← Retour vers "Arrêté du Gouvernement flamand relatif aux projets temporaires d'initiation aux arts en faveur de mineurs défavorisés et/ou allochtones "
| Arrêté du Gouvernement flamand relatif aux projets temporaires d'initiation aux arts en faveur de mineurs défavorisés et/ou allochtones | Besluit van de Vlaamse Regering betreffende tijdelijke projecten inzake kunstinitiatie voor kansarme en/of allochtone minderjarigen |
|---|---|
| AUTORITE FLAMANDE 31 MARS 2006. - Arrêté du Gouvernement flamand relatif aux projets temporaires d'initiation aux arts en faveur de mineurs défavorisés et/ou allochtones Le Gouvernement flamand, | VLAAMSE OVERHEID 31 MAART 2006. - Besluit van de Vlaamse Regering betreffende tijdelijke projecten inzake kunstinitiatie voor kansarme en/of allochtone minderjarigen De Vlaamse Regering, |
| Vu la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, | Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der |
| notamment l'article 20; | instellingen, inzonderheid op artikel 20; |
| Vu le décret du 28 juin 2002 relatif à l'égalité des chances en | Gelet op het decreet van 28 juni 2002 betreffende gelijke |
| éducation-I, notamment le chapitre VIII, modifié par le décret du 15 | onderwijskansen-I, inzonderheid op hoofdstuk VIII, gewijzigd bij het decreet van 15 juli 2005; |
| juillet 2005; | Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de |
| Vu l'accord du Ministre flamand chargé du Budget, donné le 22 novembre 2005; | Begroting, gegeven op 22 november 2005; |
| Vu le protocole n° 585 du 23 décembre 2005 portant les conclusions des | Gelet op protocol nr. 585 van 23 december 2005 houdende de conclusies |
| van de onderhandelingen die gevoerd werden in de gemeenschappelijke | |
| négociations menées en réunion commune du Comité sectoriel X et de la | vergadering van het sectorcomité X en van onderafdeling Vlaamse |
| sous-section "Communauté flamande" de la section 2 du Comité des | Gemeenschap van afdeling 2 van het comité voor de provinciale en |
| services publics provinciaux et locaux; | plaatselijke overheidsdiensten; |
| Vu le protocole n° 350 du 23 décembre 2005 portant les conclusions des | Gelet op protocol nr. 350 van 23 december 2005 houdende de conclusies |
| négociations menées en réunion du Comité coordinateur de négociation | van de onderhandelingen die gevoerd werden in de vergadering van het |
| de l'enseignement libre subventionné; | overkoepelend onderhandelingscomité van het vrij gesubsidieerd |
| Vu l'avis 39.881/1 du Conseil d'Etat, donné le 2 mars 2006, en | onderwijs; Gelet op het advies 39.881/1 van de Raad van State, gegeven op 2 maart |
| application de l'article 84, § 1er, alinéa 1er, 1°, des lois | 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de |
| coordonnées sur le Conseil d'Etat; | gecoördineerde wetten op de Raad van State; |
| Sur la proposition du Ministre flamand de l'Emploi, de l'Enseignement | Op voorstel van de Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming; |
| et de la Formation; | Na beraadslaging, |
| Après délibération, | |
| Arrête : | Besluit : |
| CHAPITRE Ier. - Dispositions préliminaires | HOOFDSTUK I. - Inleidende bepalingen |
Article 1er.Pour l'application du présent arrêté, on entend par : |
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : |
| 1° décret : le décret du 28 juin 2002 relatif à l'égalité des chances | 1° decreet : het decreet van 28 juni 2002 betreffende gelijke |
| en éducation-I; | onderwijskansen-I; |
| 2° département : le département de l'Enseignement du ministère de la | 2° departement : het departement Onderwijs van het ministerie van de |
| Communauté flamande; | Vlaamse Gemeenschap; |
| 3° Ministre : le Ministre flamand chargé de l'enseignement; | 3° minister : de Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs; |
| 4° organisation culturelle professionnelle agréée; une organisation | 4° erkende professionele culturele organisatie : een door een overheid |
| agréée par une autorité ayant une mission d'éducation artistique et/ou | erkende organisatie met een kunsteducatieve en/of cultuurspreidende |
| pour la diffusion de la culture; | opdracht; |
