Arrêté du Gouvernement wallon arrêtant la liste des projets soumis à étude d'incidences et des installations et activités classées | Besluit van de Waalse Regering tot bepaling van de lijst van de aan een milieueffectstudie onderworpen projecten en van de ingedeelde installaties en activiteiten |
---|---|
MINISTERE DE LA REGION WALLONNE 4 JUILLET 2002. - Arrêté du Gouvernement wallon arrêtant la liste des projets soumis à étude d'incidences et des installations et activités classées Le Gouvernement wallon, | MINISTERIE VAN HET WAALSE GEWEST 4 JULI 2002. - Besluit van de Waalse Regering tot bepaling van de lijst van de aan een milieueffectstudie onderworpen projecten en van de ingedeelde installaties en activiteiten De Waalse Regering, |
Vu le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d'environnement et | Gelet op het decreet van 11 maart 1999 betreffende de |
notamment les articles 3, alinéa 4, 21, alinéa 3, et 66; | milieuvergunning, inzonderheid op de artikelen 3, vierde lid, 21, |
derde lid, en 66; | |
Vu le décret du 11 septembre 1985 organisant l'évaluation des | Gelet op het decreet van 11 september 1985 houdende organisatie van de |
incidences sur l'environnement dans la Région wallonne, tel que | beoordeling van de effecten op het milieu in het Waalse Gewest, zoals |
modifié par le décret du 11 mars 1999 relatif au permis | gewijzigd bij het decreet van 11 maart 1999 betreffende de |
d'environnement et notamment son article 8, § 2; | milieuvergunning, inzonderheid op artikel 8, § 2; |
Vu la directive 1999/13/CE du 11 mars 1999 relative à la réduction des | Gelet op Richtlijn 1999/13/EG van 11 maart 1999 inzake de beperking |
émissions de composés organiques volatils dues à l'utilisation de | van de emissie van vluchtige organische stoffen ten gevolge van het |
solvants organiques dans certaines activités et installations; | gebruik van organische oplosmiddelen bij bepaalde werkzaamheden en in Installaties; |
Vu l'urgence motivée par la nécessité de transposer, dans les | Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door het feit dat |
meilleurs délais, la directive 97/11/CE modifiant la directive | Richtlijn 97/11/EG houdende wijziging van Richtlijn 85/337/EEG |
85/337/CEE concernant l'évaluation des incidences de certains projets | betreffende de beoordeling van de effecten van bepaalde publieke of |
publics ou privés sur l'environnement dont la date ultime de | particuliere projecten op het milieu, waarvan de uiterste |
transposition a expiré le 14 mars 1999; | omzettingsdatum verstreken is op 14 maart 1999, zo spoedig mogelijk |
omgezet moet worden; | |
Vu l'urgence motivée par la nécessité de transposer, dans les | Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door het feit dat |
meilleurs délais, la directive 96/61/CE du 24 septembre 1996 relative | Richtlijn 96/61/EG van 24 september 1996 inzake geïntegreerde |
à la prévention et à la réduction intégrée de la pollution dont la | preventie en bestrijding van verontreiniging, waarvan de |
date de transposition a expiré le 30 octobre 1999; | omzettingsdatum verstreken is op 30 oktober 1999, zo spoedig mogelijk |
moet worden omgezet; | |
Vu l'urgence motivée par la nécessité de transposer, dans les | Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door het feit dat |
meilleurs délais, la directive 96/82/CE du 9 décembre 1996 concernant | Richtlijn 96/82/EG van 9 december 1996 betreffende de beheersing van |
la maîtrise des accidents majeurs impliquant des substances | de gevaren van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen zijn |
dangereuses dont la date de transposition a expiré le 3 février 1999; | betrokken, waarvan de uiterste omzettingsdatum verstreken is op 3 |
Considérant que le présent projet a précisément pour objet notamment | februari 1999, zo spoedig mogelijk omgezet moet worden; |
de transposer ces trois directives; | Overwegende dat dit besluit met name de omzetting van die drie |
richtlijnen beoogt; | |
Vu l'avis du Conseil d'Etat rendu en application de l'article 84, | Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven overeenkomstig |
alinéa 1er, 1°, des lois coordonnées sur le Conseil d'Etat; | artikel 84, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad |
Sur proposition du Ministre de l'Aménagement du Territoire, de | van State; Op de voordracht van de Minister van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw |
l'Urbanisme et de l'Environnement, | en Leefmilieu, |
Arrête : | Besluit : |
