Arrêté du Gouvernement wallon exécutant l'article 5, § § 3 et 4, du décret du 8 février 2018 relatif à la gestion et au paiement des prestations familiales, portant sur les conditions d'octroi des prestations familiales aux enfants de plus de dix-huit ans | Besluit van de Waalse Regering tot uitvoering van artikel 5, § § 3 en 4, van het decreet van 8 februari 2018 betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen, met betrekking tot de toekenningsvoorwaarden van de gezinsbijslagen aan kinderen ouder dan achttien jaar |
---|---|
SERVICE PUBLIC DE WALLONIE | WAALSE OVERHEIDSDIENST |
20 SEPTEMBRE 2018. - Arrêté du Gouvernement wallon exécutant l'article | 20 SEPTEMBER 2018. - Besluit van de Waalse Regering tot uitvoering van |
5, § § 3 et 4, du décret du 8 février 2018 relatif à la gestion et au | artikel 5, § § 3 en 4, van het decreet van 8 februari 2018 betreffende |
paiement des prestations familiales, portant sur les conditions | het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen, met betrekking tot |
d'octroi des prestations familiales aux enfants de plus de dix-huit | de toekenningsvoorwaarden van de gezinsbijslagen aan kinderen ouder |
ans | dan achttien jaar |
Le Gouvernement wallon, | De Waalse Regering, |
Vu le décret du 8 février 2018 relatif à la gestion et au paiement des | Gelet op het decreet van 8 februari 2018 betreffende het beheer en de |
prestations familiales, l'article 5, § § 3 et 4; | betaling van de gezinsbijslagen, artikel 5, § § 3 en 4; |
Vu l'avis de l'Inspecteur des Finances, donné le 27 novembre 2017; | Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 27 november 2017; |
Vu l'accord du Ministre du Budget, donné le 30 novembre 2017; | Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 30 |
november 2017; | |
Gelet op het advies van het Comité "Gezinnen" van het "Agence wallonne | |
Vu l'avis du Comité « Familles » de l'Agence wallonne de la santé, de | de la santé, de la protection sociale, du handicap et des familles" |
(Waals agentschap voor gezondheid, sociale bescherming, handicap en | |
la protection sociale, du handicap et des familles, rendu le 19 | gezinnen), uitgebracht op 19 december 2017; |
décembre 2017; Vu le rapport du 23 novembre 2017 établi conformément à l'article 4, | Gelet op het rapport van 23 november 2017, opgesteld overeenkomstig |
2°, du décret du 3 mars 2016 visant à la mise en oeuvre des | artikel 4, 2°, van het decreet van 3 maart 2016 houdende uitvoering |
résolutions de la Conférence des Nations unies sur les femmes à Pékin | van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties |
de septembre 1995 et intégrant la dimension du genre dans l'ensemble | die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie |
des politiques régionales, pour les matières réglées en vertu de | van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen |
l'article 138 de la Constitution; | voor de aangelegenheden geregeld krachtens artikel 138 van de |
Vu l'avis 62.973/2 du Conseil d'Etat, donné le 12 mars 2018, en | Grondwet; Gelet op advies nr. 62.973/2 van de Raad van State, uitgebracht op 12 |
application de l'article 84, § 1er, alinéa 1er, 2°, des lois sur le | maart 2018, overeenkomstig artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de |
Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973; | wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; |
Sur la proposition de la Ministre de l'Action sociale; | Op de voordracht van de Minister van Sociale Actie; |
Après délibération, | Na beraadslaging, |
Arrête : | Besluit : |
CHAPITRE Ier. - Dispositions introductives | HOOFDSTUK I. - Inleidende bepalingen |
Article 1er.Le présent arrêté règle, en application de l'article 138 |
Artikel 1.Dit besluit regelt overeenkomstig artikel 138 van de |
de la Constitution, des matières visées à l'article 128, § 1er, de la | Grondwet aangelegenheden bedoeld in artikel 128, § 1, ervan. |
Constitution. Art. 2.Pour l'application du présent arrêté, l'on entend par : |
Art. 2.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : |
1° le décret du 8 février 2018: le décret du 8 février 2018 relatif à | 1° het decreet van 8 februari 2018: het decreet van 8 februari 2018 |
la gestion et au paiement des prestations familiales publié au | betreffende het beheer en de betaling van de gezinsbijslagen, |
Moniteur belge du 1er mars 2018; | bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 1 maart 2018; |
2° le Ministre : le Ministre ayant les prestations familiales dans ses | 2° de Minister : de Minister tot wiens bevoegdheid de gezinsbijslagen |