| 5° organisation de voisinage : une organisation agréée par une | 5° buurtgerichte organisatie : een door een overheid erkende |
| autorité déployant une action stimulant les relations dans la | organisatie met een lokale gemeenschapsbevorderende werking; |
| communauté locale; 6° mineurs défavorisés et/ou allochtones : les mineurs répondant aux | 6° kansarme en/of allochtone minderjarigen : minderjarigen die voldoen |
| indicateurs d'égalité des chances tels que visés à l'article VI.2, § 1er, | aan gelijke kansenindicatoren zoals bepaald in artikel VI.2 § 1, |
| respectivement VI.11, § 1er, du décret. | respectievelijk VI.11, § 1 van het decreet. |
| CHAPITRE II. - Octroi de l'aide | HOOFDSTUK II. - Toekenning van de ondersteuning |
| Section Ire. - Moyens disponibles | Afdeling I. - Beschikbare middelen |
Art. 2.Conformément à l'article VIII.1 du décret, le Ministre |
Art. 2.Overeenkomstig artikel VIII.1 van het decreet kent de minister |
| attribue chaque année, dans les limites d'un crédit budgétaire de | |
| 483.973 euros, et après avis de la commission d'évaluation visée à | binnen een budgettaire ruimte van 483.973 euro en na advies van de |
| l'article 7, une enveloppe de points à une école d'enseignement | beoordelingscommissie, vermeld in artikel 7, een puntenenveloppe toe |
| fondamental ou secondaire coopérant avec toutes les instances visées à | aan een school voor basis- of secundair onderwijs die samenwerkt met |
| l'article VIII.3, § 2, du décret. | alle instanties zoals vermeld in artikel VIII.3, § 2, van het decreet. |
| Le budget disponible et le montant de 483.973 euros sont adaptés à | Het beschikbare budget en het bedrag van 483.973 euro worden aangepast |
| l'évolution de l'indice de santé visé à l'arrêté royal du 24 décembre | aan de evolutie van het gezondheidsindexcijfer, bedoeld in het |
| 1993 portant exécution de la loi du 6 janvier 1989 de sauvegarde de la | koninklijk besluit van 24 december 1993 ter uitvoering van de wet van |
| compétitivité du pays. | 6 januari 1989 ter vrijwaring van 's lands concurrentievermogen. |
| L'enveloppe de points est accordée annuellement, pendant les années | De puntenenveloppe wordt jaarlijks toegekend gedurende de schooljaren |
| scolaires 2005-2006, 2006-2007 et 2007-2008. L'école peut utiliser | 2005-2006, 2006-2007 en 2007-2008. De school kan de puntenenveloppe |
| l'enveloppe de points pour la création d'emplois ou pour les convertir | aanwenden om betrekkingen op te richten of om te zetten in een |
| en un budget de fonctionnement. | werkingsbudget. |
| Section II. - Octroi et utilisation des moyens | Afdeling II. - Toekenning en aanwending van de middelen |
Art. 3.§ 1er. Les écoles d'enseignement fondamental et secondaire où |
Art. 3.§ 1. Scholen voor gewoon basis- en secundair onderwijs waar |
| au moins 30 % des élèves remplissent les conditions visées à l'article | ten minste 30 % van de leerlingen voldoet aan de voorwaarden, vermeld |
| VI.2, § 1er, respectivement VI.11, § 1er, du décret, entrent | in artikel VI.2 § 1, respectievelijk VI.11, § 1, van het decreet, |
| prioritairement en ligne de compte. Les écoles d'enseignement | komen prioritair in aanmerking. Scholen voor buitengewoon basis- en |
| fondamental et secondaire qui reçoivent des périodes supplémentaires | secundair onderwijs, die extra lestijden of uren-leraar ontvangen in |
| ou des périodes/enseignant dans le cadre de la Politique | |
| d'enseignement prioritaire entrent également en ligne de compte. | het kader van het Onderwijsvoorrangsbeleid komen eveneens prioritair |
| § 2. Pour chacun des projets, l'enveloppe de points s'élève à 58 points. | in aanmerking. § 2. De puntenenveloppe per project bedraagt 58 punten. |
| Si plus d'une école d'enseignement fondamental ou secondaire participe | Als er meer dan één basis- of secundaire school aan hetzelfde project |
| au même projet, l'enveloppe de points s'élève : | deelneemt, bedraagt de puntenenveloppe voor : |
| 1° pour deux écoles : à 72 points; | 1° twee scholen : 72 punten; |
| 2° pour trois écoles : à 86 points; | 2° drie scholen : 86 punten; |
| 3° pour quatre écoles ou plus : à 100 points. | 3° vier of meer scholen : 100 punten. |