Article 1er.Au sens du présent arrêté, on entend par : |
Artikel 1.In de zin van dit besluit wordt verstaan onder : |
1° DNF : la Division de la Nature et des Forêts de la Direction | 1° DNF : de Afdeling Natuur en Bossen van het Directoraat-generaal |
générale des Ressources naturelles et de l'Environnement; | Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu; |
2° DE : la Division de l'Eau de la Direction générale des Ressources | 2° DE : de Afdeling Water van het Directoraat-generaal Natuurlijke |
naturelles et de l'Environnement; | Hulpbronnen en Leefmilieu; |
3° OWD : l'Office wallon des Déchets de la Direction générale des | 3° OWD : de Waalse dienst voor afvalstoffen van het |
Ressources naturelles et de l'Environnement; | Directoraat-generaal Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu; |
4° DPA : la Division de la Prévention et des Autorisations - Services | 4° DPA : de Afdeling Preventie en Vergunningen - Centrale diensten - |
centraux - de la Direction générale des Ressources naturelles et de l'Environnement; | van het Directoraat-generaal Natuurlijke Hulpbronnen en Leefmilieu; |
5° DGA : la Direction générale de l'Agriculture; | 5° DGA : het Directoraat-generaal Landbouw; |
6° DGATLP : la Direction générale de l'Aménagement du Territoire, du | 6° DGATLP : het Directoraat-generaal Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw |
Logement et du Patrimoine; | en Patrimonium; |
7° DGTRE-DE : la Division de l'Energie de la Direction générale des | 7° DGTRE-DE : de Afdeling Energie van het Directoraat-generaal |
Technologies, de la Recherche et de l'Energie; | Technologieën, Onderzoek en Energie; |
8° MET - DG I : la Direction générale des Autoroutes et des Routes du | 8° MET - DG I : het Directoraat-generaal Autowegen en Wegen van het |
Ministère wallon de l'Equipement et des Transports; | Waalse Ministerie van Uitrusting en Vervoer; |
9° MET - DG II : la Direction générale des Voies hydrauliques du | 9° MET - DG II : het Directoraat-generaal Waterwegen van het Waalse |
Ministère wallon de l'Equipement et des Transports; | Ministerie van Uitrusting en Vervoer; |
10° MET - DG III : la Direction générale des Transports du Ministère | 10° MET - DG III : het Directoraat-generaal Vervoer van het Waalse |
wallon de l'Equipement et des Transports; | Ministerie van Uitrusting en Vervoer; |
11° SRI : le Service régional d'Incendie; | 11° SRI : de regionale brandweerdienst; |
12° CWATUP : le Code wallon de l'Aménagement du Territoire, de | 12° Cwatup : het Waalse wetboek van ruimtelijke ordening, stedenbouw |
l'Urbanisme et du Patrimoine; | en patrimonium; |
13° Fonctionnaire technique : le fonctionnaire visé à l'article 21 du | 13° technisch ambtenaar : de ambtenaar bedoeld in artikel 21 van het |
décret du 11 mars 1999 relatif au permis d'environnement; | decreet van 11 maart 1999 betreffende de milieuvergunning; |
14° Etablissement : l'établissement défini à l'article 1 du décret du | 14° bedrijf : bedrijf bedoeld in artikel 1 van het decreet van 11 |
11 mars 1999 relatif au permis d'environnement; | maart 1999 betreffende de milieuvergunning; |
15° zone agricole : la zone destinée à l'agriculture au sens général | 15° landbouwgebied : gebied bestemd voor landbouw in de algemene |
du terme visée à l'article 35 du CWATUP; | betekenis van het woord, zoals bedoeld in artikel 35 van het Cwatup; |
16° zone d'habitat : la zone principalement destinée à la résidence | 16° woongebied : gebied hoofdzakelijk bestemd voor residentie, zoals |
visée à l'article 26 du CWATUP; | bedoeld in artikel 26 van het Cwatup; |
17° zone d'habitat à caractère rural : la zone principalement destinée | 17° woongebied met een landelijk karakter : gebied hoofdzakelijk |
à la résidence et aux exploitations agricoles visée à l'article 27 du CWATUP; | bestemd voor residentie en landbouwbedrijven, zoals bedoeld in artikel 27 van het Cwatup; |
18° zone d'activité économique : la zone visée à l'article 30 du CWATUP; | 18° bedrijfsruimte : gebied bedoeld in artikel 30 van het Cwatup; |
19° zone d'activité économique spécifique : la zone visée à l'article | 19° gebied voor specifieke bedrijfsruimte : gebied bedoeld in artikel |
31 du CWATUP; | 31 van het Cwatup; |
20° zone d'aménagement différé à caractère industriel : la zone visée | 20° gebied met een industrieel karakter waarvan de bestemming nog niet |
à l'article 34 du CWATUP; | vaststaat : gebied bedoeld in artikel 34 van het Cwatup; |
