Arrêté du Gouvernement flamand relatif à la prime aux enseignants | Besluit van de Vlaamse Regering over de lerarenbonus |
---|---|
AUTORITE FLAMANDE 9 SEPTEMBRE 2022. - Arrêté du Gouvernement flamand relatif à la prime aux enseignants Fondements juridiques Le présent arrêté est fondé sur : - le décret du 27 mars 1991 relatif au statut de certains membres du personnel de l'Enseignement communautaire, article 77, alinéa 1er ; - le décret du 27 mars 1991 relatif au statut de certains membres du personnel de l'enseignement subventionné, article 51, alinéa 1er ; - la Codification de certaines dispositions relatives à l'enseignement du 28 octobre 2016, sanctionnée par le décret du 23 décembre 2016, | VLAAMSE OVERHEID 9 SEPTEMBER 2022. - Besluit van de Vlaamse Regering over de lerarenbonus Rechtsgronden Dit besluit is gebaseerd op: - het decreet rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs van 27 maart 1991, artikel 77, eerste lid; - het decreet rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs van 27 maart 1991, artikel 51, eerste lid; - de Codificatie sommige bepalingen voor het onderwijs van 28 oktober 2016, bekrachtigd bij het decreet van 23 december 2016, artikel V.51, |
article V.51, modifié par le décret du 16 juin 2017. | gewijzigd bij het decreet van 16 juni 2017. |
Formalités | Vormvereisten |
Les formalités suivantes ont été remplies : | De volgende vormvereisten zijn vervuld: |
- Le ministre flamand qui a le budget dans ses attributions a donné | - De Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, heeft zijn akkoord |
son accord le 15 juin 2022. | gegeven op 15 juni 2022. |
- La réunion commune du Comité sectoriel X, de la sous-section « | - De gemeenschappelijke vergadering van Sectorcomité X, van |
Communauté flamande » de la division 2 du Comité des services publics | onderafdeling Vlaamse Gemeenschap van afdeling 2 van het Comité voor |
provinciaux et locaux et du comité coordinateur de négociation visé au | de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten en van het |
décret du 5 avril 1995 portant création de comités de négociation dans | overkoepelend onderhandelingscomité, vermeld in het decreet van 5 |
april 1995 tot oprichting van onderhandelingscomités in het vrij | |
l'enseignement libre subventionné, a conclu le protocole n° 211 le 8 | gesubsidieerd onderwijs, heeft protocol nr. 211 gesloten op 8 juli |
juillet 2022. | 2022. |
- Le Conseil d'Etat a donné l'avis 71.967/1/V le 8 août 2022, en | - De Raad van State heeft advies 71.967/1/V gegeven op 8 augustus |
application de l'article 84, § 1er, alinéa 1er, 2°, des lois sur le | 2022, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de |
Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973. | wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973. |
Initiateur | Initiatiefnemer |
Le présent arrêté est proposé par le Ministre flamand de l'Enseignement, des Sports, du Bien-Etre des Animaux et du Vlaamse Rand. Après délibération, LE GOUVERNEMENT FLAMAND ARRETE : Article 1er.Dans le présent arrêté, on entend par membre du personnel : 1° les membres du personnel, visés à l'article 2, § 1er, du décret du 27 mars 1991 relatif au statut de certains membres du personnel de l'Enseignement communautaire, désignés dans une fonction de recrutement de l'enseignement fondamental ou secondaire ; |
Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Onderwijs, Sport, Dierenwelzijn en Vlaamse Rand. Na beraadslaging, DE VLAAMSE REGERING BESLUIT: Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder personeelslid: 1° de personeelsleden, vermeld in artikel 2, § 1, van het decreet rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs van 27 maart 1991, die aangesteld zijn in een wervingsambt van het basis- of secundair onderwijs; |
2° les membres du personnel, visés à l'article 4, § 1er, du décret du | 2° de personeelsleden, vermeld in artikel 4, § 1, van het decreet |
27 mars 1991 relatif au statut de certains membres du personnel de | rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs van 27 maart |
l'enseignement subventionné, désignés dans une fonction de recrutement | 1991, die aangesteld zijn in een wervingsambt van het basis- of |
de l'enseignement fondamental ou secondaire. | secundair onderwijs. |
Art. 2.§ 1er. Les membre du personnel qui ne sont pas encore porteurs |
