← Retour vers "Arrêté du Gouvernement flamand modifiant diverses dispositions de l'arrêté royal du 12 décembre 2001 concernant les titres-services "
| Arrêté du Gouvernement flamand modifiant diverses dispositions de l'arrêté royal du 12 décembre 2001 concernant les titres-services | Besluit van de Vlaamse Regering houdende de wijziging van diverse bepalingen van het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques |
|---|---|
| AUTORITE FLAMANDE | VLAAMSE OVERHEID |
| 16 MARS 2018. - Arrêté du Gouvernement flamand modifiant diverses | 16 MAART 2018. - Besluit van de Vlaamse Regering houdende de wijziging |
| dispositions de l'arrêté royal du 12 décembre 2001 concernant les | van diverse bepalingen van het koninklijk besluit van 12 december 2001 |
| titres-services | betreffende de dienstencheques |
| LE GOUVERNEMENT FLAMAND, | DE VLAAMSE REGERING, |
| Vu la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, | Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der |
| l'article 20, modifié par la loi spéciale du 16 juillet 1993 ; | instellingen, artikel 20, gewijzigd bij de bijzondere wet van 16 juli 1993; |
| Vu la loi du 20 juillet 2001 visant à favoriser le développement de | Gelet op de wet van 20 juli 2001 tot bevordering van de buurtdiensten |
| services et d'emplois de proximité, l'article 2, § 1er, 3°, remplacé | |
| par la loi du 22 décembre 2003, § 2, alinéa deux, inséré par le décret | en -banen, artikel 2, § 1, 3°, vervangen bij de wet van 22 december |
| du 7 juillet 2017, l'article 2bis, § 1er, alinéa deux, inséré par la | 2003, § 2, tweede lid, ingevoegd bij decreet van 7 juli 2017, artikel |
| 2bis, § 1, tweede lid ingevoegd bij de wet van 22 juni 2012 en | |
| loi du 22 juin 2012 et modifié par le décret du 7 juillet 2017, § 2, | gewijzigd bij het decreet van 7 juli 2017, § 2, vierde lid, ingevoegd |
| alinéa quatre, inséré par la loi du 22 juin 2012, l'article 3, alinéa | bij de wet van 22 juni 2012, artikel 3, zevende lid, en artikel 4, |
| sept, et l'article 4, alinéa premier, 1° ; | eerste lid, 1° ; |
| Vu l'arrêté royal du 12 décembre 2001 concernant les titres-services ; | Gelet op het koninklijk besluit van 12 december 2001 betreffende de dienstencheques; |
| Vu l'accord du Ministre flamand en charge du budget, donné le 25 janvier 2018 ; | Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 25 januari 2018; |
| Vu l'avis 62.980/1 du Conseil d'Etat, rendu le 9 mars 2018, en | Gelet op advies 62.980/1 van de Raad van State, gegeven op 9 maart |
| application de l'article 84, § 1er, alinéa 1er, 2°, des lois sur le | 2018, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de |
| Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973 ; | wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; |
| Sur la proposition du Ministre flamand de l'Emploi, de l'Economie, de | Op voorstel van de Vlaamse minister van Werk, Economie, Innovatie en |
| l'Innovation et des Sports ; | Sport; |
| Après délibération, | Na beraadslaging, |
| Arrête : | Besluit : |
Article 1er.A l'article 1er, alinéa cinq, de l'arrêté royal du 12 |
Artikel 1.In artikel 1, vijfde lid van het koninklijk besluit van 12 |
| décembre 2001 concernant les titres-services, modifié par l'arrêté | december 2001 betreffende de dienstencheques, gewijzigd bij koninklijk |
| royal du 28 septembre 2008, les termes « Service Public Fédéral | besluit van 28 september 2008, worden de woorden "de Federale |
| Mobilité et Transports » sont remplacés par les termes « le | Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer" vervangen door de woorden "het |
| Département de la Mobilité et des Travaux publics du Ministère flamand | Departement Mobiliteit en Openbare Werken van het Vlaams Ministerie |
| de la Mobilité et des Travaux Publics ». | van Mobiliteit en Openbare Werken". |
Art. 2.L'article 2 quater, § 4, alinéa premier, du même arrêté royal, |
Art. 2.Aan artikel 2 quater, § 4, eerste lid van hetzelfde koninklijk |
| inséré par l'arrêté royal du 9 janvier 2004 et modifié par les arrêtés | besluit, ingevoegd bij koninklijk besluit van 9 januari 2004 en |
| royaux du 16 janvier 2007, du 13 juillet 2007, du 28 avril 2008, du 25 | gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 16 januari 2007, 13 juli |
| octobre 2011 et par l'arrêté du Gouvernement flamand du 18 décembre | 2007, 28 april 2008, 25 oktober 2011 en bij besluit van de Vlaamse |
| 2015, est complété par un point 21°, rédigé comme suit : | Regering van 18 december 2015, wordt een punt 21° toegevoegd, dat |
| luidt als volgt : | |
| « 21° l'entreprise s'engage à ne pas laisser s'effectuer des | "21° de onderneming verbindt zich ertoe geen prestaties die betaald |
| prestations payées au moyen de titres-services par des employés pour | worden met dienstencheques te laten verrichten door werknemers van wie |
