| Arrêté du Gouvernement flamand relatif au traitement des présidents et aux jetons de présence des membres des conseils d'aide sociale | Besluit van de Vlaamse regering betreffende de bezoldiging van de voorzitters en de presentiegelden van de leden van de raden voor maatschappelijk welzijn | 
|---|---|
| MINISTERE DE LA COMMUNAUTE FLAMANDE | MINISTERIE VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP | 
| 22 SEPTEMBRE 1998. - Arrêté du Gouvernement flamand relatif au | 22 SEPTEMBER 1998. - Besluit van de Vlaamse regering betreffende de | 
| traitement des présidents et aux jetons de présence des membres des | bezoldiging van de voorzitters en de presentiegelden van de leden van | 
| conseils d'aide sociale | de raden voor maatschappelijk welzijn | 
| Le Gouvernement flamand, | De Vlaamse regering, | 
| Vu la loi organique du 8 juillet 1976 des centres publics d'aide | Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare | 
| sociale, notamment l'article 38; | centra voor maatschappelijk welzijn, inzonderheid op artikel 38; | 
| Vu l'avis de l'Inspection des Finances, rendu le 11 mars 1998; | Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 11 | 
| Vu l'avis du Conseil d'Etat, rendu le 7 avril 1998, en exécution de | maart 1998; Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 7 april 1998, | 
| l'article 84, premier alinéa, 1°, des lois coordonnées sur le Conseil d'Etat; | met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde | 
| Sur la proposition du Ministre flamand de la Culture, de la Famille et | wetten op de Raad van State; | 
| de l'Aide sociale; | Op voorstel van de Vlaamse minister van Cultuur, Gezin en Welzijn; | 
| Après en avoir délibéré, | Na beraadslaging, | 
| Arrête : | Besluit : | 
| CHAPITRE Ier. - Dispositions générales | HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen | 
| Article 1er.Les dispositions du présent arrêté s'appliquent aux | Artikel 1.De bepalingen van dit besluit zijn van toepassing op de | 
| présidents et aux membres des conseils d'aide sociale, visés au | voorzitters en de leden van de raden voor maatschappelijk welzijn, | 
| chapitre II du loi organique du 8 juillet 1976 des centres publics | bedoeld in hoofdstuk II van de organieke wet van 8 juli 1976 | 
| d'aide sociale, dénommée ci-après « la loi ». | betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, hierna de « wet » te noemen. | 
| Art. 2.A l'exception d'un traitement, des jetons de présence, du | Art. 2.Buiten een bezoldiging, een presentiegeld, de terugbetaling | 
| remboursement des frais, visés à l'article 38 de la loi, le président, | van de kosten, bedoeld in artikel 38 van de wet, mogen de voorzitter, | 
| le membre qui le remplace et les membres ne peuvent bénéficier d'aucun | het lid dat hem vervangt en de leden geen enkele vergoeding of | 
| remboursement ou avantage à la charge du centre public, quelles que | voordeel ten laste van het openbaar centrum genieten, om welke reden | 
| soient la raison ou la dénomination. | en onder welke benaming ook. | 
| Le président et le membre qui le remplace n'ont pas droit aux jetons | De voorzitter en het lid dat hem vervangt, hebben geen recht op een | 
| de présence pour les séances ayant lieu dans une période pendant | presentiegeld voor de vergaderingen die plaatsvinden in een periode | 
| laquelle ils peuvent prétendre à un traitement. | waarvoor zij op een bezoldiging aanspraak kunnen maken. | 
| CHAPITRE II. Traitement du président | HOOFDSTUK II. - Bezoldiging van de voorzitter | 
| Art. 3.Le régime des rémunérations du président est le même que celui | Art. 3.De bezoldigingsregeling van de voorzitter is dezelfde als die | 
| des échevins de la commune où siège le centre public. | van de schepen van de gemeente waar het openbaar centrum zijn zetel | 
| Art. 4.Si le président est absent ou empêché pendant une période | heeft. Art. 4.Als de voorzitter een aaneengesloten periode van drie maanden | 
| ininterrompue de trois mois et qu'ensuite il ne reprend pas sa | afwezig is of verhinderd en vervolgens zijn ambt niet hervat of zijn | 
| fonction ou la reprend pour une période ininterrompue de moins d'un | ambt hervat voor een ononderbroken periode van minder dan één maand, | 
| mois, il perd l'avantage de son traitement à partir de ce quatrième | dan verliest hij het voordeel van zijn bezoldiging vanaf die vierde | 
| mois. En cas d'absence pour maladie, son traitement est réduit à la | maand. Als hij afwezig is ten gevolge van ziekte, dan wordt zijn | 
| moitié à partir de ce quatrième mois. | bezoldiging vanaf die vierde maand af tot de helft herleid. | 
| Si le président est empêché d'exercer sa fonction dans les cas visés à | Als de voorzitter verhinderd is zijn ambt uit te oefenen in de | 
| l'article 25, § 4, alinéas 1 et 2 de la loi, il perd l'avantage de son | gevallen bedoeld in artikel 25, § 4, eerste en tweede lid van de wet, | 