Art. 2.§ 1. De personeelsleden die nog niet in het bezit zijn van een |
d'un titre de capacité pédagogique tel que visé à l'article 4, § 2, de | pedagogisch bekwaamheidsbewijs als vermeld in artikel 4, § 2, van het |
l'arrêté du Gouvernement flamand du 27 juin 1990 relatif aux titres, | besluit van de Vlaamse Regering van 27 juni 1990 betreffende de |
aux échelles de traitement et au statut pécuniaire dans l'enseignement | bekwaamheidsbewijzen, de salarisschalen en de bezoldigingsregeling in |
fondamental ordinaire, et qui suivent une formation des enseignants | het gewoon basisonderwijs, en een lerarenopleiding volgen die leidt |
menant à un titre de capacité pédagogique tel que visé à l'article 4, | tot een pedagogisch bekwaamheidsbewijs als vermeld in artikel 4, § 2, |
§ 2, de l'arrêté précité, ont droit à une prime aux enseignants | van het voormelde besluit, hebben recht op een lerarenbonus gedurende |
pendant trois années calendaires, à compter du premier jour de | drie kalenderjaren, te rekenen vanaf de eerste dag van de inschrijving |
l'inscription à une formation des enseignants. La prime aux | aan een lerarenopleiding. Met een lerarenbonus heeft het personeelslid |
enseignants donne droit à une réduction hebdomadaire de la charge du | recht op een wekelijkse vermindering van zijn opdracht als vermeld in |
membre du personnel telle que visée à l'article 5 du présent arrêté. | artikel 5 van dit besluit. |
§ 2. Les membre du personnel qui sont déjà porteurs d'un titre de | § 2. De personeelsleden die al een pedagogisch bekwaamheidsbewijs |
capacité pédagogique tel que visé à l'article 4, § 2, de l'arrêté | hebben als vermeld in artikel 4, § 2, van het voormelde besluit en een |
précité et qui suivent une formation des enseignants menant à un titre | lerarenopleiding volgen die leidt tot een vereist bekwaamheidsbewijs |
de capacité pédagogique requis pour l'un des cours ou l'une des | |
fonctions visés au § 3, peuvent recevoir une prime aux enseignants | voor één van de vakken of ambten vermeld in § 3, kunnen een |
pendant trois années calendaires, à compter du premier jour de | lerarenbonus krijgen gedurende drie kalenderjaren, te rekenen vanaf de |
l'inscription à une formation des enseignants, à condition que le | eerste dag van de inschrijving aan een lerarenopleiding, op voorwaarde |
pouvoir organisateur y consente. La prime aux enseignants donne droit | dat de inrichtende macht daarmee instemt. Met een lerarenbonus krijgt |
à une réduction hebdomadaire de la charge du membre du personnel telle | het personeelslid een wekelijkse vermindering van zijn opdracht als |
que visée à l'article 5 du présent arrêté. | vermeld in artikel 5 van dit besluit. |
§ 3. Les cours et les fonctions pour lesquels le membre du personnel | § 3. De vakken en ambten waarvoor het personeelslid, vermeld in § 2, |
visé au § 2 peut recevoir une prime aux enseignants sont les suivants | een lerarenbonus kan krijgen, zijn de volgende: |
: 1° la fonction d'instituteur ou la fonction d'instituteur de formation | 1° het ambt van onderwijzer of het ambt van onderwijzer ASV; |
générale et sociale ; | |
2° la fonction d'enseignant, chargé du cours général néerlandais, | 2° het ambt van leraar, belast met het algemene vak Nederlands, |
néerlandais pour nouveaux arrivants, français, mathématiques, | Nederlands voor nieuwkomers, Frans, wiskunde, informatica, |
informatique, géographie, biologie, chimie, allemand, économie, anglais, physique, latin, sciences naturelles ou projet cours généraux, visé à l'article 2 de l'arrêté du Gouvernement flamand du 5 juin 1989 déterminant les cours généraux, les cours artistiques, les cours techniques et les cours pratiques dans les établissements d'enseignement secondaire à temps plein et dans les établissements d'enseignement secondaire à temps plein qui fonctionnent comme centres d'enseignement secondaire professionnel à temps partiel organisés ou subventionnés par la Communauté flamande, à l'exception des établissements d'enseignement secondaire spécial ; 3° la fonction d'enseignant, chargé du cours technique construction, électricité, bois, mécanique, correspondance commerciale en néerlandais, correspondance commerciale en français et technique, visé | aardrijkskunde, biologie, chemie, Duits, economie, Engels, fysica, Latijn, natuurwetenschappen