| § 3. L'enveloppe de points accordée pour l'année scolaire 2005-2006 ne | § 3. De toegekende puntenenveloppe voor het schooljaar 2005-2006 kan |
| peut être élargie pendant les années scolaires suivantes. | niet uitgebreid worden in de volgende schooljaren. |
| § 4. Ces points sont utilisés comme suit : | § 4. De punten worden als volgt in rekening gebracht : |
| 1° à la création d'un emploi dans la fonction de coordinateur de l'encadrement renforcé ou de coordinateur TIC dans l'enseignement fondamental : Pour la consultation du tableau, voir image 2° à la création d'un emploi dans la fonction de collaborateur administratif dans l'enseignement fondamental : Pour la consultation du tableau, voir image 3° à la création d'un emploi dans la fonction du personnel d'appui, du personnel auxiliaire d'éducation et du personnel administratif dans l'enseignement secondaire et l'enseignement artistique à temps partiel : | 1° bij oprichting van een betrekking in het ambt van zorg- of ICT-coördinator in het basisonderwijs : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 2° bij oprichting van een betrekking in het ambt van administratief medewerker in het basisonderwijs : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld 3° bij oprichting van een betrekking in het ambt van ondersteunend personeel, het opvoedend hulppersoneel en het administratief personeel in het secundair onderwijs en deeltijds kunstonderwijs : |
| Pour la consultation du tableau, voir image | Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld |
| 4° à la création d'un emploi dans la fonction du personnel enseignant, | 4° bij oprichting van een betrekking in het ambt van onderwijzend |
| auquel est désigné un membre du personnel ayant droit à une échelle de | personeel, waarin een personeelslid wordt aangesteld dat recht heeft |
| traitement 501 dans l'enseignement fondamental, de l'enseignement | op weddenschaal 501 in het basisonderwijs, secundair onderwijs of |
| secondaire ou de l'enseignement artistique à temps partiel, selon le | deeltijds kunstonderwijs, naar gelang van de noemer van de |
| dénominateur de la fraction de charge : | opdrachtbreuk : |
| Pour la consultation du tableau, voir image | Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld |
| 5° à la création d'un emploi dans la fonction du personnel enseignant, | 5° bij oprichting van een betrekking in het ambt van onderwijzend |
| auquel est désigné un membre du personnel ayant droit à une échelle de | personeel, waarin een personeelslid wordt aangesteld dat recht heeft |
| traitement autre que 501 dans l'enseignement fondamental, de | op een andere weddenschaal dan 501 in het basisonderwijs, secundair |
| l'enseignement secondaire ou de l'enseignement artistique à temps | onderwijs of deeltijds kunstonderwijs, naar gelang van de noemer van |
| partiel, selon le dénominateur de la fraction de charge : | de opdrachtbreuk : |
| Pour la consultation du tableau, voir image | Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld |
| § 5. L'école initiatrice peut transférer des points à un autre | § 5. De initiatiefnemende school kan punten overdragen aan een |
| établissement d'enseignement à temps partiel ou à une école | instelling voor deeltijds kunstonderwijs, of aan een meewerkende |
| fondamentale ou secondaire participante avec laquelle elle a conclu un | basis- of secundaire school waarmee ze een samenwerkingsovereenkomst |
| accord de coopération. Des membres du personnel peuvent par conséquent | heeft gesloten. Personeelsleden kunnen bijgevolg administratief |
| être affectés administrativement à l'établissement ou l'école en | toegewezen worden aan die instelling of school. |
| question. § 6. L'école initiatrice peut convertir les points qu'elle n'utilise | § 6. De initiatiefnemende school kan punten die ze niet aanwendt om |
| pas pour la création d'emplois en un budget de fonctionnement. Chaque | betrekkingen op te richten, omzetten in een werkingsbudget. Ieder punt |
| point est alors assimilé à une valeur monétaire de 343 euros. | wordt dan gelijkgesteld met een geldwaarde van 343 euro. |