21° zone de loisirs : la zone destinée à recevoir les équipements | 21° recreatiegebied : gebied bestemd voor recreatieve en toeristische |
récréatifs ou touristiques, en ce compris les équipements de séjour | accommodatie, met inbegrip van de verbijfsaccommodatie, zoals bedoeld |
visée à l'article 29 du CWATUP; | in artikel 29 van het Cwatup; |
22° zones de prévention des eaux potabilisables : les zones de | 22° preventiegebieden voor het tot drinkwater verwerkbare water : |
prévention établies conformément aux dispositions de la section III du | gebieden afgebakend overeenkomstig de bepalingen van afdeling III van |
décret du 30 avril 1990 sur la protection et l'exploitation des eaux | het decreet van 30 april 1990 betreffende de bescherming en de |
potabilisables; | exploitatie van tot drinkwater verwerkbaar water; |
23° déchets ménagers, inertes, dangereux et autres déchets : les | 23° huishoudelijke, inerte, gevaarlijke en overige afvalstoffen : |
déchets tels que définis par l'article 2 du 27 juin 1996 relatif aux | afvalstoffen zoals bedoeld in artikel 2 van 27 juni 1996 betreffende |
déchets. | de afvalstoffen. |
Art. 2.§ 1er. Les projets soumis à études d'incidences et les |
Art. 2.§ 1er. De aan een effectstudie onderworpen projecten en de |
installations et activités classées sont répertoriés dans la liste qui | ingedeelde Installaties en activiteiten staan op de lijst in bijlage I |
figure en annexe I du présent arrêté. | bij dit besluit. |
§ 2. Dans la première colonne sont repris les numéros et les intitulés | § 2. De eerste kolom vermeldt het nummer en de naam van de aan een |
des projets soumis à étude d'incidences et des installations et | effectstudie onderworpen projecten en van de ingedeelde Installaties |
activités classées. Lorsqu'il est fait référence à la puissance | en activiteiten. Als er verwezen wordt naar het geïnstalleerd vermogen |
installée des machines, il s'agit de la somme des puissances | van de machines, gaat het om de som van de geïnstalleerde vermogens |
installées des machines spécifiques relatives à une même rubrique de | van de specifieke machines betreffende dezelfde indelingsrubriek, met |
classement, à l'exclusion des appareils portatifs. | uitzondering van de draagbare toestellen. |
§ 3. Dans la deuxième colonne il est indiqué la classe des | § 3. De tweede kolom vermeldt de klasse van de Installaties en |
installations et des activités. | activiteiten. |
§ 4. Dans la troisième colonne, la croix indique si le projet, | § 4. In de derde kolom geeft het kruisje aan of het project, de |
l'installation ou l'activité est soumis à étude d'incidences sur | Installatie of de activiteit onderworpen is aan een |
l'environnement. | milieueffectstudie. |
§ 5. Dans la quatrième colonne sont repris les organismes à consulter | § 5. De vierde kolom vermeldt de organen waarvan het advies vereist is |
obligatoirement pour chacune des installations et activités classées. | voor elk van de ingedeelde Installaties en activiteiten. |
§ 6. Dans les trois colonnes suivantes, sont indiqués les facteurs de | § 6. De drie volgende kolommen vermelden de deelfactoren die toegepast |
division à appliquer aux seuils des différentes rubriques : | moeten worden op de drempels van de verschillende rubrieken : |
dans la colonne "ZH" sont indiqués les facteurs de division "habitat" | 1° kolom "ZH" vermeldt de deelfactoren "woongebied" die toegepast |
à appliquer si le projet est situé tout ou en partie en zone | moeten worden als het project geheel of gedeeltelijk in een woongebied |
d'habitat; | gevestigd is; |
dans la colonne "ZHR" sont indiqués les facteurs de division "habitat à caractère rural" à appliquer si le projet est situé tout ou en partie en zone d'habitat à caractère rural; dans la colonne "ZI" sont indiqués les facteurs de division "industrie" à appliquer si le projet est situé tout ou en partie : en zone d'activité économique; en zone d'activité économique spécifique; ou dans une zone d'aménagement différé à caractère industriel. | 2° kolom "ZHR" vermeldt de deelfactoren "woongebied met een landelijk karakter" die toegepast moeten worden als het project geheel of gedeeltelijk in een woongebied met een landelijk karakter gevestigd is; 3° kolom "ZI" vermeldt de deelfactoren "industriegebied" die toegepast moeten worden als het project geheel of gedeeltelijk gevestigd is in : a) een bedrijfsruimte; b) een gebied voor specifieke bedrijfsruimte; of c) in een gebied met een industrieel karakter waarvan de bestemming nog niet vaststaat. |
