← Retour vers "Arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale transposant la directive 2003/90/CE de la Commission du 6 octobre 2003 établissant des modalités d'application de l'article 7 de la directive 2002/55/CE du Conseil en ce qui concerne les caractères devant être couverts au minimum par l'examen et les conditions minimales pour l'examen de certaines variétés d'espèces de plantes agricoles "
| Arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale transposant la directive 2003/90/CE de la Commission du 6 octobre 2003 établissant des modalités d'application de l'article 7 de la directive 2002/55/CE du Conseil en ce qui concerne les caractères devant être couverts au minimum par l'examen et les conditions minimales pour l'examen de certaines variétés d'espèces de plantes agricoles | Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering omzettend van richtlijn 2003/90/EG van de Commissie van 6 oktober 2003 houdende bepalingen ter uitvoering van artikel 7 van richtlijn 2002/55/EG van de Raad wat betreft de kenmerken waartoe het onderzoek van bepaalde rassen van landbouwgewassen zich ten minste moet uitstrekken, en de minimumeisen voor dat onderzoek |
|---|---|
| MINISTERE DE LA REGION DE BRUXELLES-CAPITALE | MINISTERIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST |
| 27 MAI 2004. - Arrêté du Gouvernement de la Région de | 27 MEI 2004. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering |
| Bruxelles-Capitale transposant la directive 2003/90/CE de la | |
| Commission du 6 octobre 2003 établissant des modalités d'application | omzettend van richtlijn 2003/90/EG van de Commissie van 6 oktober 2003 |
| de l'article 7 de la directive 2002/55/CE du Conseil en ce qui | houdende bepalingen ter uitvoering van artikel 7 van richtlijn |
| concerne les caractères devant être couverts au minimum par l'examen | 2002/55/EG van de Raad wat betreft de kenmerken waartoe het onderzoek |
| et les conditions minimales pour l'examen de certaines variétés | van bepaalde rassen van landbouwgewassen zich ten minste moet |
| d'espèces de plantes agricoles | uitstrekken, en de minimumeisen voor dat onderzoek |
| Vu l'urgence, | Gelet op de dringendheid, |
| De noodzaak in overweging nemende van een onmiddellijke omzetting van | |
| Considérant la nécessité de transposer sans délai la directive | de bovenvermelde richtlijn, waarvoor de uiterste datum is vastgelegd |
| précitée dont le délai de transposition est fixé au 31 mars 2004; | op 31 maart |
| Le gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale, sur la proposition | De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, op de voordracht van Minister |
| du Ministre de l'Economie : | van Economie: |
| Vu la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles, | Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der |
| modifiée par les lois spéciales du 8 août 1988, du 16 juillet 1993 et | instellingen, gewijzigd bij de bijzondere wetten van 8 augustus 1988, |
| du 13 juillet 2001, notamment les articles 6, § 1er, V et 92bis, § 1er; | 16 juli 1993 en 13 juli 2001, inzonderheid de artikelen 6 § 1, V en 92bis, § 1; |
| Vu la loi spéciale du 12 janvier 1989 relative aux institutions | Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 betreffende de |
| bruxelloises, modifiée par la loi spéciale du 13 juillet 2001, | Brusselse instellingen, gewijzigd bij de bijzondere wet van 13 juli |
