| Arrêté du Gouvernement flamand relatif au régime de prestations et aux jours de congé et fériés annuels des membres du personnel des centres d'éducation de base | Besluit van de Vlaamse Regering met betrekking tot de prestatieregeling en de jaarlijkse verlofdagen en feestdagen van de personeelsleden van de Centra voor Basiseducatie |
|---|---|
| AUTORITE FLAMANDE 3 JUILLET 2009. - Arrêté du Gouvernement flamand relatif au régime de prestations et aux jours de congé et fériés annuels des membres du personnel des centres d'éducation de base Le Gouvernement flamand, | VLAAMSE OVERHEID 3 JULI 2009. - Besluit van de Vlaamse Regering met betrekking tot de prestatieregeling en de jaarlijkse verlofdagen en feestdagen van de personeelsleden van de Centra voor Basiseducatie De Vlaamse Regering, |
| Vu le décret du 15 juin 2007 relatif à l'éducation des adultes, | Gelet op het decreet van 15 juni 2007 betreffende het |
| articles 128, § 1er, et 128bis, remplacés par le décret du 8 mai 2009; | volwassenenonderwijs, artikel 128, § 1, vervangen bij het decreet van |
| 8 mei 2009, en artikel 128bis, vervangen bij het decreet van 8 mei | |
| Vu l'avis de l'Inspection des Finances, rendu le 17 décembre 2008; | 2009; Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 17 december 2008; |
| Vu le protocole n° 15 du 20 mars 2009 portant les conclusions des | Gelet op protocol nr. 15 van 20 maart 2009 houdende de conclusies van |
| de onderhandelingen die werden gevoerd in het Vlaams | |
| négociations menées au sein du Comité flamand de négociation de | Onderhandelingscomité voor de basiseducatie, vermeld in het decreet |
| l'éducation de base, visé au décret du 23 janvier 2009 portant | van 23 januari 2009 tot oprichting van onderhandelingscomités voor de |
| création de comités de négociation pour l'éducation de base et pour le | |
| « Vlaams Ondersteuningscentrum voor het Volwassenenonderwijs » (Centre | basiseducatie en voor het Vlaams Ondersteuningscentrum voor het |
| flamand d'Aide à l'Education des Adultes); | Volwassenenonderwijs; |
| Vu l'avis 46 569/1 du Conseil d'Etat, donné le 18 juin 2009, en | Gelet op advies 46.569/1 van de Raad van State, gegeven op 18 juni |
| application de l'article 84, § 1er, alinéa premier, 1°, des lois sur | 2009, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de |
| le Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973; | wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; |
| Sur la proposition du Ministre flamand de l'Emploi, de l'Enseignement | Op voorstel van de Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming; |
| et de la Formation; | Na beraadslaging, |
| Après délibération, | |
| Arrête : | Besluit : |
| CHAPITRE Ier. - Dispositions générales | HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen |
Article 1er.Le présent arrêté s'applique aux membres du personnel, |
Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op de personeelsleden, |
| visés à l'article 127, § 1er, 1°, 2° et 3°, du décret du 15 juin 2007 | vermeld in artikel 127, § 1, 1°, 2° en 3°, van het decreet van 15 juni |
| relatif à l'éducation des adultes. | 2007 betreffende het volwassenenonderwijs. |
Art. 2.Dans le présent arrêté, on entend par : |
Art. 2.In dit besluit wordt verstaan onder : |
| 1° jours fériés légaux : 1er janvier, lundi de Pâques, 1er mai, | 1° wettelijke feestdagen : 1 januari, paasmaandag, 1 mei, |
| Ascension, lundi de Pentecôte, 21 juillet, 15 août, 1er novembre, 11 | Hemelvaartsdag, pinkstermaandag, 21 juli, 15 augustus, 1 november, 11 |
| novembre et 25 décembre; | november en 25 december; |
| 2° jours fériés réglementaires : le lendemain de l'Ascension, 11 | 2° reglementaire feestdagen : de dag na Hemelvaartsdag, 11 juli, 2 |
| juillet, 2 novembre et 26 décembre; | november en 26 december; |
| 3° prestation du soir : prestations de travail, effectuées entre 19 et | 3° avondprestatie : arbeidsprestaties, verricht tussen 19 uur en 23 |
| 23 heures. | uur. |
| CHAPITRE II. - Le régime de prestations | HOOFDSTUK II. - De prestatieregeling |
Art. 3.Le présent chapitre ne s'applique pas aux membres du personnel |
Art. 3.Dit hoofdstuk is niet van toepassing op de personeelsleden die |