of project algemene vakken, vermeld in artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 juni 1989 tot vaststelling van de algemene vakken, de kunstvakken, de technische vakken en de praktische vakken in de instellingen voor voltijds secundair onderwijs en in de instellingen voor voltijds secundair onderwijs die als centra voor deeltijds beroepssecundair onderwijs fungeren, georganiseerd of gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap, met uitzondering van de instellingen voor buitengewoon secundair onderwijs; 3° het ambt van leraar, belast met het technische vak bouw, elektriciteit, hout, mechanica, handelscorrespondentie Nederlands, |
à l'article 4, § 2 et à l'article 5bis de l'arrêté précité ; | handelscorrespondentie Frans en techniek, vermeld in artikel 4, § 2 en |
4° la fonction d'enseignant, chargé du cours pratique construction, | artikel 5bis, van het voormelde besluit; 4° het ambt van leraar, belast met het praktisch vak bouw, |
électricité, bois et mécanique, visé à l'article 5 et à l'article 5bis | elektriciteit, hout, en mechanica, vermeld in artikel 5 en artikel |
de l'arrêté précité ; | 5bis van het voormelde besluit; |
5° la fonction d'enseignant de formation à vocation professionnelle | 5° het ambt van leraar beroepsgerichte vorming met specialiteiten |
avec spécialités en construction, bois et mécanique, visées à | bouw, hout en mechanica vermeld in artikel 2, § 4 van het besluit van |
l'article 2, § 4, de l'arrêté du Gouvernement flamand du 14 mars 2003 | de Vlaamse regering van 14 maart 2003 betreffende de concordantie van |
relatif à la concordance des spécialités dans la forme d'enseignement 3 de l'enseignement secondaire | de specialiteiten in opleidingsvorm 3 van het buitengewoon secundair |
spécial ; | onderwijs; |
6° les fonctions de maître de religion ou de maître de morale non | 6° de ambten van leermeester godsdienst of leermeester |
confessionnelle dans l'enseignement fondamental ; | niet-confessionele zedenleer in het basisonderwijs; |
7° les fonctions de professeur de religion ou de professeur de morale | 7° de ambten van godsdienstleraar of leraar niet-confessionele |
non confessionnelle dans l'enseignement secondaire. | zedenleer in het secundair onderwijs. |
Art. 3.Les membres du personnel peuvent recevoir une prime aux |
Art. 3.De personeelsleden kunnen een lerarenbonus krijgen of hebben |
enseignants ou ont droit à une prime aux enseignants telle que visée à | recht op een lerarenbonus als vermeld in artikel 2, als ze voldoen aan |
l'article 2 s'ils remplissent toutes les conditions suivantes : | |
1° avoir au moins une désignation à mi-temps dans une fonction de | al de volgende voorwaarden: |
l'enseignement fondamental ou secondaire ordinaire ou spécial d'au | 1° minstens een halftijdse aanstelling hebben in een ambt van het |
moins 105 jours calendriers consécutifs ; | gewoon of buitengewoon basis- of secundair onderwijs van minstens 105 |
aaneensluitende kalenderdagen; | |
2° être inscrits à une formation des enseignants, visée à l'article | 2° ingeschreven zijn in een lerarenopleiding, vermeld in artikel |
II.111 du Code de l'Enseignement supérieur ; | II.111 van de Codex Hoger Onderwijs; |
3° être désignés dans un ou plusieurs emplois comprenant ensemble au | 3° aangesteld zijn in een of meer betrekkingen die samen minstens de |
moins la moitié du nombre d'unités de prestations requises pour une | helft van het aantal prestatie-eenheden omvatten die vereist zijn voor |
fonction à prestations complètes. Si le membre du personnel occupe un | een ambt met volledige prestaties. Als het personeelslid een |
emploi dans plusieurs établissements, la prime aux enseignants est | betrekking heeft in meer dan één instelling, wordt de lerarenbonus |
prélevée dans l'établissement où le membre du personnel effectue la | opgenomen in de instelling waar het personeelslid de grootste opdracht |
plus grande charge. | uitoefent. |
Art. 4.Lors de chaque désignation donnant droit à une prime aux |
Art. 4.Bij elke aanstelling die recht geeft op een lerarenbonus als |