| Le Département paye à l'école initiatrice une avance de 60 % dans le | Het departement betaalt aan de initiatiefnemende school een voorschot |
| courant du mois de janvier et un solde de 40 % après vérification des | van 60 % in loop van de maand januari en een saldo van 40 % na |
| pièces justificatives. | controle van de bewijsstukken. |
| L'école initiatrice peut utiliser le budget de fonctionnement pour les | De initiatiefnemende school kan het werkingsbudget aanwenden voor |
| frais de matériel, de transport et d'équipement ou pour attirer des | materiaalkosten, vervoerskosten en uitrustingskosten of voor het |
| conférenciers à l'intention du projet. | inzetten van voordrachtgevers ten behoeve van het project. |
| L'école initiatrice conclue soit un accord de coopération, soit un | De initiatiefnemende school sluit met de voordrachtgever hetzij een |
| contrat de location de services avec le conférencier.[sur]Section III. | arbeidsovereenkomst, hetzij een contract van huur van diensten. |
| - Organisation d'un projet temporaire | Afdeling III. - Organisatie van een tijdelijk project |
Art. 4.Pendant les années scolaires 2005-2006, 2006-2007 et |
Art. 4.De school en de meewerkende instanties ontwikkelen gedurende |
| 2007-2008, l'école et les instances coopératrices déploient des | de schooljaren 2005-2006, 2006-2007 en 2007-2008 een werking waarbij |
| activités par lesquelles elles opérationnalisent chacun des objectifs | ze elk van de doelstellingen, vermeld in artikel VIII. 1 van het |
| visés à l'article VIII.1 du décret. | decreet, operationaliseren. |
| Les activités qu'elles développent s'alignent sur les stratégies | De activiteiten die ze ontwikkelen, sluiten aan bij de strategieën, |
| visées à l'article VIII. 2 du décret. | vermeld in artikel VIII. 2 van het decreet. |
| Section IV. - Demandes pour un projet temporaire | Afdeling IV. - Aanvragen voor een tijdelijk project |
Art. 5.§ 1er. Les écoles visées à l'article VIII.3, § 1er, du décret |
Art. 5.§ 1. De in artikel VIII.3, § 1, van het decreet vermelde |
| qui veulent entrer en considération pour l'aide visée à l'article 2, | scholen die in aanmerking willen komen voor de ondersteuning, vermeld |
| premier alinéa, introduisent une demande auprès du Ministère de la | in artikel 2, eerste lid, dienen een aanvraag in bij het ministerie |
| Communauté flamande, Département de l'Enseignement, Division de | van de Vlaamse Gemeenschap, departement Onderwijs, afdeling Deeltijds |
| l'Enseignement artistique à temps partiel, Hendrik Consciencegebouw, | Kunstonderwijs, Hendrik Consciencegebouw, Koning Albert II-laan 15, |
| 15 boulevard Albert II, 1210 Bruxelles. | 1210 Brussel. |
| § 2. La demande doit comporter au moins les données suivantes : | § 2. De aanvragen bevatten ten minste volgende gegevens : |
| 1° l'identification de l'école initiatrice et de toutes les instances | 1° de identificatie van de initiatiefnemende school en alle |
| coopératrices : | meewerkende instanties : |
| a) établissement de l'enseignement artistique à temps partiel; | a) instelling voor deeltijds kunstonderwijs; |
| b) organisation culturelle professionnelle agréée; | b) erkende professionele culturele organisatie; |
| c) organisation de voisinage; | c) buurtgericht organisatie; |
| d) le cas échéant : les écoles fondamentales et/ou secondaires | d) in voorkomend geval : de meewerkende basis- en/of secundaire |
| coopératrices; | scholen; |
| 2° une description du projet comportant : | 2° een uiteenzetting van het project die bestaat uit : |
| a) la situation et description du projet temporaire; | a) situering en omschrijving van het tijdelijk project; |
| b) la description du groupe cible; | b) beschrijving van de doelgroep; |
| c) le mode d'opérationnalisation des objectifs visés à l'article VIII 1 du décret pendant trois années scolaires; | c) de wijze waarop de doelstellingen, vermeld in artikel VIII 1 van het decreet, gedurende drie schooljaren geoperationaliseerd worden; |
| d) le positionnement du projet dans le projet pédagogique ou le plan | d) de situering van het project in het pedagogische project of |