Art. 3.L'avis de la DGATLP sur la compatibilité de l'installation et |
Art. 3.Voor elke milieuvergunning wordt de DGATLP om advies verzocht |
de l'activité avec le CWATUP est requis pour tout permis | over de conformiteit van de Installatie en de activiteit met het |
d'environnement. | Cwatup. |
La DNF est consultée par le fonctionnaire technique sur le caractère | De technisch ambtenaar verzoekt de DNF om advies over het volledige |
complet de la partie relative à Natura 2000 du formulaire de demande | karakter van het gedeelte van het formulier van vergunningsaanvraag |
de permis, dans le respect des délais prévus à l'article 20 du décret | dat betrekking heeft op Natura 2000. Het advies wordt verleend binnen |
du 11 mars 1999 relatif au permis d'environnement. | de termijnen bepaald bij artikel 20 van het decreet van 11 maart 1999 |
betreffende de milieuvergunning. | |
Art. 4.Le chapitre II du titre I du Règlement général pour la |
Art. 4.Hoofdstuk II, Titel I, van het Algemeen Reglement voor de |
protection du travail relatif à la nomenclature des établissements | arbeidsbescherming betreffende de nomenclatuur van de gevaarlijke, |
dangereux, insalubres ou incommodes approuvé par l'arrêté du Régent du | ongezonde of hinderlijke inrichtingen, goedgekeurd bij het besluit van |
11 février 1946 portant approbation des titres I et II du Règlement | de Regent van 11 februari 1946 houdende goedkeuring van de titels I et |
général pour la protection du travail est abrogé. | II van het Algemeen reglement voor de arbeidsbescherming wordt |
opgeheven. Art. 5.De Installaties en activiteiten vermeld in bijlage I bij dit |
|
Art. 5.Les installations et activités répertoriées en classe 3 dans |
besluit die op de lijst in klasse 3 ingedeeld zijn en waarvoor de |
la liste qui figurent en annexe I du présent arrêté, pour lesquelles | |
le Gouvernement n'a pas encore édicté de conditions intégrales | Regering nog geen integrale voorwaarden heeft uitgevaardigd |
conformément à l'article 3, alinéa 2, du décret du 11 mars 1999 | overeenkomstig artikel 3, tweede lid, van het decreet van 11 maart |
relatif au permis d'environnement, sont classées en classe 2. | 1999 betreffende de milieuvergunning, worden ingedeeld in klasse 2. |
Par dérogation à l'alinéa précédent, les installations et activités | In afwijking van het vorige lid, worden de ingedeelde Installaties en |
classées dont question à l'alinéa précédent et qui figurent dans la | activiteiten bedoeld in het vorige lid die niet vermeld staan op de |
liste en annexe III du présent arrêté, ne sont pas classées tant que | lijst in bijlage III bij dit besluit, niet ingedeeld zolang de |
le Gouvernement n'a pas arrêté les conditions intégrales relatives à | Regering de integrale voorwaarden voor die Installaties en |
ces installations et activités classées. | activiteiten niet heeft vastgelegd. |
Art. 6.Le présent arrêté entre en vigueur le 1er octobre 2002. |
Art. 6.Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 2002. |
Art. 7.Le Ministre de l'Aménagement du Territoire, de l'Urbanisme et |
Art. 7.De Minister van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Leefmilieu |
de l'Environnement est chargé de l'exécution du présent arrêté. | is belast met de uitvoering van dit besluit. |
Namur, le 4 juillet 2002. | Namen, 4 juli 2002. |
Le Ministre-Président, | De Minister-President, |
J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE | J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE |
Le Ministre de l'Aménagement du Territoire, de l'Urbanisme et de | De Minister van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Leefmilieu, |
l'Environnement, | |
M. FORET | M. FORET |
Pour la consultation du tableau, voir image | Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld |
Vu pour être annexé à l'arrêté du Gouvernement wallon du 4 juillet | Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van |
2002 arrêtant la liste des projets soumis à étude d'incidences et des | 4 juli 2002 tot bepaling van de lijst van de aan milieueffectstudie |
installations et activités classées. | onderworpen projecten en van de ingedeelde installaties en |
Namur, le 4 juillet 2002. | activiteiten. Namen, 4 juli 2002. |
Le Ministre-Président, | De Minister-President, |
J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE | J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE |
Le Ministre de l'Aménagement du Territoire, de l'Urbanisme et de | De Minister van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Leefmilieu, |
