← Retour vers "Arrêté du Gouvernement flamand modifiant l'arrêté du Gouvernement flamand du 25 juillet 2014 fixant les attributions des membres du Gouvernement flamand "
Arrêté du Gouvernement flamand modifiant l'arrêté du Gouvernement flamand du 25 juillet 2014 fixant les attributions des membres du Gouvernement flamand | Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 25 juli 2014 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering |
---|---|
AUTORITE FLAMANDE | VLAAMSE OVERHEID |
6 FEVRIER 2019. - Arrêté du Gouvernement flamand modifiant l'arrêté du | 6 FEBRUARI 2019. - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van |
Gouvernement flamand du 25 juillet 2014 fixant les attributions des | het besluit van de Vlaamse Regering van 25 juli 2014 tot bepaling van |
membres du Gouvernement flamand | de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering |
Le Gouvernement Flamand, | De Vlaamse Regering, |
Vu le décret spécial du 7 juillet 2006 relatif aux institutions | Gelet op het bijzonder decreet van 7 juli 2006 over de Vlaamse |
flamandes, l'article 21 ; | instellingen, artikel 21; |
Vu l'arrêté du Gouvernement flamand du 25 juillet 2014 fixant les | Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 25 juli 2014 tot |
attributions des membres du Gouvernement flamand ; | bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering; |
Vu l'avis de l'Inspection des Finances, rendu le 6 février 2019 ; | Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 6 februari 2019; |
Sur proposition conjointe des membres du Gouvernement flamand ; | Op het gezamenlijke voorstel van de leden van de Vlaamse Regering; |
Après délibération, | Na beraadslaging, |
Arrête : | Besluit : |
Article 1er.Dans l'article 2 de l'arrêté du Gouvernement flamand du |
Artikel 1.In artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering van 25 |
25 juillet 2014 fixant les attributions des membres du Gouvernement | juli 2014 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse |
flamand, modifié en dernier lieu par l'arrêté du Gouvernement flamand | Regering, het laatst gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering |
du 9 janvier 2019, les paragraphes 9 et 10 sont remplacés par ce qui suit : | van 9 januari 2019, worden paragraaf 9 en 10 vervangen door wat volgt: |
« § 9. Mme Lydia Peeters est compétente pour : | " § 9. Mevrouw Lydia Peeters, is bevoegd voor: |
1° le domaine politique des finances et du budget, visé à l'article 5 | 1° het beleidsdomein financiën en begroting, vermeld in artikel 5 van |
de l'arrêté organisationnel ; | het organisatiebesluit; |
2° le secteur politique de l'énergie. | 2° het beleidsveld energie. |
Elle porte le titre de « Ministre flamande du Budget, des Finances et | Zij draagt de titel "Vlaams minister van Begroting, Financiën en |
de l'Energie ». | Energie". |
§ 10. M. Koen Van den Heuvel est compétent pour : | § 10. De heer Koen Van den Heuvel is bevoegd voor: |
1° le domaine politique de l'agriculture et de la pêche, visé à l'article 12 de l'arrêté organisationnel ; | 1° het beleidsdomein landbouw en visserij, vermeld in artikel 12 van het organisatiebesluit; |
2° le secteur politique de l'environnement et de la nature, y compris | 2° het beleidsveld leefmilieu en natuur, met inbegrip van de |
les ressources naturelles et la politique rurale ; | natuurlijke rijkdommen en het plattelandsbeleid; |
3° le secteur politique de l'aménagement du territoire. | 3° het beleidsveld ruimtelijke ordening. |
Il porte le titre de « Ministre flamand de l'Environnement, | Hij draagt de titel "Vlaams minister van Omgeving, Natuur en |
l'Aménagement du Territoire, de la Nature et de l'Agriculture ». ». | Landbouw".". |
Art. 2.Dans l'article 3 du même arrêté, modifié en dernier lieu par |
Art. 2.In artikel 3 van hetzelfde besluit, het laatst gewijzigd bij |
l'arrêté du Gouvernement flamand du 9 janvier 2019, les points 9° et | het besluit van de Vlaamse Regering van 9 januari 2019, worden punt 9° |
10° sont remplacés par ce qui suit : | en 10° vervangen door wat volgt: |
« 9° la Ministre flamande du Budget, des Finances et de l'Energie est | "9° de Vlaamse minister van Begroting, Financiën en Energie is bevoegd |
compétente pour : | voor: |
a) le « Vlaamse Belastingdienst » ; | a) de Vlaamse Belastingdienst; |
b) le « Vlaams Fonds voor de Lastendelging » ; | b) het Vlaams Fonds voor de Lastendelging; |
c) la « Vlaams Energieagentschap » ; | c) het Vlaams Energieagentschap; |
10° le Ministre flamand de l'Environnement, de l'Aménagement du | 10° de Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw is bevoegd |
Territoire, de la Nature et de l'Agriculture est compétent pour : | voor: |
a) le « Strategische Adviesraad Ruimtelijke Ordening - Onroerend | a) de Strategische Adviesraad Ruimtelijke Ordening - Onroerend |
Erfgoed », étant entendu que cette compétence est partagée avec le | Erfgoed, met dien verstande dat die bevoegdheid wordt gedeeld met de |