| désignés dans la fonction de directeur d'un centre d'éducation de base | aangesteld zijn in de functie van directeur van een Centrum voor |
| à concurrence du volume de leur charge de directeur. | Basiseducatie ten belope van het volume van hun opdracht als directeur. |
| Un directeur ne peut être désigné au sein du même centre d'éducation | Een directeur kan binnen hetzelfde Centrum voor Basiseducatie niet |
| de base pour un volume supérieur à une charge à temps plein. | aangesteld zijn voor meer dan een voltijdse opdracht. |
Art. 4.La durée de travail hebdomadaire normale des membres du |
Art. 4.De normale wekelijkse arbeidsduur voor de personeelsleden die |
| personnel désignés dans un emploi à temps plein est fixée à 36 heures. | aangesteld zijn in een voltijdse betrekking, wordt vastgesteld op 36 |
| Au sein du même centre d'éducation de base un membre du personnel ne | uur. Binnen hetzelfde Centrum voor Basiseducatie kan een personeelslid niet |
| peut être désigné pour plus de trente-six heures sur une base hebdomadaire. | aangesteld worden voor meer dan zesendertig uur op weekbasis. |
Art. 5.Les prestations de travail peuvent être effectuées chaque jour de la semaine entre 7 et 23 heures. |
Art. 5.De arbeidsprestaties kunnen tussen 7 uur en 23 uur op elke dag van de week geleverd worden. |
| La durée du travail ne peut en aucun cas dépasser onze heures par jour | De arbeidsduur mag in geen geval elf uur per dag overschrijden en mag |
| et peut compter au plus deux prestations du soir par semaine. | maximaal twee avondprestaties per week omvatten. |
| Les prestations de travail doivent être offertes au moins en périodes | De arbeidsprestaties moeten minstens in blokken van drie uur |
| de trois heures. | aangeboden worden. |
Art. 6.La durée de travail hebdomadaire pour laquelle le membre du |
Art. 6.De wekelijkse arbeidsduur waarvoor het personeelslid is |
| personnel est désigné peut être dépassée à condition que cette durée | aangesteld, mag worden overschreden op voorwaarde dat die wekelijkse |
| de travail hebdomadaire, calculée sur la période d'un an, ne soit en | arbeidsduur, berekend over de periode van een jaar, gemiddeld niet |
| moyenne pas supérieure à la durée de travail hebdomadaire normale, | hoger ligt dan de normale wekelijkse arbeidsduur, vermeld in de |
| visée au contrat de travail du membre du personnel. On entend par un | arbeidsovereenkomst van het personeelslid. Onder een jaar wordt |
| an une période allant du 16 août de l'année jusqu'au 15 août de | verstaan een periode die loopt van 16 augustus van het jaar n tot en |
| l'année n+1 inclus. | met 15 augustus van het jaar n+1. |
| Sans préjudice de l'application du premier alinéa, la durée de travail | Met behoud van de toepassing van het eerste lid, mag de wekelijkse |
| hebdomadaire réellement effectuée par le membre du personnel ne peut | arbeidsduur die het personeelslid effectief uitvoert, nooit meer |
| en aucun cas dépasser 125 % de la durée de travail hebdomadaire | bedragen dan 125 % van de gemiddelde wekelijkse arbeidsduur waarvoor |
| moyenne pour laquelle le membre du personnel est désigné. Il ne peut | het personeelslid is aangesteld. Van dat percentage kan alleen worden |
| être dérogé à ce pourcentage que moyennant l'accord écrit explicite du | afgeweken na uitdrukkelijk schriftelijk akkoord van het betrokken |
| membre du personnel intéressé. Les critères d'une telle dérogation | personeelslid. De criteria daarvoor moeten in het lokaal |
| doivent être fixés dans le comité local de négociation. | onderhandelingscomité worden vastgelegd. |
| CHAPITRE III. - Jours de congé et fériés annuels | HOOFDSTUK III. - Jaarlijkse verlofdagen en feestdagen |
Art. 7.Les membres du personnel, visés à l'article 1er, ont droit à |
Art. 7.De personeelsleden, vermeld in artikel 1, hebben recht op 35 |
| trente-cinq jours de congé annuels par année calendaire. | jaarlijkse verlofdagen per kalenderjaar. |
Art. 8.En application de l'article 6 le membre du personnel prend les |
Art. 8.Met toepassing van artikel 6 neemt het personeelslid de |
| jours de congé annuels à un moment de son choix, en tenant toutefois | jaarlijkse verlofdagen op een moment naar keuze, maar met inachtneming |