| notamment l'article 42; | 2001, inzonderheid op artikel 42; |
| Vu la loi spéciale du 16 janvier 1989 relative au financement des | Gelet op de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de |
| Communautés et des Régions, modifiée par la loi du 13 juillet 2001, | financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten, gewijzigd bij de |
| notamment les articles 61, 75 et 77 | wet van de 13 juli 2001, inzonderheid de artikelen 61, 75 en 77; |
| Vu l'accord de coopération du 18 juin 2003 entre l'Etat fédéral, la | Gelet op het Samenwerkingsakkoord van 18 juni tussen de Federale |
| Région Flamande, la Région Wallonne et la Région de Bruxelles-Capitale | Staat, het Vlaamse Gewest, het Waalse Gewest en het Brussels |
| concernant l'exercice des compétences régionalisées dans le domaine de | Hoofdstedelijk Gewest met betrekking tot de uitoefening van de |
| l'agriculture et de la pêche; | geregionaliseerde bevoegdheden op het gebied van landbouw en visserij; |
| Vu l'accord de coopération entre la Région Flamande, la Région | Gelet op het Samenwerkingsakkoord tussen het Vlaamse Gewest, het |
| Wallonne et la Région de Bruxelles-Capitale concernant l'exercice des | Waalse Gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest met betrekking tot |
| compétences régionalisées dans le domaine de l'agriculture et de la | de uitoefening van de geregionaliseerde bevoegdheden op het gebied van |
| pêche du 30 mars 2004; | landbouw en visserij; van 30 maart 2004; |
| Considérant l'attribution aux Régions des compétences dans le domaine | Gelet op de toewijzing aan de Gewesten van de bevoegdheden op het |
| agricole à partir du 1er janvier 2002; | gebied van landbouw met ingang van 1 januari 2002 |
| Considérant les articles 33 à 37 du traité instituant la Communauté | Gelet op de artikelen 33 tot 37 van het verdrag tot oprichting van de |
| Européenne; | Europese Gemeenschap; |
| Vu la concertation entre les gouvernements régionaux et l'autorité | Gelet op het overleg tussen de gewestelijke regeringen en de federale |
| fédérale en date du | overheid van |
| Vu la proposition de la Commission de la Communauté Européenne | Gelet op het voorstel van de Commissie van de Europese Gemeenschap |
| Vu le traité instituant la Communauté Européenne, | Gelet op het verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, |
| Vu la directive 2002/53/CE du Conseil du 13 juin 2002 concernant le | Gelet op richtlijn 2002/53/EG van de Raad van 13 juni 2002 betreffende |
| catalogue commun des variétés des espèces de plantes agricoles, et | de gemeenschappelijke rassenlijst van landbouwgewassen, inzonderheid |
| notamment son article 7, paragraphe 2, points a) et b), | op artikel 7, lid 2, onder a) en b), |
| considérant ce qui suit: | Overwegende hetgeen volgt: |
| (1) La directive 72/180/CEE de la Commission du 14 avril 1972 | (1) Bij richtlijn 72/180/EEG van de Commissie van 14 april 1972 tot |
| concernant la fixation des caractères et des conditions minimales pour | vaststelling van kenmerken en minimumeisen voor het onderzoek van |
| l'examen des variétés des espèces de plantes agricoles, modifiée par | rassen van landbouwgewassen, gewijzigd bij richtlijn 2002/8/EG, zijn, |
| la directive 2002/8/CE, a fixé, en vue de l'admission officielle des | met het oog op de officiële toelating van de rassen en de vermelding |
