Arrêté du Gouvernement wallon réglementant l'emploi des armes à feu et de leurs munitions en vue de l'exercice de la chasse, ainsi que certains procédés ou techniques de chasse | Besluit van de Waalse Regering houdende regeling van het gebruik van vuurwapens en munitie met het oog op het uitoefenen van de jacht, alsmede van enkele jachtprocessen of -technieken |
---|---|
MINISTERE DE LA REGION WALLONNE 22 SEPTEMBRE 2005. - Arrêté du Gouvernement wallon réglementant l'emploi des armes à feu et de leurs munitions en vue de l'exercice de la chasse, ainsi que certains procédés ou techniques de chasse Le Gouvernement wallon, | MINISTERIE VAN HET WAALSE GEWEST 22 SEPTEMBER 2005. - Besluit van de Waalse Regering houdende regeling van het gebruik van vuurwapens en munitie met het oog op het uitoefenen van de jacht, alsmede van enkele jachtprocessen of -technieken De Waalse Regering, |
Vu la convention Benelux en matière de chasse et de protection des | Gelet op de Benelux-overeenkomst op het gebied van de jacht en de |
oiseaux, signée à Bruxelles le 10 juin 1970 et approuvée par la loi du | vogelbescherming, ondertekend te Brussel op 10 juni 1970 en |
29 juillet 1971, notamment l'article 4, modifié par le protocole signé | goedgekeurd door de wet van 29 juli 1971, inzonderheid op artikel 4 |
à Luxembourg le 20 juin 1977 et approuvé par la loi du 20 avril 1982; | gewijzigd bij het protocol ondertekend te Luxemburg op 20 juni 1977 en |
Vu la directive du Conseil des Communautés européennes du 20 avril | goedgekeurd door de wet van 20 april 1982; Gelet op Richtlijn (79/409/EEG) van de Raad van de Europese |
1979 concernant la conservation des oiseaux sauvages (79/409/CEE), | Gemeenschappen van 20 april 1979 betreffende de bescherming van |
notamment l'article 8; | wildvogels, inzonderheid op artikel 8; |
Vu la convention du 23 juin 1979 sur la conservation des espèces | Gelet op de overeenkomst van 23 juni 1979 inzake de instandhouding van |
migratrices appartenant à la faune sauvage, approuvée par la loi du 27 | migrerende wilde diersoorten, goedgekeurd bij de wet van 27 april |
avril 1990; | 1990; |
Vu la décision M(83)17 du Comité des Ministres du 24 septembre 1984 | Gelet op beschikking M(83) 17 van het Comité van Ministers van 24 |
portant énumération limitative des fusils et des munitions à utiliser | september 1984 strekkende tot de limitatieve opsomming van de te |
pour la chasse aux différentes espèces de gibier; | bezigen wapens en munitie bij de jacht op de onderscheiden |
Vu la décision M(96)8 du Comité des Ministres du 2 octobre 1996, | wildsoorten; Gelet op beschikking M(96)8 van het Comité van Ministers van 2 oktober |
complétée par la décision M(98)4 du Comité des Ministres du 17 décembre 1998; | 1996, aangevuld bij beschikking M(98)4 van het Comité van Ministers van 17 december 1998; |
Vu l'accord sur la conservation des oiseaux d'eau migrateurs | Gelet op de overeenkomst inzake de bescherming van |
d'Afrique-Eurasie, entré en vigueur le 1er novembre 1999, notamment le | Afrikaans-Euraziatisch watervogels, die op 1 november 1999 in werking |
point 4.1.4 de son plan d'action; | is getreden, inzonderheid op punt 4.1.4 van haar actieplan; |
Vu la loi du 28 février 1882 sur la chasse, notamment l'article 7, | Gelet op de jachtwet van 28 februari 1882, inzonderheid op artikel 7, |
remplacé par le décret du 14 juillet 1994 et modifié par celui du 6 | vervangen bij het decreet van 14 juli 1994 en gewijzigd bij het |
décembre 2001, ainsi que l'article 9bis, § 1er, inséré par le décret | decreet van 6 december 2001, en artikel 9bis, § 1, ingevoegd bij het |
du 14 juillet 1994; | decreet van 14 juli 1994; |
Vu l'arrêté de l'Exécutif régional wallon du 4 juin 1987 réglementant | Gelet op het besluit van de Waalse Gewestexecutieve van 4 juni 1987 |
l'emploi des armes à feu et de leurs munitions en vue de l'exercice de | houdende regeling van het gebruik van vuurwapens en van hun munitie |
la chasse en Région wallonne; | met het oog op het uitoefenen van de jacht in het Waalse Gewest; |
Vu l'arrêté du Gouvernement wallon du 18 octobre 2002 permettant la | Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 18 oktober 2002 |