l'Environnement, | |
M. FORET | M. FORET |
Pour la consultation du tableau, voir image | Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld |
Notes | _______ |
Nota's | |
Note 1. | Nota 1. |
Les substances et préparations sont classées conformément aux | De stoffen en preparaten worden ingedeeld overeenkomstig de |
directives européennes suivantes (telles qu'elles ont été modifiées) | onderstaande richtlijnen (zoals gewijzigd) en hun meest recente |
et à leur adaptation actuelle au progrès technique : | aanpassing aan de technische vooruitgang : |
- directive 67/548/CEE du Conseil, du 27 juin 1967, concernant le | - Richtlijn 67/548/EEG van de Raad van 27 juni 1967 betreffende de |
rapprochement des dispositions législatives, réglementaires et | aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen van de |
administratives des Etats membres relatives à la classification, | Lidstaten inzake de indeling, de verpakking en het kenmerken van |
l'emballage et l'étiquetage des substances dangereuses; | gevaarlijke stoffen; |
- directive 88/379/CEE du Conseil, du 7 juin 1988, concernant le | - Richtlijn 88/379/EEG van de Raad van 7 juni 1988 betreffende de |
rapprochement des dispositions législatives, réglementaires et | onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke |
administratives des Etats membres relatives à la classification, | bepalingen van de Lidstaten inzake de indeling, de verpakking en het |
l'emballage et l'étiquetage des préparations dangereuses; | kenmerken van gevaarlijke preparaten; |
directive 78/631/CEE du Conseil, du 26 juin 1978, concernant le | - Richtlijn 78/631/EEG van de Raad van 26 juni 1978 betreffende de |
rapprochement des législations des Etats membres relatives à la | onderlinge aanpassing van de wettelijke bepalingen in de Lidstaten |
classification, l'emballage et l'étiquetage des préparations | inzake de indeling, de verpakking en het kenmerken van gevaarlijke |
dangereuses (pesticides). | preparaten (pesticiden). |
Dans le cas de substances et préparations qui ne sont pas classées | Wat betreft de stoffen en preparaten die niet als gevaarlijk zijn |
comme dangereuses conformément à l'une des directives citées | ingedeeld overeenkomstig één van bovenstaande richtlijnen, maar die |
ci-dessus, mais qui, néanmoins, se trouvent ou sont susceptibles de se | desondanks in een inrichting aanwezig zijn of kunnen zijn en die, |
trouver dans un établissement et qui possèdent ou sont susceptibles de | gezien de omstandigheden die in de inrichting heersen, equivalente |
posséder, dans les conditions régnant dans l'établissement, des | eigenschappen hebben of kunnen hebben die een zwaar ongeval kunnen |
propriétés équivalentes en termes de potentiel d'accidents majeurs, | veroorzaken, worden de procedures voor de voorlopige indeling |
les procédures de classement provisoire sont suivies conformément à | toegepast met inachtneming van het artikel dat in de desbetreffende |
l'article régissant la matière dans la directive appropriée. | richtlijn betrekking heeft op de materie. |
Dans le cas de substances et préparations présentant des propriétés | Wat betreft de stoffen en preparaten die op grond van hun |
eigenschappen in verschillende categorieën kunnen worden ingedeeld, is | |
qui donnent lieu à plusieurs classifications, on applique les seuils | in het kader van dit samenwerkingsakkoord de laagste drempelwaarde van |
les plus bas. | toepassing. |
Note 2. | Nota 2. |
Par "toxique", on entend : | Onder "giftige stof" wordt verstaan : |
Une substance ou une préparation qui, par inhalation, ingestion ou | Een stof of een preparaat die door inademing, inslikken of |
pénétration cutanée peut entraîner des risques graves, aigus ou | huidpenetratie ernstige, acute of chronische risico's en zelfs de dood |
chroniques et même la mort. | tot gevolg kunnen hebben. |