| variétés dans les catalogues des Etats membres, le nombre minimal de caractères sur lesquels doivent porter les examens des différentes espèces ainsi que les exigences minimales applicables à la réalisation de ces examens. (2) Des principes directeurs relatifs aux conditions d'examen des variétés ont été formulés en ce qui concerne certaines espèces par le conseil d'administration de l'Office Communautaire des Variétés Végétales (OCVV), créé par le règlement (CE) n° 2100/94 du 27 juillet 1994 instituant un régime de protection communautaire des obtentions végétales, modifié en dernier lieu par le règlement (CE) n° 1650/2003. (3) Des principes directeurs fixant les conditions d'examen des variétés existent au plan international. L'Union internationale pour la Protection des Obtentions Végétales (UPOV) a formulé des principes directeurs pour la conduite de tels examens. (4) La directive 72/180/CEE a été modifiée par la directive 2002/8/CE afin d'assurer une cohérence entre les principes directeurs de l'OCVV et les conditions d'examen des variétés en vue de leur admission dans les catalogues nationaux des Etats membres dans la mesure où des principes directeurs de l'OCVV avaient été formulés. L'OCVV a établi entre-temps des principes directeurs pour un certain nombre d'autres espèces. (5) Il convient d'assurer une cohérence entre les principes directeurs | daarvan in de rassenlijsten van de lidstaten, de kenmerken vastgesteld waartoe het onderzoek zich voor de verschillende soorten ten minste moet uitstrekken, alsmede de minimumeisen betreffende het verrichten van het onderzoek. (2) De raad van bestuur van het Communautair Bureau voor Plantenrassen (CBP), dat is opgericht bij verordening (EG) nr. 2100/94 van de raad van 27 juli 1994 inzake het communautaire kwekersrecht, laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1650/2003, heeft ten aanzien van bepaalde gewassen testrichtsnoeren inzake de eisen voor het onderzoek van de rassen gegeven. (3) Op internationaal niveau bestaan testrichtsnoeren waarin de eisen voor het onderzoek van de rassen worden vastgesteld. De Internationale unie tot bescherming van kweekproducten (UPOV) heeft testrichtsnoeren ontwikkeld. (4) Richtlijn 72/180/EEG is gewijzigd bij richtlijn 2002/8/EG om ervoor te zorgen dat de testrichtsnoeren van het CBP en de eisen voor het onderzoek van de rassen met het oog op de opneming in de nationale rassenlijsten van de lidstaten met elkaar overeenstemmen, voorzover er CBP-testrichtsnoeren waren opgesteld. Het CBP heeft sindsdien richtsnoeren voor een aantal andere soorten opgesteld. (5) Er moet voor worden gezorgd dat de CBP-testrichtsnoeren en de |
| de l'OCVV et les conditions applicables aux variétés en vue de leur | eisen die aan de rassen worden gesteld met het oog op de opneming in |
| admission dans les catalogues nationaux des Etats membres. | de nationale rassenlijsten van de lidstaten met elkaar overeenstemmen. |
| (6) Il convient d'élaborer le système communautaire sur la base des | (6) Het communautaire stelsel dient te worden gebaseerd op de |
| principes directeurs de l'UPOV dans la mesure où l'OCVV n'a pas encore | UPOV-testrichtsnoeren, voorzover het CBP nog geen specifieke |
| mis au point de principes spécifiques. La législation nationale est | richtsnoeren heeft ontwikkeld. Voor gewassen die niet onder deze |