attributions. | behoren. |
CHAPITRE II. - L'enfant bénéficiaire de moins de vingt et un ans | HOOFDSTUK II. - Het rechtgevend kind van minder dan eenentwintig jaar |
Art. 3.§ 1er. Constituent, pour le trimestre ou les mois en cause, un |
Art. 3.§ 1. De volgende situaties vormen voor het betrokken kwartaal |
obstacle à l'octroi des prestations familiales pour les enfants | of de betrokken maanden een belemmering voor de toekenning van de |
bénéficiaires visés à l'article 5, § 3, du décret du 8 février 2018, les situations suivantes : | gezinsbijslagen voor de rechtgevende kinderen bedoeld in artikel 5, § 3, van het decreet van 8 februari 2018: |
1° l'activité lucrative de l'enfant bénéficiaire lorsqu'elle excède | 1° de winstgevende activiteit van het rechtgevend kind wanneer deze |
deux-cent-quarante heures par trimestre; | meer dan tweehonderdveertig uur per kwartaal bedraagt; |
2° le bénéfice d'une prestation sociale en application d'un régime | 2° het genieten van een sociale bijslag overeenkomstig een Belgisch of |
belge ou étranger relatif à la maladie, à l'invalidité, aux accidents | buitenlands stelsel in verband met ziekte, invaliditeit, |
du travail ou aux maladies professionnelles, lorsque cette prestation | arbeidsongevallen of beroepsziekten, indien deze bijslag het gevolg is |
découle d'une activité lucrative non autorisée; | van een niet-toegestane winstgevende activiteit; |
3° le bénéfice d'une prestation sociale en application d'un régime | 3° het genieten van een sociale bijslag overeenkomstig een Belgisch of |
belge ou étranger relatif au chômage ou d'une allocation | buitenlands stelsel in verband met werkloosheid of een uitkering van |
d'interruption de carrière visée à la section 5 du chapitre IV de la | loopbaanonderbreking bedoeld in afdeling 5 van hoofdstuk IV van de |
loi de redressement du 22 janvier 1985 contenant des dispositions | herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen; |
sociales; 4° la perception d'une rémunération brute mensuelle supérieure à | 4° de ontvangst van een maandelijkse brutobezoldiging van meer dan |
541,09 euros par mois, excepté le pécule de vacances, par l'enfant | 541,09 euro per maand, exclusief vakantiegeld, door het rechtgevend |
bénéficiaire engagé dans une formation de chef d'entreprise ou une | kind dat een opleiding tot bedrijfsleider of een coördinatie- en |
formation de coordination et d'encadrement; | begeleidingsopleiding volgt; |
5° l'activité indépendant lorsqu'elle entraine le paiement de | 5° een zelfstandige activiteit die bestaat in de betaling van |
cotisations en tant que travailleur indépendant à titre principal | bijdragen als zelfstandige in hoofdberoep overeenkomstig artikel 12 |
conformément à l'article 12 de l'arrêté royal n° 38 du 27 juillet 1967 organisant le statut social des travailleurs indépendants. Concernant le 1° et 2°, constitue une activité lucrative, toute activité exercée dans le cadre d'un contrat de travail, d'un statut ou en tant que travailleur indépendant. Concernant le 1°, les heures prestées par l'enfant bénéficiaire dans le cadre : a) d'un contrat d'occupation d'étudiant, d'une activité indépendante ne générant aucune cotisation sociale ou d'une formation en alternance ne sont pas prises en compte pour l'application du présent article; b) d'une activité indépendante générant le paiement de cotisations sociales réduites sont présumées excéder deux-cent-quarante heures par trimestre sauf à celui-ci à apporter la preuve du contraire. Le montant visé au 4° est rattaché à l'indice-pivot 103,04 (base 2013=100). § 2. Pour les enfants bénéficiaires visés à l'article 5, § 2, du | van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen. Wat punt 1° en punt 2° betreft, is elke activiteit die wordt uitgeoefend in het kader van een arbeidsovereenkomst, een statuut of als zelfstandige een winstgevende activiteit. Wat punt 1° betreft, worden de door het rechtgevend kind gepresteerde uren in het kader: a) van een overeenkomst voor tewerkstelling van studenten, een zelfstandige activiteit die geen sociale bijdrage genereert of een alternerende opleiding, niet in aanmerking genomen voor de toepassing van dit artikel; b) van een zelfstandige activiteit die aanleiding geeft tot de betaling van verminderde sociale bijdragen verondersteld meer dan tweehonderdveertig uur per kwartaal te overschrijden, tenzij laatstgenoemde het tegendeel kan bewijzen. Het bedrag bedoeld in punt 4° wordt aan de spilindex 103,04 (basis 2013=100) gekoppeld. § 2. Voor de in artikel 5, § 2, van het decreet van 8 februari 2018 bedoelde rechtgevende kinderen vormen de in paragraaf 1 bedoelde situaties voor het betrokken kwartaal of de betrokken maanden een belemmering voor de toekenning van gezinsbijslagen, met uitzondering van de maandelijkse toeslag bedoeld in artikel 16 van het decreet van |