destruction de certaines espèces de gibier; | waarbij de vernietiging van sommige soorten wild mogelijk gemaakt wordt; |
Vu la concertation des Etats Benelux en date du 20 avril 2005; | Gelet op het overleg van de Benelux-Staten van 20 april 2005; |
Vu l'avis du Conseil supérieur wallon de la chasse, donné le 22 juin | Gelet op het advies van de Waalse Hoge Jachtraad, gegeven op 22 juni |
2005; | 2005; |
Vu la délibération du Gouvernement wallon le 20 juillet 2005 sur la | Gelet op de beraadslaging van de Waalse Regering van 20 juli 2005 over |
demande d'avis à donner par le Conseil d'Etat dans un délai ne | het verzoek om adviesverlening door de Raad van State binnen hoogstens |
dépassant pas un mois; | één maand; |
Vu l'avis 38.929/2/V du Conseil d'Etat, donné le 24 août 2005 en | Gelet op het advies van de Raad van State nr. 38.929/2/V, gegeven op |
application de l'article 84, alinéa 1er, 1°, des lois coordonnées sur | 24 augustus 2005, overeenkomstig artikel 84, eerste lid, 1°, van de |
le Conseil d'Etat; | gecoördineerde wetten op de Raad van State; |
Sur la proposition du Ministre de l'Agriculture, de la Ruralité, de | Op de voordracht van de Minister van Landbouw, Landelijke |
l'Environnement et du Tourisme; | Aangelegenheden, Leefmilieu en Toerisme; |
Après délibération, | Na beraadslaging, |
Arrête : | Besluit : |
CHAPITRE Ier. - De l'emploi des armes à feu et de leurs munitions en | HOOFDSTUK I. - Gebruik van vuurwapens en munitie met het oog op het |
vue de l'exercice de la chasse | uitoefenen van de jacht |
Article 1er.Seules les armes à feu suivantes peuvent être utilisées |
Artikel 1.Voor het uitoefenen van de jacht mogen alleen de |
en vue de l'exercice de la chasse : | onderstaande vuurwapens worden gebruikt : |
1° les fusils à canon(s) lisse(s) d'un calibre 24 minimum et 12 | 1° geweren met gladde loop (lopen) met een minimum en maximum kaliber |
maximum; | van respectievelijk "24" en "12"; |
2° les carabines à canon(s) rayé(s) d'un calibre nominal d'au moins | 2° karabijnen met getrokken loop (lopen) met een nominaal kaliber van |
.22 ou 5,58 mm; | ten minste 22 of 5,58 mm; |
3° les armes mixtes de calibres identiques à ceux qui sont mentionnés | 3° gemengde wapens met hetzelfde kaliber dan dit vermeld in de punten |
aux points 1° et 2°. | 1° en 2°. |
Il est toutefois interdit d'utiliser : | Worden evenwel verboden : |
1° des armes automatiques; | 1° de automatische geweren; |
2° des armes semi-automatiques dont la capacité du chargeur ou du | 2° de semi-automatische geweren waarvan het magazijn meer dan twee |
magasin est supérieure à deux cartouches; | patronen kan bevatten; |
3° des armes munies de sources lumineuses artificielles ou de | 3° de geweren voorzien van kunstmatige lichtbronnen of van |
dispositifs pour éclairer la cible; | voorzieningen om de prooi te verlichten; |
4° des armes munies d'un dispositif de visée comportant un | 4° de geweren voorzien van een visier met een beeldomzetter of een |
convertisseur d'image ou un amplificateur d'image électronique ou tout | elektronische beeldversterker of elk ander instrument om 's nachts te |
autre dispositif pour tirer la nuit; | schieten; |
5° des armes munies d'un silencieux. | 5° de geweren voorzien van een geluiddemper. |
Art. 2.Pour le tir du grand gibier, seules peuvent être utilisées les |
Art. 2.Voor het schieten van het grof wild kunnen alleen |
balles de carabine dont le calibre nominal est d'au moins 6,5 mm et | karabijnkogels gebruikt worden, waarvan het nominale kaliber minstens |
qui développent à 100 m de la bouche du canon une énergie d'au moins 2 | 6,5 mm is en die op 100 m van de loopmond een energie kleiner dan 2 |
200 joules. | 200 joules ontwikkelen. |
Par dérogation à l'alinéa 1er, il est permis d'utiliser : | In afwijking van het eerste lid kunnen de volgende kogels worden |
1° pour le tir du chevreuil à l'approche et à l'affût : des balles de | gebruikt : 1° voor de bersjacht of de loerjacht op de reebok : karabijnkogels |
carabine dont le calibre nominal est d'au moins 5,58 mm et qui | waarvan het nominale kaliber minstens 5,58 mm is en die op 100 m van |