| applicable aux espèces ne relevant pas de la présente directive. | richtlijn vallen, geldt de nationale wetgeving. |
| (7) Il y a donc lieu d'abroger la directive 72/180/CEE. | (7) Richtlijn 72/180/EEG dient derhalve te worden ingetrokken. |
| (8) Les mesures prévues par la présente directive sont conformes à | (8) De in deze richtlijn vervatte maatregelen zijn in overeenstemming |
| l'avis du comité permanent des semences et plants agricoles, | met het advies van het Permanent Comité voor teeltmateriaal voor |
| horticoles et forestiers, | land-, tuin- en bosbouw, |
| Arrête : | Besluit : |
Article 1er.Aux fins du présent arrêté, on entend par autorité |
Artikel 1.In de zin van dit besluit wordt verstaan onder bevoegde |
| compétente : | instantie : |
| Le Ministère de la Région de Bruxelles-Capitale ayant en charge ces | Het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest dat bevoegd is |
| questions, ou toute autre entité administrative désignée par elle en | voor deze materies, of elke andere administratieve entiteit die het |
| application de l'accord de coopération du 30 mars 2004 | daartoe aanwijst overeenkomstig het samenwerkingsakkoord van 30 maart 2004 |
Art. 2.1. L'autorité compétente prescrit l'inclusion dans un |
Art. 2.1. De bevoegde instantie neemt rassen van landbouwgewassen die |
| catalogue national, au sens de l'article 3, paragraphe 1, de la | |
| directive 2002/53/CE, de variétés d'espèces de plantes agricoles qui | |
| remplissent les conditions énoncées aux paragraphes 2 et 3. | voldoen aan de eisen van de leden 2 en 3, op in een nationale |
| rassenlijst in de zin van artikel 3, lid 1, van richtlijn 2002/53/EG. | |
| 2. En ce qui concerne les caractères distinctifs, la stabilité et l'homogénéité: | 2. Ten aanzien van onderscheidbaarheid, bestendigheid en homogeniteit: |
| a) les espèces énumérées à l'annexe I sont conformes aux conditions définies dans les "protocoles pour la conduite de l'examen des caractères distinctifs, de la stabilité et de l'homogénéité", formulés par le conseil d'administration de l'OCVV, dont la liste figure dans cette annexe; b) les espèces énumérées à l'annexe II sont conformes aux principes directeurs pour la conduite de l'examen des caractères distinctifs, de la stabilité et de l'homogénéité, formulés par l'UPOV, dont la liste figure dans cette annexe. 3. En ce qui concerne la valeur culturale ou d'utilisation, les variétés sont conformes aux conditions définies à l'annexe III, sans | a) voldoen de in bijlage I opgenomen gewassen aan de eisen van de in diezelfde bijlage opgenomen "Protocollen inzake het onderzoek op onderscheidbaarheid, homogeniteit en bestendigheid" van de raad van bestuur van het CBP; waarvan de lijst in de bijlage is opgenomen; b) voldoen de in bijlage II opgenomen gewassen aan de in diezelfde bijlage opgenomen testrichtsnoeren voor het uitvoeren van tests inzake onderscheidbaarheid, homogeniteit en bestendigheid van de UPOV. 3. Wat de cultuur- en gebruikswaarde betreft, voldoen de rassen aan de |
