← Retour vers "Arrêté du Gouvernement flamand modifiant certains objectifs finaux de l'arrêté du Gouvernement flamand du 23 juin 2000 définissant les objectifs finaux spécifiques aux différentes branches des deuxième et troisième degrés de l'enseignement secondaire ordinaire, pour ce qui est de la géographie "
Arrêté du Gouvernement flamand modifiant certains objectifs finaux de l'arrêté du Gouvernement flamand du 23 juin 2000 définissant les objectifs finaux spécifiques aux différentes branches des deuxième et troisième degrés de l'enseignement secondaire ordinaire, pour ce qui est de la géographie | Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van sommige eindtermen van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juni 2000 tot vaststelling van de vakgebonden eindtermen van de tweede en de derde graad van het gewoon secundair onderwijs, wat de aardrijkskunde betreft |
---|---|
AUTORITE FLAMANDE | VLAAMSE OVERHEID |
12 DECEMBRE 2014. - Arrêté du Gouvernement flamand modifiant certains | 12 DECEMBER 2014. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van |
objectifs finaux de l'arrêté du Gouvernement flamand du 23 juin 2000 | sommige eindtermen van het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juni |
définissant les objectifs finaux spécifiques aux différentes branches | 2000 tot vaststelling van de vakgebonden eindtermen van de tweede en |
des deuxième et troisième degrés de l'enseignement secondaire | de derde graad van het gewoon secundair onderwijs, wat de |
ordinaire, pour ce qui est de la géographie | aardrijkskunde betreft |
Le Gouvernement flamand, | De Vlaamse Regering, |
Vu le Code de l'Enseignement secondaire du 17 décembre 2010, | Gelet op de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010, |
sanctionné par le décret du 27 mai 2011, notamment l'article 139, | bekrachtigd bij het decreet van 27 mei 2011, artikel 139, gewijzigd |
modifié par le décret du 1er juillet 2011 ; | bij het decreet van 1 juli 2011; |
Vu l'arrêté du Gouvernement flamand du 23 juin 2000 définissant les | Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 23 juni 2000 tot |
objectifs finaux spécifiques aux différentes branches des deuxième et | vaststelling van de vakgebonden eindtermen van de tweede en de derde |
troisième degrés de l'enseignement secondaire ordinaire, sanctionné | graad van het gewoon secundair onderwijs, bekrachtigd bij het decreet |
par le décret du 18 janvier 2002 ; | van 18 januari 2002; |
Vu l'avis du « Vlaamse Onderwijsraad » (Conseil flamand de | Gelet op het advies van de Vlaamse Onderwijsraad, gegeven op 6 |
l'Enseignement), émis le 6 février 2014 ; | februari 2014; |
Vu l'avis de l'Inspection des Finances, rendu le 12 juin 2014 ; | Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 12 juni 2014; |
Vu l'avis 56.728/1 du Conseil d'Etat, donné le 4 novembre 2014, en | Gelet op advies 56.728/1 van de Raad van State, gegeven op 4 november |
application de l'article 84, § 1er, premier alinéa, 2°, des lois sur | 2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de |
le Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973 ; | wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; |
Sur la proposition de la Vice-Ministre-Présidente du Gouvernement | Op voorstel van de viceminister-president van de Vlaamse Regering en |
flamand et Ministre flamande de l'Enseignement ; | Vlaams minister van Onderwijs; |
Après délibération, | Na beraadslaging, |
Arrête : | Besluit : |
Article 1er.A l'annexe de l'arrêté du Gouvernement flamand du 23 juin |
Article 1er. In de bijlage bij het besluit van de Vlaamse Regering van |
2000 définissant les objectifs finaux spécifiques aux différentes | 23 juni 2000 tot vaststelling van de vakgebonden eindtermen van de |
branches des deuxième et troisième degrés de l'enseignement secondaire | tweede en de derde graad van het gewoon secundair onderwijs, het |
ordinaire, modifié en dernier lieu par l'arrêté du Gouvernement | laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 2 maart |
flamand du 2 mars 2012, sanctionné par le décret du 11 mai 2012, sont | 2012, bekrachtigd bij het decreet van 11 mei 2012, worden de volgende |
apportées les modifications suivantes : | wijzigingen aangebracht : |
1° sous l'intitulé « IX. Objectifs finaux spécifiques aux branches | 1° onder het opschrift "IX. Vakgebonden eindtermen derde graad - kso", |
troisième degré ESA », le point « A. Géographie - ESA » est remplacé | wordt punt ""A. "Aardrijkskunde - KSO" vervangen door wat volgt : |
par ce qui suit : | |
« A. Géographie | "A. Aardrijkskunde |
Contexte, autonomie et responsabilité | Context, autonomie en verantwoordelijkheid |
Les objectifs finaux suivants pour le troisième degré kso/tso sont | De volgende eindtermen voor de derde graad kso/tso worden gelezen |
compris à partir d'un contexte personnel, social et mondial. Ils sont | vanuit de persoonlijke, sociale en mondiale context. Ze worden |
réalisés au moyen de techniques d'appui. | gerealiseerd met behulp van ondersteunende technieken. |
Approche globale en géographie | Overkoepelend aardrijkskundig |
1. Utiliser des cartes et des images transmises par satellite pour | 1. Kaarten en satellietbeelden aanwenden om geografische |
examiner des phénomènes géographiques | verschijnselen te onderzoeken |
2. Examiner des relations spatiales à l'aide du système d'information | 2. Met toepassingen van GIS, ruimtelijke verbanden onderzoeken, |
géographique (SIG), en utilisant des fichiers de données liés au SIG | gebruik makend van databestanden die aan GIS gekoppeld zijn |
Spécifiquement pour la géographie | Specifiek aardrijkskundig |