enseignants telle que visée à l'article 2, le membre du personnel soumet la preuve d'inscription de la formation des enseignants à l'établissement. Art. 5.Le membre du personnel ayant une charge inférieure à 75 % du nombre d'unités de prestations requises pour une fonction à prestations complètes, a droit à une réduction hebdomadaire de sa charge de deux unités de prestations. Le membre du personnel ayant une charge qui est au moins 75 % du nombre d'unités de prestations requises pour une fonction à prestations complètes, a droit à une réduction hebdomadaire de sa charge de trois unités de prestations. |
vermeld in artikel 2, legt het personeelslid het inschrijvingsbewijs van de lerarenopleiding voor aan de instelling. Art. 5.Het personeelslid dat een opdracht heeft die kleiner is dan 75% van het aantal prestatie-eenheden dat vereist is voor een ambt met volledige prestaties, heeft recht op een wekelijkse vermindering van zijn opdracht met twee prestatie-eenheden. Het personeelslid dat een opdracht heeft die minstens 75% bedraagt van het aantal prestatie-eenheden dat vereist is voor een ambt met volledige prestaties, heeft recht op een wekelijkse vermindering van zijn opdracht met drie prestatie-eenheden. |
Art. 6.Le membre du personnel ayant acquis une prime aux enseignants |
Art. 6.Het personeelslid dat een lerarenbonus verworven heeft, |
la conserve jusqu'à la fin de l'année scolaire, à condition qu'il | behoudt de lerarenbonus tot het einde van het schooljaar, op |
reste désigné au moins à mi-temps. Le volume de la prime aux | voorwaarde dat het personeelslid minimum halftijds aangesteld blijft. |
enseignants ne change pas au cours de l'année scolaire. | Het volume van de lerarenbonus wijzigt niet in de loop van het |
Art. 7.La prime aux enseignants visée à l'article 2 est assimilée à |
schooljaar. Art. 7.De lerarenbonus, vermeld in artikel 2, wordt gelijkgesteld met |
une activité de service. Le membre du personnel a droit à un | dienstactiviteit. Het personeelslid heeft tijdens de lerarenbonus |
traitement ou à une subvention-traitement pendant la prime aux | recht op salaris of salaristoelage en op verhoging tot een hoger |
enseignants et à une augmentation de son traitement ou de sa | |
subvention-traitement. | salaris of een hogere salaristoelage. |
Art. 8.Le congé de maladie, le congé de maternité, l'absence pour |
Art. 8.Het ziekteverlof, het bevallingsverlof, de afwezigheid wegens |
accident de travail, d'accident sur la route travail-domicile et | |
domicile-travail, de maladie professionnelle, la mise en disponibilité | arbeidsongeval, wegens ongeval op weg naar en van het werk, wegens |
pour cause de maladie, l'absence d'écartement du risque de maladie | beroepsziekte, de terbeschikkingstelling wegens ziekte, de afwezigheid |
professionnelle et le congé de protection de la maternité ne mettent | wegens een bedreiging door een beroepsziekte en het verlof wegens |
pas fin à la prime aux enseignants. | moederschapsbescherming maken geen einde aan de lerarenbonus. |
La prime aux enseignants peut être combinée avec une autre | De lerarenbonus mag gecombineerd worden met een andere |
interruption de service, pour autant que les modalités de cette | dienstonderbreking, op voorwaarde dat de modaliteiten van de |
interruption le permettent. | dienstonderbreking dat toelaten. |
Art. 9.L'établissement où le membre du personnel bénéficie de la |
Art. 9.De instelling waar het personeelslid de lerarenbonus, vermeld |
prime aux enseignants visée à l'article 2, a droit à un remplacement | in artikel 2, opneemt, heeft recht op vervanging volgens de |
selon le règlement de remplacement habituel. | gebruikelijke vervangingsregeling. |
Art. 10.Le présent arrêté entre en vigueur le 1er septembre 2022 et |
Art. 10.Dit besluit treedt in werking op 1 september 2022 en treedt |
cesse d'être en vigueur le 1er septembre 2026. | buiten werking op 1 september 2026. |
Art. 11.Le ministre flamand compétent pour l'enseignement et la |
Art. 11.De Vlaamse minister, bevoegd voor onderwijs en vorming, is |
formation est chargé de l'exécution du présent arrêté. | belast met de uitvoering van dit besluit. |
Bruxelles, le 9 septembre 2022. | Brussel, 9 september 2022. |
Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, | De minister-president van de Vlaamse Regering, |
J. JAMBON | J. JAMBON |
Le Ministre flamand de l'Enseignement, des Sports, du Bien-Etre des | De Vlaamse minister van Onderwijs, Sport, Dierenwelzijn en Vlaamse |
Animaux et du Vlaamse Rand, | Rand, |
B. WEYTS | B. WEYTS |