| préjudice de l'article 4, paragraphe 2, de la directive. Art. 3.Tous les caractères variétaux au sens de l'article 1er, paragraphe 2, point a), et tous les caractères marqués par un astérisque (*) dans les principes directeurs pour la conduite de l'examen visés à l'article 1, paragraphe 2, point b), sont utilisés, pour autant que l'observation d'un caractère ne soit pas rendue impossible par l'expression d'un autre caractère et que l'expression d'un caractère ne soit pas entravée par les conditions environnementales dans lesquelles l'examen est conduit. Art. 4.L'autorité compétente fait en sorte qu'en ce qui concerne les espèces dont la liste figure aux annexes I et II, les exigences minimales applicables à la conduite des examens pour ce qui a trait aux conditions d'essai et de culture, telles qu'elles sont fixées dans les principes directeurs visés à ces annexes, soient remplies au moment des examens. Art. 5.1. Dans les cas où, à la date de l'entrée en vigueur du présent arrêté, une variété n'a pas été admise à l'inclusion dans le |
eisen van bijlage III, onverminderd artikel 4, lid 2, van de richtlijn. Art. 3.Alle raskenmerken in de zin van artikel 1, lid 2, onder a), en alle met een asterisk (*) aangegeven kenmerken in de in artikel 1, lid 2, onder b), vermelde testrichtsnoeren worden in aanmerking genomen, tenzij de waarneming van een bepaald kenmerk onmogelijk wordt gemaakt door de expressie van een ander kenmerk, of de expressie van een kenmerk wordt verhinderd door de omstandigheden waaronder de test plaatsvindt. Art. 4.De bevoegde instantie zorgt ervoor dat bij het onderzoek van de in de bijlagen I en II opgenomen gewassen wordt voldaan aan de minimumeisen betreffende het verrichten van het onderzoek met betrekking tot proefopzet en teeltomstandigheden, die zijn opgenomen in de in die bijlagen bedoelde testrichtsnoeren. Art. 5.1. Als bij de inwerkingtreding van dit besluit bepaalde rassen |
| catalogue commun des variétés des espèces de plantes agricoles et où | nog niet zijn toegelaten tot de gemeenschappelijke rassenlijst van |
| des examens officiels ont été entamés avant cette date selon les | landbouwgewassen en het officieel onderzoek is begonnen vóór die |
| dispositions, soit | datum, overeenkomstig |
| a) de la directive 72/180/CEE, soit | a) Richtlijn 72/180/EEG, of |
| b) des principes directeurs de l'OCVV énumérés à l'annexe I ou des | b) de in bijlage I opgenomen CBP-richtsnoeren of de in bijlage II |
| principes directeurs de l'UPOV énumérés à l'annexe II, suivant | opgenomen UPOV-richtsnoeren, afhankelijk van het gewas, |
| l'espèce, la variété en question est réputée conforme aux dispositions de la | dan worden de betreffende rassen geacht te voldoen aan de |
| présente directive. | voorschriften van deze richtlijn. |
| 2. Le paragraphe 1 n'est applicable que dans les cas où les examens | 2. Lid 1 geldt alleen als uit de proeven blijkt dat de rassen voldoen |
| mènent à la conclusion que la variété est conforme aux dispositions | |
| arrêtées, soit | aan de regels van |
| a) par la directive 72/180/CEE, soit | a) Richtlijn 72/180/EEG, of |
| b) par les principes directeurs de l'OCVV énumérés à l'annexe I ou les | b) de in bijlage I opgenomen CBP-richtsnoeren of de in bijlage II |
| principes directeurs de l'UPOV énumérés à l'annexe II, suivant | opgenomen UPOV-richtsnoeren, afhankelijk van het gewas. |
| l'espèce. Art. 6.Le présent arrêté rentre en vigueur le jour suivant celui de |
Art. 6.Dit besluit treedt in werking op de dag volgend op die van |
| sa publication au moniteur Belge. | zijn bekendmaking in het Belgisch Staatsblad. |
| Bruxelles, le. 27 mai 2004. | Brussel,.27 mei 2004. |
| Le Ministre du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale chargé | De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering belast met |