Par "comburante", on entend : Une substance ou une préparation qui, en contact avec d'autres substances, notamment avec des substances inflammables, présente une réaction fortement exothermique. Par "explosif", on entend : a) i) une substance ou une préparation qui crée des risques d'explosion par le choc, la friction, le feu ou d'autres sources d'ignition (phrase de risque R 2); ii) une substance pyrotechnique qui est une substance (ou un mélange de substances) destinée à produire un effet calorifique, lumineux, sonore, gazeux ou fumigène ou une combinaison de tels effets, grâce à des réactions chimiques exothermiques auto entretenues non détonantes ou iii) une substance ou préparation explosible ou pyrotechnique contenue dans des objets; b) une substance ou une préparation qui crée des grands risques d'explosion par le choc, la friction, le feu ou d'autres sources d'ignition (phrase de risque R 3). Note 3. Par substances "inflammables", "facilement inflammables" et | Onder "oxyderend" wordt verstaan : Een stof of een preparaat die in contact met andere stoffen, meer bepaald ontvlambare stoffen, een sterke exothermische reactie vertonen. Onder "ontplofbare stof" wordt verstaan : a) i) een stof of preparaat die (dat) ontploffingsgevaar creeërt door schok, wrijving, vuur of andere ontstekingsoorzaken (waarschuwing R2); ii) een pyrotechnische stof, d.i. een stof (of een mengsel van stoffen) bestemd om warmte, licht, geluid, gas of rook of een combinatie van dergelijke verschijnselen te produceren door middel van niet-ontploffende zichzelf onderhoudende exotherme chemische reacties; of iii) een ontplofbare of pyrotechnische stof die of een ontplofbaar of pyrotechnisch preparaat dat in voorwerpen is vervat; b) een stof die of preparaat dat ernstig ontploffingsgevaar creeërt door schok, wrijving, vuur of andere ontstekingsoorzaken (waarschuwing R3). Nota 3. Onder "ontvlambare", "licht ontvlambare" en "zeer licht ontvlambare" |
"extrêmement inflammables" (catégories 6, 7 et 8), on entend : | stoffen (categorieën 6,7 en 8) wordt verstaan : |
a) liquides inflammables : substances et préparations dont le point | a) ontvlambare vloeistoffen : stoffen en preparaten met een vlampunt |
d'éclair est égal ou supérieur à 21 °C et inférieur ou égal à 55 °C | van minimum 21 °C of en maximum 55 °C (waarschuwing R10), die blijven |
(phrase de risque R 10) et qui entretiennent la combustion; | branden; |
b) liquides facilement inflammables : | b) licht ontvlambare vloeistoffen : |
1) substances et préparations susceptibles de s'échauffer et | 1) stoffen en preparaten die warm kunnen worden en in contact met |
finalement de s'enflammer au contact de l'air à la température | lucht bij de omgevingstemperatuur zonder toevoer van energie vlam |
ambiante sans apport d'énergie (phrase de risque R 17); | kunnen vatten (waarschuwing R17); |
2) substances dont le point d'éclair est inférieur à 55 °C et qui | 2) stoffen die een vlampunt onder 55 °C en die onder druk vloeibaar |
restent liquides sous pression lorsque des conditions de service | blijven, als werkingsomstandigheden, zoals hoge druk en hoge |
particulières, par exemple une forte pression ou une température | temperatuur, gevaar voor een zwaar ongeval kunnen veroorzaken; |
élevée, peuvent créer des risques d'accidents majeurs; | |
3) substances et des préparations ayant un point d'éclair inférieur à | |
21 °C et qui ne sont pas extrêmement inflammables (phrase de risque R | 3) stoffen en preparaten met een vlampunt onder 21 °C en die niet zeer |
11 deuxième tiret); | licht ontvlambaar zijn |
c) gaz et liquides extrêmement inflammables : | (waarschuwing R12, tweede streepje); |
1) substances et préparations liquides dont le point d'éclair est | c) ZEER LICHT ONTVLAMBARE gassen en vloeistoffen : |
inférieur à 0 °C et dont le point d'ébullition (ou, dans le cas d'un | 1) vloeibare stoffen en preparaten met een vlampunt onder 0 °C en een |
domaine d'ébullition, le point d'ébullition initial) est, à la | kookpunt (of in geval van een kooktraject een eerste kookpunt) dat bij |
pression normale, inférieur ou égal à 35 °C (phrase de risque R 12 | normale druk maximum 35 °C bedraagt (waarschuwing R12, eerste |
premier tiret); | streepje), en |
2) substances et préparations gazeuses qui sont inflammables au | 2) gasvormige stoffen en preparaten die in contact met de lucht bij |
contact de l'air à la température et à la pression ambiante (phrase de | kamertemperatuur en normale druk ontvlambaar zijn (waarschuwing R12, |
risque R 12 deuxième tiret) qu'elles soient ou non conservées à l'état | tweede streepje), ongeacht of zij als gas of onder druk als vloeistof |
gazeux ou liquide sous pression, à l'exclusion des gaz extrêmement | worden bewaard, met uitzondering van de in deel 1 bedoelde zeer licht |
inflammables liquéfiés (y compris GLP) et du gaz naturel visés à la | ontvlambare vloeibare gassen (inclusief LPG) en aardgas, en |
partie 1; 3) substances et préparations liquides dont le point d'éclair est | 3) vloeibare ontvlambare stoffen en preparaten die gehouden worden op |