| de travail scolaire de l'école; | schoolwerkplan van de school; |
| e) l'apport de l'école et de chacune des instances coopératrices; | e) de inbreng van de school en elke meewerkende instantie; |
| f) une détermination concrète de l'aide demandée, dans les limites de | f) een concrete bepaling van de gevraagde ondersteuning binnen de |
| l'enveloppe maximale de points visée à l'article 2; | perken van de maximale puntenenveloppe, vermeld in artikel 2; |
| g) l'aide accordée par d'autres autorités. | g) de ondersteuning die door andere overheden is toegekend. |
| § 3. L'école initiatrice introduit la demande avant le 30 septembre | § 3. De initiatiefnemende school dient de aanvraag in voor 30 |
| 2005. | september 2005. |
| Section V. - Création d'un bureau de prospection | Afdeling V. - Samenstelling van een beoordelingscommissie |
Art. 6.§ 1er. Les demandes visées à l'article 5 sont évaluées par une |
Art. 6.§ 1. De aanvragen, vermeld in artikel 5, worden beoordeeld |
| commission d'évaluation composée comme suit : | door een beoordelingscommissie, die als volgt is samengesteld : |
| 1° 1 fonctionnaire de la Division de l'Enseignement artistique à temps | 1° één ambtenaar van de afdeling Deeltijds Kunstonderwijs van het |
| partiel du département; | departement; |
| 2° 1 fonctionnaire de la Division de l'Aide à la Politique générale | 2° één ambtenaar van de afdeling Beleidsvoorbereiding Basisscholen van |
| des Etablissements scolaires de l'Enseignement fondamental du | |
| département; | het departement; |
| 3° fonctionnaire de la Division de l'Aide à la Politique générale des | 3° één ambtenaar van de afdeling Beleidsvoorbereiding Secundaire |
| Etablissements scolaires de l'Enseignement secondaire du département; | scholen van het departement; |
| 4° 1 expert en matière d'égalité des chances en éducation; | 4° één deskundige inzake gelijke onderwijskansen; |
| 5° 1 représentant de la Cellule culturelle CANON de la Division de | 5° één vertegenwoordiger van de Cultuurcel CANON van de Afdeling |
| l'Information et de la Documentation du département; | Informatie en Documentatie van het departement; |
| 6° 1 représentant de l'ASBL "Vereniging van Vlaamse Cultuurcentra"; | 6° één vertegenwoordiger van de VZW Vereniging van Vlaamse Cultuurcentra; |
| 7° 1 fonctionnaire de la Division de la Politique générale de l'Aide | 7° één ambtenaar van de afdeling Algemeen Welzijnsbeleid van het |
| sociale du Département de l'Aide sociale, de la Santé publique et de | Departement Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur. |
| la Culture. § 2. Le Ministre désigne les membres de la commission d'évaluation. | § 2. De minister wijst de leden van de beoordelingscommissie aan. |
| Le membre de la commission visé au § 1er, 1°, assume les fonctions de | Het commissielid, vermeld in § 1, 1°, fungeert als voorzitter van de |
| président de la commission d'évaluation. | beoordelingscommissie. |
| § 3. Le secrétaire général du département désigne, au sein de son | § 3. De secretaris-generaal van het departement wijst binnen zijn |
| administration, un fonctionnaire qui sera chargé du secrétariat de la | administratie een ambtenaar aan die belast wordt met het secretariaat |
| commission d'évaluation. | van de beoordelingscommissie. |
| Section VI. - Evaluation des demandes par la commission d'évaluation | Afdeling VI. - Beoordeling van de aanvragen door de beoordelingscommissie |
Art. 7.Pour l'évaluation des demandes, la commission d'évaluation |
Art. 7.Bij de beoordeling van de aanvragen hanteert de |
| utilise le système suivant : | beoordelingscommissie de volgende criteria : |
| 1° la concordance du projet avec chacun des objectifs visés à | 1° de afstemming van het project op elk van de doelstellingen, vermeld |
| l'article VIII.1 du décret; | in artikel VIII. 1 van het decreet; |
| 2° la mesure dans laquelle le projet cadre dans l'ensemble du plan de | 2° de mate waarin het project past in het geheel van het |
| travail scolaire ou du projet pédagogique des écoles participatrices; | schoolwerkplan of het pedagogisch project van de deelnemende scholen; |