Ministre flamand chargé du patrimoine immobilier ; | Vlaamse minister, bevoegd voor het onroerend erfgoed; |
b) le « Rubiconfonds » ; | b) het Rubiconfonds; |
c) la « Agentschap voor Natuur en Bos » ; | c) het Agentschap voor Natuur en Bos; |
d) le « Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek » ; | d) het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek; |
e) la « Vlaamse Milieumaatschappij » ; | e) de Vlaamse Milieumaatschappij; |
f) la « Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij » ; | f) de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij; |
g) la « Vlaamse Landmaatschappij » ; | g) de Vlaamse Landmaatschappij; |
h) le « Milieu- en Natuurraad van Vlaanderen » ; | h) de Milieu- en Natuurraad van Vlaanderen; |
i) le « Vlaamse Milieuholding » ; | i) de Vlaamse Milieuholding; |
j) la « Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening ("De Watergroep") » ; | j) de Vlaamse Maatschappij voor Watervoorziening ("De Watergroep"); |
k) le « Ondersteunend Centrum van het Agentschap voor Natuur en Bos » | k) het Ondersteunend Centrum van het Agentschap voor Natuur en Bos; |
; l) le « Eigen Vermogen van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek » ; | l) het Eigen Vermogen van het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek; |
m) le « Grindfonds » ; | m) het Grindfonds; |
n) la « Agentschap voor Landbouw en Visserij » ; | n) het Agentschap voor Landbouw en Visserij; |
o) le « Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek »; | o) het Instituut voor Landbouw- en Visserijonderzoek; |
p) le « Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing » ; | p) het Vlaams Centrum voor Agro- en Visserijmarketing; |
q) le « Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij » ; | q) de Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij; |
r) le « Vlaams Landbouwinvesteringsfonds » ; | r) het Vlaams Landbouwinvesteringsfonds; |
s) le « Financieringsinstrument voor Vlaamse visserij- en | s) het Financieringsinstrument voor Vlaamse visserij- en |
aquicultuursector » ; | aquicultuursector; |
t) le « Eigen Vermogen van het Instituut voor Landbouw- en | t) het Eigen Vermogen van het Instituut voor Landbouw- en |
Visserijonderzoek » ; ». | Visserijonderzoek;". |
Art. 3.Le présent arrêté produit ses effets le 6 février 2019. |
Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 6 februari 2019. |
Art. 4.Les membres du Gouvernement flamand sont chargés, chacun en ce |
Art. 4.De leden van de Vlaamse Regering zijn, ieder wat hem of haar |
qui le ou la concerne, de l'exécution du présent arrêté. | betreft, belast met de uitvoering van dit besluit. |
Bruxelles, le 6 février 2019. | Brussel, 6 februari 2019. |
Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, | De minister-president van de Vlaamse Regering, |
Ministre flamand de la Politique étrangère et du Patrimoine immobilier | Vlaams minister van Buitenlands Beleid en Onroerend Erfgoed, |
G. BOURGEOIS | G. BOURGEOIS |
La Ministre flamande de l'Enseignement, et Vice-Ministre-Présidente du | De Vlaamse minister van Onderwijs, en viceminister-president van de |
Gouvernement flamand, | Vlaamse Regering, |
H. CREVITS | H. CREVITS |
Le Ministre flamand de la Culture, des Médias, de la Jeunesse et des | De Vlaamse minister van Cultuur, Media, Jeugd en Brussel, en |
Affaires bruxelloises, et Vice-Ministre-Président du Gouvernement flamand, | viceminister-president van de Vlaamse Regering, |
S. GATZ | S. GATZ |
La Ministre flamande de l'Administration intérieure, de l'Insertion | De Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Inburgering, Wonen, |
civique, du Logement, de l'Egalité des Chances et de la Lutte contre | Gelijke Kansen en Armoedebestrijding, en viceminister-president van de |
la Pauvreté, et Vice-Ministre-Présidente du Gouvernement flamand, | Vlaamse Regering, |
L. HOMANS | L. HOMANS |
Le Ministre flamand de la Mobilité, des Travaux publics, de la | De Vlaamse minister van Mobiliteit, Openbare Werken, Vlaamse Rand, |
Périphérie flamande de Bruxelles, du Tourisme et du Bien-Etre des Animaux, | Toerisme en Dierenwelzijn, |
B. WEYTS | B. WEYTS |
Le Ministre flamand du Bien-Etre, de la Santé publique et de la Famille, | De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, |
J. VANDEURZEN | J. VANDEURZEN |
Le Ministre flamand de l'Emploi, de l'Economie, de l'Innovation et des Sports, | De Vlaamse minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport, |
Ph. MUYTERS | Ph. MUYTERS |
La Ministre flamande du Budget, des Finances et de l'Energie, | De Vlaamse minister van Begroting, Financiën en Energie, |
L. PEETERS | L. PEETERS |
Le Ministre flamand de l'Environnement, de l'Aménagement du | De Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw, |
Territoire, de la Nature et de l'Agriculture, | |
K. VAN DEN HEUVEL | K. VAN DEN HEUVEL |