décret du 8 février 2018, les situations visées au paragraphe 1er | 8 februari 2018, die gehandhaafd blijft. |
constituent, pour le trimestre ou les mois en cause, un obstacle à | |
l'octroi des prestations familiales à l''exception du supplément | |
mensuel visé à l'article 16 du décret du 8 février 2018 qui est | |
maintenu. CHAPITRE III. - L'enfant bénéficiaire de plus de vingt-et-un ans | HOOFDSTUK III. - Het rechtgevend kind van meer dan eenentwintig jaar |
Section 1re. - Disposition générale | Afdeling 1. - Algemene bepaling |
Art. 4.Les obstacles à l'octroi des prestations familiales visés à |
Art. 4.De belemmeringen voor de toekenning van de gezinsbijslagen |
l'article 3 s'appliquent également à l'enfant bénéficiaire de plus de | bedoeld in artikel 3 zijn ook van toepassing op een rechtgevend kind |
vingt-et-un ans. | van meer dan éénentwintig jaar. |
Celui-ci doit, en outre, satisfaire aux conditions propres à son | Bovendien moet hij voldoen aan de voorwaarden die specifiek zijn voor |
statut déterminées ci-après. | zijn statuut, zoals hieronder bepaald. |
Section 2. - L'enfant bénéficiaire qui poursuit une formation diplômante | Afdeling 2. - Het rechtgevend kind dat een afstudeerrichting volgt |
Sous-section 1re. - Enseignement non supérieur | Onderafdeling 1. - Niet-hoger onderwijs |
Art. 5.Les allocations familiales sont accordées, conformément à |
Art. 5.De kinderbijslag wordt, overeenkomstig artikel 5, § 4, eerste |
l'article 5, § 4, alinéa 1er, 3°, du décret du 8 février 2018, à | lid, 3°, van het decreet van 8 februari 2018, toegekend aan een |
l'enfant bénéficiaire qui est inscrit dans un ou plusieurs | rechtgevend kind dat ingeschreven is in één of meer door één van de |
établissement d'enseignement reconnu, organisé ou subventionné par | gemeenschappen erkende, georganiseerde of gesubsidieerde |
l'une des communautés, ou qui suit des cours de formation permanente | onderwijsinstelling, of dat permanente opleidingscursussen in de |
dans les classes moyennes, au stade de la formation de chef | middenstand volgt, in het stadium van de opleiding tot bedrijfsleider |
d'entreprise ou une formation de coordination et d'encadrement, dans | of een coördinatie- en begeleidingsopleiding, in één of meer door één |
un ou plusieurs centres de formation reconnu, organisé ou subventionné | van de gemeenschappen erkende, georganiseerde of gesubsidieerde |
par l'une des Communautés. | opleidingscentra. |
Sont également considérés comme satisfaisant aux conditions visées à | Tevens wordt ervan uitgegaan dat aan de in het eerste lid bedoelde |
l'alinéa 1er : | voorwaarden is voldaan : |
1° l'enseignement suivi hors du Royaume, si un document officiel de | 1° de buiten het Rijk gevolgde opleiding, indien uit een officieel |
l'établissement atteste du volume d'heures suivies; | document van de instelling blijkt dat het aantal gevolgde uren is |
2° l'enseignement par correspondance ou e-learning si l'enfant : | volbracht; 2° het schriftelijk onderwijs of e-learning onderwijs als het kind : |
a) suit un minimum de dix-sept heures par semaine; | a) een mininum van zeventien uur per week volgt; |
b) prend part aux examens pour l'ensemble des heures visées au a) | b) deelneemt aan de examens voor alle onder a) bedoelde uren en aan |
ainsi qu'à toutes les activités imposées par le programme. | alle door het programma opgelegde activiteiten. |
Les cours visés aux alinéas 1er et 2 sont donnés pendant au moins | De cursussen bedoeld in de leden 1 en 2 worden gedurende ten minste |
dix-sept heures par semaine. Une période de cours de cinquante minutes | zeventien uur per week gegeven. Een lesperiode van vijftig minuten |
est assimilée à une heure. Le Ministre peut accorder des dérogations | wordt beschouwd als één uur. De Minister kan algemene en individuele |
générales et individuelles à la norme des dix-sept heures par semaine. | afwijkingen van de zeventien-urige werkweeknorm toestaan. |
Sont assimilées à des heures de cours visées à l'alinéa 3 : | Worden gelijkgesteld met de lesuren bedoeld in het derde lid : |