| de l'Emploi, de l'Economie, de l'Energie et de la Revitalisation des Quartiers, | Werkgelegenheid, Economie, Energie en Wijkopleving, |
| E. TOMAS | E. TOMAS |
| Annexe I | Bijlage I |
| Liste des espèces devant être conformes aux principes directeurs de l'OCVV. : | Lijst van gewassen die moeten voldoen aan de CBP-testrichtsnoeren : |
| Tournesol, protocole TP-8 du 31.10.2002 | Zonnebloem, protocol TP-8 van 31.10.2002 |
| Orge, protocole TP-19 du 27.3.2002 | Gerst, protocol TP-19 van 27.3.2002 |
| Seigle, protocole TP-58 du 31.10.2002 | Rogge, protocol TP-58 van 31.10.2002 |
| Blé, protocole TP-03/2 du 27.3.2002 | Tarwe, protocol TP-03/2 van 27.3.2002 |
| Blé dur, protocole TP-120 du 27.3.2002 | Durumtarwe, protocol TP-120 van 27.3.2002 |
| Maïs, protocole TP-02 du 15.11.2001 | Maïs, protocol TP-02 van 15.11.2001 |
| Pomme de terre, protocole TP-23 du 27.3.2002 | Aardappelen, protocol TP-23 van 27.3.2002 |
| Le texte de ces protocoles peut être consulté sur le site Internet de | De tekst van deze protocollen is te vinden op de website van het CBP |
| l'OCVV (www.cpvo.eu.int). | (www.cpvo.eu.int). |
| Annexe II | Bijlage II |
| Liste des espèces devant être conformes aux principes directeurs de l'UPOV : | Lijst van gewassen die moeten voldoen aan de UPOV-testrichtsnoeren : |
| Betterave fourragère, principes directeurs TG/150/3 du 4.11.1994 | Voederbieten, richtsnoer TG/150/3 van 4.11.1994 |
| Agrostide des chiens, principes directeurs TG/30/6 du 12.10.1990 | Kruipend struisgras/Heidestruisgras, richtsnoer TG/30/6 van 12.10.1990 |
| Agrostide géante, principes directeurs TG/30/6 du 12.10.1990 | Hoog struisgras, richtsnoer TG/30/6 van 12.10.1990 |
| Agrostide stolonifère, principes directeurs TG/30/6 du 12.10.1990 | Wit struisgras, richtsnoer TG/30/6 van 12.10.1990 |
| Agrostide commune, principes directeurs TG/30/6 du 12.10.1990 | Gewoon struisgras, richtsnoer TG/30/6 van 12.10.1990 |
| Brome cathartique, principes directeurs TG/180/3 du 4.4.2001 | Paardegras, richtsnoer TG/180/3 van 4.4.2001 |
| Brome sitchensis, principes directeurs TG/180/3 du 4.4.2001 | Alaskadravik, richtsnoer TG/180/3 van 4.4.2001 |
| Dactyle, principes directeurs TG/31/8 du 17.4.2002 | Kropaar, richtsnoer TG/31/8 van 17.4.2002 |
| Fétuque élevée, principes directeurs TG/39/8 du 17.4.2002 | Rietzwenkgras, richtsnoer TG/39/8 van 17.4.2002 |
| Fétuque ovine, principes directeurs TG/67/4 du 12.11.1980 | Schapegras, richtsnoer TG/67/4 van 12.11.1980 |
| Fétuque des prés, principes directeurs TG/39/8 du 17.4.2002 | Beemdlangbloem, richtsnoer TG/39/8 van 17.4.2002 |
| Fétuque rouge, principes directeurs TG/67/4 du 12.11.1980 | Roodzwenkgras, richtsnoer TG/67/4 van 12.11.1980 |
| Ray-grass italien, principes directeurs TG/4/7 du 12.10.1990 | Italiaans raaigras, richtsnoer TG/4/7 van 12.10.1990 |
| Ray-grass anglais, principes directeurs TG/4/7 du 12.10.1990 | Engels raaigras, richtsnoer TG/4/7 van 12.10.1990 |
| Ray-grass intermédiaire, principes directeurs TG/4/7 du 12.10.1990 | Gekruist raaigras, richtsnoer TG/4/7 van 12.10.1990 |
| Fléole, principes directeurs TG/34/6 du 7.11.1984 | Kleine timothee, richtsnoer TG/34/6 van 7.11.1984 |
| Pâturin des prés, principes directeurs TG/33/6 du 12.10.1990 | Veldbeemdgras, richtsnoer TG/33/6 van 12.10.1990 |
| Lupin blanc, principes directeurs TG/66/3 du 14.11.1979 | Witte lupine, richtsnoer TG/66/3 van 14.11.1979 |