3. Indiquer la position de la terre dans l'univers et décrire les | 3. De plaats van de aarde binnen het heelal aangeven en de gevolgen |
conséquences des mouvements de la terre autour de son axe et autour du | van de bewegingen van de aarde rond haar as en rond de zon beschrijven |
soleil 4. Indiquer, à l'aide de quelques paysages physico-géographiques typiques, les conséquences de la tectonique des plaques et des processus géomorphologiques sur la surface de la terre 5. Situer sur une échelle du temps géologique d'importants événements géologiques et changements climatiques 6. Rechercher la relation entre des phénomènes météorologiques et les circonstances géographiques et atmosphériques sur la base des prévisions météo 7. Reconnaître que les évolutions démographiques sur le plan socio-économique, technologique et écologique ont des conséquences régionales et mondiales 8. Illustrer que le développement durable est influencé par l'usage et | 4. Aan de hand van enkele typische fysisch-geografische landschappen de gevolgen van platentektoniek en geomorfologische processen op het aardoppervlak aangeven 5. Belangrijke geologische gebeurtenissen en klimaatsveranderingen situeren op een geologische tijdsschaal 6. Weerfenomenen in verband brengen met geografische en atmosferische omstandigheden op basis van een weerbericht 7. Herkennen dat demografische evoluties op sociaal-economisch, technologisch en ecologisch vlak regionale en mondiale gevolgen hebben 8. Illustreren dat duurzame ontwikkeling mede bepaald wordt door |
l'aménagement de l'espace | gebruik en ordening van de ruimte |
9. Illustrer l'interaction entre les aspects spatiaux et les | 9. De wisselwerking tussen ruimtelijke aspecten en actuele |
situations géopolitiques actuelles. » ; | geopolitieke situaties illustreren."; |
2° sous l'intitulé « X. Objectifs finaux spécifiques aux branches | 2° onder het opschrift "X. Vakgebonden eindtermen derde graad - tso", |
troisième degré EST », le point « A. GEOGRAPHIE - EST » est remplacé | wordt punt A. "Aardrijkskunde - TSO" vervangen door wat volgt : |
par ce qui suit : | |
« A. Géographie | "A. Aardrijkskunde |
Contexte, autonomie et responsabilité | Context, autonomie en verantwoordelijkheid |
Les objectifs finaux suivants pour le troisième degré kso/tso sont | De volgende eindtermen voor de derde graad kso/tso worden gelezen |
compris à partir d'un contexte personnel, social et mondial. Ils sont | vanuit de persoonlijke, sociale en mondiale context. Ze worden |
réalisés au moyen de techniques d'appui. | gerealiseerd met behulp van ondersteunende technieken. |
Approche globale en géographie | Overkoepelend aardrijkskundig |
1. Utiliser des cartes et des images transmises par satellite pour | 1. Kaarten en satellietbeelden aanwenden om geografische |
examiner des phénomènes géographiques | verschijnselen te onderzoeken |
2. Examiner des relations spatiales à l'aide du système d'information | 2. Met toepassingen van GIS, ruimtelijke verbanden onderzoeken, |
géographique (SIG), en utilisant des fichiers de données liés au SIG | gebruik makend van databestanden die aan GIS gekoppeld zijn |
Spécifiquement pour la géographie | Specifiek aardrijkskundig |
3. Indiquer la position de la terre dans l'univers et décrire les | 3. De plaats van de aarde binnen het heelal aangeven en de gevolgen |
conséquences des mouvements de la terre autour de son axe et autour du | van de bewegingen van de aarde rond haar as en rond de zon beschrijven |
soleil 4. Indiquer, à l'aide de quelques paysages physico-géographiques typiques, les conséquences de la tectonique des plaques et des processus géomorphologiques sur la surface de la terre 5. Situer sur une échelle du temps géologique d'importants événements géologiques et changements climatiques 6. Rechercher la relation entre des phénomènes météorologiques et les circonstances géographiques et atmosphériques sur la base des prévisions météo 7. Reconnaître que les évolutions démographiques sur le plan socio-économique, technologique et écologique ont des conséquences régionales et mondiales 8. Illustrer que le développement durable est influencé par l'usage et | 4. Aan de hand van enkele typische fysisch-geografische landschappen de gevolgen van platentektoniek en geomorfologische processen op het aardoppervlak aangeven 5. Belangrijke geologische gebeurtenissen en klimaatsveranderingen situeren op een geologische tijdsschaal 6. Weerfenomenen in verband brengen met geografische en atmosferische omstandigheden op basis van een weerbericht 7. Herkennen dat demografische evoluties op sociaal-economisch, technologisch en ecologisch vlak regionale en mondiale gevolgen hebben 8. Illustreren dat duurzame ontwikkeling mede bepaald wordt door |
l'aménagement de l'espace | gebruik en ordening van de ruimte |
9. Illustrer l'interaction entre les aspects spatiaux et les | 9. De wisselwerking tussen ruimtelijke aspecten en actuele |
situations géopolitiques actuelles. ». | geopolitieke situaties illustreren.". |
Art. 2.La Ministre flamande qui a l'enseignement dans ses |
Art. 2.De Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, is belast met |
attributions est chargée de l'exécution du présent arrêté. | de uitvoering van dit besluit. |
Bruxelles, le 12 décembre 2014. | Brussel, 12 december 2014. |
Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, | De minister-president van de Vlaamse Regering, |
G. BOURGEOIS | G. BOURGEOIS |
La Vice-Ministre-Présidente du Gouvernement flamand et Ministre | De viceminister-president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister |
flamande de l'Enseignement, | van Onderwijs, |
H. CREVITS | H. CREVITS |