inférieur à 55 °C et qui sont maintenues à une température supérieure à leur point d'ébullition. | een temperatuur die hoger ligt dan hun kookpunt en die een vlampunt hebben dat lager is dan 55 °C. |
Note 4. | Nota 4. |
Le calcul conduisant au classement de l'établissement pour | Voor de toepassing van dit akkoord wordt de inrichting ingedeeld aan |
l'application des articles du présent accord s'opère comme suit : | de hand van de volgende formules : |
- si qx est la quantité de la substance ou préparation dangereuse x | - als qx de hoeveelheid is van de gevaarlijke stof x of het |
(spécifiquement désignée ou non) présente dans l'établissement; | gevaarlijke preparaat x (al dan niet met name genoemd) aanwezig in de inrichting |
- si Q'x est la quantité seuil figurant dans la colonne 2 et Q »x la | - als voor stof x Q'x de drempelwaarde is die vermeld staat in kolom 2 |
quantité seuil figurant dans la colonne 3 des parties 1 et 2 de la | en Q"x de drempelwaarde vermeld in kolom 3 van de delen 1 en 2 van deze bijlage. |
présente annexe, pour la substance x considerée | De inrichting wordt onder "lage drempel" ingedeeld en valt onder |
L'établissement sera classé « petit seuil » et rangé en classe 1 si la | klasse 1 als de som van de breuken : |
somme des fractions | |
q1/Q'1 + q2/Q'2 + q3/Q'3 + ...> 1 | q1/Q'1 + q2/Q'2 + q3/Q'3 +... >1 |
Il sera classé "grand seuil et rangé en clase 1 si la somme des | Ze wordt onder "hoge drempel" ingedeeld en valt onder klasse 1 als de |
fractions | som van de breuken : |
q1/Q''1 + q2/Q''2 + q3/Q''3 + ...> 1 | q1/Q"1 + q2/Q"2 + q3/Q"3 +... >1 |
Ces règles d'addition s'appliquent, distinctement, aux cas suivants : | Deze optelregels zijn onderscheidenlijk van toepassing op de volgende gevallen : |
- aux substances et préparations figurant dans la partie 2 et | - de stoffen en preparaten vermeld in deel 2 en behorende tot de |
appartenant aux catégories 1, 2 et 9 ainsi qu'aux substances de la | categorieën 1, 2 en 9, alsook de stoffen van deel 1 die dezelfde |
partie 1 qui présentent les mêmes caractères dangereux; | gevaarlijke eigenschappen vertonen; |
- aux substances et préparations figurant dans la partie 2 et | - de stoffen en preparaten vermeld in deel 2 en behorende tot de |
appartenant aux catégories 3, 4, 5, 6, 7a, 7b et 8 ainsi qu'aux substances de la partie 1 qui présentent les mêmes caractères dangereux. Lorsque des substances ou préparations non désignées présentent à la fois des caractères dangereux appartenant à plusieurs catégories additionnables, le diviseur à prendre en considération est le seuil le plus petit applicable à la substance. Lorsque des substances ou préparations présentent à la fois des caractères dangereux appartenant à plusieurs catégories non additionnables, des additions séparées seront effectuées, chacune d'entre elles correspondant à une des catégories. Lorsqu'une substance désignée est additionnée à des substances non désignées, le diviseur relatif à la quantité de substance désignée est la quantité seuil figurant à la partie 1. Vu pour être annexé à l'arrêté du Gouvernement wallon du 4 juillet arrêtant la liste des projets soumis à étude d'incidences et des installations et activités classées. | categorieën 3, 4, 5, 6, 7a, 7b en 8, alsook de stoffen van deel 1 die dezelfde gevaarlijke eigenschappen vertonen. Als niet met naam genoemde stoffen of preparaten gevaarlijke eigenschappen vertonen die onder verschillende optelbare categorieën vallen, is de in aanmerking te nemen deler de laagste drempelwaarde die op de stof kan worden toegepast. Als de stoffen of preparaten gevaarlijke eigenschappen vertonen die onder verschillende niet optelbare categorieën vallen, worden afzonderlijke optellingen gemaakt waarbij elke optelling aan één van de categorieën beantwoordt. Als een met naam genoemde stof opgeteld wordt bij een niet met naam genoemde stof, is de deler betreffende de met naam genoemde stof de drempelwaarde vermeld in deel 1. Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 4 juli 2002 tot bepaling van de lijst van de aan een milieueffectstudie onderworpen projecten en van de ingedeelde installaties en activiteiten. |
Namur, le 4 juillet 2002 | Namen, 4 juli 2002 |
Vu pour être annexé à l'arrêté du Gouvernement wallon du 4 juillet | |
arrêtant la liste des projets soumis à étude d'incidences et des | |
installations et activités classées. | |
Namur, le 4 juillet 2002. | |
Le Ministre-Président, | De Minister-President, |
J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE | J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE |
Le Ministre de l'Aménagement du Territoire, de l'Urbanisme et de | De Minister van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Leefmilieu, |
l'Environnement, | |
M. FORET | M. FORET |
Pour la consultation du tableau, voir image | Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld |
Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van | |
Vu pour être annexé à l'arrêté du Gouvernement wallon du 4 juillet | 4 juli 2002 tot bepaling van de lijst van de aan een |
2002 arrêtant la liste des projets soumis à étude d'incidences et des | milieueffectstudie onderworpen projecten en van de ingedeelde |
installations et activités classées. | installaties en activiteiten. |
Namur, le 4 juillet 2002. | Namen, 4 juli 2002. |
Le Ministre-Président, | De Minister-President, |
J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE | J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE |
Le Ministre de l'Aménagement du Territoire, de l'Urbanisme et de | De Minister van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Leefmilieu, |
l'Environnement, | |
M. FORET | M. FORET |
Annexe IV. - Dispositions applicables aux particuliers et à certaines | Bijlage IV. - Bepalingen toepasselijk op particulieren en op sommige |
professions | beroepen |
Aucune autorisation n'est requise pour détenir : : | Er wordt geen vergunning vereist voor het bezit van : |
1° jusque deux kilogrammes (poids net) de poudre noire ou sans fumée | 1° maximum twee kilogram (netto gewicht) buskruit of rookvrijkruit in |
en grains ou en paillettes; | granen of vlokken; |
2° jusque mille mètres de mèches de sûreté; | 2° maximum duizend meter veiligheidslonten; |
3° des cartouches de sûreté pour armes portatives et pour | 3° veiligheidspatronen voor draagbare wapens en voor pyromechanismen |
pyromécanismes à concurrence de dix kilogrammes de poudre y contenue; | ten belope van 10 kilogram poeder; |
4° cinq mille inflammateurs électriques ou cinq mille amorces diverses | 4° vijfduizend ontstekingspillen of vijfduizend diverse ladingen voor |
pour cartouches de sûreté; | veiligheidspatronen; |
5° cinq mille cartouches Flobert sans poudre; | 5° vijfduizend Flobert-patronen zonder kruit; |
6° des douilles, vides amorcées en quantité indéterminée; 7° une quantité d'artifices de joie et de signalisation à concurrence de cinq cents grammes de composition pyrotechnique y contenue. Les pharmaciens, ainsi que les médecins autorisés à délivrer des médicaments, peuvent détenir sans autorisation les substances explosives nécessaires à l'exercice de l'art de guérir. Les quantités de ces substances qui peuvent être conservées dans les officines sont limitées à : 500 grammes pour le coton à collodion 30 grammes pour la nitroglycérine (en solution alcoolique au centième) et 1 500 grammes pour l'acide picrique. Les forains peuvent détenir, sans autorisation, les quantités de munitions de sûreté nécessaires à l'exercice de leur activité. Vu pour être annexé à l'arrêté du Gouvernement wallon du 4 juillet arrêtant la liste des projets soumis à étude d'incidences et des | 6° lege en geladen hulzen in onbepaalde hoeveelheid; 7° vuurwerken en lichtkogels ten belope van vijfhonderd gram pyrotechnische samenstelling. De apothekers alsook de artsen die gemachtigd zijn om medicijnen af te leveren, hoeven niet te beschikken over een vergunning voor het bezit van springstoffen die nodig zijn voor de uitoefening van de geneeskunde. Die stoffen mogen bewaard in de apotheken bewaard worden tot 500 gram voor collodionkatoen, 30 gram voor nitroglycerine (in een alkoholische oplossing op het honderdste) en 1500 gram voor picrinezuur. De kermisexploitanten moeten niet beschikken over een vergunning voor het bezit van de hoeveelheden veiligheidsmunitie die nodig zijn voor de uitoefening van hun activiteit. Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Waalse Regering van 4 juli 2002 tot bepaling van de lijst van de aan een milieueffectstudie onderworpen projecten en van de ingedeelde |
installations et activités classées. | installaties en activiteiten. |
Namur, le 4 juillet 2002. | Namen, 4 juli 2002. |
Le Ministre-Président, | De Minister-President, |
J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE | J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE |
Le Ministre de l'Aménagement du Territoire, de l'Urbanisme et de | De Minister van Ruimtelijke Ordening, Stedenbouw en Leefmilieu, |
l'Environnement, | |
M. FORET | M. FORET |