1° les heures consacrées à des exercices pratiques sous la | 1° de uren die zijn besteed aan praktische oefeningen onder het |
surveillance des professeurs dans l'établissement d'enseignement; | toezicht van de leerkrachten in de onderwijsinstelling; |
2° jusqu'à concurrence de quatre heures par semaine au maximum, les | 2° tot hoogstens vier uren per week, de studie-uren die verplicht |
heures d'études obligatoires passées sous surveillance dans | onder toezicht in de onderwijsinrichting doorgebracht worden; |
l'établissement d'enseignement; | |
3° les stages, si leur accomplissement est une condition à l'obtention | 3° de stages, als de uitvoering ervan een voorwaarde vormt voor het |
d'un diplôme, certificat ou brevet reconnu légalement, par décret, par | behalen van een wettelijk, decretaal, ordonnantieel of reglementair |
ordonnance ou réglementairement; | erkend diploma, getuigschrift of brevet; |
4° la convention de stage visée à l'arrêté du Gouvernement wallon du | 4° de stageovereenkomst bedoeld in het besluit van de Waalse Regering |
16 juillet 1998 relatif à la convention de stage dans la formation | van 16 juli 1998 betreffende de stageovereenkomst in het kader van de |
permanente pour les Classes moyennes et les petites et moyennes | Permanente vorming van de middenstand en de kleine en middelgrote |
entreprises. | ondernemingen. |
Art. 6.Les allocations familiales sont également octroyées à l'enfant |
Art. 6.De kinderbijslag wordt ook toegekend aan het volgend |
bénéficiaire qui suit, soit : | rechtgevend kind dat één van de volgende types onderwijs volgt, hetzij |
1° un des types d'enseignement secondaire à horaire réduit, ordinaire | : 1° een van de types deeltijds gewoon of buitengewoon secundair |
ou spécial, organisés aux conditions fixées par les communautés; | onderwijs, ingericht volgens de voorwaarden bepaald door de gemeenschappen; |
2° une formation reconnue visée à l'article 2 de la loi du 29 juin | 2° een erkende opleiding bedoeld in artikel 2 van de wet van 29 juni |
1983 concernant l'obligation scolaire. Art. 7.L'octroi des prestations familiales est maintenu pendant les vacances d'été, à savoir durant l'intervalle qui sépare la fin de l'année scolaire dans l'établissement d'enseignement fréquenté par l'enfant bénéficiaire avant les vacances, du commencement de l'année scolaire dans l'établissement d'enseignement où l'enfant suit des cours l'année scolaire suivante ou l'année académique qui suit. L'intervalle visé à l'alinéa 1er ne dépasse pas cent-vingt jours. Si l'enfant bénéficiaire ne reprend pas effectivement la fréquentation scolaire, les allocations familiales sont accordées pendant les vacances d'été octroyées par l'établissement d'enseignement dont l'enfant est sorti. Ces vacances sont censées se terminer au plus tard |
1983 betreffende de leerplicht. Art. 7.De toekenning van gezinsbijslagen wordt behouden tijdens de zomervakantie, namelijk gedurende de periode tussen het einde van het schooljaar in de onderwijsinstelling waar het rechtgevend kind vóór de vakantie verblijft en het begin van het schooljaar in de onderwijsinstelling waar het kind in het volgende schooljaar of het volgende academiejaar les volgt. De tussentijdse periode bedoeld in het eerste lid mag niet meer dan 120 dagen bedragen. Als het kind niet werkelijk de lessen hervat, wordt de kinderbijslag toegekend tijdens de zomervakantie van de onderwijsinrichting die het kind verlaten heeft. Die vakantie wordt geacht te eindigen uiterlijk |
le 31 août. | op 31 augustus. |
Sous-section 2. - Enseignement supérieur | Onderafdeling 2. - Hoger onderwijs |
Art. 8.§ 1er. Les allocations familiales sont accordées, conformément à l'article 5, § 4, alinéa 1er, 3°, du décret du 8 février 2018, à l'enfant bénéficiaire qui est inscrit dans un ou plusieurs établissements d'enseignement supérieur situé dans le Royaume ou hors de celui-ci, afin de poursuivre une ou plusieurs formations, totalisant au moins vingt-sept crédits par année académique. Les crédits octroyés dans le cadre de la rédaction d'une thèse de doctorat ne sont pas pris en compte pour constituer la norme visée à l'alinéa 1er. Est également considéré comme satisfaisant aux conditions visées à l'alinéa 1er, l'enseignement par correspondance ou e-learning si l'enfant : 1° s'inscrit à titre principal à un minimum de vingt-sept crédits auprès d'un établissement d'enseignement organisé et subventionné |