| compte des besoins du service et sous la responsabilité du directeur | van de behoeften van de dienst en onder de verantwoordelijkheid van de |
| du centre d'éducation de base. | directeur van het Centrum voor Basiseducatie. |
Art. 9.Chaque année, des jours de congé peuvent être transférés à |
Art. 9.Jaarlijks kunnen verlofdagen overgedragen worden naar het |
| l'année calendaire suivante. Lesdits jours doivent être pris avant le | volgende kalenderjaar. De voormelde dagen moeten opgenomen zijn vóór 1 |
| 1er mai de l'année calendaire suivante. Des règlements seront convenus | mei van het volgende kalenderjaar. In het lokaal onderhandelingscomité |
| à cet effet au sein du comité local de négociation. | zullen hierover afspraken worden gemaakt. |
| Lorsqu'un membre du personnel n'a pas pu prendre, pour cause de | Als het personeelslid door ziekte of arbeidsongeval zijn verlofdagen |
| maladie ou d'accident du travail, ses jours de congé avant la date de | niet heeft kunnen opnemen voor de datum van de pensionering, worden de |
| sa mise à la retraite, les jours de congé non pris sont payés au membre du personnel. Lorsque les jours de congé n'ont pas été pris pour cause de décès avant la mise à la retraite, ils sont payés aux héritiers. Art. 10.Chaque période pour laquelle le membre du personnel est désigné donne droit à un certain nombre de jours de congé annuels. Pour le membre du personnel travaillant à temps partiel, le nombre de jours de congé annuels est réduit proportionnellement. Lorsqu'un membre du personnel entre en service ou quitte le service au cours de l'année, le nombre de jours de congé annuels est réduit proportionnellement pendant l'année en cours. En outre, le nombre de jours de congé annuels est réduit proportionnellement pendant l'année en cours ou, lorsque ceci n'est plus possible, pendant l'année suivante, du nombre de périodes non |
opgespaarde verlofdagen uitbetaald aan het personeelslid. Als de opgespaarde verlofdagen ingevolge overlijden voor het pensioen niet opgenomen konden worden, worden die uitbetaald aan de erfgenamen. Art. 10.Elke periode waarvoor het personeelslid is aangesteld geeft recht op een aantal jaarlijkse verlofdagen. Voor het personeelslid dat deeltijds werkt, wordt het aantal jaarlijkse verlofdagen in evenredige mate verminderd. Als een personeelslid in de loop van het jaar in dienst treedt of uit dienst treedt, wordt aantal jaarlijkse verlofdagen tijdens het lopende jaar in evenredige mate verminderd. Het aantal jaarlijkse verlofdagen wordt tijdens het lopende jaar, en als dat niet meer mogelijk is, tijdens het volgende jaar eveneens in evenredige mate verminderd met het aantal onbezoldigde perioden van verlof of afwezigheid. |
| rémunérées de congé ou d'absence. | In afwijking van het vierde lid, leiden de volgende verloven of |
| Par dérogation au quatrième alinéa, les suivants congés ou absences | afwezigheden niet tot een vermindering van het aantal jaarlijkse |
| n'entraînent pas de réduction du nombre de jours de congé annuels : | vakantiedagen : |
| 1° absence pour cause de maladie ou d'accident; | 1° afwezigheid wegens ziekte of ongeval; |
| 2° congé de maternité conformément à l'article 39 de la loi sur le | 2° bevallingsverlof overeenkomstig artikel 39 van de arbeidswet van 16 |
| travail du 16 mars 1971; | maart 1971; |
| 3° absence pour cause de service militaire ne couvrant pas de mois | 3°afwezigheid wegens militaire dienst die geen volle kalendermaand |
| calendaire entier; | beslaat; |
| 4° congé de paternité conformément à l'arrêté royal du 17 octobre 1994 | 4° vaderschapsverlof overeenkomstig het koninklijk besluit van 17 |
| relatif à la conversion du congé de maternité en congé de paternité en | oktober 1994 betreffende de omzetting van het moederschapsverlof in |
| cas de décès ou d'hospitalisation de la mère. | vaderschapsverlof ingevolge hospitalisatie of overlijden van de |
| Le nombre de jours de congé ainsi calculé est toujours un demi-jour ou | moeder. Het aantal aldus berekende jaarlijkse verlofdagen bedraagt altijd een |
| un jour entier. Le résultat du calcul est arrondi au demi-jour | halve of volledige dag. De afronding van de berekening gebeurt naar de |
| supérieur. | hogere halve dag. |
Art. 11.Outre le droit aux jours de congé annuels, visés au présent |
