← Retour vers "Arrêté du Gouvernement visant à atténuer les répercussions de la crise provoquée par le coronavirus dans le secteur de l'enseignement "
| Arrêté du Gouvernement visant à atténuer les répercussions de la crise provoquée par le coronavirus dans le secteur de l'enseignement | Besluit van de Regering tot beperking van de negatieve gevolgen van de coronacrisis voor het onderwijs |
|---|---|
| MINISTERE DE LA COMMUNAUTE GERMANOPHONE 25 JANVIER 2022. - Arrêté du Gouvernement visant à atténuer les répercussions de la crise provoquée par le coronavirus dans le secteur de l'enseignement (III) LE GOUVERNEMENT DE LA COMMUNAUTE GERMANOPHONE, | MINISTERIE VAN DE DUITSTALIGE GEMEENSCHAP 25 JANUARI 2022. - Besluit van de Regering tot beperking van de negatieve gevolgen van de coronacrisis voor het onderwijs (III) |
| Vu le décret du 6 juin 2005 portant des mesures en matière | Gelet op het decreet van 6 juni 2005 houdende dringende maatregelen |
| d'enseignement 2005, l'article 23, alinéa 1er, 14°, d), inséré par le | inzake onderwijs 2005, artikel 23, eerste lid, 14°, d), ingevoegd bij |
| décret du 28 juin 2021; | het decreet van 28 juni 2021; |
| Vu l'arrêté du Gouvernement du 27 août 2020 visant à atténuer les | Gelet op het besluit van de Regering van 27 augustus 2020 tot |
| répercussions de la crise provoquée par le coronavirus dans le secteur | beperking van de negatieve gevolgen van de coronacrisis voor het |
| de l'enseignement; | onderwijs; |
| Vu le protocole n° S8/2021 OSUW5/2021 du 3 décembre 2021 contenant les | Gelet op protocol nr. S8/2021 OSUW5/2021 van 3 december 2021 dat de |
| conclusions des négociations menées en commun au sein du Comité de | conclusies bevat van de onderhandelingen die werden gevoerd in een |
| secteur XIX pour la Communauté germanophone et du sous-comité prévu à | gemeenschappelijke zitting van het sectorcomité XIX voor de |
| Duitstalige Gemeenschap en van de onderafdeling vermeld in artikel 17, | |
| l'article 17, § 2ter, 3°, de l'arrêté royal du 28 septembre 1984; | § 2ter, 3°, van het koninklijk besluit van 28 september 1984; |
| Vu l'avis de l'Inspecteur des finances, donné le 13 janvier 2022; | Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 13 |
| Vu l'accord du Ministre-Président, compétent en matière de Budget, | januari 2022; Gelet op de akkoordbevinding van de Minister-President, bevoegd voor |
| donné le 14 janvier 2022; | Begroting, d.d. 14 januari 2022; |
| Vu les lois sur le Conseil d'Etat, coordonnées le 12 janvier 1973, | Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari |
| l'article 3, § 1er; | 1973, artikel 3, § 1; |
| Vu l'urgence; | Gelet op de dringende noodzakelijkheid; |
| Considérant que l'urgence est motivée par le fait que la crise | Overwegende dat de urgentie te wijten is aan het feit dat de |
| sanitaire provoquée par le coronavirus (COVID-19) perdure et qu'il est | gezondheidscrisis in verband met het coronavirus (COVID-19) nog steeds |
| extrêmement important, en particulier dans le secteur de | voortduurt en dat het van enorm belang is, met name in de |
| l'enseignement, que le plus grand nombre possible de membres du | onderwijssector, dat zoveel mogelijk personeelsleden tegen het |
| personnel se fassent vacciner contre le coronavirus Covid-19; que de nombreux citoyens ne sont toujours pas vaccinés contre le coronavirus en Communauté germanophone; que tous les membres du personnel déjà vaccinés seront dans les prochains mois et semaines invités à recevoir une vaccination de rappel; que pour encourager la volonté de se faire vacciner du personnel enseignant, il est indispensable de prolonger le recours au congé de circonstance correspondant qui prévoit l'octroi d'une dispense de service au membre du personnel pour la durée nécessaire à la vaccination; Sur la proposition du Ministre compétent en matière d'Enseignement; Après délibération, | coronavirus Covid-19 worden ingeënt; dat in de Duitstalige Gemeenschap veel burgers nog helemaal niet tegen het coronavirus zijn ingeënt; dat alle personeelsleden die reeds gevaccineerd zijn, in de komende weken en maanden de oproep voor een boostervaccinatie zullen ontvangen; dat het, om de vaccinatiebereidheid van het onderwijzend personeel te ondersteunen, van essentieel belang is het daartoe bestemde omstandigheidsverlof, dat het personeelslid in staat stelt vrij te nemen voor de duur die nodig is voor de vaccinatie, te verlengen; Op de voordracht van de Minister van Onderwijs; Na beraadslaging, |
| Arrête : | Besluit : |
| Article 1er - Dans l'arrêté du Gouvernement du 27 août 2020 visant à | Artikel 1 - In het besluit van de Regering van 27 augustus 2020 tot |
| atténuer les répercussions de la crise provoquée par le coronavirus | |
| dans le secteur de l'enseignement, modifié par l'arrêté du | beperking van de negatieve gevolgen van de coronacrisis voor het |
| Gouvernement du 16 septembre 2021, il est inséré un article 1.2 rédigé | onderwijs, gewijzigd bij het besluit van de Regering van 16 september |
| comme suit : | 2021, wordt een artikel 1.2 ingevoegd, luidende: |
| « Art. 1.2 - La durée de la possibilité de solliciter le congé de | "Art. 1.2 - De periode waarin gebruik kan worden gemaakt van het |
| circonstance pour la vaccination contre le coronavirus Covid-19, | omstandigheidsverlof om zich te laten inenten tegen het coronavirus |
| prévue à l'article 23, alinéa 1er, 14°, d), du décret du 6 juin 2005 | (COVID-19) bepaald in artikel 23, eerste lid, 14°, d), van het decreet |
| portant des mesures en matière d'enseignement 2005, est prolongée | van 6 juni 2005 houdende maatregelen inzake onderwijs 2005 wordt |
| jusqu'au 30 juin 2022. » | verlengd tot uiterlijk 30 juni 2022." |
| Art. 2 - Le présent arrêté produit ses effets le 1er janvier 2022. | Art. 2 - Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2022. |
| Art. 3 - Le Ministre compétent en matière d'Enseignement est chargé de | Art. 3 - De minister bevoegd voor Onderwijs is belast met de |
| l'exécution du présent arrêté. | uitvoering van dit besluit. |
| Eupen, le 25 janvier 2022. | Eupen, 25 januari 2022. |
| Pour le Gouvernement de la Communauté germanophone : | Voor de Regering van de Duitstalige Gemeenschap : |
| Le Ministre-Président, Ministre des Pouvoirs locaux et des Finances, | De Minister-President, Minister van Lokale Besturen en Financiën, |
| O. PAASCH | O. PAASCH |
| La Ministre de l'Education et de la Recherche scientifique, | De Minister van Onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek, |
| L. KLINKENBERG | L. KLINKENBERG |