Art. 8.§ 1. De kinderbijslagen worden overeenkomstig artikel 5, § 4, eerste lid, 3°, van het decreet van 8 februari 2018 toegekend aan een rechtgevend kind dat ingeschreven is in een of meer instellingen voor het hoger onderwijs in of buiten het Rijk, met het oog op het volgen van een of meer opleidingen met een totaal van ten minste zevenentwintig studiepunten per academiejaar. De studiepunten die worden toegekend in het kader van het schrijven van een doctoraatproefschrift worden niet in aanmerking genomen om de norm bedoeld in het eerste lid te vormen. Het schriftelijk onderwijs of e-learningonderwijs wordt ook geacht te voldoen aan de voorwarden bedoeld in het eerste lid indien het kind : 1° hoofdzakelijk ingeschreven is voor ten minste zevenentwintig studiepunten bij een onderwijsinstelling georganiseerd en |
conformément à l'article 5, § 4, alinéa 1er, 3°, ou auprès d'un | gesubsidieerd overeenkomstig artikel 5, § 4, eerste lid, 3°, of bij |
établissement situé hors du Royaume conformément à l'alinéa 5; 2° prend part aux examens pour l'ensemble des crédits visés à l'alinéa 1er, ainsi qu'à toutes les activités imposées par le programme. Lorsque l'enfant bénéficiaire est inscrit dans un établissement d'enseignement supérieur situé dans le Royaume et est engagé dans une formation dispensée dans un autre Etat membre de l'Espace économique européen ou dans un autre Etat qui participe à un programme d'action communautaire en matière d'éducation, cette formation fait partie intégrante du programme d'études de cet établissement d'enseignement supérieur situé dans le Royaume et bénéficie d'une pleine reconnaissance dudit établissement. La formation poursuivie hors du Royaume, dont un document officiel atteste du volume de crédits suivis, est censé satisfaire aux conditions de l'alinéa 1er. A défaut d'études exprimées en nombre de crédits, l'enfant bénéficiaire est inscrit pour suivre un minimum de treize heures de cours par semaine. | een buiten het Rijk gevestigde instelling overeenkomstig lid 5; 2° deelneemt aan de examens voor alle onder lid 1 bedoelde studiepunten en aan alle door het programma opgelegde activiteiten. Wanneer het rechtgevend kind staat ingeschreven bij een instelling voor hoger onderwijs in het Rijk en een opleiding volgt in een andere lidstaat van de Europese Economische Ruimte of in een andere staat die deelneemt aan een communautair actieprogramma inzake opvoeding, maakt deze opleiding noodzakelijk deel uit van het studieprogramma van die instelling voor hoger onderwijs gelegen in het Rijk en wordt zij door die instelling volledig erkend. De buiten het Rijk gevolgde opleiding, waarvan een officieel document waaruit de omvang van de gevolgde studiepunten blijkt, wordt geacht te voldoen aan de voorwaarden van het eerste lid. Bij gebrek aan studies uitgedrukt in aantal studiepunten, wordt het rechtgevend kind ingeschreven om minimaal dertien uur les per week te volgen. |
§ 2. Le droit aux allocations familiales est acquis pour l'ensemble de | § 2. Het recht op kinderbijslag wordt verworven voor het volledige |
l'année académique lorsque le total d'au moins vingt-sept crédits est | academiejaar wanneer het totaal van ten minste zevenentwintig |
atteint à la suite : | studiepunten achtereenvolgens wordt bereikt ingevolge : |
1° d'une inscription intervenue au plus tard le 30 novembre de l'année | 1° van een inschrijving uiterlijk op 30 november van het betreffende |
académique concernée; | academiejaar; |
2° de plusieurs inscriptions dont la première est intervenue, au plus | |
tard, le 30 novembre de l'année académique concernée. | 2° van verschillende inschrijvingen, waarvan de eerste uiterlijk op 30 |
november van het betrokken academiejaar heeft plaatsgevonden. | |
Lorsque le total de vingt-sept crédits est atteint à la suite d'une ou | Wanneer het totaal van zevenentwintig studiepunten wordt bereikt na |
de plusieurs inscriptions intervenues après le 30 novembre de l'année | één of meer inschrijvingen na 30 november van het betrokken |
académique concernée, le droit aux allocations familiales est acquis | academiejaar, wordt het recht op kinderbijslagen verworven bij die |
lors de cette inscription ou lors de la première de ces inscriptions. | inschrijving of bij de eerste van die inschrijvingen. |
Le Ministre peut accorder des dérogations générales et individuelles à | De Minister kan algemene en individuele afwijkingen van de norm van de |
la norme des vingt-sept crédits prévue par le présent paragraphe. | zevenentwintig studiepunten bedoeld in deze paragraaf toestaan. |
Art. 9.Les allocations familiales cessent d'être dues, dans le |
Art. 9.De kinderbijslagen worden in de loop van het schooljaar niet |