| traitement pour la période concernée. | verliest hij het voordeel van zijn bezoldiging voor die periode. | 
| Art. 5.Dans le cas visé à l'article 39, premier alinéa, de la loi, le | Art. 5.In het geval bedoeld in artikel 39, eerste lid, van de wet, | 
| membre du conseil qui remplace le président bénéficie du régime des | geniet het lid van de raad dat de voorzitter vervangt voor de hele | 
| rémunérations visé à l'article 3 pour la durée totale du remplacement. | duur van de vervanging de bezoldigingsregeling bedoeld in artikel 3. | 
| Art. 6.Le traitement est payé au mois. Le président est payé | Art. 6.De wedde wordt maandelijks uitbetaald. De voorzitter wordt | 
| d'avance; le membre qui remplace le président dans le cas visé à | vooraf bezoldigd; het lid dat de voorzitter vervangt in het geval | 
| l'article 39, premier alinéa, de la loi, est payé à terme échu. | bedoeld in artikel 39, eerste lid, van de wet, wordt na de vervallen | 
| termijn uitbetaald. | |
| Si le traitement ne doit pas être payé pour le mois entier, il est | Als de wedde niet voor de volledige maand moet worden uitbetaald, | 
| calculé en trentièmes. | wordt ze in dertigsten verdeeld. | 
| Par dérogation au deuxième alinéa, chaque mois commencé doit être | In afwijking van het tweede lid moet elke begonnen maand volledig | 
| rémunéré entièrement en cas de décès. | worden bezoldigd in geval van overlijden. | 
| CHAPITRE III. - Jetons de présence | HOOFDSTUK III. Presentiegeld | 
| Art. 7.Des jetons de présence peuvent être accordés aux membres qui | Art. 7.Aan de leden kan een presentiegeld worden toegekend voor het | 
| bijwonen van vergaderingen van de raad, alsmede voor het bijwonen van | |
| assistent aux séances du conseil, ainsi qu'aux séances du bureau | de vergaderingen van het vast bureau en van de bijzondere comités | 
| permanent et des comités spéciaux en vertu des articles 27 et 94 de la | opgericht krachtens artikel 27 en 94 van de wet en van het | 
| loi et du comité de concertation visé à l'article 26, § 2, de la loi. | overlegcomité bedoeld in artikel 26 § 2 van de wet. | 
| Cependant, pour l'application de cette disposition, les comités | De bijzondere comités komen evenwel voor de toepassing van deze | 
| spéciaux sont seulement pris en considération s'ils comptent au moins | bepaling enkel in aanmerking voor zover ze ten minste drie leden | 
| trois membres, le président inclus. | tellen de voorzitter inbegrepen. | 
| En outre, le conseil d'aide sociale peut décider d'accorder à ses | Bovendien kan de raad voor maatschappelijk welzijn beslissen aan zijn | 
| membres des jetons de présence pour avoir assisté aux séances de la | leden een presentiegeld toe te kennen voor de deelname aan de | 
| commission budgétaire et pour le contrôle de la comptabilité du | vergaderingen van de budgetcommissie en voor het nazicht van de | 
| centre. | boekhouding van het centrum. | 
| Art. 8.Les jetons de présence ne peuvent être supérieurs aux jetons | Art. 8.Het presentiegeld mag niet hoger zijn dan het presentiegeld, | 
| de présence accordés aux conseillers municipaux de la commune où siège | toegekend aan de gemeenteraadsleden van de gemeente waar de zetel van | 
| le centre public. | het openbaar centrum is gevestigd. | 
| CHAPITRE IV. - Dispositions finales | HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen | 
| Art. 9.L'arrêté royal du 15 décembre 1977 relatif au traitement des | Art. 9.Het koninklijk besluit van 15 december 1977 betreffende de | 
| bezoldiging van de voorzitters en de presentiegelden van de leden van | |
| présidents et aux jetons de présence des membres des conseils d'aide | de raden voor maatschappelijk welzijn, gewijzigd bij de koninklijke | 
| sociale, modifié par les arrêtés royaux des 18 avril 1983 et 21 | besluiten van 18 april 1983 en 21 januari 1993, wordt opgeheven. | 
| janvier 1993 est abrogé. | |
| Art. 10.Le présent arrêté entre en vigueur le premier jour du mois | Art. 10.Dit besluit treedt in werking op de eerste dag van de maand | 
| qui suit celui au cours duquel il aura été publié au Moniteur belge. | volgend op de maand waarin het besluit in het Belgisch Staatsblad is | 
| Art. 11.Le Ministre flamand ayant l'assistance aux personnes dans ses | bekendgemaakt. Art. 11.De Vlaamse minister, bevoegd voor de bijstand aan personen, | 
| attributions est chargé de l'exécution du présent arrêté. | is belast met de uitvoering van dit besluit. | 
| Bruxelles, le 22 septembre 1998. | Brussel, 22 september 1998. | 
| Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, | De minister-president van de Vlaamse regering, | 
| L.VAN DEN BRANDE | L. VAN DEN BRANDE | 
| Le Ministre flamand de la Culture, de la Famille et de l'Aide sociale, | De Vlaamse minister van Cultuur, Gezin en Welzijn, | 
| L. MARTENS | L. MARTENS |