE, met als plaatsvervanger Mevr. CH. DUBOIS |
Art. 2.M. D. CUYPERS, président du SPF Santé publique, Sécurité de la |
Art. 2.De heer D. CUYPERS, voorzitter van de FOD Volksgezondheid, |
| Chaîne alimentaire et Environnement, est nommé président du Comité | Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, wordt benoemd tot |
| d'évaluation.En cas d'empêchement de M. D.CUYPERS, la présidence sera | voorzitter van het Beoordelingscomité. In geval de heer D. CUYPERS |
| assurée par M. L. LENGELE. | belet is, zal het voorzitterschap door de heer L. LENGELE waargenomen |
Art. 3.Le présent arrêté entre en vigueur le 1er septembre 2003 |
worden. Art. 3.Dit besluit treedt in werking op 1 september 2003 |
| Bruxelles, le 3 mai 2004. | Brussel, 3 mei 2004. |
| R. DEMOTTE | R. DEMOTTE |