courant de l'année académique, si l'enfant bénéficiaire : | meer uitgekeerd als het rechtgevend kind : |
1° ramène son inscription ou ses inscriptions sous le seuil de | 1° zijn inschrijving of inschrijvingen onder de drempel van |
vingt-sept crédits; | zevenentwintig studiepunten brengt; |
2° ou met, dans le courant de l'année académique, un terme à toute | 2° of, tijdens het academiejaar, elke opleiding waarvoor hij zich |
formation à laquelle il s'est inscrit. | heeft ingeschreven, beëindigt. |
Art. 10.L'octroi des allocations familiales est maintenu pendant la |
Art. 10.De toekenning van de kinderbijslagen wordt gehandhaafd |
période qui sépare deux années académiques consécutives. | tijdens de periode tussen twee opeenvolgende academiejaren. |
L'intervalle visé à l'alinéa 1er entre deux périodes ne dépasse pas | De tussentijd bedoeld in het eerste lid tussen twee perioden mag niet |
cent vingt jours. | meer dan 120 dagen bedragen. |
Art. 11.Si l'enfant bénéficiaire ne s'inscrit pas à une nouvelle |
Art. 11.Indien het rechtgevend kind zich niet inschrijft voor een |
formation dans un établissement d'enseignement supérieur, les | nieuwe opleiding in een instelling voor hoger onderwijs, worden de |
allocations familiales sont accordées uniquement pendant les vacances | kinderbijslagen enkel toegekend tijdens de zomervakantie die wordt |
d'été octroyées par l'établissement d'enseignement supérieur dont | toegekend door de instelling voor hoger onderwijs waarvan het |
l'enfant bénéficiaire est sorti. Ces vacances sont censées se terminer | rechtgevend kind is vertrokken. Die vakantie wordt geacht te eindigen |
au plus tard le 30 septembre. | uiterlijk op 30 september. |
Sous-section 3. - Dispositions communes | Onderafdeling 3. - Gemeenschappelijke bepalingen |
Art. 12.L'enfant bénéficiaire qui interrompt les cours qu'il a suivis |
Art. 12.Een rechtgevend kind dat de cursussen die hij regelmatig in |
régulièrement à l'étranger pendant toute la période, à partir de la | het buitenland heeft gevolgd gedurende de hele periode vanaf het einde |
fin des vacances à l'étranger jusqu'à juin inclus, reste bénéficiaire | van de vakantie in het buitenland tot en met juni, onderbreekt, blijft |
des allocations familiales pendant les périodes visées aux article 7, | gedurende de periodes bedoeld in artikel 7, tweede lid, en 10, tweede |
alinéa 2, et 10, alinéa 2, s'il reprend les cours ou s'inscrit pour | lid, in aanmerking komen voor kinderbijslagen indien hij de cursussen |
suivre une formation en Belgique ou dans un autre Etat membre de | hervat of zich voor een opleiding in België of een andere lidstaat van |
l'Espace économique européen le jour où ces cours débutent | de Europese Economische Ruimte inschrijft op de dag waarop deze |
effectivement ou le jour où les inscriptions à cette formation sont | cursussen daadwerkelijk beginnen of op de dag waarop de inschrijvingen |
ouvertes et au plus tard le 30 novembre de la même année civile. | voor die opleiding zijn geopend en uiterlijk op 30 november van |
hetzelfde kalenderjaar. | |
Le droit aux allocations familiales en vertu du présent article débute | Het recht op kinderbijslagen krachtens dit artikel begint ten vroegste |
au plus tôt le 1er juillet ou à la date subséquente d'interruption des | op 1 juli of op de daaropvolgende datum van onderbreking van de studie |
cours à l'étranger et se termine au plus tard le 30 novembre de la même année civile. L'enfant qui interrompt les cours ou la formation qu'il a suivis régulièrement en Belgique ou dans un autre Etat membre de l'Espace économique européen pendant toute la période à partir du 1er décembre jusqu'au début des vacances à l'étranger, reste bénéficiaire des allocations familiales pendant la période des vacances à l'étranger, s'il reprend les cours à l'étranger le jour où ces cours débutent effectivement. Est considérée comme période des vacances à l'étranger au sens des alinéas 1er et 3, la période qui correspond aux vacances effectives à l'étranger, dont la preuve est fournie. Cette période n'excède pas cent vingt jours. Art. 13.L'enfant inscrit pour une ou plusieurs formations de l'enseignement supérieur totalisant moins de vingt-sept crédits et qui |