| lesquels l'emploi n'a pas été déclaré préalablement à l'ONSS, | de tewerkstelling niet voorafgaand aan de RSZ is gemeld conform het |
| conformément à l'arrêté royal du 5 novembre 2002 instaurant une | koninklijk besluit van 5 november 2002 tot invoering van een |
| déclaration immédiate de l'emploi, en application de l'article 38 de | onmiddellijke aangifte van tewerkstelling, met toepassing van artikel |
| la loi du 26 juillet 1996 portant modernisation de la sécurité sociale | 38 van de wet van 26 juli 1996 tot modernisering van de sociale |
| et assurant la viabilité des régimes légaux des pensions. ». | zekerheid en tot vrijwaring van de leefbaarheid van de wettelijke |
| pensioenstelsels.". | |
Art. 3.A l'article 4, alinéa deux du même arrêté royal, remplacé par |
Art. 3.In artikel 4, tweede lid van hetzelfde koninklijk besluit, |
| l'arrêté royal du 9 janvier 2004 et modifié par l'arrêté royal du 5 | vervangen bij koninklijk besluit van 9 januari 2004 en gewijzigd bij |
| mars 2006 et par l'arrêté du Gouvernement flamand du 18 décembre 2015, | koninklijk besluit van 5 maart 2006 en bij besluit van de Vlaamse |
| le membre de phrase « , et répartie par Région sur base du domicile de | Regering van 18 december 2015, wordt de zinsnede ", opgesplitst |
| l'utilisateur » est abrogé. | volgens het Gewest waar de gebruiker gedomicilieerd is" opgeheven. |
Art. 4.A l'article 10 du même arrêté royal, remplacé par l'arrêté du |
Art. 4.In het artikel 10 van hetzelfde koninklijk besluit, vervangen |
| Gouvernement flamand du 18 décembre 2015, est inséré un paragraphe | bij besluit van de Vlaamse Regering van 18 december 2015, wordt een |
| 3bis, rédigé comme suit : | paragraaf 3bis ingevoegd, die luidt als volgt : |
| « § 3bis. A l'expiration d'un délai de cinq ans à compter de la date d'octroi de l'agrément, le département lève le cautionnement. Avant de lever le cautionnement, le département vérifie s'il ne reste pas des sommes dues au département. Si tel est le cas, le montant du cautionnement sera utilisé pour l'apurement de ces créances. Le montant restant sera levé. Le département peut suspendre la levée du cautionnement si, au cours des deux années précédentes, l'entreprise agréée a commis des infractions aux conditions d'agrément reprises dans la loi ou dans ce présent arrêté, qui ont été constatées par les services d'inspection compétents. Le département informe l'entreprise agréée de la décision de suspendre la levée du cautionnement dans les soixante jours après l'expiration du délai de cinq ans à compter de la date d'octroi de l'agrément. Si le département suspend la levée du cautionnement, il peut lever le cautionnement au plus tôt un an après cette décision. ». | " § 3bis. Bij het verstrijken van een termijn van vijf jaar te rekenen vanaf de toekenningsdatum van de erkenning, geeft het departement de borgsom vrij. Vooraleer de borgsom vrij te geven gaat het departement na of er nog bedragen verschuldigd zijn aan het departement. Als dat het geval is, wordt het bedrag van de borgsom gebruikt voor de aanzuivering van die schuldvorderingen. Het resterende bedrag wordt vrijgegeven. Het departement kan de vrijgave van de borgsom opschorten als de erkende onderneming tijdens de afgelopen twee jaar inbreuken heeft begaan vastgesteld door de bevoegde inspectiediensten op de erkenningsvoorwaarden opgenomen in de wet of in dit besluit. Het departement deelt de beslissing om de vrijgave van de borgsom op te schorten mee aan de erkende onderneming binnen zestig dagen na het verstrijken van vijf jaar te rekenen vanaf de toekenningsdatum van de erkenning. Als het departement de vrijgave van de borgsom opschort, kan het departement ten vroegste één jaar na die beslissing de borgsom vrijgeven.". |
Art. 5.L'article 11bis du même arrêté royal, inséré par l'arrêté |
Art. 5.Artikel 11bis van hetzelfde koninklijk besluit, ingevoegd bij |
| royal du 9 janvier 2004 et remplacé par l'arrêté du Gouvernement | koninklijk besluit van 9 januari 2004 en vervangen bij besluit van de |
| flamand du 18 décembre 2015, est abrogé. | Vlaamse Regering van 18 december 2015, wordt opgeheven. |
Art. 6.Le ministre flamand qui a la politique de l'emploi dans ses |
Art. 6.De Vlaamse minister, bevoegd voor het tewerkstellingsbeleid, |
| attributions est chargé de l'exécution du présent arrêté. | is belast met de uitvoering van dit besluit. |
| Bruxelles, le 16 mars 2018. | Brussel, 16 maart 2018. |
| Le Ministre président du Gouvernement flamand, | De minister-president van de Vlaamse Regering, |
| G. BOURGEOIS | G. BOURGEOIS |
| Le Ministre flamand de l'Emploi, de l'Economie, de l'Innovation et des Sports, | De Vlaamse minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport, |
| Ph. MUYTERS | Ph. MUYTERS |