développent à 100 m de la bouche du canon une énergie d'au moins 980 | de loopmond een energie kleiner dan 980 joules ontwikkelen; |
joules; 2° pour le tir de tout grand gibier en battue : des balles de fusil à | 2° voor de drijfjacht op grof wild : kogelpatronen voor gladde loop |
canon lisse d'un calibre 12, 16 ou 20, déformables à l'impact. | van het kaliber 12, 16 en 20, die op de inslag deformeerbaar zijn. |
Art. 3.Pour le tir du petit gibier et du gibier d'eau, seules peuvent |
Art. 3.Voor het schieten op het klein wild en op het waterwild kunnen |
être utilisées les cartouches à grains métalliques dont le diamètre | alleen hagelpatronen gebruikt worden, waarvan de doorsnede van de |
est inférieur ou égal à 3,5 mm. | korrelgrootte van de hagel kleiner dan of gelijk aan 3,5 mm is. |
Pour le tir du gibier d'eau, l'emploi de la grenaille de plomb est | Voor het schieten van het waterwild is het gebruik van hagelpatronen |
interdit dans et à moins de 50 mètres des marais, lacs, étangs, | verboden op minder dan 50 meter van de moerassen, meren, vijvers, |
réservoirs, fleuves, rivières et canaux. L'utilisation de cartouches à | bekkens, waterlopen, rivieren en kanalen. Het gebruik van |
plombs nickelés reste autorisée. | hagelpatronen met nikkel blijft toegelaten. |
Art. 4.Pour le tir de l'autre gibier, seules les munitions suivantes |
Art. 4.Voor het schieten op het overige wild kunnen alleen de |
peuvent être utilisées : | volgende munities worden gebruikt : |
1° les cartouches à grains métalliques dont le diamètre est inférieur | 1° hagelpatronen waarvan de korrelgrootte van de hagel een doorsnede |
ou égal à 4 mm; | gelijk aan of kleiner dan 4 mm is. |
2° des balles de fusil ou de carabine. | 2° patronen van geweer of karabijn. |
Art. 5.Pour le tir à balle du gibier à l'aide d'une carabine, il est |
Art. 5.Voor het schieten van wild met een karabijn is het verboden de |
interdit d'utiliser : | volgende kogels te gebruiken : |
1° des projectiles militaires, en ce compris les projectiles au | 1° militaire kogels, met inbegrip van fosfor- en lichtspoorkogels; |
phosphore et les projectiles traçants; | |
2° des projectiles gainés; | 2° patronen met volmantel; |
3° des projectiles non expansifs. | 3° kogels die niet vervormen bij het treffen. |
CHAPITRE II. - De l'achèvement du grand gibier blessé | HOOFDSTUK II. - Het afmaken van het gewond grof wild |
Art. 6.L'achèvement du grand gibier blessé se fait à balle |
Art. 6.Het afmaken van het gewond grof wild geschiedt met kogels |
conformément aux conditions fixées aux articles 1er, 2 et 5. | overeenkomstig de in de artikelen 1, 2 en 5 bedoelde voorwaarden. |
Art. 7.Par dérogation à l'article 6, il est toutefois permis : |
Art. 7.In afwijking van artikel 6 : |
1° au titulaire d'un permis ou d'une licence de chasse ainsi qu'aux | 1° mogen de houder van een jachtvergunning of de personen bedoeld in |
personnes visées à l'article 14, § 1er, alinéa 2, de la loi du 28 | artikel 14, § 1, tweede lid, van de jachtwet van 28 februari 2002 |
février 1882 sur la chasse, d'utiliser un couteau pour achever un | evenwel een mes gebruiken om een gewond grof wild af te maken; |
grand gibier blessé; 2° au conducteur d'un chien de sang d'utiliser ou de faire utiliser | 1° mag de leider van een bloedhond een pantserjachtkogel gebruiken of |
par son accompagnateur titulaire d'un permis ou d'une licence de | die kogel door zijn begeleider die houder is van jachtvergunning, |
chasse, une balle de chasse blindée pour achever un grand gibier | laten gebruiken om een gewond grof wild af te maken. |
blessé. CHAPITRE III. - De l'utilisation des chiens, appeaux, leurres et | HOOFDSTUK III. - Gebruik van honden, lokmiddelen en lokvogels tijdens |
appelants lors de l'exercice de la chasse | de uitoefening van de jacht |
Art. 8.L'usage du chien lévrier est interdit tant pour la chasse que |
Art. 8.Het gebruik van hazewinden is verboden zowel voor de jacht als |
pour la recherche de tout gibier. | voor het zoeken naar welk soort wild ook. |
Art. 9.L'usage du chien lors de l'exercice de la chasse est interdit |