| 3° la mesure dans laquelle l'école initiatrice et chacune des | 3° de mate waarin de initiatiefnemende school en elk van de |
| instances coopératrices fournissent un apport fondamental à la | meewerkende instanties een fundamentele bijdrage levert aan het |
| réalisation des objectifs; | bereiken van de doelstellingen; |
| 4° le rapport entre l'aide demandée d'une part et le nombre des | 4° de verhouding tussen de gevraagde ondersteuning enerzijds en het |
| activités de cours et le nombre d'élèves qui y participent d'autre | aantal lesactiviteiten en het aantal leerlingen dat eraan deelneemt, |
| part. | anderzijds. |
Art. 8.Sur la base des critères visés à l'article 6, la commission |
Art. 8.Op basis van de criteria, vermeld in artikel 6, adviseert de |
| d'évaluation formule un avis écrit au Ministre concernant : | beoordelingscommissie de minister schriftelijk over : |
| 1° l'évaluation des projets; | 1° de selectie van de projecten; |
| 2° l'attribution des moyens par projet. | 2° de toekenning van de ondersteuning per project. |
| CHAPITRE III. - Auto-évaluation et mesurage d'effets | HOOFDSTUK III. - Zelfevaluatie en effectmeting |
Art. 9.L'inspection de l'enseignement assure le contrôle des projets. |
Art. 9.De onderwijsinspectie houdt toezicht op de projecten. De |
| L'école initiatrice établit annuellement une auto-évaluation à l'usage | initiatiefnemende school maakt jaarlijks voor de onderwijsinspectie |
| de l'inspection de l'enseignement, en collaboration avec le service | een zelfevaluatie op in samenwerking met de pedagogische |
| d'encadrement pédagogique. Cette auto-évaluation montre au moins | begeleidingsdienst. Die zelfevaluatie geeft ten minste aan op welke |
| comment les méthodes utilisées s'alignent sur les stratégies et les | wijze de gehanteerde methodieken aansluiten bij de strategieën en |
| objectifs du projet. | doelstellingen van het project. |
| L'inspection de l'enseignement peut conseiller le Ministre de mettre | De onderwijsinspectie kan de minister adviseren om projecten |
| prématurément fin à certains projets. | vroegtijdig stop te zetten. |
| Au cas où une ou plusieurs des écoles ou instances participatrices | In het geval dat één of meer van de deelnemende scholen of instanties |
| arrêtent leur collaboration au projet, de sorte qu'un ou plusieurs des | hun medewerking aan het project opzeggen, waardoor één of meer van de |
| partenaires obligatoires à la coopération, tel qu'il est stipulé à | verplichte samenwerkingspartners, zoals bepaald in artikel VIII.3 § 2 |
| l'article VIII.3, § 2, du décret, font défaut, l'école initiatrice a | van het decreet, ontbreken, krijgt de initiatiefnemende school de kans |
| l'occasion d'aller à la recherche dans un délai d'un mois d'un nouveau | om binnen de termijn van één maand een nieuwe gelijkaardige partner te |
| partenaire similaire. L'école communique ce changement au Département | zoeken. De school deelt deze wijziging mee aan het Departement |
| de l'Enseignement, sinon le projet est arrêté prématurément. | Onderwijs. Zoniet wordt het project vroegtijdig stopgezet. |
Art. 10.Le Ministre prend les mesures nécessaires afin d'effectuer un |
Art. 10.De minister treft de nodige maatregelen om een effectmeting |
| mesurage d'effets des moyens de projet accordés. | van de toegekende projectondersteuning uit te voeren. |
| CHAPITRE IV. - Dispositions finales | HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen |
Art. 11.Le présent arrêté produit ses effets le 1er septembre 2005. |
Art. 11.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 september 2005. |
Art. 12.Le Ministre flamand qui a l'Enseignement dans ses |
Art. 12.De Vlaamse minister, bevoegd voor het Onderwijs, is belast |
| attributions est chargé de l'exécution du présent arrêté. | met de uitvoering van dit besluit. |
| Bruxelles, le 31 mars 2006. | Brussel, 31 maart 2006. |
| Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, | De minister-president van de Vlaamse Regering, |
| Y. LETERME | Y. LETERME |
| Le Ministre flamand de l'Emploi, de l'Enseignement et de la Formation, | De Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming, |
| F. VANDENBROUCKE | F. VANDENBROUCKE |