in het buitenland en eindigt uiterlijk op 30 november van hetzelfde kalenderjaar. Een kind dat in België of in een andere lidstaat van de Europese Economische Ruimte gedurende de periode van 1 december tot het begin van de vakantieperiode in het buitenland cursussen of opleidingen onderbreekt die hij regelmatig in België of in een andere lidstaat van de Europese Economische Ruimte heeft gevolgd, blijft tijdens de vakantieperiode in het buitenland kinderbijslagen ontvangen indien hij de cursussen in het buitenland hervat op de dag waarop deze cursussen daadwerkelijk beginnen. De periode die overeenkomt met de feitelijke vakantie in het buitenland, waarvoor het bewijs wordt geleverd, wordt beschouwd als de periode van vakantie in het buitenland in de zin van de leden 1 en 3. Deze periode mag niet langer duren dan 120 dagen. Art. 13.Een kind dat voor een of meer opleidingen in het hoger onderwijs met een totaal van minder dan zevenentwintig studiepunten is |
suit, en outre, des cours dans l'enseignement non supérieur, a droit | ingeschreven en dat ook cursussen in het niet-hoger onderwijs volgt, |
aux allocations familiales si les conditions de l'article 5, alinéa 3, | heeft recht op kinderbijslag indien aan de voorwaarden van artikel 5, |
sont satisfaites. Pour l'application de cette disposition, les crédits | derde lid, is voldaan. Voor de toepassing van deze bepaling worden de |
attribués dans le cadre de l'enseignement supérieur sont convertis en | studiepunten toegekend in het kader van het hoger onderwijs omgezet in |
heures de cours. | lesuren. |
Section 3. - L'enfant bénéficiaire qui effectue un stage en vue de | Afdeling 3. - Het rechtgevend kind dat een stage volgt met het oog op |
l'exercice d'une charge | de uitoefening van een ambt |
Art. 14.Les allocations familiales sont accordées, conformément à |
Art. 14.De kinderbijslagen worden overeenkomstig artikel 5, § 4, |
l'article 5, § 4, alinéa 1er, 2°, du décret du 8 février 2018, à | eerste lid, 2°, van het decreet van 8 februari 2018 toegekend aan het |
l'enfant bénéficiaire qui effectue un stage constituant une condition | rechtgevend kind dat een stage doorloopt als voorwaarde om in een ambt |
à la nomination à une charge pour autant que l'enfant ne bénéficie pas | benoemd te kunnen worden voor zover het kind voor deze stage geen |
d'indemnités ou de salaire pour ce stage. La période durant laquelle | vergoeding of loon ontvangt. De periode gedurende welke de bijslagen |
les allocations sont accordées ne dépasse pas la durée du stage | worden toegekend, mag niet langer duren dan de duur van de normaal |
normalement exigée. | vereiste stage. |
Section 4. - Le jeune demandeur d'emploi | Afdeling 4. - De jonge werkzoekende |
Art. 15.§ 1er. Les allocations familiales sont accordées, |
Art. 15.§ 1. De kinderbijslag wordt, overeenkomstig artikel 5, § 4, |
conformément à l'article 5, § 4, alinéa 1er, 4°, du décret du 8 février 2018, pendant une période de trois-cent-soixante jours, en faveur de l'enfant bénéficiaire, qui étant inscrit comme demandeur d'emploi, débute son stage d'insertion professionnelle conformément à la règlementation relative au chômage. La période d'octroi des allocations familiales débute à la date à laquelle le stage d'insertion professionnelle commence conformément à la règlementation relative au chômage. La radiation d'office opérée par après par un service régional de l'emploi ne fait pas obstacle à l'application de l'alinéa 1er. § 2. La période fixée au paragraphe 1er est prolongée, dans les | eerste lid, 4°, van het decreet van 8 februari 2018, voor een periode van driehonderdzestig dagen toegekend aan het rechtgevend kind dat als werkzoekende is ingeschreven en zijn beroepsinschakelingstijd aanvangt overeenkomstig de reglementering in verband met de werkloosheid. De periode voor de toekenning van de gezinsbijslag vangt aan op de datum waarop de beroepsinschakelingstijd overeenkomstig de reglementering inzake werkloosheid begint. De ambtshalve schrapping door een gewestelijke werkgelegenheidsdienst is geen belemmering voor de toepassing van het eerste lid. § 2. De periode bedoeld in paragraaf 1 wordt, binnen de grenzen |
limites fixées aux alinéas 2, 3 et 4, de la durée de la période de | vastgesteld in de leden 2, 3 en 4, verlengd met de duur van de |
prolongation du stage d'insertion professionnelle décidée par le | verlengingsperiode van de beroepsinschakelingstijd beslist door de |
service régional de l'emploi jusqu'à l'obtention d'une deuxième | gewestelijke werkgelegenheidsdienst totdat een tweede positieve |
décision d'évaluation positive de recherche d'emploi au bénéfice de | beslissing tot evaluatie inzake het zoeken naar werk is genomen ten |
l'enfant bénéficiaire. | gunste van het rechtgevend kind. |