Art. 9.De jacht met hond is verboden tussen 1 maart en 31 juli. Het |
entre 1er mars et le 31 juillet. Toutefois, l'usage d'un chien de sang | gebruik van een aan de leidband gebonden bloedhond wordt nochtans |
tenu à la longe reste autorisé en vue de rechercher et de suivre la | toegelaten met het oog op het zoeken en het volgen van het spoor van |
piste d'un gibier blessé. Le chien peut être libéré de sa longe afin | het gewonde wild. De hond mag vrijgelaten worden om het gewonde wild |
d'immobiliser le gibier blessé. | onbeweeglijk te maken. |
Art. 10.L'usage du furet est interdit, sauf pour la chasse au lapin. |
Art. 10.Het gebruik van het fret is verboden behalve voor konijnjacht. |
Art. 11.L'usage de l'appeau est interdit, sauf pour la chasse à |
Art. 11.Het gebruik van lokvogels is verboden behalve voor de bers- |
l'approche et à l'affût du brocard, du chat haret, du renard ainsi que | en loerjacht op de reebok, de wild geworden kat, de vos alsmede voor |
pour la chasse au canard colvert et au pigeon ramier. | de jacht op de wilde eend en op de houtduif. |
Il est interdit d'utiliser des appeaux mécaniques ou électroniques. | Het is verboden mechanische of elektronische lokmiddelen te gebruiken. |
Art. 12.L'usage de leurres et d'appelants vivants est interdit sauf |
Art. 12.Het gebruik van levende lokvogels is verboden behalve voor de |
pour la chasse au canard colvert et au pigeon ramier. | jacht op de wilde eend en op de houtduif. |
Il est interdit d'utiliser des appelants vivants aveuglés et mutilés. | Het gebruik van levende blindgemaakte en verminkte lokvogels is verboden. |
CHAPITRE IV. - Dispositions abrogatoires et finales | HOOFDSTUK IV. - Opheffings- en slotbepalingen |
Art. 13.L'article 4 de l'arrêté du Gouvernement wallon du 18 octobre |
Art. 13.Artikel 4 van het besluit van de Waalse Regering van 18 |
2002 permettant la destruction de certaines espèces gibier est | oktober 2002 waarbij de vernietiging van sommige soorten wild mogelijk |
remplacé par la disposition suivante : | gemaakt wordt wordt vervangen als volgt : |
" Art. 4.L'emploi des armes à feu et de leurs munitions dans le cadre |
" Art. 4.Het gebruik van vuurwapens en munitie in het kader van de |
de la destruction est régi par les mêmes dispositions que celles | vernietiging wordt geregeld door dezelfde bepalingen bedoeld voor de |
prévues en vue de l'exercice de la chasse. | uitoefening van de jacht. |
Toutefois, il est également permis d'utiliser : | Worden evenwel toegelaten : |
a) des armes à feu à canon(s) lisse(s) pour le tir à balle du sanglier | a) vuurwapens met gladde loop(lopen) voor de bersjacht of de loerjacht |
à l'approche et à l'affût; | op het wild zwijn |
b) des armes à feu à canon(s) lisse(s) d'un calibre 28, 32 ou 36 pour | b) vuurwapens met gladde loop(lopen) met een kaliber van 28, 32 of 36 |
la destruction du renard, du chat haret, de la fouine, du putois, du | voor de vernietiging van de vos, de steenmarter de bunzing, de konijn |
lapin et du pigeon ramier." | of de houtduif." |
Art. 14.L'arrêté de l'Exécutif régional wallon du 4 juin 1987 |
Art. 14.Het besluit van de Waalse Gewestexecutieve van 4 juni 1987 |
réglementant l'emploi des armes à feu et de leurs munitions en vue de | houdende regeling van het gebruik van vuurwapens en van hun munitie |
l'exercice de la chasse en Région wallonne est abrogé | met het oog op het uitoefenen van de jacht in het Waalse Gewest wordt |
Art. 15.Le présent arrêté entre en vigueur le 1er juillet 2006. |
opgeheven. Art. 15.Dit besluit treedt in werking op 1 juli 2006. |
Art. 16.Le Ministre qui a la chasse dans ses attributions est chargé |
Art. 16.De Minister bevoegd voor de Jacht is belast met de uitvoering |
de l'exécution du présent arrêté. | van dit besluit. |
Namur, le 22 septembre 2005. | Namen, 22 september 2005. |
Le Ministre-Président, | De Minister-President, |
J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE | J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE |
Le Ministre de l'Agriculture, de la Ruralité, de l'Environnement et du | De Minister van Landbouw, Landelijke Aangelegenheden, Leefmilieu en |
Tourisme, | Toerisme, |
B. LUTGEN | B. LUTGEN |