| Lupin bleu, principes directeurs TG/66/3 du 14.11.1979 | Blauwe lupine, richtsnoer TG/66/3 van 14.11.1979 |
| Lupin jaune, principes directeurs TG/66/3 du 14.11.1979 | Gele lupine, richtsnoer TG/66/3 van 14.11.1979 |
| Luzerne, principes directeurs TG/6/4 du 21.10.1988 | Luzerne, richtsnoer TG/6/4 van 21.10.1988 |
| Pois fourrager, principes directeurs TG/7/9 du 4.11.1994 (et | Voedererwt, richtsnoer TG/7/9 van 4.11.1994 (+ rectificatie |
| correction 18.10.1996) | 18.10.1996) |
| Trèfle violet, principes directeurs TG/5/7 du 4.4.2001 | Rode klaver, richtsnoer TG/5/7 van 4.4.2001 |
| Trèfle blanc, principes directeurs TG/38/7 du 9.4.2003 | Witte klaver, richtsnoer TG/38/7 van 9.4.2003 |
| Féverole, principes directeurs TG/8/6 du 17.4.2002 | Paardeboon/Veldboon, richtsnoer TG/8/6 van 17.4.2002 |
| Vesce commune, principes directeurs TG/32/6 du 21.10.1988 | Voederwikke, richtsnoer TG/32/6 van 21.10.1988 |
| Chou-navet ou rutabaga, principes directeurs TG/89/6 du 4.4.2001 | Koolraap, richtsnoer TG/89/6 van 4.4.2001 |
| Radis oléifère, principes directeurs TG/178/3 du 4.4.2001 | Bladrammenas, richtsnoer TG/178/3 van 4.4.2001 |
| Arachide, principes directeurs TG/93/3 du 13.11.1985 | Grondnoot, richtsnoer TG/93/3 van 13.11.1985 |
| Navette, principes directeurs TG/185/3 du 17.4.2002 | Raapzaad, richtsnoer TG/185/3 van 17.4.2002 |
| Colza, principes directeurs TG/36/6 du 18.10.1996 (et correction 17.4.2002) | Koolzaad, richtsnoer TG/36/6 van 18.10.1996 (+ rectificatie 17.4.2002) |
| Carthame, principes directeurs TG/134/3 du 12.10.1990 | Saffloer, richtsnoer TG/134/3 van 12.10.1990 |
| Coton, principes directeurs TG/88/6 du 4.4.2001 | Katoen, richtsnoer TG/88/6 van 4.4.2001 |
| Lin textile/lin oléagineux, principes directeurs TG/57/6 du 20.10.1995 | Vlas, richtsnoer TG/57/6 van 20.10.1995 |
| OEillette, principes directeurs TG/166/3 du 24.3.1999 | Blauwmaanzaad, richtsnoer TG/166/3 van 24.3.1999 |
| Moutarde blanche, principes directeurs TG/179/3 du 4.4.2001 | Gele mosterd, richtsnoer TG/179/3 van 4.4.2001 |
| Soja, principes directeurs TG/80/6 du 1.4.1998 | Soja, richtsnoer TG/80/6 van 1.4.1998 |
| Avoine, principes directeurs TG/20/10 du 1.10.1994 | Haver, richtsnoer TG/20/10 van 1.10.1994 |
| Riz, principes directeurs TG/16/4 du 13.11.1985 | Rijst, richtsnoer TG/16/4 van 13.11.1985 |
| Sorgho, principes directeurs TG/122/3 du 6.10.1989 | Sorghum, richtsnoer TG/122/3 van 6.10.1989 |
| Triticale, principes directeurs TG/121/3 du 6.10.1989 | Triticale, richtsnoer TG/121/3 van 6.10.1989 |
| Le texte des ces principes directeurs peut être consulté sur le site | De tekst van deze richtsnoeren is te vinden op de website van het UPOV |
| Internet de l'UPOV (www.upov.int). | (www.upov.int). |
| Annexe III | Bijlage III |
| Caractères concernant l'examen de la valeur cultural ou d'utilisation | Kenmerken aan de hand waarvan de cultuur- en gebruikswaarde wordt |
| : | onderzocht : |
| 1. Rendement. | 1. Opbrengst |
| 2. Résistance aux organismes nuisibles. | 2. Resistentie tegen schadelijke organismen |
| 3. Comportement vis-à-vis des facteurs du milieu physique. | 3. Gedrag ten opzichte van milieufactoren |
| 4. Caractères de qualité. | 4. Kwaliteit |
| Les méthodes utilisées sont indiquées lors de la communication des | Bij de indiening van de resultaten dienen de toegepaste methoden te |
| résultats. | worden vermeld. |