Les périodes d'octroi entre deux évaluations sont limitées à six mois | De toekenningsperiodes tussen twee evaluaties zijn beperkt tot |
maximum. | maximaal zes maanden. |
Les paiements sont interrompus en cas de dépassement d'un délai de six | De betalingen worden geschorst indien een periode van zes maanden |
mois entre deux évaluations. | tussen twee evaluaties wordt overschreden. |
Une nouvelle période d'octroi de six mois maximum débute, conformément à l'article 84, alinéa 1er, du décret du 8 février 2018, dès qu'une nouvelle évaluation ne permettant pas l'octroi des allocations d'insertion est réalisée par le service régional de l'emploi. § 3. La période fixée au paragraphe 1er, est également prolongée de la période durant laquelle l'enfant bénéficiaire est suspendu comme demandeur d'emploi pour cause de maladie, conformément à la réglementation relative au chômage. Si l'enfant bénéficiaire n'est pas en mesure de s'inscrire comme demandeur d'emploi pour cause de maladie, conformément à la réglementation relative au chômage, au moment où la période mentionnée au paragraphe 1er, aurait dû prendre cours, les allocations familiales sont octroyées durant toute la période au cours de laquelle le jeune ayant quitté l'école n'a pas pu s'inscrire comme demandeur d'emploi, ainsi que durant la période d'octroi subséquente de trois-cent-soixante jours, si l'enfant s'inscrit comme demandeur d'emploi sans intervalle après la maladie. | Overeenkomstig artikel 84, eerste lid, van het decreet van 8 februari 2018 gaat een nieuwe toekenningsperiode van maximaal zes maanden in zodra de gewestelijke werkgelegenheidsdienst een nieuwe evaluatie uitvoert waarbij geen inschakelingsuitkeringen kunnen worden toegekend. § 3. De in paragraaf 1 bedoelde periode wordt eveneens verlengd met de periode gedurende welke het rechtgevend kind wegens ziekte is geschorst als werkzoekende, overeenkomstig de reglementering inzake werkloosheid. Indien het rechtgevend kind zich niet als werkzoekende kan inschrijven wegens ziekte, overeenkomstig de reglementering inzake werkloosheid, op het tijdstip waarop de in paragraaf 1 bedoelde periode had moeten ingaan, worden de kinderbijslagen toegekend gedurende de gehele periode waarin de jongere die de school heeft verlaten zich niet als werkzoekende kon inschrijven, alsmede gedurende de daaropvolgende toekenningsperiode van driehonderdzestig dagen, indien het kind zich zonder onderbreking na de ziekte als werkzoekende inschrijft. |
Les alinéas 1 et 2 ne sont pas applicables si l'enfant ne se réinscrit | De leden 1 en 2 zijn niet van toepassing indien het kind zich na de |
pas ou ne s'inscrit plus comme demandeur d'emploi après la maladie. | ziekte niet herinschrijft of niet meer inschrijft als werkzoekende. |
CHAPITRE IV. - Dispositions diverses | HOOFDSTUK IV. - Diverse bepalingen |
Art. 16.Les conditions relatives aux établissements d'enseignement |
Art. 16.De voorwaarden met betrekking tot de onderwijsinstellingen |
sont, dans le cadre de l'application de l'article 5, § 4, du décret, | worden in het kader van de toepassing van artikel 5, § 4 van het |
contrôlées chaque année. | decreet elk jaar gecontroleerd. |
Le Ministre peut octroyer des dérogations générales et individuelles | De Minister kan algemene en individuele afwijkingen verlenen aan |
en faveur d'enfants bénéficiaires inscrits dans des écoles qui ne sont | rechtgevende kinderen die ingeschreven zijn in scholen die niet |
pas organisées, subventionnées et reconnues par l'une des communautés | georganiseerd, gesubsidieerd en erkend zijn door een van de |
du pays. | gemeenschappen van het land. |
CHAPITRE V. - Dispositions finales | HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen |
Art. 17.Le présent arrêté entre en vigueur le 1er janvier 2019. |
Art. 17.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2019. |
Art. 18.Le Ministre qui a les prestations familiales dans ses |
Art. 18.De Minister bevoegd voor gezinsbijslagen is belast met de |
attributions est chargé de l'exécution du présent arrêté. | uitvoering van dit besluit. |
Namur, le 20 septembre 2018. | Namen, 20 september 2018. |
Pour le Gouvernement : | Voor de Regering : |
Le Ministre-Président, | De Minister-President, |
W. BORSUS | W. BORSUS |
La Ministre de l'Action sociale, de la Santé, de l'Egalité des | De Minister van Sociale Actie, Gezondheid, Gelijke Kansen, |
Chances, de la Fonction publique et de la Simplification administrative, | Ambtenarenzaken en Administratieve vereenvoudiging, |
A. GREOLI | A. GREOLI |