Art. 11.Naast het recht op jaarlijkse verlofdagen, vermeld in dit |
| chapitre, le membre du personnel a droit aux jours fériés légaux et | hoofdstuk, heeft het personeelslid recht op de wettelijke en |
| réglementaires, visés à l'article 2. | reglementaire feestdagen, vermeld in artikel 2. |
| En remplacement des jours fériés légaux et réglementaires tombant sur des jours où aucun travail ne doit être presté, les membres du personnel ont droit au congé dans la période entre Noël et le Nouvel An. Art. 12.§ 1er. Outre le droit aux jours de congé annuels, visés au présent chapitre, le membre du personnel a droit à dix jours par année calendaire d'absence du travail pour des raisons impérieuses. On entend par raison impérieuse tout évènement imprévisible, non lié au travail, nécessitant l'intervention urgente et impérative du travailleur dans la mesure où l'exécution du contrat de travail rend impossible cette intervention. Pour un membre du personnel désigné à temps partiel le susdit congé pour des raisons impérieuses est réduit proportionnellement. Des dix jours précités, quatre sont rémunérés. § 2. Le membre du personnel absent pour des raisons impérieuses doit préalablement prévenir la direction du centre. Lorsque ceci n'est pas possible, le membre du personnel doit prévenir la direction du centre dans les plus brefs délais. Sur la demande de la direction du centre, le membre du personnel doit démontrer les raisons impérieuses à l'aide de pièces justificatives ou |
Ter vervanging van de wettelijke en reglementaire feestdagen die vallen op dagen waarop geen arbeid gepresteerd moet worden, heeft een personeelslid vakantie in de periode tussen Kerstmis en nieuwjaar. Art. 12.§ 1. Naast het recht op jaarlijkse verlofdagen vermeld in dit hoofdstuk, heeft het personeelslid recht om op grond van dwingende redenen per kalenderjaar tien dagen afwezig te zijn van het werk. Onder dwingende redenen wordt verstaan elke niet te voorziene, los van het werk staande gebeurtenis die de dringende en noodzakelijke tussenkomst van de werknemer vereist en dit voor zover de uitvoering van de arbeidsovereenkomst deze tussenkomst onmogelijk maakt. Voor een personeelslid dat deeltijds aangesteld is, wordt het voormeld verlof om dwingende redenen in evenredige mate verminderd. Van de voormelde tien dagen worden er vier bezoldigd. § 2. Het personeelslid dat om dringende redenen afwezig is, moet het centrumbestuur vooraf verwittigen. Indien dit niet mogelijk is moet het personeelslid het centrumbestuur zo spoedig mogelijk verwittigen. Op verzoek van het centrumbestuur moet het personeelslid de dwingende reden bewijzen aan de hand van de gepaste documenten of bij gebreke |
| à défaut, par toute autre preuve. | hieraan, door ieder ander bewijsmiddel. |
Art. 13.Les jours de congé, visés au présent chapitre, sont assimilés |
Art. 13.De verlofdagen, vermeld in dit hoofdstuk, worden |
| à des périodes travaillées. Ils ne sont pas suspendus en cas de | gelijkgesteld met perioden waarin gewerkt wordt. Ze worden niet |
| maladie, mais bien en cas d'hospitalisation du membre du personnel, y | opgeschort bij ziekte, maar wel bij ziekenhuisopname van het |
| compris l'éventuelle période de convalescence y afférente. | personeelslid en de eventueel daarop aansluitende herstelperiode. |
| CHAPITRE IV. - Dispositions finales | HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen |
Art. 14.Le présent arrêté entre en vigueur le 1er janvier 2009. |
Art. 14.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2009. |
| L'article 11, alinéa deux produit ses effets le 1er septembre 2008. | Artikel 11, tweede lid, heeft uitwerking met ingang van 1 september |
Art. 15.Le Ministre flamand ayant dans ses attributions |
2008. Art. 15.De Vlaamse minister, bevoegd voor het onderwijs, is belast |
| l'enseignement est chargé de l'exécution du présent arrêté. | met de uitvoering van dit besluit. |
| Bruxelles, le 3 juillet 2009. | Brussel, 3 juli 2009. |
| Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, | De minister-president van de Vlaamse Regering, |
| K. PEETERS | K. PEETERS |
| Le Ministre flamand de l'Emploi, de l'Enseignement et de la Formation, | De Vlaamse minister van Werk, Onderwijs en Vorming, |
| F. VANDENBROUCKE | F. VANDENBROUCKE |